Report plenary meeting
Report
De heer Sintobin heeft het woord.
U hebt twee minuten.
Voorzitter, minister, als bewoner van de binnenstad van Brugge stel ik dagelijks vast wat de eigenlijke impact van de coronacrisis is op het toerisme, maar zeker ook op het kusttoerisme.
Eerst wil ik duidelijk stellen, minister, wat sommige kustbaronieën ook mogen beweren: de kust is van iedereen. De kust is van iedereen: jong, oud, rijk, arm, dik en dun, iedereen heeft recht op zee, zon en strand.
Ik zal hier vandaag niet alleen het eigendomsrecht van de tweedeverblijvers verdedigen, maar zeker ook, wij als sociale volkspartij, de belangen van de campingbewoners en de dagjestoeristen. De afgelopen weken en maanden heb ik van een zekere viroloog, die dagelijks de tv-studio's afschuimt, nog geen enkel – geen énkel – wetenschappelijk argument gehoord waarom eigenaars van appartementen en campingbewoners niet naar de kust zouden mogen gaan.
Minister, afgelopen maandag was er een kustburgemeestersoverleg. Na het opbod van de afgelopen weken van strandpas Bart en kooivechter Jean-Marie werd afgelopen maandag blijkbaar toch een akkoord bereikt. Ik zal er straks wel meer over horen. U, Vlaams minister van Toerisme, mocht blijkbaar pas aansluiten om 17 uur, toen het akkoord eigenlijk al was bereikt.
Minister, u bent Vlaams minister van Toerisme. Was u er enkel voor de foto of hebt u ook een inbreng gehad op het bereikte akkoord? En wat was uw advies aan de Nationale Veiligheidsraad?
Minister Demir heeft het woord.
Ook u hebt twee minuten.
Collega, de foto was al genomen toen ik toekwam. Maar daarvoor kwam ik niet.
Ik heb de afgelopen dagen meermaals contact gehad met de kustburgemeesters, en ook met de gouverneur, die dat overleg in heel goede banen heeft geleid. Het grotere verhaal, en zeker die gefaseerde aanpak, is belangrijk. Daar is het dan ook op geland. Want de kustburgemeesters willen natuurlijk ook, samen met ons, vanuit Vlaanderen, tot de heropstart van die toeristische sector komen. Maar dat moet op een veilige manier kunnen gebeuren. En dat was de hoofdbekommernis.
Ook de ziekenhuizen speelden daarin een rol. De ziekenhuizen hadden ons geschreven dat ze geen overrompeling wilden. Ik heb die brief ontvangen. Ik zie mijnheer nee knikken, maar wij hebben die brief ontvangen. En dus hebben wij, net als de gouverneur, er tijd in gestoken om de ziekenhuizen van capaciteit te voorzien. Dat is nu van de baan. En daarom is er gekozen voor een gefaseerde aanpak. Dat heeft niets te maken met tweedeverblijvers, campings of dagjestoeristen. Als mensen naar de zee komen, moeten zij sanitair kunnen gebruiken. Ze moeten naar het toilet kunnen gaan, hun handen kunnen wassen enzovoort.
Op dit moment is de horeca niet open. De Veiligheidsraad heeft daar vandaag ook nog niets over beslist. Dat zal pas in een veel later stadium gebeuren. Daarom is er gekozen voor een gefaseerde aanpak: eerst de tweedeverblijvers en de campings, de caravans. Want daar is er sanitair, een toilet enzovoort. Dat was het criterium. Het criterium was niet: arm versus rijk, wat u er zo graag van wilt maken. De criteria waren veiligheid en het sanitair gegeven.
Wanneer er extra zwemzones komen om meer plaats te creëren – daar hebben de kustburgemeesters ook naar verwezen – zal Vlaanderen tussenkomen voor extra redders. Dat zou op een veilige manier gebeuren, samen met de druktebarometer waar we samen met Westtoer aan werken. Zo kunnen mensen die na de heropstart naar de kust willen gaan, dat op een veilige manier doen zonder al te veel drukte. De veiligheid primeert samen met de heropstart van de sector.
