Report meeting Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie

– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.

De heer De Roo heeft het woord.

Begin deze maand, op 6 april, keurde het Europees Parlement de Data Governance Act goed. Daarmee is de voorlaatste stap gezet in het wetgevende proces. Het is nu aan de Raad van Ministers om zich hierover te buigen.

Deze verordening is een belangrijke verordening en heeft als doelstelling het delen van data in de EU te faciliteren, zodat bedrijven nieuwe producten en diensten kunnen ontwikkelen en sterker kunnen inzetten op artificiële intelligentie (AI). De wetgeving zou de kostprijs van datavergaring moeten verlagen en zo ook de toegangsdrempels tot bepaalde markten. Naast bedrijven kunnen ook consumenten profiteren van bepaalde toepassingen, bijvoorbeeld inzake slimmer energiegebruik of gebruik van meer gepersonaliseerde medicijnen. De initiatiefnemers hechten tegelijk veel belang aan de nood om voldoende vertrouwen te creëren door middel van de bescherming van privacy, de neutraliteit van intermediaire bedrijven en de betere ontsluiting van data die door publieke diensten worden beheerd. 

Minister, ik heb een aantal vragen voor u.

Welke impact verwacht u van deze verordening op het vlak van ons beleid rond artificiële intelligentie en digitalisering van de economie?

Er was zeer grote steun voor het voorstel in het Europees Parlement. Verwacht u nog problemen in de Raad?

Minister Crevits heeft het woord.

Dank u wel voor de vraag, collega. Het geeft mij ook de kans om even in te gaan op een aantal belangrijke Europese regelgevende initiatieven.

De Data Governance Act is het eerste wetgevend voorstel uit de brede Europese datastrategie. Het initiatief heeft als doel om de beschikbaarheid van overheidsdata in de Europese Unie te faciliteren door vertrouwen in datatussenpersonen te vergroten en datadeling in de EU te versterken. De verordening wil vier topics rond datadeling aanpakken: hergebruik van beschermde data van overheidsinstanties, voorwaarden voor datadeeldiensten, het vrijwillig beschikbaar stellen van data – dat is data-altruïsme, een mooi woord – en een Europese adviesraad voor gegevensinnovatie.

Deze verordening vormt een onderdeel van een reeks Europese initiatieven die inzetten op het faciliteren van datadeling binnen de Europese Unie: ‘data spaces’ in het Digital Europe Programme, de toekomstige Data Act en de datastandaarden.

De verordening legt in elk geval de vinger op de kwestie van het vertrouwen als voorwaarde voor het delen van data en dus het kunnen inzetten van data voor maatschappelijk en economisch relevante toepassingen, onder meer via AI.

Wat het Vlaams beleid betreft: het Vlaams digitaliseringsbeleid zal verder inzetten op het sensibiliseren rond veilige datadeling én faciliteren van samenwerking rond datadeling en de bescherming van privacy.

Ik geef binnen de bevoegdheid Wetenschap en Innovatie onder andere steun aan SolidLab Vlaanderen – u kent dat –, een samenwerking tussen imec en de UGent.  Hiermee versterken we de kennis rond technologische bouwstenen, de Solidtechnologie (social linked data), om vertrouwen inzake datadelen te stimuleren. We willen Solid ook gaan uittesten, onder meer in de gezondheidszorg, maar ook in de media.

Via de Europese wetgeving zal er binnen elke lidstaat een datanutsbedrijf opgericht kunnen worden. Zo’n bedrijf moet de gegevens van burgers beter beschermen en tegelijk die data vlotter laten stromen. In Vlaanderen hebben we dergelijk initiatief al in de steigers gezet via de minister-president, die bevoegd is voor digitalisering van de overheid. Het Vlaams Datanutsbedrijf zal de komende jaren ook als platform fungeren om datadeling te faciliteren.

Verwacht ik nog problemen? Eigenlijk niet meer. Ik verwacht geen problemen meer in de Raad. Het heeft heel veel steun gekregen van heel veel Europese lidstaten, ook van ons.

De heer De Roo heeft het woord.

Bedankt voor uw antwoord, minister, en om de initiatieven op een rij te zetten.

Ik denk dat het delen van data van zeer groot belang is en dat heel wat initiatieven die zowel Europees als Vlaams genomen worden, ook gericht zijn op het vertrouwen laten toenemen van wie met data werkt, maar ook van de consument en zeker ook van bedrijven. Het is ook nuttig dat dergelijke initiatieven er zijn, want ze zullen toelaten dat er ook een markt voor data ontstaat en dat er toch voldoende aandacht is voor begrippen als privacy, voor het veilig delen van die data. Als derde is het meest belangrijke doel misschien dat we de digitale achterstand die we vandaag nog altijd hebben in Europa en ook nog een stuk in Vlaanderen – we zijn die wel aan het bijbenen, maar we hebben die nog altijd –, ook kunnen inhalen.

Dank dus voor uw antwoord. Ik volg de zaken graag verder op. Ik heb geen bijkomende vragen.