Report meeting Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Report
De heer Van de Wauwer is aan het woord.
Minister, meer en meer mensen ruilen hun gewone wagen in voor een elektrische en dat is een goede zaak. Maar dat brengt ook heel wat uitdagingen met zich mee op het vlak van het netwerk van laadpunten en de capaciteit van ons elektriciteitsnetwerk. In Nederland is dat ook het geval, maar daar werd het idee geopperd om de bovenleidingen van trams, treinen en bussen te gebruiken als bevoorradingsnetwerk voor laadpunten voor bijvoorbeeld elektrische wagens.
Technisch zou het mogelijk zijn om elektriciteit van bovenleidingen van trams te gebruiken voor publieke of private laadpalen. De spanning die op die bovenleiding staat, kan immers vrij eenvoudig omgezet worden naar laadspanning. De Nederlandse openbaarvervoerssector, dat al een vrij uitgebreid geëlektrificeerd busnetwerk heeft, is alvast heel enthousiast om stroom uit bovenleidingen te koppelen aan die laadpunten. Die bovenleidingen worden immers niet altijd volledig benut en kunnen gemakkelijk stroom leveren op interessante locaties. Technisch is het mogelijk, alleen staat de wetgeving in Nederland het nog niet helemaal toe.
Volgens het Belgische Statistiekbureau (Statbel) stonden er op 1 augustus 2022 in totaal 71.651 volledig elektrische personenwagens ingeschreven. Op een totaal wagenpark van bijna 6 miljoen wagens komt dit neer op een aandeel van 1,20 procent. Dat lijkt nu misschien weinig, maar dat zal de komende jaren enorm stijgen gezien de federale richtlijn dat vanaf 2026 alle nieuwe bedrijfswagens elektrisch moeten zijn. In de stad Antwerpen stonden in 2022 428 elektrische laadpunten, waarvan 156 op openbaar domein. Om aan de vraag te voldoen, zullen er dus veel laadpunten moeten bij komen. Net als in Nederland ligt er een onderbenut potentieel in Vlaanderen. Alleen al de drie tramnetwerken van De Lijn in Antwerpen, Gent en aan de kust tellen een uitgebouwd tractienetwerk dat een deel van de oplossing zou kunnen vormen.
Daarom stel ik de volgende vragen aan u, minister.
Bent u op de hoogte van dit debat in Nederland?
Hoe kijkt u naar de mogelijke opportuniteiten bij het koppelen van de bovenleidingen van de trams aan laadpalen voor elektrische voertuigen en/of bussen? Ik hoor graag uw visie op dit onderwerp.
Ziet u het gebruik van de bovenleidingen van ons tramnetwerk voor het laden van elektrische voertuigen als een mogelijkheid in Vlaanderen? Is dit zowel op juridisch als verkeerstechnisch vlak mogelijk?
Zijn er reeds inschattingen of ramingen welk potentieel de Vlaamse tramnetwerken aan onbenutte spanning zouden kunnen voorzien voor alternatief gebruik, en hoe dit de Vlaamse doelstellingen qua elektrificatie van het wagenpark mee zou kunnen invullen?
Wordt het potentieel van het gebruik van bovenleidingen van het tramnetwerk momenteel onderzocht? Indien wel, wat is de stand van zaken? Zal dit getest worden? Indien niet, is het opportuun om hiervoor een studie of proefproject aan te besteden?
Alvast bedankt.
Minister Peeters heeft het woord.
Dank u wel voor uw vragen, mijnheer Van de Wauwer.
Ik had voorheen niet echt kennis van het debat dat in Nederland gaande is, maar naar aanleiding van uw vraag wel. De vervoersmaatschappij De Lijn heeft alleszins zelf contact gehad met de Nederlandse trammaatschappijen en zij blijft uiteraard die evolutie in Nederland verder opvolgen.
Als we kijken voor De Lijn, en specifiek voor haar eigen bussen: zij heeft met een leverancier van de DC/AC-omvormers contact gehad en zij heeft daar dan ook dat voorbeeld van Nederland toegelicht. Op hoog niveau heeft men vastgesteld dat het voor de eigen bussen niet interessant was, vanwege bepaalde beperkingen en randvoorwaarden. Eén verhaal is sowieso dat wij die bussen over heel Vlaanderen willen hebben, terwijl we de trams alleen aan de kust en in Antwerpen en Gent hebben, dus dat is sowieso al een moeilijkheid.
Tegelijkertijd heeft De Lijn specifiek voor haar eigen bussen gekozen voor bijladen op de stelplaatsen. Men is dus afgestapt van het verhaal van ‘opportunity charging’, iets wat ze initieel wel in gedachten hadden. Daarrond liep er ook pilootproject begin 2016 en 2017. Maar daar is men dus van afgestapt voor de nieuwe bussen die nu worden besteld en die opladen via een stekker op de stelplaatsen. Dus ze maken geen gebruik van opportunity charging. Dat doet Nederland wel. Door het feit dat ze aan opportunity charging doen, zetten zij ook verder in op het verhaal van de tramlijnen.
Als het gaat over andere voertuigen, en of dat juridisch en verkeerstechnisch mogelijk is: door het feit dat dat ook maar geënt is op Gent, Antwerpen en de kust, heeft men dat uiteindelijk bij De Lijn niet verder onderzocht, ook niet voor de andere elektrische wagens. Daarvan stelt men zich zelfs de vragen voor het piekvermogen, want voor de gewone wagens is dat sowieso een pak lager, zeker als men traag wil laden. Dan zit je met je 22 kilowatt, en men vermoedt dat het wattage te hoog zal zijn als men stroom van het tramnet zal willen afnemen.
