Report plenary meeting
Report
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft mevrouw Liesbeth Homans bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van Liesbeth Homans, Wilfried Vandaele, Peter Van Rompuy, Willem-Frederik Schiltz, Björn Rzoska en Hannes Anaf tot wijziging van het Reglement van het Vlaams Parlement, wat de samenstelling van onderzoekscommissies betreft.
Ik moet mezelf het woord geven. (Gelach)
Ik kan heel kort zijn, collega’s. Het volgende punt op de agenda is het vastleggen van de samenstelling en de naam van de onderzoekscommissie, en daarvoor moeten we eerst een reglementswijziging doorvoeren. Dat is de spoed.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen we nu bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik sta op’.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling niet wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik blijf zitten’.
Het voorstel tot spoedbehandeling is aangenomen. Dan stel ik voor dat het voorstel van Liesbeth Homans, Wilfried Vandaele, Peter Van Rompuy, Willem-Frederik Schiltz, Björn Rzoska en Hannes Anaf tot wijziging van het Reglement van het Vlaams Parlement, wat de samenstelling van onderzoekscommissies betreft onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van Liesbeth Homans, Wilfried Vandaele, Peter Van Rompuy, Willem-Frederik Schiltz, Björn Rzoska en Hannes Anaf tot wijziging van het Reglement van het Vlaams Parlement, wat de samenstelling van onderzoekscommissies betreft.
De algemene bespreking is geopend.
Ik zal misschien kort toelichten waarover het gaat. Het gaat er eigenlijk over dat er in onderzoekscommissies niet alleen vaste leden kunnen zetelen, maar ook toegevoegde leden, zonder stemrecht. Daar gaat het over.
De heer Janssens heeft het woord.
Collega’s, ik heb de voorbije dagen wel wat bizarre taferelen gezien in de media, in de politiek en binnen de brede samenleving, vooral journalistiek dan, omdat een bepaalde partij van linkse signatuur niet werd opgenomen in de PFOS-onderzoekscommissie. Het zijn taferelen die ik niet gezien heb toen het Vlaams Belang hier aan de overkant van de straat, in de Kamer, geweerd werd, in de parlementaire onderzoekscommissie naar de aanslagen van Zaventem en Maalbeek, alsof het Vlaams Belang ter zake geen standpunt zou hebben ingenomen. Toen was er, toen het over mijn partij ging, geen heisa in de media binnen de weldenkende wereld, was er geen wijziging van reglementen in parlementen en dergelijke. Mijn partij werd gewoon niet opgenomen in de onderzoekscommissie.
Los daarvan, ga ik uiteraard akkoord met het voorstel tot wijziging van ons reglement, omdat het helemaal losstaat van de fractie waarop het betrekking heeft. Ter herinnering, in de vorige legislatuur was het het Vlaams Belang, mijn fractie, dat geen vaste leden had in de beleidscommissies en toen moest werken met toegevoegde leden. Vandaag is dat een andere fractie. In dit volatiele electorale klimaat is het vandaag de ene en morgen de andere partij. Wat dat betreft, vind ik het een goed voorstel dat vandaag voorligt.
Terzijde, voorzitter – en dan richt ik mij tot u –, heb ik wel een probleem – en dat mag dan politique politicienne zijn, maar ik wil het toch gezegd hebben – met de ondertekenaars van het voorstel tot wijziging van het reglement, een voorstel tot wijziging van het reglement van het volledige Vlaams Parlement en dus met betrekking tot alle 124 volksvertegenwoordigers. Ik zie dat het voorstel is ondertekend door vijf fracties en niet door zeven, door vijf erkende fracties die ook in het Uitgebreid Bureau vertegenwoordigd zijn. Eén partij is niet opgenomen als ondertekenaar, terwijl die nochtans in het Uitgebreid Bureau vertegenwoordigd is en de tweede grootste fractie van dit parlement is. Ik stel mij daarover vragen, voorzitter, omdat ook uw naam erop staat. Ik richt mij dan ook in het bijzonder tot u omdat ik vragen heb bij de neutraliteit, de onafhankelijkheid van de functie die u dient te bekleden, als u op een dergelijke manier met de tweede grootste fractie met 23 parlementsleden in dit Vlaams Parlement omgaat. Alsof wij geen voorstellen zouden kunnen steunen die tot een betere werking van het parlement leiden, zoals dit wat nu voorligt.
Ik denk dan, misschien wel een beetje met heimwee, terug aan mijn provinciegenoot Jan Peumans, die binnen het Uitgebreid Bureau en binnen de fracties die vertegenwoordigd waren in het parlement altijd zocht naar steun, naar unanieme steun voor voorstellen die gingen over de werking, het functioneren van dit parlement. En dan diende hij die voorstellen in in zijn naam, alleen in zijn naam en namens de 124 volksvertegenwoordigers. Ik denk dat dat de positie is die een parlementsvoorzitter dient in te nemen: ofwel spreken in eigen naam, ofwel spreken namens alle 124 volksvertegenwoordigers, maar niet spreken in naam van 5 fracties waarbij er 2 uitgesloten worden. Wat dat betreft, stond ik aan de kant van Jan Peumans, zoals geweten niet bepaald een liefhebber van mijn partij, maar met hem zou wat nu voorligt in elk geval – niet inhoudelijk maar wel wat de ondertekenaars betreft – niet waar zijn geweest. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Sommige woorden laat ik echt wel voor uw rekening, en ik zal er ook niet op ingaan, mijnheer Janssens.
De heer D’Haese heeft het woord.
