Report meeting Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Vraag om uitleg over het inschakelen van jobstudenten in de zorg
Report
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, we weten allemaal dat er een heel grote druk is op het personeel in de zorgsector. Dat was voordien al zo, en corona heeft daar natuurlijk nog eens heel stevig op ingehakt. Er is dus overal veel vraag. Dat weten we.
Recent hebt u uw aanpak gelanceerd met betrekking tot de mogelijkheid om jobstudenten te kunnen aanwerven. Om werknemers de kans te geven vakantie op te nemen zonder dat de dienstverlening in de woonzorgcentra te sterk onder druk komt te staan, hebt u financiële ondersteuning voor het aanwerven van jobstudenten bepaald. In normale tijden moeten de woonzorgcentra daarvoor een beroep doen op middelen uit hun eigen werking, maar om de werkdruk op het personeel tijdelijk te verminderen, bent u daar nu aan tegemoet gekomen. Woonzorgcentra kunnen voor de periode van 1 januari tot en met 30 september van dit jaar elf weken lang gemiddeld één jobstudent of elf jobstudenten telkens één week aanwerven met financiering vanuit Vlaanderen. Het is vooral de bedoeling dat de jobstudenten logistieke taken op zich zullen nemen.
Daarnaast hebt u ook bekendgemaakt dat de compensatie vanuit Vlaanderen die eerder al was voorzien, zal worden verdergezet in de periode van 1 januari tot en met 31 maart van dit jaar. Ook de centra voor dagverzorging kunnen daarop rekenen.
Minister, kunt u meer toelichting geven bij de ondersteuning voor woonzorgcentra voor het inzetten van jobstudenten? Koppelt u aan uw initiatief een campagne gericht naar studenten die in aanmerking komen?
Hoe kunnen woonzorgcentra en studenten elkaar vinden? Is er een platform voor studentenjobs in de zorg waar werkgevers en jobstudenten elkaar kunnen vinden, of komt zo’n platform er nog?
In hoeverre kunnen studenten die een diploma binnen de zorgsector willen behalen, als zodanig ingezet worden als jobstudent? Geldt de tussenkomst dan ook voor hen?
De compensatie gold tot 31 maart. We weten dat de voorbije periode de bezetting in de woonzorgcentra zich stilaan heeft hersteld. Hebt u informatie over de evolutie doorheen de periode van januari tot nu over de bezetting van de woonzorgcentra?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Minister, u hebt aangekondigd dat u de werkdruk in de woonzorgcentra naar beneden wilt halen door jobstudenten in te schakelen. Voor de periode van 1 januari tot en met 30 september voorziet Vlaanderen in de financiering van gemiddeld één jobstudent voor een periode van elf weken per woonzorgcentrum. Dat kan uiteraard ook ingevuld worden door bijvoorbeeld elf jobstudenten voor telkens één week. Er is een vergoeding van 17,18 euro per uur voorzien. De jobstudenten zullen vooral logistieke taken op zich nemen. Daarnaast komt er voor het eerste kwartaal van 2022 ook een compensatie voor de lagere bezetting in de woonzorgcentra. Dankzij die compensaties kunnen woonzorgcentra financieel gezond blijven en hun dienstverlening aan de bewoners verzekeren.
Minister, tijdens de hoorzittingen in deze commissie werd aangedrongen op meer flexibiliteit in de diplomavereisten. Hoe staat u daartegenover?
U voorziet nu ook middelen voor de tewerkstelling van jobstudenten, die kunnen worden ingezet voor logistieke taken. Hoe staat u ten aanzien van het permanent opnemen van logistieke ondersteuners in woonzorgcentra, om zo de taak van zorgkundigen en verpleegkundigen te ontlasten en op die manier het beroep aantrekkelijker te maken?
