Report meeting Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Report
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer D’Haese heeft het woord.
Minister, op 21 maart werd bekend dat een chauffeur van De Lijn is overleden aan corona. Dat is een bijzonder tragisch feit. Ik wil ook absoluut mijn medeleven betuigen. Het is vandaag ook nog niet duidelijk waar de besmetting juist plaatsvond. Ik wil daarvoor, voor alle duidelijkheid, ook niemand met de vinger wijzen. Dat is helemaal niet de bedoeling.
Ik denk wel dat zo'n voorval met een chauffeur die voor een van onze overheidsdiensten werkt, ons er echt toe moet aanzetten om extra aandacht te besteden aan de veiligheid op het werk. Specifiek voor De Lijn is daarom de vraag of er op dit moment en doorheen de hele crisis voldoende maatregelen genomen worden en werden om besmettingen tegen te gaan.
Ik heb u in oktober een schriftelijke vraag gesteld over de cijfers van het aantal besmettingen bij het personeel van De Lijn. Uit het antwoord bleek toen dat die cijfers niet bijgehouden werden. Ik moet zeggen dat ik dat op zijn minst opmerkelijk vind. IDEWE doet normaal gezien het contactonderzoek voor De Lijn. Dat zou normaal gezien toch in hun database moeten zitten, maar dat kon blijkbaar niet worden opgevraagd.
In een andere schriftelijke vraag vroeg ik naar de resultaten van de inspecties van preventieadviseurs langs de stelplaatsen. Ook wat dat betreft was er op het moment van het antwoord van de minister geen duidelijk overzicht beschikbaar over de situatie rond coronapreventie in alle stelplaatsen.
Ik vind dat toch twee opmerkelijke zaken, midden in die grote gezondheidscrisis die we meemaken. Daarom heb ik een aantal vragen over het coronabeleid bij De Lijn en over de besmetting en het overlijden van de chauffeur.
Heeft De Lijn een onderzoek ingesteld om na te gaan of de besmetting van de overleden chauffeur heeft plaatsgevonden tijdens zijn werkuren? Zo niet, wilt u dat laten onderzoeken?
Kunt u zeggen wat de resultaten waren van de inspectieverslagen van de preventieadviseur in de stelplaats en de personeelslokalen waar de overleden chauffeur actief was?
Mijn schriftelijke vraag over de besmettingscijfers bij De Lijn dateert van een half jaar geleden. Houdt De Lijn ondertussen wel gegevens bij over het aantal besmettingen? Indien dat het geval is, zijn er bij De Lijn clusteruitbraken vastgesteld?
We zijn momenteel op een punt in de pandemie waarop we voorzichtig kunnen beginnen met evaluaties te maken. Het is nog niet achter de rug, maar we hebben er toch al een groot deel van de rit op zitten. Hoe evalueert u de maatregelen die door De Lijn werden genomen om besmettingen te vermijden, zoals ontsmetting van de bussen, afscheiding van de stuurposten, afstandsregels in de personeelsruimtes? Ziet u zelf nog ruimte voor verbetering?
Minister Peeters heeft het woord.
Bedankt voor uw vraag, mijnheer D’Haese. Uiteraard is het enorm te betreuren dat er een COVID-19-slachtoffer is gevallen binnen de organisatie van De Lijn. Tout court is elk slachtoffer van COVID-19 een drama voor de familie en de onmiddellijke omgeving. Laat me dat eerst duidelijk stellen. Ik wil zeker ook mijn steun aan hen betuigen.
Bij elke melding van een mogelijke besmetting binnen de organisatie van De Lijn onderneemt De Lijn uiteraard de nodige acties. Samen met de externe dienst voor preventie wordt in voorkomend geval ook onmiddellijk contactopsporing opgestart, zoals het uiteraard ook voorgeschreven is. En waar aangewezen wordt eveneens, samen met de bedrijfsarts, een specifieke en participatieve situatieanalyse doorgevoerd.
In dit spijtige geval, waar u nu specifiek naar verwijst, kon geen verband worden gevonden met een mogelijke besmetting op de werkvloer. Dat is alleszins wat De Lijn mij hieromtrent duidelijk meegeeft.