De heer Sintobin heeft het woord.
Minister, ik ben een beetje ontgoocheld in uw antwoord. Ik ben het met u eens dat veiligheid een belangrijk item is, misschien wel het belangrijkste en ik ga ook akkoord met de gefaseerde aanpak. Ik begrijp niet waar u het vandaan haalt dat ik een opsplitsing zou maken tussen rijk en arm. Ik heb gezegd dat ik het eigendomsrecht van tweedeverblijvers verdedig, van eigenaars van appartementen maar zeker ook, met mijn partij als sociale volkspartij, het belang van de campingbewoners. U geeft een verslag van het akkoord maar ik vraag u wat uw advies was aan de Nationale Veiligheidsraad.
U bent Vlaams minister van Toerisme, Toerisme is een uitsluitend Vlaamse bevoegdheid en u geeft geen antwoord op mijn vraag wat uw advies was. Ik wil weten wat de argumenten zijn om tweedeverblijvers en campingbewoners nu nog niet toe te laten om naar de kust te komen. U verwijst naar het sanitair en het feit dat horeca nog niet open is. Daar hebt u misschien een punt wat de dagjestoeristen betreft, maar in appartementen en campings, en de heer Vandaele kan dat bevestigen, is er wel degelijk sanitair. Mijn vraag is dus kort en duidelijk: wat was uw advies of het advies van de Vlaamse Regering aan de Nationale Veiligheidsraad?
De heer Schiltz heeft het woord.
Het is een goede zaak dat er overleg is geweest en dat er nu een voorstel kan worden gedaan voor de volledige kustzone. Heel vaak, wanneer maatregelen werden genomen of versoepelingen werden toegestaan, was er veel onvrede dat die maatregelen niet voor iedereen dezelfde waren. Dat is natuurlijk ook onmogelijk. De eerste vooropgestelde vereiste is om mondjesmaat mensen stukjes meer vrijheid geven, dat geldt ook voor onze bewegingsvrijheid naar de kust. Deze gefaseerde aanpak die ook in het akkoord staat, lijkt me dan ook heel logisch. Eerst komen de mensen met een eigendom daar, die naar hun eigen toilet kunnen gaan en hun eigen voorzieningen hebben. De kans op contact met anderen is veel kleiner dan bij dagjestoerisme.
Ik verneem ook heel graag dat u zult voorzien in extra ondersteuning om ervoor te zorgen dat de kustzones voldoende worden bewaakt en dat ook daar de afstand kan worden gegarandeerd.
Vrienden, collega’s, ik denk dat het van geen enkele kustburgemeester de bedoeling is om ambras te veroorzaken. Ik denk dat iedereen het liefst zoveel mogelijk mensen, ook dagjestoeristen, ook het gewone volk, mijnheer Sintobin, naar de kust ziet komen maar het zal in stappen moeten verlopen. Als we dat goed doen, kunnen binnen de kortste keren zo veel mogelijk mensen, bijna iedereen, opnieuw naar de kust gaan.
Minister, kunt u bevestigen dat het juist is dat de dagjestoeristen in de laatste fase worden toegelaten om naar de kust te komen omdat daar ook de sluiting van de horeca een belangrijke impact heeft?
De heer Vandaele heeft het woord.
Wij zijn er aan de kust klaar voor om onze gasten stapsgewijs te ontvangen. In een eerste fase gaat het inderdaad over de tweedeverblijvers en in de laatste fase over de dagjestoeristen. De minister heeft op een correcte manier uitgelegd wat daar de redenen voor zijn.
We moeten natuurlijk onze lokale economie dringend opnieuw aan de praat krijgen en met name de horeca. Zo niet, zullen we daar een sociaal bloedbad krijgen. Dit is voor de kust van bijzonder belang maar wij willen absoluut niet, en dat is ook duidelijk gezegd door de kustburgmeesters, dat de kust de oorzaak zou zijn van een nieuwe uitbraak van het virus. Daar gaat het uiteindelijk om, ook vandaag nog altijd.