Recent werden EVC-trajecten (elders verworven competenties) voor verzorgenden en zorgkundigen goedgekeurd. Dat is een potentieel belangrijke stap om meer mensen naar het verzorgende beroep te leiden. Hoeveel mensen denkt u op die manier naar de job van zorgkundige of verzorgende te kunnen leiden?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel voor de relevante vragen, collega’s. In het algemeen doen woonzorgcentra sowieso al een beroep op jobstudenten. Dat weten jullie. Ze doen dat vooral tijdens de weekends en in de vakantieperiodes. De hoge druk op het personeel door de pandemie heeft ertoe geleid dat men nog meer een beroep moet doen op jobstudenten vanwege de hoge personeelsuitval. Vandaar dat we besloten hebben om aan de woonzorgcentra, al dan niet met bijhorend centrum voor kortverblijf, in de periode van 1 januari tot 30 september 2022 de tewerkstelling van jobstudenten te financieren aan 17,18 euro per uur. De totale vergoeding in een woonzorgcentrum voor de extra jobstudenten die men kan ontvangen, is begrensd tot 80 euro per bewoner. Het gaat dan over de inzet van jobstudenten voor ondersteunende taken, zoals logistieke hulp, poets en keuken.
Daarnaast kunnen studenten verpleging die geslaagd zijn voor hun eerste jaar, zich laten registreren als zorgkundige. Na die registratie krijg je een visum of een toelating om het beroep van zorgkundige uit te oefenen. De prestaties van een jobstudent die tewerkgesteld is als zorgkundige, komen in aanmerking voor de reguliere financiering in de basistegemoetkoming voor zorg. Dat kon al voor de pandemie en is dus niet echt nieuw, maar het is wel belangrijk om mee te geven, omdat het iets is waar men dankbaar gebruik van maakt.
We communiceerden over deze financieringsmaatregel om extra jobstudenten in te schakelen, en dat is heel goed opgepikt door de media. De timing van die communicatie zat natuurlijk ook goed. Dat was vlak voor de zomervakantie, het moment waarop studenten hun vakantieplanning maken.
Naast de al bestaande campagne ikgaervoor.be, voorzie ik geen extra specifieke campagne, maar we mogen niet vergeten dat er al veel kanalen bestaan waar woonzorgcentra jobstudenten kunnen rekruteren, zoals de website ikbenjobstudent.be. Daarnaast zijn er de vacaturesites, zoals zorgjobs.be en de site van VDAB. Mijn collega Jo Brouns heeft trouwens vanmorgen ook nog eens een lancering gedaan om meer te gaan voor jobs in de zorg.
Last but not least zijn er de jobstudenten die zich aanmelden bij de uitzendsector en op die manier ook naar de zorg toegeleid worden. Heel wat woonzorgcentra werken al met jobstudenten en kunnen terugvallen op die contacten, omdat ze in de voorgaande jaren al een job uitvoerden in de voorziening.
Collega Schryvers, in februari 2020, de laatste maand voor covid, was de bezetting 95,57 procent. In december 2020 bereikte de bezetting haar dieptepunt, op 88,36 procent. We zien de bezetting sindsdien gestaag weer stijgen. In 2022 is de bezetting geëvolueerd van 92,92 procent in januari tot 93,14 procent in mei. Je ziet daar dus ook weer een gestage stijging.
Collega’s, ik ben zelf voorstander van meer flexibiliteit in de diplomavereisten. Zelf ben ik bevoegd voor de financiering van de woonzorgcentra en zet ik een aantal belangrijke stappen die meer ademruimte bieden aan de woonzorgcentra om de personeelsnormen in te vullen. Naast de besluiten die daarrond al zijn opgenomen, zit er nu opnieuw een ontwerpbesluit in de finale fase voor goedkeuring op de ministerraad.
In het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord (VIA 6) is de strikte kine-/ergo-/logonorm geïntegreerd in de veel bredere norm ‘personeel voor reactivering’. Die norm is danig uitgebreid met bijkomende kwalificaties: de typische paramedische diploma’s, de bachelors in de podologie, de masters in de lichamelijke opvoeding, de gegradueerden in het sociaal-cultureel werk, muziektherapeuten en zelfs filosofen. Naast de belangrijke basiszorg komt er zo meer aandacht voor de woon- en leefkwaliteit in de woonzorgcentra voor de mensen die daar wonen. Ik geloof ook heel sterk in multidisciplinaire teams, waar collega’s op elkaars expertise en competenties kunnen rekenen. Door op die manier samen te werken, kun je beter inspelen op de specifieke noden van elke bewoner.
