Report plenary meeting
Report
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Ik wil eerst en vooral zeggen dat ik heel blij ben dat onze winkels opnieuw open zijn. Winkeliers en burgers hebben getoond dat ze daarin hun verantwoordelijkheid nemen. Er was geen stormloop. Die inspanningen moet men nu nog even volhouden zodat de winkels ook veilig kunnen openblijven en het virus zich niet verder kan verspreiden. Om alles in veilige banen te leiden, kan worden gebruikgemaakt van de eventsector en ook van innovatieve smart-citytoepassingen. Ik denk dat we dat ook moeten aanmoedigen.
Vorige week zagen we dat mensen in het weekend over de grens gingen shoppen. Dat is niet de eerste keer dat dat gebeurt. Mensen gaan al voor tal van andere zaken over de grens: om uit eten te gaan, voor een schoonheidsbehandeling of kappersbeurt. Laat nu dat, minister, een van de redenen zijn waarom onze kappers zaterdag actievoeren. We hebben ook al in andere sectoren gezien, bijvoorbeeld in de evenementensector, dat er na de eerste lockdown in een aantal buurlanden festivals, evenementen en beurzen mogelijk waren. Bij ons was dat niet zo. Onze ondernemers verloren daardoor niet alleen een aantal opdrachten, maar hun concurrentiële positie op de markt werd ook minder sterk. Dat kun je natuurlijk niet in een, twee, drie opnieuw rechttrekken. Als de maatregelen in het buitenland verder versoepeld worden en als die tendens niet overal op dezelfde manier wordt gevolgd, dan zullen we zien dat mensen nog altijd de grens oversteken naar landen waar er versoepelingen zijn. Dat zorgt voor een groot onrechtvaardigheidsgevoel bij onze ondernemers en ook voor frustratie en onbegrip bij onze burgers. Daarom is het ook zo belangrijk dat die maatregelen zeer goed worden geduid en uitgelegd aan de hand van rationele argumenten.
Minister, welke rol zult u in het verhaal spelen om de oneerlijke concurrentie door het verschil in maatregelen met onze buurlanden aan te pakken?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw De Vreese. Ik wil toch onderstrepen dat we hier te maken hebben met een gezondheidscrisis. De minister-president heeft hier ook al geantwoord op een aantal vragen over het Overlegcomité en de beslissingen die daar zijn genomen.
Hoe sneller de mensen in contactberoepen hun werk opnieuw mogen doen, hoe blijer ik zal zijn. Het gaat niet alleen over de kappers, die inderdaad zaterdag actie zullen voeren, maar ook over mensen die een nagelstudio hebben. Ik heb schrijnende telefoons gekregen en verhalen gehoord van mensen die zeggen dat ze echt willen werken en weten hoe ze dat veilig kunnen doen. Zodra de toestand het toelaat, moet dit, denk ik, de prioriteit zijn.
U vraagt wat mijn rol is, mevrouw De Vreese. Weet dat ik de voorbije week bij de opening van de niet-essentiële winkels in alle stilte mijn werk heb gedaan, werk dat ook gedaan moest worden. Dat mensen gisteren gedoseerd zijn gaan winkelen en de regels hebben nageleefd, vind ik een ongelooflijk positief ingrediënt om de toekomst rooskleuriger te zien. Als dat een hele stormloop was geweest, dan zouden we vandaag in een heel ander kader spreken.
Dus dit is de grootste bijdrage die we kunnen leveren.
De grenzen met de buurlanden zijn niet gesloten, dat weet u. We hebben dat ook niet gevraagd. We willen dat niet in de ene of de andere richting. Maar het elementaire voor mij is dat ik ook vandaag oproep tot burgerzin, om onze winkels en onze mensen te steunen, om zoveel mogelijk het winkelgedrag in Vlaanderen te doen.
