Report plenary meeting
Report
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Joris Vandenbroucke bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van Joris Vandenbroucke, Ingrid Pira, Nadia Sminate, Ward Kennes en Marnic De Meulemeester betreffende het verduurzamen van buitenlandse dienstverplaatsingen bij de Vlaamse overheid naar analogie van de dienstverplaatsingen bij het Vlaams Parlement.
Is het parlement het eens met dat voorstel tot spoedbehandeling? (Instemming)
Dan stel ik voor dat het voorstel van resolutie van Joris Vandenbroucke, Ingrid Pira, Nadia Sminate, Ward Kennes en Marnic De Meulemeester betreffende het verduurzamen van buitenlandse dienstverplaatsingen bij de Vlaamse overheid naar analogie van de dienstverplaatsingen bij het Vlaams Parlement onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van Joris Vandenbroucke, Ingrid Pira, Nadia Sminate, Ward Kennes en Marnic De Meulemeester betreffende het verduurzamen van buitenlandse dienstverplaatsingen bij de Vlaamse overheid naar analogie van de dienstverplaatsingen bij het Vlaams Parlement.
De bespreking is geopend.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Voorzitter, collega's, enkele maanden geleden heb ik opgevraagd hoe vaak iemand van de Vlaamse overheid op het vliegtuig stapt in het kader van een internationale zending. Ik leerde uit het antwoord van de minister-president, een zeer uitgebreid en concreet antwoord, dat dat gemiddeld ongeveer 1300 keer per jaar gebeurt of meer dan vijf keer per werkdag. Op zich is er geen probleem dat de Vlaamse overheid talrijke internationale zendingen organiseert. We zijn een open regio. We hebben veel bevoegdheden. We maken ook werk van internationale samenwerking op vele fronten. Maar wat wel problematisch is en was, is dat ik in de lijst van bestemmingen die werden aangevlogen, steden zag staan zoals Parijs, Londen, Amsterdam, Keulen, Frankfurt, Lyon, en een enkele keer zelfs Rotterdam. Er zijn steden bij, collega's, die vanuit Brussel met de trein sneller en gemakkelijker bereikbaar zijn dan sommigen hier vanavond moeten rijden naar hun thuisbasis. Het is een beetje onbegrijpelijk dat dan nog het vliegtuig wordt genomen, een vliegtuig dat meer dan twintig keer zoveel impact heeft op het klimaat dan een treinrit.
Hoe is dat mogelijk? Het is zo dat het kader om te bepalen op welke manier men zich verplaatst voor een internationale dienstreis, vervat zit in een omzendbrief van 2009 waarin staat dat kostprijs, snelheid en veiligheid de belangrijkste criteria zijn. Het is wel mogelijk voor de lijnmanagers van de verschillende entiteiten van de Vlaamse overheid om ook rekening te houden met duurzaamheid, maar uit het lijstje bestemmingen dat wordt aangevlogen, is het duidelijk dat dit niet systematisch gebeurt.
Nu goed, die omzendbrief is 10 jaar oud. Inmiddels is, denk ik wel, het inzicht gegroeid dat we meer inspanningen moeten doen om de klimaatopwarming tegen te gaan. We hebben ons ook verbonden tot ambitieuze doelstellingen. Ik verwijs onder andere naar de kamerbreed aangenomen resolutie voor een sterk Vlaams klimaatbeleid. We delen ook het besef dat de overheid daarin een voorbeeldrol moet opnemen. Je kunt moeilijk van burgers verwachten dat ze inspanningen leveren voor het klimaat als de overheid zelf toestaat dat het vliegtuig wordt genomen naar bijvoorbeeld Parijs in plaats van de trein te nemen.
We hebben daarover al eens van gedachten gewisseld naar aanleiding van een eerder initiatief op 20 februari in de commissie Bestuurszaken. Daar bleek overduidelijk dat die bekommernis in alle fracties aanwezig is, al konden we niet tot een akkoord komen over wat nu de meest geschikte oplossing is. Inmiddels hebben we die gelukkig wel gevonden en wel in de schoot van het Uitgebreid Bureau. Ook het Vlaams Parlement doet heel wat internationale verplaatsingen. We beseffen dat ook wij een voorbeeldrol hebben. We hebben afgelopen maandag beslist om duurzaamheid als criterium op te nemen voor het bepalen van het vervoermiddel waarmee we onze buitenlandse zendingen uitvoeren. Wij zullen, geïnspireerd door het reglement van de Tweede Kamer in Nederland, het Reglement van het Vlaams Parlement aanpassen. Heel concreet zullen we opnemen dat niet met vliegtuig wordt gereisd als de bestemming op minder dan 500 kilometer ligt of de reis over land minder dan 6 uur in beslag neemt, tenzij er een onevenredig verlies van tijd of middelen zou zijn of andere zwaarwichtige redenen.
Collega’s, wat het parlement kan, moeten de Vlaamse Regering en haar diensten ook kunnen, zeker gelet op het feit dat er op veel grotere schaal internationale zendingen worden georganiseerd. Als indieners van dit voorstel van resolutie denken we dat zij ook deze regeling moeten kunnen toepassen. Ik heb begrepen dat de mogelijkheid daartoe zich op korte termijn zal voordoen, als we dit voorstel van resolutie zullen goedkeuren.
