Report meeting Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Report
Tijdens de interministeriële conferentie rond Cultuur die plaatsvond op 14 juli 2020, is afgesproken dat er een werkgroep zou komen om een studie op te maken over een cultuurloket als gecentraliseerd informatiepunt voor de cultuursector. Zeker voor cultuurwerkers die actief zijn op Brussels grondgebied zorgt het versnipperde beleid vaak voor administratieve Kafka en is de weg naar de juiste ondersteuning soms lang. Het versnipperde cultuurbeleid is voor veel kunstenaars die actief zijn in onze hoofdstad niet alleen een doorn in het oog, het belemmert ook de artistieke praktijk van vele kunstenaars. De federale staat, met de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie zijn daarom overeengekomen om een gezamenlijke overheidsopdracht uit te schrijven, die uiteindelijk gegund werd aan Impact Consulting. Dat er over de verschillende beleidsniveaus heen nagedacht wordt over mogelijke manieren om de cultuursector te ondersteunen, kunnen we alleen maar toejuichen. Momenteel loopt de studie nog, maar bij zowel het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, de Fédération Wallonie-Bruxelles als de Vlaamse Gemeenschapscommissie werd de oprichting van een eengemaakt cultuurloket als duidelijk aanspreekpunt voor Brusselse cultuurspelers opgenomen in het bestuursakkoord; in Vlaanderen is dat niet het geval.
Momenteel bent u, minister-president, voorzitter van het interministerieel overleg Cultuur. Daarom hebben wij de volgende vragen voor u.
De Vlaamse overheid was medeaanvrager van de genoemde studie, en ook het departement Cultuur is betrokken bij het opvolgen van de werkzaamheden. Zal de Vlaamse Regering zich engageren om het eengemaakte cultuurloket te realiseren, samen met de andere overheden in dit land? Wat is op dit moment de vooropgestelde tijdslijn voor de oprichting van het cultuurloket? Heeft er recent nog overleg plaatsgevonden met de andere beleidsniveaus hierover en wat was het resultaat?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Meuleman, misschien eerst een voorafgaande opmerking. Er is geen versnipperd cultuurbeleid. Er is een Vlaams cultuurbeleid, er is een cultuurbeleid van de Franse Gemeenschap, en een cultuurbeleid van de Duitstalige Gemeenschap. Dat is absoluut niet versnipperd. Per gemeenschap wordt dat hier in dit land zo georganiseerd. Daar zijn we het nu toch al sedert 1970 ongeveer over eens, denk ik, dat dat zo moet. Dus met uw uitgangspunt dat er een versnipperd cultuurbeleid is, ben ik het fundamenteel oneens. In Brussel komen een aantal van die dingen samen. Goed, dat is mooi, dat kan verrijkend werken, maar dat is absoluut geen versnippering.
Of wij ons engageren om het eengemaakte cultuurloket te realiseren? Ik heb mij geëngageerd om op nationaal niveau samen met alle gemeenschappen te bekijken – te bekijken – of er een rol van betekenis kan zijn voor een nationaal kunstenloket, niet te verwarren met Cultuurloket in Vlaanderen, dat wij al hebben en dat ook operationeel is in Brussel. Op dit moment werken mijn administratie en kabinet mee aan de lopende studie, zodat er in de analyse zeker ook input van de Vlaamse Gemeenschap wordt meegenomen en de noden en verwachtingen van alle actoren goed in kaart worden gebracht. Verder heb ik aan de onderzoeker ook gevraagd om expliciet zicht te krijgen op een mogelijke afstemming met Cultuurloket in Vlaanderen. Er loopt dus een studie, en we gaan zien wat het resultaat is van die studie. Of er een toegevoegde waarde is met zo’n nationaal kunstenloket, dat zullen we dan nog wel eens zien.