Weet dat, als je over de grens zaken gaat doen die hier niet mogen, je zo misschien ook contacten in de hand werkt die verspreiding kunnen veroorzaken, en dat is ook niet positief. Een kleine beetje geduld zullen we nog moeten hebben. Ik hoop dat de cijfers snel in dalende lijn gaan, zodat er ook perspectief kan worden geboden aan hen die vandaag de kans nog niet hebben om de job waarvoor ze gekozen hebben, uit te oefenen.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, u hebt daarin gelijk. Net daarom stel ik ook de vraag, omdat dat inderdaad ook een impact kan hebben op onze gezondheid hier. Economie en gezondheid gaan natuurlijk hand in hand, en niemand is gebaat bij die derde golf, niet de ondernemers, niet de gezondheidssector, niet onze ziekenhuizen. Daarom denk ik dat het nu echt zeer belangrijk is om met een langetermijnvisie, een langetermijnplanning te komen, en ook met een beheerstrategie. Is men daarmee bezig?
Daarbij moet natuurlijk ook rekening worden gehouden met wat er zich in onze buurlanden afspeelt. Mijn vraag is om daar rekening mee te houden. Wat speelt er zich af in onze buurlanden, welke maatregelen worden daar genomen, en heeft dat een impact op het al dan niet stijgen van onze cijfers? Wat zich in de andere landen afspeelt, heeft dus een impact op onze economie, maar ook op onze gezondheid. Want in de andere landen worden niet altijd dezelfde veiligheidsmaatregelen gehanteerd. Als we economische verliezen lijden en ook de virologische strijd verliezen, hebben we natuurlijk niets gewonnen.
De heer Annouri heeft het woord.
Minister, ik sluit mij graag aan bij de vraag van collega De Vreese. Jullie hebben uiteraard allebei gelijk dat het zowel een gezondheids- als een economisch verhaal is. Het telt allebei.
Wat mij wel opviel, is dat er de afgelopen weken meerdere burgemeesters waren van steden en gemeenten langs de Belgische grens die vroegen om daar alsjeblieft mee op te letten, omdat men zo ook die gemeenten zelf in de problemen brengt. Er is een overrompeling van mensen vanuit België. En ondertussen heb je hier verschillende zaken die aan de alarmbel trekken omdat ze klanten verliezen.
Ik vraag mij af of er op dit moment effectief overleg is vanuit het Vlaamse niveau binnen de Benelux. Zijn er Europese richtlijnen of hulplijnen die we kunnen inroepen om ervoor te zorgen dat dat gecoördineerd gebeurt? Want op dit moment zie ik dat niet gebeuren, en als ik het goed voorheb, hebt u net geantwoord dat we voor een stuk rekenen op het gezond verstand. En dat is belangrijk. Maar het is ook goed om nu al voor een stuk overleg te plegen over de landsgrenzen heen, om ervoor te zorgen dat dat inderdaad gecoördineerd gebeurt de komende maanden. Zo kunnen we die exit zo goed mogelijk voorbereiden.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Collega De Vreese, het verbaast mij toch altijd dat de grootste voorstanders van nationale en regionale autonomie altijd de eerste zijn die kritiek of bedenkingen hebben als gebieden die autonomie effectief gebruiken. Dat frappeert mij altijd.
Collega’s, we hebben hier de voorbije weken ook mensen zien staan zwaaien met kaartjes over hoeveel erger het is in andere gebieden. Ik denk dat we allemaal wel inzien hoe ridicuul dat toen was. De enige manier waarop we uit deze crisis komen in heel West-Europa en bij uitbreiding de hele wereld, is door die besmettingsgraad naar beneden te halen. Dat is echt de enige manier. En daar is België op dit moment niet al te slecht in bezig.
Ik heb nog een vraag voor u, minister. Ik heb gezien dat u overleg hebt gehad met uw Nederlandse collega Mona Keijzer. Hebt u bepaalde inzichten gekregen in hoe er effecten zijn bij het versoepelen van maatregelen? En kunnen we daar eventueel iets uit leren voor de toekomst?
Mevrouw Malfroot heeft het woord.
