Report plenary meeting
Report
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, ik heb u deze week als minister van Dierenwelzijn horen verklaren dat dolfijnen bijzonder intelligente dieren zijn die in gevangenschap niet gedijen. Wat u betreft, kan beter naar een uitdoofscenario worden gestreefd, wat betekent dat er geen verdere kweekprogramma’s meer mogen zijn en dat de dolfinaria moeten ophouden.
U weet er heel wat dierentuinen zijn. In de Zoo van Antwerpen leven meer dan 454 verschillende diersoorten. Minister, zitten er tussen die 454 soorten dieren ook dieren met een zekere intelligentie – zoals u dat noemt – die voldoende intelligent zijn om niet te kunnen leven in gevangenschap? Vormt het verhaal van de dolfinaria een opstapje, en zult u straks ook andere diersoorten selecteren voor een uitdoofbeleid?
Minister Weyts heeft het woord.
Waar komt die communicatie, die uitspraak vandaan? Ik ben via een ministerieel besluit bezig met het uitwerken van nieuwe normen voor het houden van dieren in dierentuinen. En zo hebben we ook een ministerieel besluit uitgevaardigd voor zeezoogdieren. Daarin staat niets over dolfijnen, omdat ik niet het signaal wou geven dat we in de toekomst geen enkel probleem zouden hebben met het houden van dolfijnen. Want dat zou op zich ook een beslissing kunnen zijn.
Ten tweede wilde ik met die nieuwe regelgeving het dolfinarium van Brugge niet het signaal geven dat zij in de toekomst nog veel kunnen investeren; het is goed zoals het is. Ik heb open kaart gespeeld, en mijn persoonlijke standpunten vertolkt. Ik geloof namelijk in een uitdoofscenario. Maar dat is een keuze die je maakt. Je kunt ook andere keuzes maken, dat klopt.
Waarom kiezen we wel voor de dolfijn, en bijvoorbeeld niet voor de panda? Ik stel vast dat biologen dezelfde keuze maken. De afgelopen dagen heb ik Midas Dekkers en Dirk Draulans – dat zijn geen N-VA’ers – toch duidelijk horen zeggen dat dat een goede keuze zou zijn.
Waarom die keuze? Enerzijds zijn dolfijnen niet bepaald een bedreigde diersoort; er leven er honderdduizenden in de vrije natuur. Als het enkel om tuimelaars gaat, dan zijn het er 600.000. Bij de panda ligt dat toch iets anders. Ten tweede zijn dolfijnen bij uitstek niet geschikt om te houden in een bassin. Hun natuurlijke habitat is een leefruimte van 125 vierkante kilometer.
Ten derde tonen cijfers aan dat zij niet bepaald langer leven in gevangenschap. Alle andere dieren leven langer in gevangenschap, bij gebrek aan natuurlijk tegenstanders. Dat is niet het geval voor dolfijnen. Ze zijn ten vierde uitermate stressgevoelig, en het zijn inderdaad intelligente dieren. Ze zijn dus bij uitstek ook niet geschikt voor kunstjes allerhande, in ruil voor dode vissen.
Dat is inderdaad een keuze die ik zou maken. Je kunt ook perfect andere keuzes maken, maar ik stel vast dat mijn keuze toch wordt gedeeld door verschillende biologen. Het klopt dat deze keuze in de verre toekomst ook economische implicaties heeft. Maar ik vind dat je soms moet kiezen voor dierenwelzijn, ook al heeft dat economische gevolgen.
Zo hebben we in dit parlement met zijn allen ook de keuze gemaakt om komaf te maken met de kweek van nertsen. Ook dat heeft economische consequenties. Daar hebben we een duidelijke keuze gemaakt, door te zeggen dat dierenwelzijn in dezen boven economische belangen staat. Als het aan mij ligt, dan zou ik dezelfde keuze maken voor het in gevangenschap houden van dolfijnen, die we laten opdraven voor allerhande kunstjes. Dit is mijn keuze, dat klopt, maar ik hoop dat het ook de keuze is van vele anderen. (Applaus bij de N-VA).
Minister, geef toe dat uw verhaal een zekere subjectiviteit inhoudt. En die subjectiviteit leidt tot onzekerheid op het veld, omdat mensen overgeleverd worden aan uw subjectieve keuze.