Alleszins heeft men daar geen verder onderzoek naar gedaan. Het zou ook nog bijkomende detailstudies vragen, dus op dit ogenblik is dat bij De Lijn niet echt aan de orde. Maar ze blijven wel het verhaal in Nederland opvolgen. Ik denk dat we aandacht moeten hebben voor elke technologische toepassing die toekomstgericht zou moeten kunnen. Vandaar zal De Lijn het zeker blijven opvolgen om te zien hoe het verder evolueert in Nederland.
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Dank u wel, minister, ik ben blij dat mijn vraag deze mogelijkheden alvast op uw radar heeft geplaatst.
Wat de kans voor de elektrificatie van de bussen van De Lijn betreft: hoor ik u goed dat dit niet interessant is omdat die bussen over heel Vlaanderen worden ingezet? Dat kan ik volledig begrijpen.
Maar voor de elektrische wagens zou ik er toch toe willen oproepen om dat potentieel toch nog verder te onderzoeken. U zegt dat het juridisch en verkeerstechnisch nog niet volledig is onderzocht bij De Lijn. Plant u dan om dit toch nog proactiever te doen, en niet louter af te wachten hoe het in Nederland verloopt? U zegt dat De Lijn een vermoeden heeft dat er problemen zouden kunnen zijn rond het piekvermogen, dat een detailstudie nu niet aan de orde is, en dat de Nederlandse case wel opgevolgd zal worden. Maar ik zou toch willen oproepen om dit specifiek te onderzoeken, niet enkel in Nederland, maar ook wat die opportuniteiten hier in Vlaanderen zijn.
Theoretisch gezien zou die koppeling perfect moeten kunnen, en die bovenleiding wordt toch niet altijd onderbenut. Zeker ’s nachts denk ik dat daar enorm veel potentieel is, want dan rijden de trams bijna helemaal niet. Ik denk dus dat het om die redenen toch opportuun zou kunnen zijn om die bovenleidingen stroom te laten leveren aan de laadpunten op gunstige en strategische locaties.
De heer Bex heeft het woord.
Ik wil de collega bedanken voor de zeer interessante vraag.
Het was een techniek die mij nog onbekend was, maar ik denk dat we alle mogelijke technieken nodig hebben om die transitie op een zo snel en efficiënt mogelijke manier in te kunnen zetten. Ik neem dus aan, minister, dat u ook voor een stukje kijkt naar het antwoord van de transitiemanager op dat vlak. En ik hoop dat, wanneer we de transitiemanager hier zullen zien, die ook akte zal genomen hebben van deze interessante techniek, en we ons ook misschien op een verdere manier zullen kunnen beraden.
Alleszins geven wij al onze steun aan mogelijkheden om die transitie te versnellen.
Minister Peeters heeft het woord.
Misschien nog even om te zeggen dat wij die transitie sowieso volop aan het versnellen zijn. Als ik zie hoe wij in Vlaanderen de vlucht vooruit nemen: we hadden 4000 laadpalen begin 2021, we zitten nu aan 19.000 laadpalen en daar komen er semipubliek nog ruim 20.000 bij. Wat dat betreft denk ik dat we in Vlaanderen zeer goed ageren om die laadinfrastructuur overal te hebben. Als ik dan kijk naar de stedelijke context – en dan moet ik het eigenlijk hebben over Antwerpen en Gent –, is het niet evident om daar, in de onmiddellijke nabijheid van de tractielijnen van je trams, ook nog ergens auto’s te gaan laten opladen.
Het moet dus allemaal ook praktisch haalbaar zijn. Ik was deze morgen op het Congres van de Publieke Ruimte en ik zag daar heel veel innovatieve voorstellen. Bijvoorbeeld een lantaarnpaal waar men elektriciteit kan aftakken. Men gaat de lichten nu verledden en men kan daar dan tegelijkertijd, omdat er minder potentieel nodig is om de lamp te doen branden, laadinfrastructuur aan koppelen. Er zijn dus tal van die initiatieven lopende en ik wil dat dus zeker blijven opvolgen.
Maar om ons nu specifiek te beperken tot Gent, Antwerpen en aan de kust, waar we onze tramtoestellen hebben … Ik denk dat we de strategie eigenlijk voor heel Vlaanderen moeten uitrollen zoals we tot nu toe gedaan hebben. Daar focussen we volop op, maar dat neemt niet weg dat we zeker het voorbeeld van Nederland verder zullen blijven volgen, in de mate dat dat mogelijk is. Dat is alleszins ook wat De Lijn zelf heeft gezegd: mocht het toekomstgericht mogelijk zijn voor de auto’s – voor de bussen hebben ze een ander systeem gekozen – dan zullen ze dat zeker verder opvolgen.
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Dank u wel, minister, dat u dit verder wilt opvolgen, maar nogmaals zou ik u daar eerder nog meer proactief mee willen zien omgaan. Die praktische haalbaarheid in de stad is een terechte opmerking, maar dat zou net onderzocht moeten worden. Die hoogspanningslijnen lopen in Gent en Antwerpen vlak door de binnenstad. Je hebt daar een aantal zones met aparte trambeddingen, maar het merendeel loopt gewoon door straten met langs weerszijden parkeerplaatsen. Volgens mij kan dat perfect gekoppeld worden.
De tram is beperkt, en er is nood aan een visie voor heel Vlaanderen, uiteraard ga ik daar volledig mee akkoord, maar die uitdagingen zijn natuurlijk heel groot in die twee steden. We hebben daar nu net een mogelijkheid, vandaar dat ik toch hoop dat dat verder onderzocht wordt.
Federaal minister Gilkinet bekijkt alvast de mogelijkheden, ook voor wat er kan met Infrabel en de hoogspanningslijnen van de treinen. Ik hoop dat u hetzelfde kunt doen voor de trams.
De vraag om uitleg is afgehandeld.