Die strenge coronamaatregelen in ons land zorgen er inderdaad voor dat sommige landgenoten hun plezier in het buurland gaan zoeken om daar bijvoorbeeld te gaan kerstshoppen. Ze gaan daarvoor naar Nederland, Frankrijk of Luxemburg. En niet overal is het dragen van een mondmasker verplicht. Dit gedrag is niet alleen weinig solidair met onze eigen Vlaamse zaken of andere verplicht gesloten zaken die het op dit moment heel moeilijk hebben; het verhoogt ook het risico op het opnieuw binnenbrengen van het virus. Er ligt dus een grote verantwoordelijkheid bij de burgemeesters van de grensgemeenten, om dit funshoppen te voorkomen.
Minister, op welke manier zal de Vlaamse Regering de burgemeesters van de grensgemeenten ondersteunen bij het handhaven van de geldende coronamaatregelen?
Collega Brouns heeft het woord.
Ja, zo’n grensburgemeester.
Van het kleine Kinrooi.
Goed onthouden, voorzitter, goed zo! Dank u wel!
En u hebt ook geen bankautomaat meer, heb ik gelezen.
Voilà, voilà, voilà, voilà, voilà.
Ik ben van alles op de hoogte.
Als grensburgemeester kan ik alleen maar bevestigen dat de beslissing van het Overlegcomité van vorige week vrijdag absoluut een heel belangrijke en noodzakelijke beslissing was, die eindelijk aan de grens opnieuw wat rust en controle heeft gebracht. In die zin valt deze beslissing alleen maar toe te juichen. Dat ervaren wij elke dag opnieuw. Maar ik kan tevens ook bevestigen dat de grens – en mensen die tegen de grens wonen, weten dat – vandaag niet als grens wordt ervaren. Wij steken iedere dag die grens over om te gaan werken, om te gaan ontspannen, voor familie. Het is dus inderdaad logisch dat de afstemming, zeker bij een gelijkaardige besmettingsgraad, absoluut noodzakelijk is. We moeten daar de komende tijd, zeker wat deze pandemie betreft, alle energie en tijd in steken.
Collega’s, grenscontroles en grenzen afsluiten – we hebben er 35, in een kleine landelijke gemeente –: dat is absoluut niet te doen. We hebben dat geprobeerd in de eerste periode, maar dat bleek bijzonder moeilijk. Dus wat dat betreft: ja, afstemming van het beleid tussen landen waar de pandemie op eenzelfde manier woedt, is heel goed.
Mevrouw Gennez heeft het woord.
De grenzen sluiten, collega’s, zou een heel slecht idee zijn. De enige manier om maximaal mensen aan te moedigen om hier bij ons te shoppen en hun geld te spenderen, is natuurlijk het shoppen zo veilig mogelijk te maken. Daar leveren onze handelaars heel veel inspanningen voor. Dat is alvast een goede zaak. En anderzijds – en dat is dan wel een pan-Europees gegeven – moeten we er zo snel mogelijk voor zorgen dat we allemaal ingeënt zijn, dat de contactopsporing werkt, dat de tracing werkt en dat mensen zich veilig voelen om lokaal te shoppen. Ik denk dat we daar met de Vlaamse Regering een bijzondere verantwoordelijkheid hebben.
Minister Crevits heeft het woord.
Collega Gennez, ik volg de redenering, maar ik begrijp dat er over het vaccin straks nog een actuele vraag op de agenda staat, de laatste van vandaag. (Opmerkingen)
U treft het niet vandaag. Ik heb de agenda gelezen, en ook die van morgen.
Collega Brouns, u bent van al wie is tussengekomen diegene die er het meest mee wordt geconfronteerd. Ik was blij met uw tussenkomst. U vraagt: alstublieft, geen grenzen sluiten, maar wel goed overleggen.
Er zijn diverse overleggen. Federaal collega Annelies Verlinden heeft overleg gehad – of het loopt nog – met de buurlanden. Ikzelf had, collega Vande Reyde, vorige week mijn eerste uitgebreide overleg met Mona Keijzer. We hebben het natuurlijk ook gehad over het wederzijdse shoppen. Zij was ongelooflijk gelukkig over het feit dat de niet-essentiële winkels in Vlaanderen opnieuw opengaan. Dat is, zoals collega Brouns zei, natuurlijk de beste manier om ervoor te zorgen dat er weer wat rust in de boîte komt. Maar dan moet wel, zoals collega De Vreese zei, dat gelijke speelveld er zijn voor de contactberoepen. Daar zit nog wat spanning op. We hopen dat mogelijk te maken zodra de veiligheidsomstandigheden het toelaten.