U zegt dat dolfijnen te intelligent zijn, en niet in een bassin passen. De luipaard past wel in de Zoo van Antwerpen; een jaguar dan misschien weer niet. En we kunnen zo maar doorgaan.
We kunnen natuurlijk nog verdergaan: wat doen we met iemand die een kat als huisdier houdt, en die in een appartement onderbrengt? Wat als die kat in een hokje moet zitten, en zeer weinig naar buiten komt? Dat is ook niet de natuurlijke biotoop van dat dier. Minister, hoever gaat u in uw redenering? Ik denk dat u met dit signaal heel veel mensen in onzekerheid brengt. (Applaus bij CD&V).
De heer Caron heeft het woord.
Minister, uw basisuitgangspunt is terecht. Dolfijnen horen niet in gevangenschap. Alle biologen zeggen dat ze een biotoop hebben dat totaal niet correspondeert met een dolfinarium.
Mijnheer Dochy, in het verleden hebben we ook de keuze gemaakt om dieren in het circus te verbieden. Daar waren ook dieren bij met een zekere intelligentie en ook wilde dieren. We hebben dat gedaan omdat we vinden dat kunstjes maken niet zomaar kan, omdat de leefomstandigheden van die dieren niet corresponderen met een natuurlijke levenswijze.
Minister, het is toch merkwaardig. We zijn een maand voor het einde van de legislatuur en nu komt u daar mee af. Waarom hebt u dat niet ook in uw beleidsbrief gezet?
De heer Sintobin heeft het woord.
Minister, ik begrijp dat dit een moeilijke discussie is en dat er inderdaad wel wat tegengestelde meningen zijn. Wat ik problematisch vindt in uw communicatie – ik ben al blij dat het deze keer geen lek betreft, maar ik weet ook niet of het een beslissing is van deze meerderheid af van een volgende –, is dat u een ministerieel besluit hebt gemaakt met nieuwe erkenningsvoorwaarden voor dierentuinen. Daaronder vallen ook dolfinaria. De erkenningsvoorwaarden werden vorig jaar aangepast en u zou dat laten controleren door uw diensten.
Het verbaast me nog meer dat u zomaar communiceert zonder het minste overleg met de stad Brugge of met het dolfinarium. U lanceert zomaar iets. Vorig jaar hebt u zelfs een debat gevoerd met het dolfinarium over eventuele extra investeringen voor een buitenbad. U bent dus eigenlijk in tegenspraak met uzelf.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Dierentuinen lijken natuurlijk heel leuk, dat begrijp ik wel. De ene dierentuin is echter de andere niet, maar wat is de realiteit? Er zijn nu eenmaal bepaalde diersoorten – vaak populaire diersoorten – die gewoon niet geschikt zijn voor een artificiële omgeving. Het gaat dan niet alleen over dolfijnen, het gaat ook over olifanten, over grote katachtigen. Dat zijn allemaal dieren die gewoon niet passen in zo'n omgeving. Minister, mogen we nog bijkomende reglementering verwachten voor de dolfinaria?
Het fysieke contact tussen dieren en mensen bestempelen we al jarenlang als een probleem, maar het bestaat nog altijd in het dolfinarium in Brugge. Zult u iets wijzigen aan de bijkomende reglementering of is dat iets voor de volgende legislatuur?
Mevrouw Joosen heeft het woord.
De normen voor het houden van dolfijnen zijn vastgelegd in een ministerieel besluit van 1999. Laten we toegeven dat inzake dierenwelzijn 1999 een eeuwigheid geleden is. Vanaf het najaar 2019 zullen de nieuwe besluiten van de Vlaamse Regering over de dierentuinen van kracht worden. Dan zal uiteraard ook het dolfinarium in Brugge zich in regel moeten stellen. Dat zal een invloed hebben op onder andere de omstreden fotosessies die ze organiseren.
