Report plenary meeting
Report
De heer Van Grieken heeft het woord.
Ik sta hier voor jullie naar aanleiding van een brief, die jullie allemaal gekregen hebben, van de stad Ronse, met betrekking tot de faciliteitengemeente. Eigenlijk is die brief niet meer en niet minder dan een noodkreet, een noodkreet dat die faciliteiten een administratieve last zijn, een financiële last zijn, een culturele last zijn. De gemeenteraad van Ronse heeft een motie goedgekeurd betreffende de afschaffing van de taalfaciliteiten. Ik wil even opmerken dat het op initiatief van een oud-collega van ons, Erik Tack, was dat over die motie werd gestemd. Minister-president, in die motie staan drie duidelijke eisen: de afschaffing van de taalfaciliteiten, de vraag aan u om die motie te agenderen op het Overlegcomité en, last but not least, een onderhoud met een delegatie van de gemeenteraad van Ronse, samen met een delegatie van het Vlaams Parlement en een delegatie van het federale parlement. Mijn vraag is dus zo eenvoudig als ze maar kan zijn: minister-president, wat is uw antwoord op die noodkreet van de Vlamingen in Ronse?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Ik ben het eens met Ronse, waar het gaat over het standpunt ten aanzien van de faciliteiten. Ze waren bedoeld om tijdelijk te zijn, om een overgangsregeling te creëren. Verre van tijdelijk te zijn, blijven ze van onbeperkte duur, en, wat meer is, in Ronse leiden ze ertoe dat Franstalige nieuwkomers zich massaal in Ronse vestigen, met alle gevolgen van dien, die ook worden beschreven in de motie, die ertoe leiden dat er een gebrekkige integratie is, dat er schoolse achterstand is die hoger is dan in andere gebieden van het land, dat er een hoge werkloosheidsgraad is, bijna het dubbele van het Vlaams gemiddelde, dat er administratieve kosten zijn, dat er een onmogelijkheid is om te fuseren met een schuldkwijtschelding enzovoort.
Die motie is, in tegenstelling tot aan jullie, mij niet toegestuurd. Dat is een beetje raar. Ik heb ondertussen vernomen dat het de bedoeling is dat de stad Ronse een onderhoud vraagt met mij, met de premier. Ik zal daar zeer zeker op ingaan. Het is belangrijk dat we kunnen afstemmen met de stad Ronse. Ik heb ook vastgesteld dat die motie unaniem is goedgekeurd in de stad Ronse, met uitzondering van de stemmen van de sp.a. Een heel grote meerderheid in het parlement wil daarnaar kijken en er werk van maken.
In verband met de vraag om dit op het Overlegcomité te agenderen, is het verstandig om eerst in overleg te gaan. U vraagt om de Grondwet te herzien. U weet dat om de Grondwet te herzien er eerst een verklaring tot herziening moet zijn. U weet dat dit er dan toe leidt dat er onmiddellijk een Kamerontbinding is. Ik denk dus dat het wijselijk is om nu te zien, gelet ook op het brede draagvlak dat ik lokaal heb kunnen constateren, hoe er richting 2019 kan worden gewerkt om er effectief werk van te maken. Als we daar nu mee naar buiten komen zonder overleg, zonder verstandhouding, terwijl er een dubbele meerderheid moet zijn, dan weten we op voorhand dat we de mislukking organiseren. Als het bestuur dat vraagt – ik heb geen vraag gekregen – dan ga ik het graag ontvangen om verder af te spreken.
De heer Van Grieken heeft het woord.
Na mijn vraag krijgt u mijn brief. Dan hebt u die alvast gekregen.
Ik heb ondertussen een kopie gekregen van welwillende collega’s.
Inderdaad, u hebt ernaar verwezen, de motie om de afschaffing van de faciliteiten te verkrijgen is gesteund door de lokale fractie van Groen, van Open Vld, van CD&V, van N-VA en uiteraard van onze eigen partij, Vlaams Belang. Voor onze vrienden, de draagvlaknationalisten van de N-VA: als er ergens een draagvlak is, dan is het er in Ronse en dan verwachten we wel een iets krachtiger antwoord dan nog eens wachten tot een overleg. De vraag is nu prangend.
De vraag is nu prangend. De vraag is nu dringend. Ik richt mijn vraag niet alleen tot u maar tot alle collega’s: wat gaan jullie doen, beste collega’s van Groen, Open Vld, CD&V en vooral de N-VA? Gaan jullie lokale mensen in de steek laten in ruil voor de communautaire vrede?