Ik was, zoals ik al zei, met de minister-president in Luxemburg. We hebben daar gepraat met de Luxemburgse eerste man, een zeer sympathieke meneer trouwens. Hij was ook bezorgd. Hij zei dat er zoveel Vlamingen naar Luxemburg komen. Hij heeft ook met spijt in het hart de restaurants en cafés moeten sluiten omdat de cijfers zeer slecht zijn. Maar het is bijzonder aangenaam om daar te kunnen overleggen en te bekijken hoe we maximaal kunnen coördineren.
Wat zijn de ervaringen die we gehad hebben met het feit dat ondernemingen worden gesloten, ook in het verleden? Wat is het effect op de buurlanden? Het overleg daarover zal zeker intens worden voortgezet.
Collega De Vreese, de langetermijnplanning is er. Er is een beheerstrategie in opbouw. Een aantal punten daaruit zijn al goedgekeurd op het Overlegcomité. De manier waarop de puzzel in elkaar moet worden gestoken, moet nog finaal afgeklopt worden.
Maar die langetermijnplanning is er dus absoluut ook en daar wordt dan ook rekening mee gehouden.
Collega Annouri, u had het vooral over het overleg. Met Luxemburg en Nederland heb ik zelf al overleg gehad en ook de minister-president en de federale collega’s doen dat. Ik deel absoluut het aanvoelen dat het goed is dat er maximaal wordt afgestemd maar ik ben ook een groot pleitbezorger van de regionale autonomie, we hebben er ook zo lang voor gestreden. Ik vind het echt belangrijk dat iedereen zijn eigen maatregelen kan nemen, ook op lokaal vlak. Wanneer er specifieke zorgen zijn, kan een stad ook beslissen om wat forser of minder fors op te treden. Een burgemeester die bijvoorbeeld last heeft van ongelooflijk veel volk op de zeedijk zal kiezen voor een pakket andere maatregelen, collega Tommelein, dan een burgemeester die daar geen last van heeft. We moeten die autonomie ook gunnen en dat heeft uiteraard altijd een aantal oversijpelingseffecten die we echter wel kunnen beheersen.
Het belangrijkste voor mij is dat dat het shoppinggedrag van Vlamingen over de grenzen niet leidt tot een resem extra besmettingen want op die manier breng je via je eigen gedrag ook weer andere mensen in gevaar en dat is natuurlijk problematisch.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, dank u voor u antwoord.
Mijnheer Vande Reyde, als het aan mij lag, hadden we een eigen Vlaams overlegcomité dat zijn eigen beleid uitstippelt en eigen maatregelen kan nemen. Maar ook dan zouden we niet op een eiland leven en ook met andere buurlanden en buurregio's moeten spreken.
Minister, ik wil hierop wijzen omdat het volgens mij zeer belangrijk is daar rekening mee te houden bij besprekingen tussen Vlaamse collega’s en in het Overlegcomité. Het tempo van vaccineren zal in ieder land anders zijn, alsook de daaraan gekoppelde maatregelen en versoepelingen. In sommige landen zullen bepaalde zaken kunnen plaatsvinden. Zo horen we nu al dat de horeca in Nederland zeer graag wil openen op 17 januari. Als dat niet wordt beslist, zullen zij dat sowieso ook doen. Het zal dan ook van cruciaal belang zijn om de coronamaatregelen die wij nemen te duiden op basis van objectieve en rationele redenen met de nodige empathie. U zult bij de Vlaming niet wegkomen met even een schokeffect op tafel te leggen. Daarvoor wordt onze vrijheid te sterk ingeperkt. Alle regels moeten logisch, duidelijk en rationeel worden uitgelegd. Daarom is het ook belangrijk om de maatregelen die verschillen van onze buurlanden te kunnen duiden.
De actuele vraag is afgehandeld.