Report meeting Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Vraag om uitleg over de Glasgow Declaration on Climate Action in Tourism
Report
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Voorzitter, minister, in de rand van de klimaattop in Glasgow hebben de toeristische sector, of toch zij die pretenderen de toeristische sector te vertegenwoordigen, de Glasgow Declaration for Climate Action in Tourism ondertekend. Met dit charter wil de sector een eigen klimaatbeleid uitstippelen en zich engageren om de emissies uit toerisme te halveren tegen 2030 en een nuluitstoot te bereiken tegen 2050.
Toerisme zou wereldwijd verantwoordelijk zijn voor 8 procent van de totale koolstofuitstoot en de Verenigde Naties voorspellen een toename van de uitstoot door toerisme van 25 procent in 2030.
Meer dan driehonderd organisaties – landen, toeristische stakeholders, grote bedrijven, bestemmingen – hebben dat charter ondertekend. Voor zover ik weet, heeft tot op heden geen enkele Vlaamse organisatie het charter al ondertekend.
De secretaris-generaal van de World Tourism Organization (UNWTO) of de Wereldorganisatie voor Toerisme, Zurab Pololikashvili, benadrukte dat hoewel veel privébedrijven al initiatieven nemen op het vlak van klimaatactie, een ambitieuzer plan voor de hele sector nodig is om te verzekeren dat het toerisme zijn klimaatengagementen versneld realiseert. Het charter zou een hulpmiddel moeten zijn om de kloof te dichten tussen goede bedoelingen en reële klimaatmaatregelen.
Ook wordt elke horecagelegenheid ter wereld opgeroepen om het verdrag te ondertekenen. Het verdrag stelt: “Een rechtvaardige overgang naar Net Zero vóór 2050 is alleen mogelijk als het herstel van het toerisme de invoering van duurzame consumptie en productie versnelt en ons toekomstige succes herdefinieert door niet alleen rekening te houden met de economische waarde, maar ook met het herstel van ecosystemen, biodiversiteit en lokale bevolkingsgroepen.”
Minister, wat is uw standpunt over dit charter? Zal Toerisme Vlaanderen dit charter ondertekenen?
Denkt u dat de horecagelegenheden in Vlaanderen of de toeristische sector geneigd zullen zijn om dit charter te ondertekenen na alle maatregelen die ze tijdens de covidpandemie al moesten ondergaan en de enorme financiële klappen die ze te verwerken kregen?
Welke initiatieven worden er momenteel in Vlaanderen hieromtrent genomen in de toeristische sector?
Hebt u zicht op de standpunten van de verschillende toeristische stakeholders in Vlaanderen? Wat zijn daar de voornaamste kritieken en bekommernissen? Zult u daarover nog verder overleg plegen?
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, mijn vragen zijn gelijkaardig. Ik zal de inleiding dus niet herhalen, die heeft collega Slagmulder al geschetst.
Het gaat hier inderdaad over het charter dat is opgesteld door een Britse non-profitorganisatie met input van een dertigtal andere organisaties. De doelstelling is om de emissies tegen 2030 te halveren en tegen 2050 tot nul te reduceren. Zoals collega Slagmulder zei, hebben al driehonderd organisaties dit charter ondertekend. Het is echt de bedoeling dat de ruime reissector zich daarachter schaart, dus niet alleen vliegtuigmaatschappijen maar ook hotels en horecazaken.
Het ondertekenen van de verklaring betekent niet alleen dat je je steun geeft, je verbindt je er ook toe om binnen de twaalf maanden een echt klimaatplan op te stellen dat dan op de website One Planet Network komt te staan. Elk klimaatplan moet vijf aspecten bevatten: het meten en openbaar maken van de emissies, het opstellen van doelstellingen die de sector koolstofvrij maakt, het herstellen en beschermen van natuurlijke ecosystemen, het samenwerken met andere organisaties om best practices te delen, en het voorzien in voldoende financiële middelen.
Voor zover we weten, is er vandaag inderdaad nog geen enkele Belgische of Vlaamse organisatie die zich al heeft ingeschreven. TUI lanceerde wel een ‘fair travel’, een groene benadering van vliegreizen, autoreizen en citytrips.
Minister, kunt u hier nog wat verder uitleg over geven?
Hoe beoordeelt u dit engagement van de reissector?
Weet u waarom nog geen Vlaamse organisaties de verklaring hebben ondertekend?
Lijkt het u haalbaar dat we die uitstoot tegen 2030 halveren en tegen 2050 tot nul herleiden?
Zult u organisaties uit de sector aanzetten om de verklaring te ondertekenen of net niet?
Hebt u weet van andere innovatieve initiatieven om die uitstoot te verminderen?
Zal het charter invloed hebben op de duurzaamheidsdoelstellingen die u in uw toeristische beleid aanhoudt?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u, collega’s. De vragen over de Glasgow Declaration on Climate Action in Tourism zijn voor een stuk gelijklopend. Ik zal ze dus gebundeld beantwoorden.