Ik sta erop om de collega-indieners, mevrouw Pira, mevrouw Sminate, de heer Kennes en de heer De Meulemeester, te danken om dit voorstel van resolutie met spoed te willen agenderen. Ik vind het mooi dat we op het einde van het politieke jaar een gemeenschappelijk initiatief kunnen indienen, waarmee we concrete stappen kunnen zetten om onze ecologische voetafdruk te verkleinen.
Mevrouw Pira heeft het woord.
U weet allemaal dat we een paar weken geleden uiteindelijk met een delegatie van de commissie Binnenlands Bestuur met de trein naar Bordeaux geweest. Wat ook iedereen weet, is dat, met uitzondering van onze delegatieleider, iedereen het er heelhuids vanaf heeft gebracht.
Ik ben heel dankbaar dat er, zoals de heer Vandenbroucke daarnet zei, kort nadien al in de schoot van het uitgebreid Bureau een algemene regeling voor het Vlaams Parlement is uitgewerkt, waaraan dan uiteindelijk de regeling voor de Vlaamse overheid kon aangepast worden, een regeling die de heer Vandenbroucke al eerder in het parlement ter stemming voorlegde.
Wat hier voorligt, is misschien een klein gebaar, maar het maakt wel een wereld van verschil. Eerst de Vlaamse parlementsleden en nu de Vlaamse overheid geven het signaal dat in de strijd tegen klimaatopwarming en luchtvervuiling verplaatsingen duurzaam moeten zijn, en dat duurzaamheid een keuze vergt: voor korte verplaatsingen geen vliegtuig, maar wel de trein. Als wereldwijd die beweging wordt ingezet, komt er hopelijk druk op de onhoudbare situatie dat vervuilende vliegreizen altijd maar goedkoper worden en dat het prijsverschil met de trein altijd maar groter wordt. Zo worden mensen, om het met de woorden van minister Weyts te zeggen, niet verleid om het duurzame vervoermiddel te nemen, maar net misleid om zich niet duurzaam te verplaatsen. Hopelijk komt er ook snel druk, zodat het laatste taboe in de internationale klimaatakkoorden sneuvelt, namelijk het uitzonderingsregime voor de luchtvaartsector, die geen btw op tickets betaalt en geen taks op kerosine. Collega’s, de trein moet, zeker voor korte verplaatsingen, dringend veel en veel concurrentiëler worden. In die zin is wat hier voorligt, een bescheiden bijdrage voor een onbescheiden klimaatambitie. Trouwens, en tot slot, reizen met de trein is gewoon ook heel plezierig.
Mevrouw Sminate heeft het woord.
Het voorstel van resolutie dat wij hier vandaag indienen heeft inderdaad een hele geschiedenis gekend. Een van de aanleidingen, naast het antwoord op de schriftelijke vraag, was de discussie in de commissie Bestuurszaken over de studiereis naar Bordeaux. De heer Wouters opperde er dat we als Vlaams Parlement misschien toch het voorbeeld moesten geven inzake duurzaam reizen. Op initiatief van enkele parlementsleden is er dan op het uitgebreid Bureau ook mogelijkheid geweest om die discussie te openen en hebben we vorige week beslist dat duurzaamheid een van de criteria zou zijn bij het bepalen van het vervoersmiddel. Uiteraard waren we het meteen eens, over alle partijgrenzen heen, dat de Vlaamse overheid dan ook niet achter kon blijven, gezien het antwoord dat de heer Vandenbroucke had gekregen over het aantal dienstreizen dat per jaar in de Vlaamse overheid wordt gemaakt, inderdaad, meer dan duizend. Wij zijn dus zeer verheugd dat nu dezelfde regels zullen gelden voor de Vlaamse overheid als voor het Vlaams Parlement. Volgens mij versterkt dit de transparantie en ook de voorbeeldfunctie die wij als Vlaams Parlement hebben.
De heer Kennes heeft het woord.
Ik dank de initiatiefnemers omdat ze hardnekkig op dezelfde nagel zijn blijven kloppen. Het is een ander voorstel dan het oorspronkelijke, waar ook nog een opdracht aan de VMM gekoppeld was. Dit heeft het voordeel van de duidelijkheid. Er moet niet veel meer onderzocht worden omdat intussen het Bureau duidelijke, zeer verantwoorde criteria heeft uitgewerkt.
Mevrouw Sminate, u bent ervan overtuigd dat de regering dit gaat doen. Welnu, ik hoop dat uiteraard ook. We zullen dit mee goedkeuren. Het is meer dan een symbolische actie, als u ziet over hoeveel verplaatsingen het gaat bij de Vlaamse overheid. Het kan wel een verschil maken en als overheid en politieke beleidsmakers hebben we een voorbeeldfunctie. Dat alle problemen rond fiscaliteit hiermee niet worden opgelost is ook zo, maar daar wordt hopelijk op andere niveaus ooit eens werk van gemaakt.
De heer De Meulemeester heeft het woord.
Dit voorstel van resolutie heeft, zoals gezegd, een traject doorlopen dat heeft geleid tot deze tekst die de goedkeuring wegdraagt van zowel meerderheid als oppositie. De wijzigingen en correcties aan dit voorstel van resolutie en ook de bespreking in de commissie Bestuurszaken en in het Uitgebreid Bureau kunnen de goedkeuring wegdragen van onze fractie. Om die reden zal onze fractie het voorstel van resolutie straks met enthousiasme goedkeuren.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.