Minister-president, ook al blijft u de slippendrager van de Franstaligen, doe een beroep op de moed van uw overtuiging en trek die koelkast open waarin uw communautaire eisen zitten. Wees de minister-president van alle Vlamingen, ook die van Ronse.
De heer Diependaele heeft het woord.
Mijnheer Van Grieken, ik kan me in alle eerlijkheid niet voorstellen dat er iemand is die er niet van overtuigd is dat die taalfaciliteiten een gedrocht zijn uit het verleden. Ze hadden niet allang moeten uitgedoofd zijn, ze hadden eigenlijk nooit mogen bestaan. Ik vind het dan ook een zeer moedig signaal van de gemeenteraad in Ronse, dat heel duidelijk maakt dat het niet alleen een kwalijke politieke deal is of een kwalijk politiek fenomeen, maar dat het ook effectief in de Ronsese samenleving negatieve effecten heeft. Dat lijkt mij het sterkste van het signaal dat er vanuit Ronse wordt gegeven, en het wordt inderdaad door heel wat verschillende partijen gedragen.
Ondertussen heeft onze Kamerfractie ook een wetsvoorstel ingediend om die taalfaciliteiten af te schaffen. Het werd onder andere door Peter De Roover ondertekend. Maar we moeten daar eerlijk in zijn: de situatie is wat ze is. Je moet daarvoor de Grondwet wijzigen – artikel 129 als ik mij niet vergis – en daar is een tweederdemeerderheid voor nodig. Daarvoor moet je de Franstaligen meekrijgen. Als je het mij vraagt, is dit nog altijd de tragedie van dit land, dat zich heeft vastgereden in zijn eigen structuren. We kunnen zelfs situaties die zeer jammerlijke maatschappelijke gevolgen hebben, niet alleen in Ronse maar ook in andere faciliteitengemeenten, niet aanpassen en bijsturen zonder de steun van de Franstaligen. (Applaus bij de N-VA)
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Voorzitter, ik ga daar niet veel aan toevoegen. Mijnheer Van Grieken, er is uiteraard geen sprake van om die zaak in de koelkast te stoppen. Ik begrijp ook niet dat u mij verwijt dat ik nog eens een overleg zou willen. Als uit de kopie van het stuk die u allemaal hebt gekregen blijkt dat de stad Ronse effectief om een overleg vraagt – ik heb nog altijd niets ontvangen van hen – zal ik dat heel graag doen. Ik zal dit doen met het oog op een gesprek met hen over hoe we dat best effectief aanpakken.
Artikel 129 is niet vatbaar voor herziening. Als u vindt dat dit vatbaar voor herziening moet worden verklaard, vergt dit een heel intrafederaal overleg. Dat brengt met zich mee dat de Kamer wordt ontbonden en dat we naar verkiezingen gaan. Ik heb niet begrepen dat dat de onmiddellijke vraag is van de stad Ronse.
De heer Van Grieken heeft het woord.
Minister-president, u hebt het inderdaad niet begrepen. De vraag van de stad Ronse is heel duidelijk: agendeer het op het Overlegcomité. Maar daar schept u ook geen duidelijkheid over. U wilt eerst nog eens een gesprekje, en tegen dat u dat hebt geagendeerd op het Overlegcomité zijn de verkiezingen voorbij.
Mijnheer Diependaele, sorry, ik snap echt niet dat u maar binnen de lijntjes blijft kleuren. De taalomgeving voor de Vlamingen in Brussel wordt niet gerespecteerd en de bevoegde overheid die er moet op toezien, kijkt weg. Maar wij Vlamingen moeten weer beter zijn dan de rest, de N-VA op kop verstopt zich achter die tweederdemeerderheid. U hebt die helemaal niet nodig. Schaf die faciliteiten de facto af. (Opmerkingen van Mathias Diependaele)
Laat ze de taalfaciliteiten overtreden en kijk weg als overheid, dat is wat u moet doen. U laat de Vlamingen in Ronse in de steek. De ‘V’ in N-VA staat er alleen maar voor de show en dekt allang niet meer de lading. Wij zeggen al 55 jaar lang: “faciliteiten stommiteiten!” Doe er iets aan! U zit aan het stuur, stop met wegkijken! (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld.