Report meeting Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Report
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Minister-president, zoals we allemaal weten, is Liberty Global op dit moment meerderheidsaandeelhouder van Telenet. Ik denk dat ze ongeveer 60 procent hebben van de aandelen, en ze hebben een openbaar bod gelanceerd om de overige 40 procent, die in hoofdzaak op de beurs genoteerd is, over te nemen, om zo het bedrijf volledig in handen te krijgen.
Eigenlijk is mijn vraag redelijk eenvoudig, namelijk: wat zou dat al dan niet kunnen betekenen op het vlak van dataprotectie?
Waarom stel ik de vraag? Omdat de holding Liberty Global een Amerikaanse poot heeft. Telenet zelf minder. Maar de onderneming die Telenet helemaal in handen krijgt, heeft voet op Amerikaanse boden, en is dus mogelijk onderworpen aan Amerikaanse regelgeving op het vlak van dataprotectie, waaronder twee ondertussen bekende wetgevingen, de CLOUD Act (Clarifying Lawful Overseas Use of Data) en de Foreign Intelligence Surveillance Act (FISA), die de Amerikaanse inlichtingendiensten ook onder bepaalde voorwaarden toegang geven tot data.
Mijn vraag is dus: in welke mate spelen die twee wetgevingen op dit ogenblik al een rol op het vlak van dataprotectie van onze Vlaamse consumenten? En ten tweede: indien Telenet volledig in handen komt van Liberty Global, heeft dat enige impact op welke wetgeving van toepassing zal zijn?
Minister-president Jambon heeft het woord.
De CLOUD Act en de Foreign Intelligence Surveillance Act zijn inderdaad mogelijk van toepassing bij de doorgifte van persoonsgegevens buiten de EU. Het officiële standpunt van Telenet is echter dat de Amerikaanse inlichtingendiensten niet bevoegd zijn om aan Liberty Global data van Europese burgers op te vragen. De Liberty Global holding, dat is het moederbedrijf, is namelijk een Britse vennootschap met een hoofdkantoor in London in het Verenigd Koninkrijk. Het kantoor in Denver, US, is louter een ondersteunend kantoor.
Wat betreft uw vraag over bescherming van gevoelige data: eind 2022 werd er een interfederaal akkoord gevonden omtrent een samenwerkingsakkoord voor het opzetten van een screeningsmechanisme voor buitenlandse directe investeringen op risico’s voor nationale veiligheid, openbare orde en strategische belangen.
Volgens de bepalingen in het samenwerkingsakkoord zullen ook investeringen aangemeld moeten worden die op rechtstreekse of onrechtstreekse wijze resulteren in het verwerven van minstens 25 procent van de stemrechten in ondernemingen of entiteiten die gevestigd zijn in België, en waarvan de activiteiten raken aan vitale infrastructuren, zowel fysiek als virtueel, voor elektronische communicatie, digitale infrastructuren, media, en gegevensverwerking of -opslag. Daarenboven vallen ook investeringen in ondernemingen of entiteiten die raken aan de toegang tot gevoelige informatie, alsook persoonsgegevens, of de mogelijkheid om zulke informatie te controleren, binnen ditzelfde toepassingsgebied.
De start van dit mechanisme is voorzien op 1 juni 2023. Dat is binnen enkele weken, maar dat is wel onder voorbehoud dat alle entiteiten in dit land het samenwerkingsakkoord ook al hebben geratificeerd en dat dit op tijd in het Staatsblad verschijnt. Vlaanderen is daarmee in orde, dus wij gaan er vanuit dat het op 1 juni van start zal gaan.
Welke wetgeving is van toepassing? De Europese Commissie (EC) werkt momenteel aan een nieuw EU-US Data Privacy Framework (DPF) voor de doorgifte van persoonsgegevens naar de Verenigde Staten. Op 25 maart 2022 hebben de Europese Commissie en de Verenigde Staten een akkoord bereikt over het DPF als vervanging van het Privacy Shield. Dat laatste is immers in 2020 door het Europese Hof van Justitie ongeldig verklaard. Het DPF regelt de bescherming van persoonsgegevens bij datastromen tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten, en moet de tekortkomingen wegnemen die het Europese Hof constateerde in het Privacy Shield.