De maatregelen die in de stelplaats van de overleden chauffeur genomen zijn, zijn voor alle locaties van De Lijn dezelfde. Ze krijgen allemaal dezelfde steekproefsgewijze controles. Die worden telkens opnieuw uitgevoerd door de externe dienst voor preventie en/of door de dienst sociale arbeidsinspectie. Het uitgangspunt is om er continu over te waken dat alle maatregelen ook worden nageleefd. U kent alle maatregelen natuurlijk: hygiënische maatregelen, ontsmettingsmaatregelen, afstand houden en dergelijke meer. Er wordt telkens gecontroleerd of al die maatregelen ook ten volle worden gerespecteerd.
Voor de stelplaats in Brugge was er een inspectie door de externe dienst op 17 maart laatstleden. In het verslag daarvan wordt geen melding gemaakt van een of andere grote tekortkoming. Er zijn misschien wel een paar knipperlichten, zo meldt De Lijn mij. Men geeft in het rapport mee dat de medewerkers er continu op gewezen moeten blijven worden dat ze de anderhalve meter afstand moeten respecteren. Dat staat specifiek opgenomen in het verslag, alsook dat in alle lokalen telkens voldoende preventiemiddelen voorhanden moeten zijn. Dat betekent dat er voldoende zeep, wegwerphanddoekjes en dergelijke aanwezig moet zijn. Dat staat er specifiek in opgenomen.
De Lijn houdt omwille van de wet op de privacy en het medisch geheim niet bij in welke mate werknemers getroffen zijn door COVID-19. U weet dat we bij De Lijn ruim 7500 werknemers tellen. Ze houden dat als dusdanig dus niet allemaal bij, en ook geen besmettingscijfers van hun personeel. Dat is wat u inderdaad ook al geantwoord is op uw eerdere schriftelijke vraag.
Hoe evalueer ik tot slot de maatregelen die door De Lijn zijn genomen? Voor De Lijn, net zoals voor andere sectoren, werd een protocol opgemaakt met daarin zeer duidelijke afspraken. Dat protocol is ook gepubliceerd op de website van De Lijn en is daar te consulteren. Het is ook voor advies voorgelegd aan het coronacommissariaat en is daar ook goedgekeurd. Er waren initieel een aantal opmerkingen en aanpassingen – ik praat nu over een aantal maanden geleden. Er zijn aanpassingen op doorgevoerd, en finaal is het dan ook goedgekeurd. Als er zich andere evoluties voordoen, wordt dat protocol ook telkens weer aangepast. Er is wat dat betreft nauw overleg met de andere vervoersmaatschappijen en uiteraard ook opnieuw met het coronacommissariaat.
De heer D’Haese heeft het woord.
Bedankt voor het antwoord, minister. Ik ben heel blij om te horen dat de besmetting niet op het werk zou zijn opgelopen. Dat maakt het verlies natuurlijk niet minder, maar het is wel goed om te weten dat het op zijn minst niet op die manier is gebeurd.
Wat het algemene coronabeleid bij De Lijn betreft, minister, blijf ik toch wat op mijn honger zitten, ten eerste rond het bijhouden van gegevens. Het is een beetje vreemd. Langs de ene kant zegt u dat er na elke melding van een mogelijke besmetting contactopsporing volgt met de externe preventiedienst. En langs de andere kant zegt u dat men gezien de privacy en het medisch geheim geen gegevens kan bijhouden. Maar ik kan me niet inbeelden dat ze bij IDEWE, de externe preventiedienst, die cijfers niet hebben, aangezien ze die moeten verwerken. En als zij die hebben, moeten wij daar toch een beeld van kunnen krijgen? Dat is toch wel heel belangrijk om in globo te weten of we bij zo’n overheidsbedrijf met problemen zitten en er veel besmettingen zijn, of dat het juist allemaal supergoed verloopt en dat er heel weinig besmettingen zijn. Zitten we boven of onder het gemiddelde in de bevolking? Dat is toch een superbelangrijk gegeven om mee aan de slag te kunnen, als externe preventiedienst, maar ook als overheidsbedrijf zelf? Want het is uiteindelijk De Lijn zelf die ervoor moet zorgen dat alles in orde is in die stelplaatsen, met de personeelswissels en zo verder. Ik vind het dus een beetje vreemd dat we daar geen zicht op kunnen krijgen.
Het feit dat er 7500 werknemers zijn, lijkt mij veeleer een argument om daar net meer op in te zetten dan het omgekeerde. Het is niet omdat het moeilijk is, dat we het niet moeten doen. Dat is juist een extra verantwoordelijkheid die we hebben voor al die mensen die daar werken. Kunt u uitleggen hoe het komt dat we wel elke mogelijke besmetting doorgeven, maar dat er geen algemeen beeld bestaat van hoeveel besmettingen er uiteindelijk zijn? Dat is toch een beetje raar.