Op 10 december 2021 keurde onze regering al enkele maatregelen goed om tegemoet te komen aan de personele noden in de woonzorgcentra. Daar is ook over gecommuniceerd met de sector. Momenteel bereiden we een besluit voor de ministerraad voor waarin de financiering van de logistieke medewerkers in de zorg structureel verankerd wordt in het deel A2 van de basistegemoetkoming zorg. We zouden dat retroactief willen doen vanaf 1 juli 2021.
Verder hoop ik ook dat de federale overheid de nodige stappen gaat zetten om de wetgeving op de gezondheidszorgberoepen te versoepelen, zodat meer kwalificaties zorghandelingen mogen stellen. Zo hoop ik dat we de werkdruk op de schouders van de verpleegkundigen en de zorgkundigen wat kunnen verlichten en het beroep ook aantrekkelijker kunnen maken.
En dan kom ik aan de laatste vraag van collega Saeys. Het is een zeer goede zaak om in te zetten op EVC’s. Ik heb dat al herhaaldelijk gezegd. Ook mensen met de juiste competenties door ervaring kunnen erkend worden als zorgkundige of verzorgende. We weten allemaal dat de nood aan extra zorgpersoneel zeer hoog is. Het is en blijft uitermate belangrijk om elk talent alle kansen te geven.
Recent werden de EVC-trajecten voor verzorgenden en zorgkundigen goedgekeurd. Dit betekent dat de EVC-aanbieders nu voor deze opleiding een traject kunnen ontwikkelen. De vraag naar wat het effect op de aantallen is, is nog te vroeg omdat het nog georganiseerd moet worden. We hebben het principieel goedgekeurd, maar de operationalisering van een en ander moet nog gebeuren.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Dank u wel, minister. Het is een heel goede maatregel dat woonzorgcentra gedurende elf weken jobstudenten mogen inschakelen en dat we daar vanuit Vlaanderen financiering voor gaan voorzien. Want dat brengt natuurlijk niet alleen verlichting voor de mensen die er regulier werken en ook hun vakantie moeten kunnen nemen, maar het kan natuurlijk ook jongeren toeleiden naar en warm maken voor een job in de zorgsector. We weten allemaal dat er ook op het vlak van jobstudenten grote noden zijn. Vanmorgen was nog in het nieuws dat bijvoorbeeld heel de jeugdsector een tekort heeft aan monitoren voor de kampen. Daar kwam ook naar voren dat veel jongeren nog wel echt een studentenjob willen doen, maar vaak in kortere periodes. Vroeger deden we dat sowieso een maand aan een stuk, maar nu wordt er veel meer gekozen voor kortere periodes. Dat is misschien ook wel voor de zorgsector zo. Alleszins hoop ik dat we op die manier veel jongeren warm kunnen maken voor een job in de zorgsector en dat er velen op ingaan. Ik ben echt benieuwd naar de cijfers daarrond. Minister, ik zou daar een kleine suggestie willen doen: dat de woonzorgcentra die daar een beroep op doen, bij de jongeren zouden kunnen peilen wat hun ervaringen zijn omdat we daaruit ook kunnen leren. Wat wordt er nu eigenlijk aanzien als positieve elementen? Waar zitten er mogelijk toch een aantal struikelstenen of dingen die hen een beetje afgeschrikt hebben? Want ook daaruit kunnen we leren, om nadien weer te proberen om jongeren toe te leiden naar de zorgsector.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Het is een heel goede zaak dat jobstudenten ingeschakeld kunnen worden. U zei zelf dat traditioneel al jobstudenten in de woonzorgcentra ingeschakeld worden. Maar de financiering die u er nu tegenoverstelt, is een goede zaak. Elke hulp is natuurlijk welkom. U sprak er ook over dat de personeelsnormen aangepast worden en dat er structureel voorzien zal worden in een financiering voor die logistiek medewerkers, al vanaf 10 december 2021, dus retroactief. Dat is een zeer goede zaak. De sector zal u daar zeer dankbaar voor zijn, want zulke logistieke ondersteuners kunnen echt wel de taken van verpleegkundigen en zorgkundigen ontlasten, waardoor zij zich echt met hun basistaken kunnen bezighouden. Zelf heb ik ook een enorme appreciatie voor die EVC-trajecten. Daar zit echt nog wel potentieel in.