Daarvoor heeft de VS ook belangrijke wetswijzigingen doorgevoerd. Zo mogen Amerikaanse inlichtingendiensten nog alleen toegang hebben tot persoonsgegevens van EU-inwoners als dit strikt noodzakelijk is.
De Europese Commissie heeft een concept-adequaatheidsbesluit opgesteld over het DPF. Met zo’n besluit stelt de Europese Commissie vast dat een land buiten de EU een passend beschermingsniveau biedt voor de doorgifte van persoonsgegevens vanuit de EU. Dit adequaatheidsbesluit is nog niet bekrachtigd. Totdat de Commissie het adequaatheidsbesluit daadwerkelijk heeft genomen, moeten organisaties die persoonsgegevens willen doorgeven naar de Verenigde Staten, nog extra waarborgen treffen. Wat betreft persoonsgegevens die door de Vlaamse overheden worden verwerkt, kan elke entiteit terecht voor advies bij haar Data Protection Officer (DPO) opdat de verwerking conform de algemene verordening gegevensbescherming (AVG) zou verlopen. Wat betreft persoonsgegevens die door Vlaamse bedrijven of buitenlandse bedrijven in Vlaanderen worden bijgehouden, is het de verantwoordelijkheid van de DPO van die bedrijven dat dit op de juiste manier gebeurt.
Er zijn hieromtrent geen expliciete gesprekken met de Europese Commissie lopende, maar mijn diensten volgen wel de laatste ontwikkelingen op het vlak van het EU-US Data Privacy Framework van nabij op.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Dank u, minister-president. Ik wist niet dat er intussen al een akkoord was tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie om het probleem dat naar boven gekomen was in het kader van het arrest-Scherms op te lossen. Ik begrijp dat er enkel zo’n adequaatheidsattest nodig is om de privacyregeling geheel sluitend te maken, maar ik hoorde u ook zeggen dat het nieuwe screeningsmechanisme mogelijk wel van toepassing is voor deze materie, dat er nog een goedkeuring of ratificatie door alle deelnemende entiteiten nodig is, en dat het – mocht dat tijdig gebeuren – op 1 juni van toepassing is. Misschien moet ik mijn vraag nog eens opnieuw stellen wanneer het openbare overnamebod al dan niet voltooid is, om te zien of het nieuwe screeningsmechanisme van toepassing zou zijn op dit geval. Ik dank u voor uw antwoord.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Het is een interessante vraag. Ik hoop dat we straks geen apps van Telenet moeten verbieden in dit huis.
Aansluitend op de volledige overname had ik nog een vraagje over de samenwerkingen met Fluvius. Zoals we weten heeft Fluvius een joint venture opgericht samen met Telenet, NetCo, om gezinnen en bedrijven te voorzien van ‘fiber to the home’-aansluitingen. Tegen 2038 zou 78 procent gedekt moeten zijn. Ik vroeg me af of er enige impact is, nu de beslissingsmacht toch eerder naar de Verenigde Staten verhuist, op die samenwerking. Of blijft die daar volledig los van staan?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Ik weet niet of er zoveel verandert. Er was al 60 procent in handen van de Amerikanen. De rest was beursgenoteerd. Ik weet niet of die beslissingsmacht fundamenteel verandert. In ieder geval: de CEO van Telenet heeft me gegarandeerd dat alle investeringsplannen gewoon verder gaan, dus ook de joint venture met Fluvius.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Ik denk dat de minister-president passend geantwoord heeft, dus ik zal na juni nog eens een vraag stellen om te zien hoe het zit met het screeningsmechanisme.
De vraag om uitleg is afgehandeld.