Report meeting Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Report
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, de laatste tijd kopen in ons land bedrijven die naar China exporteren, in groten getale onze eiken en beuken op. Ze betalen er hogere prijzen voor, die onze houtzagerijen niet kunnen betalen. Soms betalen ze zelfs tot 30 procent meer. De prijzen zijn in enkele jaren tijd verdubbeld. De trend laat zich al enkele jaren voelen, maar dit jaar blijkt het toch wel pijlsnel de hoogte in te gaan.
De Belgische Houtconfederatie stelt dat dit jaar meer dan 80 procent van alle loofhout in ons land werd verkocht aan traders die handelen in naam van Chinese bedrijven. Bovendien voerde China in eigen land een kapverbod in. Chinese bedrijven krijgen er als tegemoetkoming subsidies om hout in te voeren.
Volgens professor Jonathan Holslag ligt de verklaring in het feit dat Chinese goederen massaal via containerschepen op onze markt worden gegooid en dat men deze containers niet leeg wil laten terugkeren naar China.
Oorspronkelijk werd er schroot terug verscheept naar China, maar zij weigeren nu blijkbaar het schroot. Als alternatief worden nu dus massa’s ladingen hout naar China versleept, wat in ons land leidt tot die marktverstoring. Dat wordt ook op openbare veilingen van hout opgemerkt. In sommige veilingen worden alle belangrijke partijen hout opgekocht door bedrijven die het dan naar China exporteren. Deze bedrijven blijken systematisch meer te bieden.
Die agressieve economische politiek die China wereldwijd voert, zorgt ook in ons land voor slachtoffers. Marc Peleman, zaakvoerder van een houtzagerij in Puurs, liet via de media trouwens het volgende weten: “Als de politiek niet snel in actie schiet, zijn er straks geen houtzagerijen meer in ons land”. Hij verwijst zelfs naar het feit dat China zich gedraagt zoals een koloniale mogendheid en maakt de vergelijking met de tijd dat ‘wij’ in Afrika tropisch hout gingen kopen. Hij stelt daarbij dat wij nu wel het ontwikkelingsland lijken te zijn dat ten prooi valt aan de Chinezen.
Er wordt nu aan de alarmbel getrokken en alle betrokkenen kijken nu naar de overheid voor oplossingen. Men stelt dat het beleid wakker moet worden en dat Europa een vuist zou moeten maken. Er zou immers sprake zijn van oneerlijke concurrentie, hetgeen bij ons tot bedrijfssluitingen zou kunnen leiden wegens een gebrek aan grondstoffen.
Minister-president, wat is de houding van de Vlaamse overheid ten aanzien van de agressieve Chinese handelspolitiek in het algemeen en met betrekking tot de houtexport naar China in het bijzonder?
Heeft de sector inmiddels overleg gevraagd? Zo ja, hoe heeft de Vlaamse overheid hierop gereageerd? Zo neen, welke initiatieven plant u hieromtrent nog te nemen?
Minister-president, bent u bereid om met de ons omringende landen contact op te nemen om deze problematiek gezamenlijk aan te pakken? Zo ja, naar welke landen kijkt u specifiek en wat plant u te ondernemen? Zo niet, waarom niet?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Deckmyn, ik zal uw drie vragen samen beantwoorden. De Vlaamse en Europese economie zijn natuurlijk open economieën en we profiteren over het algemeen van het multilateraal handelssysteem. Dat neemt niet weg dat het multilateraal handelssysteem de voorbije jaren meer en meer onder druk is komen te staan en dat oneerlijke handelspraktijken het gelijk speelveld bedreigen.
We zijn dan wel een open economie, maar we mogen ook niet vervallen in naïviteit. Het is daarom dat de Vlaamse Regering de Europese Commissie actief steunt in het versterken van het gelijk speelveld, zonder evenwel af te glijden naar een protectionistische houding. De voorbije maanden hebben we enkele nieuwe initiatieven gezien die daartoe aangekondigd werden. Ik denk bijvoorbeeld aan het voorstel om de marktverstorende effecten van buitenlandse subsidies op onze interne markt aan te pakken of een aankomend voorstel over het tegengaan van dwangpraktijken. Mijn diensten nemen constructief deel aan deze lopende gesprekken.
Wat betreft de concrete zaak over de opkoop van Vlaams hout door China, blijkt uit de cijfers inderdaad dat de houtexport vanuit Vlaanderen naar China de voorbije jaren exponentieel is toegenomen: met 98 procent van 2018 op 2019 en opnieuw met 73 procent van 2019 op 2020. Hoewel in deze cijfers ook ander Europees hout vervat zit dat via de Vlaamse havens verscheept wordt, zijn dat toch duidelijke stijgingen. We zullen dit dossier dan ook verder onder de loep nemen en de Vlaamse belangen behartigen.
Concreet is er op Vlaams niveau reeds overleg geweest met het kabinet van minister Demir. Ik bekijk met de minister en de sector of er op korte termijn verder overleg nodig is. Ik heb onze vertegenwoordigers in de buurlanden ondertussen al gevraagd of deze problematiek ook bij hen speelt en hoe de houding van de overheid is. Op basis van hun feedback kunnen we eventueel gezamenlijke stappen overwegen.
Ik zal ook bij de Europese Commissie laten navragen of zij op de hoogte is van deze problematiek en om een inschatting van de situatie vragen. Ook de WTO-compatibiliteit (World Trade Organization) van de Chinese maatregelen zal ik bij de Commissie laten nagaan. Hoewel het regelgevingsrecht van staten de Chinese overheid natuurlijk toelaat om aan milieubeleid te doen en, bijvoorbeeld, een kapverbod in te stellen, kan men immers wel de vraag stellen of de Chinese subsidies WTO-compatibel zijn.
Ten slotte zal ik in overleg met de sector en de federale vertegenwoordigers in het markttoegangscomité nagaan of het aankaarten van de problematiek in dat comité het geschikte kanaal is om na te gaan of andere lidstaten hier ook mee geconfronteerd worden.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, bedankt voor uw antwoord, dat mij toch een beetje geruststelt. We zijn inderdaad open economieën, maar toch wil dat natuurlijk niet zeggen dat wij ons zomaar oneerlijke concurrentie mogen laten aandoen door derden. En ik stel vast dat u actie wilt ondernemen, zonder uiteraard protectionistisch te zijn. We zijn een open economie en we moeten ons natuurlijk niet opsluiten.
Ik meen goed begrepen te hebben dat u contact hebt opgenomen met buurlanden om eventueel gezamenlijke acties te overwegen, en dat u blijkbaar nog wacht op feedback. Want langs de ene kant bewandelt u het kanaal Europese Unie, en langs de andere kant hebt u met buurlanden contact opgenomen. Kunt u nog even schetsen welke buurlanden dat zijn, en binnen welke termijn u eventueel verdere stappen overweegt?
Minister-president Jambon heeft het woord.
De buurlanden zijn de rechtstreeks betrokken en ons omringende landen, dus voornamelijk Duitsland en Frankrijk. Het hangt een beetje af van het antwoord dat we van die buurlanden krijgen en hoe hoog dat bij hen op de agenda staat om te kijken wanneer we daar effectief actie in kunnen ondernemen.
Maar inderdaad, er is ook het parallelle kanaal met de EU, om na te gaan of er werkelijk sprake is van praktijken die niet overeenstemmen met de regels van de Wereldhandelsorganisatie.
De vraag om uitleg is afgehandeld.