De Glasgow Declaration is het werk van een grote groep stakeholders in en buiten de toerismesector waaronder universiteiten, ngo’s, private spelers, de UNWTO, Visit Scotland enzovoort. De hoofddoelstelling is te komen tot gezamenlijke duurzaamheidsambities die in lijn liggen met de internationale afspraken hierover.
Bij de Glasgow Declaration horen ook ‘operating guidelines’. Deze geven een duidelijk overzicht van de verwachtingen en het profiel.
Het feit dat de sector zich zelf engageert om tot een duurzame organisatie van toerisme te komen, is positief, denk ik. De ambities van de Glasgow Declaration hebben ook een link met de visie Reizen naar Morgen, die toerisme niet ziet als een doel maar wel als een middel om de bestemming Vlaanderen, zijn inwoners en ondernemers te laten floreren. Actie om de impact van toerisme op het klimaat te verminderen is dan ook essentieel, denk ik. Het biedt ook kansen voor onze Vlaamse actoren.
Dit charter creëert ook een forum om internationaal samen te werken rond duurzaamheid in toerisme. Het biedt een platform aan om aan de slag te gaan met doelstellingen en actieplannen en een bijdrage te leveren rond de aanpak van duurzaamheid. Met Reizen naar Morgen behoren we op dat vlak tot de wereldtop, voor alle duidelijkheid.
Bij mijn weten heeft nog geen enkele Vlaamse organisatie of onderneming dit ondertekend. In de praktijk is de Glasgow Declaration namelijk vooral gericht op grotere en overkoepelende organisaties zoals grote hotelketens en allianties. Dat blijkt ook uit de ‘terms and conditions’. U kunt die erop nalezen.
Ook de huidige ondertekenaars zijn grote organisaties zoals destination management organisations en grote hotelketens die samen een platform creëren om van elkaar te leren. Toerisme Vlaanderen heeft dit nog niet ondertekend. Ik zal samen met Toerisme Vlaanderen bekijken of het opportuun is om dat te doen. Wij zijn eigenlijk al actief bezig met duurzaamheid binnen onze sector. We hebben daarvoor de visie Reizen naar Morgen uiteengezet. Samen met Toerisme Vlaanderen werken we ook rond de Global Destination Sustainability Index en rond alles wat te maken heeft met uitstoot. Ook de Green Key accommodaties en venues zijn hiervan een belangrijk voorbeeld. Via certificaten tonen deze spelers welke inspanningen zij leveren om hun impact te verkleinen. Daarnaast bestaan er ook kleinere initiatieven om de impact op het klimaat te verkleinen, zoals de korte keten in culinaire belevingen.
Bij de start van het traject voor de opmaak van het duurzaamheidsplan deed Toerisme Vlaanderen al een bevraging bij heel wat partners zoals provinciale toeristische diensten, kunststeden, Horeca Vlaanderen, Herita en Logeren in Vlaanderen naar hun duurzaamheidsplannen. Vaak bleek dat duurzaamheid slechts in de visie wordt vernoemd maar dat daar geen doelstellingen en actieplannen aan verbonden zijn. De partners geven wel duidelijk aan dat ze hiermee aan de slag willen en ook naar Toerisme Vlaanderen kijken voor een best practice voor het opstellen van hun geformuleerde plannen. Met het duurzaamheidsplan van Toerisme Vlaanderen willen we dan ook de sector mee ondersteunen in zijn streven, want de wil is er wel, bleek ook na dat traject.
Tot slot was er nog de vraag naar de impact van de Glasgow Declaration op het Vlaamse toeristische beleid. Zoals ik al aangaf, wachtten we niet op deze verklaring om te werken aan duurzamere vormen van toerisme. Toerisme Vlaanderen stelt momenteel ook eigen duurzaamheidsdoelstellingen op die vertaald worden naar actieplannen ingebed in de hele organisatie. We bekijken samen met Toerisme Vlaanderen in hoeverre dit kader van doelstellingen nu al aligneert met de verwachtingen binnen de Glasgow Declaration. De duurzaamheidsdoelstellingen van Toerisme Vlaanderen worden hoe dan ook verbonden met de hogere doelstellingen en de visie Reizen naar Morgen.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister. Het komt dan wel uit de toeristische sector zelf, niet vanuit Vlaanderen alleszins, maar ik vind dat we toch waakzaam moeten zijn voor nog meer klimaatregelneverij. Er is een groot verschil tussen de grote spelers, die bepaalde engagementen veel gemakkelijker kunnen aangaan, en de kleine zelfstandigen en organisaties, die moeten vechten om het hoofd boven water te houden. Ik hoop alleszins dat onze Vlaamse toeristische sector en ook de horeca niet nog eens extra regeltjes opgelegd zullen krijgen vanuit de Vlaamse overheid, die dan uiteindelijk nauwelijks impact zullen hebben en die het voor de sector en de burger alleen maar nog duurder zullen maken. Er worden uiteindelijk al heel wat inspanningen geleverd. Voor alle duidelijkheid, ik heb niets tegen concrete klimaatoplossingen die daadwerkelijk een verschil maken. Maar de toeristische sector en onze horeca hebben het nu door corona al heel moeilijk om te overleven. De verliezen die in deze sector de voorbije maanden gemaakt werden, zijn alleszins enorm.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Dank u voor uw antwoord, minister. Ik denk dat we het initiatief dat uit de sector zelf komt uiteraard positief moeten onthalen. Uiteraard moeten we nakijken in hoeverre het passend is voor bepaalde sectoren en bepaalde bedrijven. Ik hoor dat u met Toerisme Vlaanderen ook even de loep zult zetten op het charter om te kijken of het wel wenselijk is om dit ook zelf te ondertekenen. Ik zal dat zeker ook nauw opvolgen. Indien wel, denk ik dat het interessant is om een oproep te doen naar andere actoren in onze sector, of dat nu grotere of kleinere zijn, om zich hier ook aan vast te haken.