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Minister, onze fractie kan het aanwerven van jobstudenten in woonzorgcentra alleen maar toejuichen. De logistieke taken die zij kunnen uitvoeren, zijn er heel wat en ze zullen een enorme ontlasting zijn voor het zorgpersoneel, dat extra tijd kan spenderen aan de zorg van de bewoners. Op die manier worden de studenten misschien ook warm gemaakt om te kiezen voor een job in de zorg.
We zijn ook voorstander van het permanent opnemen van logistieke ondersteuners. Al in vele ziekenhuizen zien we dat men een beroep doet op die logistieke ondersteuners, en die mensen zijn van onschatbare waarde.
Minister, eind vorig jaar werd beslist dat woonzorgcentra met terugwerkende kracht vanaf 1 juli 2021 de zogenaamde bovennormsubsidies kunnen gebruiken voor de aanwerving van gecertificeerde logistieke medewerkers. De sector zit daarop te wachten. Ik ben heel tevreden – en vooral de sector zal tevreden zijn – dat hier nu werk van zal worden gemaakt en dat dit op jullie agenda staat.
Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Minister, u gaf zelf in uw antwoord aan dat het inzetten van jobstudenten niet nieuw is en dat het vroeger ook bestond. Het enige verschil is dat er nu een extra financiering komt voor de woonzorgcentra, gemiddeld 80 euro per bewoner. Honderd bewoners per woonzorgcentrum betekent dus ongeveer 8000 euro. De vraag is of daardoor bepaalde woonzorgcentra nog extra studenten in dienst zullen nemen of niet, zeker de commerciële woonzorgcentra.
Ik hoor dat door het grote gebrek aan personeel woonzorgcentra afdelingen moeten sluiten. Dat is gênant om mee naar buiten te moeten komen. Ik vernam dat de koepels van woonzorgcentra een bevraging hebben gedaan bij hun leden over de afdelingen die zij moeten sluiten. Bent u op de hoogte van die enquête? Kent u daar de resultaten van? Wilt u die ter beschikking stellen van het parlement?
Wordt er bijgehouden welke woonzorgcentra deze zomer extra jobstudenten in dienst zullen nemen, zodat u in staat bent om nadien te meten of uw oproep invloed heeft gehad en wat de evaluatie ervan is?
Mevrouw Geerinckx heeft het woord
We steunen natuurlijk met veel plezier de vraag van mevrouw Schryvers over de campagne voor jobstudenten. Het is een goede zaak dat studenten kunnen proeven van het werk en zo misschien toegeleid kunnen worden naar een job in die sector.
Interessanter vonden wij nog uw antwoord over de leegstandcijfers. We horen dat er opnieuw een gestage stijging vastgesteld wordt in de bezetting, maar ik hoor ook wel dat het nog niet de optimale bezetting is van voor corona, toen er een bezetting van 95 procent was. Nu zitten we ongeveer aan 92 procent. Wat met de verdere opvolging van de opnames? Zal die stijging zich al dan niet doorzetten? Welke invloed hebben de continuïteitsborg en de lagere bezetting op de basistegemoetkoming voor de komende jaren? Woonzorgcentra worden immers gefinancierd op basis van de bezetting in een afgelopen referentieperiode. Als er dus toch nog een stukje leegstand is, is dat mogelijk wel een zorg.
De heer Daniëls heeft het woord.
Als we jobstudenten hebben, al dan niet met een bepaald diploma, dan hebben we ze binnen in een woonzorgcentrum. Ik zou voorstellen dat er dan wordt gekeken naar welke opleiding ze toegeleid kunnen worden. Kunt u aan woonzorgcentra iets van een folder bezorgen? We hebben ze dan. Als we bepaalde profielen nodig hebben, waaronder verpleegkundigen, dan kunnen ze daarnaartoe geleid worden.