Alles moet volgens ons veilig kunnen. Wanneer we die afstanden moeten behouden zoals vooropgesteld, dan kunnen we niet iedereen door elkaar en zonder organisatie toelaten. Het zal er dus op aankomen die massa volk te organiseren om dat op een of andere manier te beheersen. En dan kijken we in de richting van de minister wanneer zij het heeft over een monitoringssysteem, een informatiesysteem waarop de mensen thuis al kunnen zien waar ze het best naartoe kunnen gaan en langs waar.
Voorzitter, er zijn geen foto's genomen van het kustburgemeestersoverleg. De meeste kustburgemeesters zijn daarvoor niet fotogeniek genoeg.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Vandaele, voor de druktebarometer werken we samen met Westtoer aan een goed instrument. Dat is belangrijk zodra het is toegelaten dat mensen terug naar de zee mogen gaan, zodat ze goed weten of ze wel of niet zullen gaan. Want we gaan ook aangeven met rood dat men het best ergens anders naartoe gaat.
In de gefaseerde aanpak heeft Vlaanderen voorgesteld om geen onderscheid te maken tussen mensen die een caravan hebben en mensen die een appartement hebben aan zee. Dat verschil wilden wij niet hebben. Er zijn 100.000 tweedeverblijvers en 20.000 mensen met een caravan aan zee.
Eind april kregen de kustburgemeesters, de gouverneur en ikzelf een brief van de lokale ziekenhuizen met de melding: minister, voor u tweedeverblijvers of toeristen toelaat, is het belangrijk voor ons dat we die capaciteit van 120.000 extra mensen aankunnen. Dat is heel belangrijk in het hele toeristische verhaal. Het heeft ervoor gezorgd dat de gouverneur samen met de kustburgemeesters een akkoord hebben en dat de ziekenhuizen zullen werken aan die capaciteit.
De Nationale Veiligheidsraad heeft gezegd even te willen afwachten wat de versoepelingen die vorig weekend zijn doorgevoerd, over tien dagen zullen geven in de gezondheidscurve. Ik hoop dat op 8 juni de mensen terug naar hun appartement aan zee zullen kunnen gaan. We zullen daarvoor nog even moeten afwachten of de gezondheidscurve nog dalende is en afgevlakt blijft.
De heer Sintobin heeft het woord.
Minister, u antwoordt nog altijd niet op mijn vraag en ook de collega's draaien een beetje rond de pot. U spreekt over de brief van de ziekenhuizen van 16 april. Ondertussen zijn we een maand verder. Ik heb een brief van het ziekenhuis AZ Sint-Jan in Brugge die zegt: wij staan wel degelijk klaar. Er zijn ook dertig schakelzorgcentra die kunnen worden ingeschakeld.
Misschien is het allemaal best en leuk wanneer uw man even door het beeld loopt, maar u moet uw verantwoordelijkheid nemen als minister van Toerisme. Ook vandaag heb ik geen enkel argument gehoord waarom tweedeverblijvers en campingbewoners niet vanaf nu terug naar hun appartement of camping zouden mogen gaan. Wat zit de Vlaamse Regering dan te doen in de Nationale Veiligheidsraad? Gewoon het decor vullen of wat? Jullie geven toch advies.
Mijnheer Vandaele, ik ben niet tegen u bezig. Ik weet dat er geen foto is gemaakt, want u wilde niet met Jean-Marie Dedecker op de foto.
Straks komt er een actuele vraag over het psychosociaal welzijn van de mensen. Die campingbewoners wonen op appartementjes van 20 vierkante meter zonder terras en zonder tuin. Wel, voor het welzijn van die mensen, maar ook van de eigenaars van appartementen, zou u als Vlaams minister van Toerisme op de tafel moeten kloppen en zeggen: jullie mogen vanaf 18 mei naar de kust.
De actuele vraag is afgehandeld.