Wat is op dit moment de vooropgestelde tijdslijn? Het studietraject bestaat uit drie grote fasen. In de eerste fase is een documentanalyse gemaakt en hebben de administraties van alle gemeenschappen input aan de onderzoeker bezorgd. Er werd met andere woorden een ‘as is’-scenario uitgewerkt. In de tweede fase, die nu loopt, tracht de onderzoeker verder inzicht te verwerven in de context aan de hand van een SWOT- en een PESTLE-analyse (Political, Economic, Sociological, Technological, Legal and Environmental). In een laatste fase zal het ‘to be’-scenario worden uitgetekend en wordt een benchmark opgemaakt. Het hele traject neemt ongeveer twintig weken in beslag. Ik kijk er alvast naar uit om de resultaten te kunnen toelichten na de zomer. Over een effectieve oprichting kan ik nog geen traject toelichten, het zal pas na de afronding van het onderzoek duidelijk worden of dat überhaupt zal gebeuren.
U vroeg of er nog overleg plaatsgevonden heeft. Alle gemeenschappen zijn vanuit de interministeriële conferentie Cultuur van 17 mei 2021 een engagement aangegaan om actief deel te nemen aan de studie. De onderzoeker organiseert na afronding van elke fase een gemeenschappelijk overleg om de tussentijdse resultaten te bespreken. Op dit moment kan ik alleen de resultaten toelichten die betrekking hebben op fase 1, met andere woorden de analyse van het ‘as is’-scenario. Uit deze resultaten, die in gemeenschappelijk overleg met alle gemeenschappen worden toegelicht, concludeer ik alvast dat Vlaanderen al heel wat inspanningen levert door onder andere het organiseren van een waaier aan activiteiten gericht op netwerking, kennisopbouw, kennisdeling en algemene informatieverstrekking.
Minister-president, ik dank u voor uw antwoord. Zijn daar documenten van en kunnen die eventueel worden bezorgd? Want het is misschien uw besluit van de ‘as is’-situatie dat Vlaanderen al heel veel doet. En u bent het er niet mee eens dat ik zeg dat er een versnipperd cultuurbeleid is. Ik had het misschien beter kunnen verwoorden en zeggen dat er toch wel een duidelijk aanvoelen en perceptie is van versnippering in het Brusselse, waardoor het voor kunstenaars toch wel vrij onduidelijk is wat nu precies de pistes zijn om hun werk te kunnen doen. Het is mijn aanvoelen dat er daarover consensus is. Dus mocht u eventueel documenten kunnen bezorgen, dan kunnen we dat al eens bekijken.
We moeten inderdaad de studie afwachten om te zien welke stappen er kunnen worden genomen. Maar ik hoop wel dat u zich positief zult opstellen, mocht het resultaat van de studie blijken te zijn dat er nood is aan een overkoepelend cultuurloket in Brussel.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw toelichting. Ik sluit mij uiteraard volledig aan bij uw standpunt dat er geen versnipperd beleid is. Vlaanderen voert een duidelijk beleid hier in onze hoofdstad, ook op het vlak van cultuur. Er is een heel mooi cultureel aanbod hier in Brussel.
We moeten inderdaad de studie afwachten. Zoals de minister-president heeft gezegd, hebben we reeds dat Cultuurloket, waarbij Brusselse Nederlandstalige initiatieven zich inderdaad mooi kunnen aansluiten. Ik hoop dan ook dat, wat er ook uit die studie naar voren komt, wij ons niet moeten wegsteken achter een eengemaakt cultuurloket, waardoor de zichtbaarheid van Vlaanderen misschien kleiner zou kunnen worden in Brussel. We mogen toch wel bijzonder fier zijn op het aanbod dat nu bestaat.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Alle gemeenschappen hebben die eerste fase, dat eerste tussentijdse rapport van de studie. We kunnen dat dan ook ter beschikking stellen, dat is geen probleem. Dat geldt ook voor elke volgende fase.
Oké, dank u wel.
De vraag om uitleg is afgehandeld.