Het is ook al aangehaald dat we de toeristische sector voor de initiatieven die ze nu al nemen en die ze al genomen hebben om te vergroenen en duurzamer te worden, alleen maar kunnen bedanken en dat we dat waarderen en overtuigd zijn dat ze daar ook verdere stappen in zullen zetten en dat u hen daarin met uw beleid ook zult ondersteunen.
Mevrouw Van den Brande heeft het woord.
Minister, u zegt: een positief initiatief. Dat stemde mij in eerste instantie gelukkig. Want ik wil toch ook wel wat aandringen dat u de sector en zeker de grote bedrijven aanport om ook bij ons dit charter te ondertekenen. Een daling van de CO2-uitstoot zal wellicht de enige manier zijn om de toeristische sector leefbaar te houden in de toekomst. We willen toch te allen tijde vermijden dat die klimaatopwarming in een versneld tempo regio’s impacteert en dat hierdoor reizen in de toekomst misschien wel onmogelijk wordt of toch uiterst moeilijk. Er is een ambitieuzer plan nodig. U bekijkt het met Toerisme Vlaanderen, zegt u, of het opportuun is. Ik hoop dat dat bedoeld is als een positief iets en dat u dit toch heel ernstig zult nemen en het niet zomaar links naast u neer zult leggen.
Minister Demir heeft het woord.
De Glasgow Declaration lijkt mij niet op maat van individuele toeristische spelers, maar ik kan dat natuurlijk wel ondertekenen. Iedereen is natuurlijk vrij om te tekenen wat men wil. In de Glasgow Declaration zijn ook verschillende concrete doelstellingen opgenomen om tegen 2030 de uitstoot van de toeristische sector te halveren en in 2050 tot nul te reduceren. Ook vanuit Europa worden gelijkaardige doelstellingen besproken, onder meer ook in het Transitietraject Toerisme. Als men zich tot een dergelijke ambitie wil verbinden, kan dat natuurlijk een streefdoel zijn. We gaan niemand tegenhouden.
Belangrijk is wel dat er rekening gehouden wordt met de eigenheid van elke regio en er geen blinde one-size-fits-alldoelstellingen opgelegd worden. Het is goed dat de heel grote allianties zoals TUI en heel grote hotelketens dit ondertekenen en daaraan werken. Als zij dat hier in Vlaanderen ook willen ondertekenen, is dat natuurlijk geen enkel probleem. Ik ga ze niet tegenhouden, voor alle duidelijkheid.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Dank, minister. We hebben onlangs het actualiteitsdebat rond het klimaat gevoerd in de plenaire vergadering. Daar werd door alle partijen stelling genomen. De Vlaams Belang-fractie heeft er toen op gewezen dat de Vlaming toch vooral wakker ligt van zijn portemonnee, van veiligheid, van treinen en bussen die op tijd rijden, van een betaalbare energiefactuur en zo verder. Maar Vlamingen moeten ook – wat het toeristische luik betreft – tegen een betaalbare prijs op reis kunnen blijven gaan. Iedereen verdient vakantie, maar de modale Vlaming verdient ook een betaalbare vakantie. Daarom roepen we op om het onze toeristische sector toch niet extra moeilijk te maken door in de nabije toekomst nog meer klimaatmaatregelen op te leggen. De Vlaamse consument betaalt uiteindelijk de rekening en het zal hem dus nog meer geld gaan kosten.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Ik denk dat de reissector wil meewerken en het niet als een extra last ziet om de schouders hieronder te zetten. We mogen hier zeker positief tegenaan kijken. We kijken ernaar uit wat Toerisme Vlaanderen zal doen. Ik zal het verder blijven opvolgen.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.