Bij de manieren van opleiden hebben we onder andere project 600, u welbekend vanuit uw vorige functie als minister van Werk. Misschien kunnen die opleidingen nog beter bekendgemaakt worden zodat alle plaatsen volledig worden ingevuld.
Ik heb al op 14 juni gezegd dat we met kleine maatregelen stappen vooruitzetten. In Welzijn doen we dat. Ik verwijs nogmaals naar het lerarentekort, waar we ook met kleinere stappen … Minister Crevits, u hebt dat in de vorige legislatuur ook gedaan en we zullen dat ook nu moeten doen. Ik wil de mensen die het altijd hebben over één groot lerarenpact waarin alles zit, zeggen dat we ook hier niet één groot welzijnspact hebben waarmee alles is opgelost. Laat ons daar ook realistisch in zijn.
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u, collega’s, voor de grote interesse aansluitend bij de vragen.
Collega Schryvers, in de woonzorgcentra zijn jobstudenten ook welkom voor kortere periodes. We willen met de koepels zeker kijken hoe we kunnen peilen naar de ervaring van de jobstudenten. Het interesseert me trouwens ook wie dat dan doet en wat ze daar allemaal doen. Ik wil dus zeker bekijken of we daar een bevraging rond kunnen opzetten.
Collega Saeys, het klopt wat u zegt. De sector reageert heel positief. Het is een superbelangrijke maatregel, vind ik zelf.
Collega De Martelaer, ik heb geen resultaten van een enquête van een koepel. Ik wil het nog eens navragen. Als ik iets zou hebben, dan krijgt u dat. Maar als het van de koepel is, is het niet logisch dat ik dat met u deel, dan zal de koepel dat wellicht wel doen.
We volgen de bezettingscijfers absoluut op de voet, zoals u kunt afleiden uit mijn antwoord. Ik had ze eigenlijk per maand mee, maar ik vond het een beetje gek om die in het kader van de vraag maand per maand te overlopen. Stel anders een schriftelijke vraag, dan bezorgen we u die cijfers. Alhoewel het ook een beetje lastig wordt voor onze administratie als u elke dag een schriftelijke vraag stelt. Ik merk dat iedereen bij Welzijn enthousiast is om op elk moment van het jaar schriftelijke vragen over bepaalde cijfers te stellen, dus ik zou daar ook eens met de leden bepaalde afspraken over willen maken, omdat dat soms moeilijk is. Maar nu had ik ze voor de vier maanden, maar ik heb de eerste en de laatste maand gegeven.
Dan was er nog de opmerking van collega Daniëls, waar u verwees naar een ander project. Maar ik heb niet echt een vraag gehoord …
Het was om die jobstudenten, als die er zijn, gericht info te geven, om ze naar de juiste opleiding toe te leiden. Ze zijn er dan toch, dus we zouden dat kunnen geven aan de woonzorgcentra.
Ja, ok. En u had ook een vraag?
Ja, ik vroeg naar die basistegemoetkoming voor de komende jaren als de leegstand aanhoudt, en of u de cijfers heeft. Wat zal er gebeuren?
Wel, we gaan ervan uit dat dat niet zal moeten blijven. Dat is absoluut niet de bedoeling. Maar we hebben het tot nu nog gedaan.
Collega Schryvers heeft het woord.
Dank u, minister. Ik hoop dat veel jobstudenten gaan helpen in de woonzorgcentra de volgende periode, met de bijkomende financiering – maar er waren er ook al die dat regulier deden, natuurlijk – en dat die op die manier warm kunnen worden gemaakt voor de zorgsector, en we hen kunnen toeleiden naar de sector. Ik hoop dat ze trouwens niet alleen in de vakantieperiode, maar ook in de weekends in de rest van het jaar of in andere vakantieperiodes, nog mee hun schouders hieronder willen zetten, zodanig dat het personeel toch ook wel wat vakantie kan nemen.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ik denk dat elke hulp welkom is in de woonzorgcentra. Ik denk dat dit heel goede initiatieven zijn die daartoe een bijdrage kunnen leveren.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.