Report plenary meeting
Report
Verslag
Dames en heren, aan de orde is het verslag namens de Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed over het verzoekschrift over de uitvoering van het Comprehensive Economic and Trade Agreement (CETA), vóór inspraak van de nationale en regionale parlementen.
Mevrouw Soens, verslaggever, heeft het woord.
De commissie Buitenlands Beleid behandelde op 7 november 2017 en op 9 januari 2018 het verzoekschrift over de uitvoering van het CETA-handelsakkoord voor inspraak van de nationale en regionale parlementen. Het gaat over een collectief verzoekschrift, ondertekend door meer dan 15.000 personen. Op 7 november vond daarom een hoorzitting plaats met de eerste ondertekenaar, Luc Hollands, en zijn raadsvrouw Kitty Snieders.
De Europese Raad besliste op 5 juli 2016 dat het CETA, een handelsakkoord tussen de Europese Unie en Canada, al kan worden uitgevoerd vóór de nationale en regionale parlementen hun zeg hebben. Dat is volgens de verzoekers een aanfluiting van de grondrechten van de volksvertegenwoordigers en de burgers. De verzoekers vragen dat het Vlaams Parlement stelling neemt ten opzichte van deze gang van zaken. Als de vertegenwoordiging van het volk buitenspel wordt gezet, dan moeten de nodige stappen worden gezet opdat de burgers via een volksraadpleging hun zeg kunnen hebben over het CETA.
In de hoorzitting vroeg de eerste indiener concreet twee zaken. Ten eerste, neem voldoende tijd om af te wachten wat er bij het Hof van Justitie in Luxemburg gaat gebeuren. Ten tweede is er de vraag naar een bijkomende hoorzitting, met experts. Daarna moet het parlement dan zijn verantwoordelijkheid nemen, maar tot nu toe is men veel te snel gegaan, volgens de eerste indiener.
Tijdens haar regeling van de werkzaamheden besliste de commissie vervolgens om het standpunt van de minister-president te vragen over het verzoekschrift. De minister-president bezorgde dat in een brief van 3 januari. Op 9 januari werd dat standpunt in de commissie besproken.
Er was discussie over het organiseren van extra hoorzittingen over het CETA. De CD&V-fractie gaf aan vragende partij te zijn om hoorzittingen rond het CETA te organiseren, maar wil dit liever bij de behandeling van het instemmingsdecreet zien, in plaats van bij dit verzoekschrift. Ward Kennes gaat ermee akkoord dat het standpunt van de minister-president als conclusie van de commissie wordt gehanteerd.
De sp.a-fractie zegt dat de minister-president vooral een opsomming geeft van de initiatieven die hier al genomen zijn. Maar na de hoorzitting en na het betoog van collega de Bethune bleek dat er toch nog heel wat vragen zijn bij dit handelsakkoord.
Het verzoekschrift dateert van na de opgesomde initiatieven. Güler Turan vraagt om nu al een aantal mensen te kunnen horen en het verslag van die hoorzittingen mee te nemen bij de behandeling van het instemmingsdecreet. Op die manier is het geen verloren werk en komt men tegemoet aan de vraag van de meer dan 15.000 burgers die het verzoekschrift hebben ondertekend.
De Open Vld-fractie hoort een zekere bereidheid voor het organiseren van hoorzittingen, maar niet naar aanleiding van het verzoekschrift, en ook de N-VA is geen voorstander van extra hoorzittingen op dit moment.
Uiteindelijk werd beslist met 10 stemmen voor en 2 stemmen tegen om het verzoekschrift af te ronden met het antwoord van de minister-president, weliswaar met de afspraak dat er tijdig bijkomende hoorzittingen zullen worden georganiseerd naar aanleiding van het instemmingsdecreet.
Is het parlement het eens met de conclusies van de commissie? (Instemming)
Ik zal de verzoeker hiervan in kennis stellen.