Ik vroeg het woord om u en de collega's van het Uitgebreid Bureau uiteraard te bedanken voor dit voorstel tot wijziging van het reglement. Het is een goede zaak voor de Onderzoekscommissie PFAS-PFOS en een goede zaak voor het reglement in het algemeen. Het is een traditie die ook in andere parlementen bestaat. We bedanken jullie dat jullie alsnog zijn teruggekomen op de beslissing en de PVDA wel opnemen als toegevoegd lid in de onderzoekscommissie. We zullen dan ook voor stemmen.
Zonder stemrecht, hé.
De heer Rzoska heeft het woord.
Voorzitter, wat vandaag op tafel ligt, is belangrijk en ik heb het woord ook maandag genomen in het Uitgebreid Bureau om duidelijk te maken – mijnheer Janssens, ik heb het maandag ook gezegd en ik zal het herhalen en ik spreek voor het Vlaams Parlement waarin ik actief ben – dat ik voor gelijk welke fractie van gelijk welke overtuiging in gelijk welke positie we ooit terechtkomen, mijn mond zou opentrekken omdat ik het niet normaal zou vinden dat in een onderzoekscommissie, die toch zowat het zwaarste instrument is in het reglement en waarmee een parlement controle kan uitoefenen op een regering, een fractie, zelfs al is die niet erkend, niet de mogelijkheid zou hebben om vragen te stellen. Ik vond dat fundamenteel. Ik heb dat maandag ook gezegd. Laat het duidelijk zijn – ik spreek voor mezelf – dat ik dit zou doen voor elke fractie, gelijk aan welke kant van het spectrum die ook zit.
Ten tweede vind ik de handtekening van de parlementsvoorzitter in deze zaak van belang want in mijn ogen bindt ze inderdaad de 124 leden. U was maandag ook getuige van het debat in het Uitgebreid Bureau. De voorzitter heeft zonder een echt mandaat van het Uitgebreid Bureau ook buiten dit parlement de toenmalige beslissing moeten verdedigen, wat ze in mijn ogen in de media loyaal heeft gedaan, ook al was ik het er niet mee eens. Maar dat was nu eenmaal de beslissing van de meerderheid van het Uitgebreid Bureau. Ik vind het niet meer dan normaal dat ze haar handtekening plaatst onder de oplossing die tussen de fracties, maar ook tussen de voorzitter en de diensten is gezocht en in die zin de 124 parlementsleden bindt.
De heer Schiltz heeft het woord.
Ik kan aan die wijze woorden alleen toevoegen dat er aanvankelijk effectief een paar bedenkingen waren. Een reglement wijzigen in de loop van het jaar is niet zo heel evident, maar gelet op de zwaarwichtigheid was het aan de orde.
Collega’s van het Vlaams Belang, door de wijziging van het reglement zoals voorgesteld, zal de PVDA exact dezelfde rechten en mogelijkheden krijgen die uw fractie, al dan niet erkend, in het federaal parlement ook had, namelijk het recht om in een onderzoekscommissie te spreken. U had dus ook een spreekrecht. Maar goed, we hoeven niet naar de overkant te kijken. We regelen hier zelf onze zaken.
Collega’s, hoe onconventioneel ook, soms is het belangrijk om principes iets forser naar voren te schuiven. U kent allemaal de boutade en in het geval van de collega’s van de PVDA geldt dat ten aanzien van onze fractie nog forser dan anders: ik keur af wat u zegt, bijna altijd, maar ik zal het recht om het te zeggen tot de dood verdedigen. In deze zaak zijn we heel ver gegaan, inclusief een reglementswijziging, om u dat recht te geven. Daarom dank ik de voorzitter voor het initiatief dat ze genomen heeft.
De heer Anaf heeft het woord.
Er is al veel gezegd. We steunen dit voorstel ook. Collega’s, we staan voor een onderzoekscommissie waarvan veel wordt verwacht en vooral dat er duidelijkheid en transparantie over een aantal zaken komt. Het is goed dat deze beslissing wordt genomen vanuit democratisch oogpunt, maar ook om met een goede start aan die onderzoekscommissie te kunnen beginnen. Anders zou je meteen al het beeld krijgen dat er geen volledige transparantie wordt geboden. Onze fractie steunt dit voorstel en ik hoop dat we met zijn allen aan die onderzoekscommissie met een schone lei kunnen beginnen.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Ook wij willen dat deze onderzoekscommissie kan verlopen in volledige transparantie en dat het in de publieke opinie ook op die manier wordt gepercipieerd. Daarom hebben we twee weken geleden voorgesteld dat de oppositie de onderzoekscommissie zou voorzitten. Om ervoor te zorgen dat die commissie vrijdag kan beginnen in een correcte sfeer en dat iedereen ervan overtuigd is dat ze haar beslag kan krijgen op een transparante manier, vonden we dat we deze reglementsaanpassing moesten doen om ervoor te zorgen en te vrijwaren dat die commissie op een goede manier haar werk kan doen en op een constructieve manier van start kan gaan.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel tot wijziging van het Reglement van het Vlaams Parlement. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2020-21, nr. 867/1)
– Er zijn geen opmerkingen bij het enig artikel.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over het enig artikel.
Stemming nr. 1
Ziehier het resultaat:
117 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
117 leden hebben ja geantwoord.
Het enig artikel is aangenomen.
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over het voorstel tot wijziging van het Reglement van het Vlaams Parlement.
Stemming nr. 2
Ziehier het resultaat:
116 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
116 leden hebben ja geantwoord.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement het voorstel aan.