Report meeting Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Report
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Minister-president, dit is een opvolgingsvraag over de nieuwe subsidielijn voor talentontwikkeling in de amateurkunstensector. Ik vroeg u al eens schriftelijk hoeveel aanvragen er waren ingediend. Dat was op zich een succes: 179 aanvragen werden ingediend in die nieuwe lijn. 147 aanvragen waren ontvankelijk en 87 aanvragen kregen een subsidie voor een totaalbedrag van 440.179 euro.
Inmiddels zou een evaluatie van deze eerste ronde gebeurd zijn. Daaruit bleek dat enkele wijzigingen aan het reglement wenselijk waren. Natuurlijk moeten we dit reglement samen bekijken met het nieuwe Amateurkunstendecreet waaraan u volop bezig bent en waar onze collega Marius Meremans een conceptnota over schreef.
Het volledige budget van 838.000 euro werd niet volledig besteed voor de vorige ronde. Wat is er gebeurd met de overgebleven middelen?
Vorige week werd een bijsturing van het reglement goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Kunt u kort ingaan op de evaluatie daarvan en op de bijsturingen?
Wat is de stand van zaken van de herziening van het Amateurkunstendecreet, en welke plaats zal dit reglement in het toekomstige decreet krijgen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw D’Hose, de onbenutte middelen van 2021 werden gebruikt om een schadevergoeding te betalen in verband met de toekenning van variabele subsidies. Voor de context verwijs ik naar het antwoord op schriftelijke vraag nr. 257 van 20 januari 2011 van de heer Chris Janssens en naar de toelichting van deze dossiers door minister Gatz tijdens de begrotingsaanpassing 2017. Dit jaar wil ik de laatste van deze langlopende geschillen afsluiten. Om die reden kan ik hier momenteel geen verdere details over geven. De gerechtelijke procedure loopt.
Voor het jaar 2022 is 835.000 euro beschikbaar voor de twee projectrondes talentontwikkeling. Ik ga er immers van uit dat het reglement nog heel wat groeipotentieel heeft, zowel op het vlak van het aantal aanvragen als op het vlak van de kwaliteit van de aanvragen.
Wat de evaluatie van de eerste ronde van het reglement betreft, verwijs ik naar mijn antwoord van 13 januari 2022 op de vraag om uitleg 1190 van de heer Meremans. Ik ging toen uitgebreid in op de resultaten van deze evaluatie. Wat de wijzigingen betreft, verwijs ik naar de nota zoals goedgekeurd door de Vlaamse Regering. De belangrijkste inhoudelijke wijzigingen gaan over het organiseren van een bijkomende, jaarlijkse indienronde op 15 april en het verplicht maken van het criterium samenwerking. Door samenwerking verplicht te maken, willen we talentontwikkeling en professionalisering nog meer stimuleren. Het kan daarbij gaan om alle gradaties van samenwerking: van het inschakelen van een coach tot een diepgaande samenwerking met een partnerorganisatie.
Ik ben momenteel in overleg met mijn administratie om de krijtlijnen van het nieuwe Amateurkunstendecreet te bepalen. De bedoeling is om nog voor de zomer mijn plannen een eerste keer voor te stellen aan de Vlaamse Regering. Wat het reglement talentontwikkeling betreft, onderzoeken we de mogelijkheid om dit op termijn te integreren in het nieuwe decreet. Ik zal daarvoor de resultaten van de evaluatie van de volgende projectrondes mee in beschouwing nemen.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Minister-president, dank u wel voor de verduidelijkingen. Ik vind het heel goed dat samenwerking als verplicht criterium werd opgenomen. Nog voor de zomer? Oké! Dit zal snel gaan. Het is logisch dat het reglement wordt geïntegreerd. Dat is mijn persoonlijke mening.
Tot slot nog een kleine oproep. Ik erger mij al jaren aan de term ‘Amateurkunstendecreet’. Ik vind de term ‘amateur’ zo … amateur. Met onze creatieve breinen op het departement en diegenen die rondlopen in de sector zouden we in staat moeten zijn om een nieuwe benaming te vinden. Ik doe hierbij een warme oproep om goede ideetjes te bezorgen.
De heer Meremans heeft het woord.
Het is belangrijk dat, dankzij de vraag van mevrouw D’Hose, de amateurkunsten opnieuw aandacht krijgen. We hebben op zo’n korte tijd nog nooit zoveel over amateurkunsten gesproken.
Het is inderdaad een foute term. ‘Niet-professioneel’ is ook geen goede term. Misschien moeten we die vraag eens voorleggen aan de amateurkunstenaars zelf.
Ik kijk ook uit naar het nieuwe decreet. Ik vind uiteraard de samenwerking een goede zaak. Ik ben ook blij met de tweede ronde. We zullen nu moeten afwachten hoe we dat zullen inplannen binnen het nieuwe decreet. Dat wordt een uitdaging. Dat zal in overleg gebeuren met de organisaties. We moeten de rollen van die beide budgetlijnen goed afbakenen.
Ook de rol ten aanzien van het Bovenlokaal Cultuurdecreet moet in de gaten worden gehouden. Ook daar worden er projecten met andere partners gestimuleerd. We moeten goed opletten dat we niet dubbelop subsidiëren, dat we goed plannen waar het geld terechtkomt. Dat moet duidelijk zijn voor de sector.
U kunt alleszins op onze volledige steun rekenen.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Wij hebben zeker geen problemen met de aanpassingen aan het reglement. Ze werden al toegelicht in de commissie naar aanleiding van een vraag om uitleg. We hebben uit de sector wel bedenkingen ontvangen die aansluiten bij standpunten die onze fractie eerder heeft ingenomen, onder andere bij de afschaffing van de provinciale steun aan amateurkunsten en de evaluatie van het decreet Bovenlokaal Cultuurbeleid.
Ik zal die standpunten hier niet allemaal herhalen. Dat zou ons te ver leiden. Ik ga wel in op de samenwerking die een verplicht element wordt. Dat is oké, maar het moet in onze ogen breed geïnterpreteerd kunnen worden. Ook het inhuren van expertise zou daarbij moeten horen, volgens ons.
Een belangrijke opmerking in dezen is ook in hoeverre het reglement niet een circuit zal creëren naast de talentontwikkelingstrajecten van de amateurkunsten. Verschillende organisaties bieden bijvoorbeeld coaching aan, waarbij ze op hun beurt de coaches in kwestie opleiden en screenen. Er wordt nagedacht over verduurzaming enzovoort. In welke mate worden dat parallelle circuits en wordt de kwaliteit van de coaching en expertise gewaarborgd door dit reglement?
Er zijn nog meer opmerkingen, maar ik neem aan, minister-president, dat u met de sector hierover verder in overleg zult gaan. Wij zijn in elk geval zeer tevreden dat er een tweede indienronde komt in het voorjaar. Dat sluit nauwer aan bij de praktijk. Het zou beter zijn indien de projecten zouden kunnen starten op 1 juni in plaats van op 1 augustus. Dat is ook een van de zaken die naar boven kwamen.
Bij de eerste ronde werd ongeveer de helft van het budget besteed. Wat gebeurt er met de resterende middelen? Die vraag wordt ook gesteld.
Het is te veel om naar aanleiding van deze vraag om uitleg het hele amateurkunstenveld te overlopen. We volgen het in elk geval verder op.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Er werden geen bijkomende vragen gesteld. Dit wordt inderdaad vervolgd. Ik neem de uitdaging aan om een andere term dan ‘amateurkunsten’ te bedenken. Laat iedereen maar zijn inspiratie de vrije loop laten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.