Report meeting Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Report
De heer Meremans heeft het woord.
Minister, collega’s, in Antwerpen sloten recent twee organisaties een samenwerkingsovereenkomst om mobiele laadpalen te gaan inschakelen voor het opladen van elektrische deelauto’s. Ze doen dat omdat men de grote afhankelijkheid van vaste laadinfrastructuur wil afbouwen. Dat weten we, het is geen evidentie om zeker in zeer verstedelijkte gebieden voldoende publieke laadinfrastructuur te voorzien. Voor mensen die geen eigen oprit hebben en niet de mogelijkheid hebben om op eigen terrein op te laden, voorzien we ondertussen voldoende initiatieven om daaraan tegemoet te komen op het openbaar domein.
Maar het blijft toch her en der zorgen baren over welke ruimtelijke impact dat zou hebben. Je moet dan bijvoorbeeld bijna parkeerplaatsen gaan wegnemen of wat je misschien graag groen zou maken of wilt ontharden, kan dan ook niet. Sommige gemeenten laden zelfs op via een kabel over de stoep, dat is dan via een kabelgoot of dergelijke. Maar dat is in het merendeel van de gemeenten geen mogelijkheid. Andere kijken, zoals bij een proefproject in Mechelen, naar een soort arm langs de gevel waardoor je de wagen kunt opladen. Nog andere zetten dan weer in om op strategische locaties ergens publieke en semipublieke laadpalen te voorzien.
Het concept van mobiele laadinfrastructuur zou alvast een oplossing kunnen vormen voor de problematiek omtrent de ruimtelijke impact van vaste laadinfrastructuur.
Minister, waarschijnlijk bent u op de hoogte van dit concept. Ik veronderstel van wel?
Hebt u contact met bedrijven die hieraan werken?
Hoe kijkt u naar het initiatief om via mobiele laadinfrastructuur de wagen te kunnen opladen?
Zult u het concept meenemen in het verdere beleid rond de uitrol van laadinfrastructuur? Met andere woorden: kan het een mogelijke bijkomende oplossing zijn om auto’s op te laden?
Minister Peeters heeft het woord.
Mijnheer Meremans, dank u wel voor uw vraag. Het valt me op dat u vanuit Oost-Vlaanderen vaak Antwerpen aanhaalt als het goede voorbeeld. U vraagt me of ik het concept van de mobiele laadpalen ken. Ik kan u bij dezen meegeven dat ik het wel degelijk ken en dat wij op 28 februari een stakeholdersevent georganiseerd hadden in het kader van Clean Power for Transport (CPT). Daar hadden we onder andere het nieuwe VIAVIA-project (Vrachtvervoer Intelligent Aanpassen en Vergroenen via een Integrale Aanpak) gelanceerd, maar we hadden er ook een aantal innovatieve projecten met potentieel zich laten presenteren. Een van de sprekers was onder anderen de oprichter van Uze Energy, een bedrijf dat gespecialiseerd is in mobiel laden en dat inderdaad ook in Antwerpen een aantal projecten heeft lopen. Alleszins heeft mijn administratie en ook de transitiemanager Stéphane Jacobs nog contact met de firma Uze en andere firma’s die dat aanbieden en kijkt men hoe dat toekomstgericht nog verder uitgerold kan worden.
Want we weten allemaal – het is hier ook al vaker in de commissie besproken en u hebt het ook aangehaald – dat kabels over stoepen uiteraard niet wenselijk is. Maar op bepaalde locaties is het niet altijd mogelijk om de nodige laadinfrastructuur conform de standaarden uit te rollen. Daarom is mobiel laden of soms ook het wisselen van de batterijen – ook daar hebben we het hier al over gehad – een interessant alternatief. De voor- en nadelen moeten telkens goed in kaart gebracht worden alvorens men een dergelijk grootschalig project gaat uitrollen, maar ik zie daar vooral de private sector die daar vooral op inspeelt en zeker ook alle technologische vernieuwingen. Want als ik zie wat we zelf al regelmatig aangeboden krijgen van voorstellen rond moderne, vernieuwende laadinfrastructuur, dan denk ik dat daar zeker het laatste nog niet over gezegd is.
Alleszins blijven we al deze ontwikkelingen, die innovatieve toepassingen zeer nauw opvolgen. We dragen die allemaal een warm hart toe. Samen met onze transitiemanager en uiteraard ook met onze administratie blijven we al deze projecten opvolgen. Als u er zelf nog hebt, mag u ons die zeker ter kennis brengen want alle vernieuwingen, alle innovatieve toepassingen zijn alleen maar toe te juichen.
De heer Meremans heeft het woord.
Het is Antwerpen, de schepen van Mobiliteit van Antwerpen ken ik natuurlijk al jaren. We komen elkaar af en toe tegen. Dat is belangrijk. Ik ken er nog een aantal anderen, zoals de schepen van Mobiliteit in Sint-Niklaas, allemaal mensen die ik af en toe tegenkom, en die toch met de problematiek worden geconfronteerd. Dat kan later eventueel relevant zijn.
Maar ik wilde u alleszins bedanken, we gaan dat toch meenemen in andere ontwikkelingen. Er zullen waarschijnlijk nog andere toepassingen komen, maar we gaan moeten afwachten. Ik ga het in ieder geval ook mee opvolgen, om te zien of we daar binnen een stedelijke context een mouw aan kunnen passen. Het wordt vervolgd. Dank u wel.
De vraag om uitleg is afgehandeld.