Ook is er nog een aanbeveling op lange termijn, waardoor een buitenbassin nog steeds niet wordt gerealiseerd. Als we dierenwelzijn in Vlaanderen ernstig nemen, moeten we wel degelijk het debat over het dolfinarium durven te voeren. (Applaus bij de N-VA)
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, in Brugge zijn het Boudewijnpark en het dolfinarium een monument. Bijna iedereen die in Brugge of omstreken woont, heeft een abonnement om naar de dolfijnen te kijken. U realiseert zich niet goed de impact op de Bruggeling van uw plotse wending om het dolfinarium op termijn te sluiten.
Bijna alle Bruggelingen hebben supergoede herinneringen aan het dolfinarium. Het is waar dat we een debat moeten voeren, dat we moeten uitzoeken hoe we het welzijn van de dolfijnen kunnen verbeteren. Ik denk dat ook de Bruggelingen dat willen.
Het verbaast me echter, omdat u bij een vorige vraag om uitleg nog stelde dat er een investering van 15 miljoen euro nodig was voor het buitenbassin. Wat zal er nu eigenlijk gebeuren? Ik zou een zeer klaar antwoord van u willen.
Mijnheer Dochy, u trekt het natuurlijk op flessen door enkele belachelijke voorbeelden aan te halen, om uiteindelijk dan toch maar niet het debat ten gronde te willen voeren met betrekking tot dolfijnen. U zegt dat ik subjectieve keuzes maak. Vanzelfsprekend. Daarvoor zijn wij verkozen hier in dit parlement, om keuzes te maken en om lijnen te trekken! Ik zou graag hebben dat het debat ten minste wordt gevoerd over de vraag of het nog zinvol is om in deze tijden dolfijnen te houden in gevangenschap, gelet op alle criteria die ik heb geschetst, namelijk geen bedreigde diersoort zijn, het bij uitstek gewoon zijn om in een heel ruime omgeving te zitten en niet in een bassin... Ik heb alle criteria geschetst. Ik vind dus dat het onze job is om keuzes te maken, net zoals we dat hebben gedaan wat de nertsen betreft, net zoals we er inderdaad voor hebben gekozen dat men in circussen geen wilde, exotische dieren meer mag houden. Dan kan je evengoed in een evolutie, met voortschrijdend inzicht, tot het inzicht komen dat dolfijnen houden in gevangenschap en die heel stressgevoelige en intelligente dieren kunstjes laten verrichten in ruil voor dode vissen, geen goed idee is.
Ik denk dat het nog altijd mijn recht is om die mening te vertolken, zeker gezien de aanleiding, namelijk een ministerieel besluit dat ingrijpt op de normen die worden opgelegd voor het houden van zeezoogdieren. Ik wou dan duidelijk niet het signaal geven aan het dolfinarium of aan wie dan ook dat we in de verre toekomst nog zullen doorgaan met het tolereren daarvan, alleszins niet als het aan mij ligt. Ik sta ook niet voor een onmiddellijke sluiting. Dat moet men ook niet zeggen. Ik sta, als het aan mij ligt, voor een uitdoofscenario, en dat zal ook nog wel zijn tijd nodig hebben.
Ik heb dus gewoon uiting gegeven aan mijn overtuiging, aan mijn mening, en ik denk dat we inzake dierenwelzijn ook wat dolfijnen betreft, zijn geëvolueerd. (Applaus bij de N-VA)
Minister, we zijn inderdaad bevoegd ter zake en van ons wordt verwacht dat we keuzes maken, maar er wordt vooral van ons verwacht dat we dat doen op basis van een zekere objectiviteit en onderbouwing. Ik denk en vrees dat u vandaag een beetje de pedalen kwijt bent, dat u op een glijbaan terechtkomt en niet weet waarin u zult terechtkomen, waarin u zult vallen. Het is misschien een bassin, met de dolfijnen, ik weet het niet.
Wat is dan straks echter uw mening over de duivensport, over de vinkensport, over de paardensport, over de hondendressuur? U kunt daar verder in gaan, en dat zal ook aan uw subjectiviteit gelegen zijn. (Opmerkingen van minister Ben Weyts)
Minister, ik trek het niet op flessen. (Opmerkingen van minister Ben Weyts)
Ik denk dat u, in uw onweerstaanbare drang om de grootste dierenvriend van Vlaanderen te worden, misschien de grootste vijand van de dierenvrienden aan het worden bent. (Applaus bij CD&V)
De actuele vraag is afgehandeld.