Mijn tweede punt gaat over de inspecties. Ik ben blij dat er in Brugge geen grote tekortkomingen waren. Blijkbaar waren er wel wat tekorten van materiaal. Hebt u ook een globaal zicht? Dat is waar ik een aantal maanden geleden ook naar vroeg, maar ondertussen zijn er andere inspecties, begrijp ik. Hebt u een globaal zicht van hoe het er in onze stelplaatsen aan toegaat? Er is links en rechts in interviews al bekend geraakt dat als mevrouw Schoubs stelplaatsen bezoekt, ze haar ogen opentrekt als ze ziet in welke omstandigheden de mensen daar moeten werken en pauzeren. Ik vraag me dus af of er een globaal beeld is. Zitten die preventiemaatregelen in onze stelplaatsen goed of niet?
Ten slotte heb ik begrepen dat het contactonderzoek voor hoogrisicocontacten telefonisch verloopt bij De Lijn en dat men onlangs heeft besloten om dat voor laagrisicocontacten via mail te doen, via de werkmail. Ik hoef u natuurlijk niet te zeggen dat mensen die met de bus rijden, niet elke dag hun werkmail checken. Dat is geen bureautje bij De Lijn. Klopt dat? Zo ja, vindt u ook niet dat we dat beter weer telefonisch zouden doen?
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Dit is een interessante vraag. In elk geval, wat ons betreft, is elk covidslachtoffer er een te veel. We betreuren uiteraard ook het overlijden van die chauffeur van De Lijn. Het is goed dat het niet te linken is aan de werksituatie. Los daarvan blijft het een interessante vraag, ook om op te volgen hoe De Lijn verder omgaat met het hele verhaal van de besmettingen, ook op de bussen. We weten ondertussen dat ventilatie bijzonder belangrijk is, zowel in de stelplaatsen als in de bussen zelf. Ik heb dat hier ook al eerder gezegd.
Ik weet dat ze ondertussen met CO2-meters in de bussen gemeten hebben hoe het zit met deeltjes van het virus. Ik vroeg me af of dat ook apart gemeten wordt in de stuurpost. Die stuurposten zijn nu wel afgescheiden. Dat is ondertussen veel beter dan het begin van de pandemie. Ik herinner me dat collega D’Haese daar heel erg tegen gereageerd heeft. Dat was met ducttape enzovoort. Dat is ondertussen allemaal verbeterd, maar de vraag is of die stuurposten nu ook voldoende afgescheiden zijn om de aerosollen die door de lucht zweven in de rest van de bus, tegen te houden, gesteld dat er op de rest van de bus een besmetting zou zijn.
Het is een technische vraag, minister. Ik kan mij voorstellen dat u dat misschien niet onmiddellijk weet. Dan wil ik die vraag ook wel schriftelijk stellen. Maar misschien kan iemand u dat heel snel influisteren. Ik vroeg het me gewoon af. Het is een technische vraag, maar ik denk dat het niet onbelangrijk is.
Minister Peeters heeft het woord.
Bedankt voor de bijkomende vragen.
Ik ga eerst even in op het verhaal van de contacttracing. Op het moment dat iemand besmet is, wordt de werkgever alleen ingelicht als hij twee dagen voorafgaand aan die besmetting aanwezig was op de werkvloer. Als een besmetting bijvoorbeeld is opgelopen tijdens een vakantieperiode, wordt De Lijn daar niet van in kennis gesteld.
Dat laagrisicocontacten via mail zouden worden gemeld, mijnheer D’Haese, is mij niet bekend. Ik zal navraag doen daaromtrent. Ook dat er op alle stelplaatsen mensen in een slechte toestand zouden verkeren – maar dat heb ik misschien fout begrepen, want ik zie u van neen knikken –, dat globale beeld heb ik er alleszins niet van gekregen. Ik heb ook geen indicatie dat er grote problemen zijn. We weten dat een aantal stelplaatsen wel verouderd zijn, vandaar dat we dit jaar ook een bedrag van 27,5 miljoen euro investeren in stelplaatsen. Een aantal stelplaatsen zullen zeker voor verbetering vatbaar zijn. Maar ook al is het een oudere stelplaats, dat neemt niet weg dat er zeker nog altijd kan worden gefocust op de hygiëne. En dat is wat ook grondig is opgenomen in de protocollen die zijn opgemaakt en die in samenspraak met het coronacommissariaat zijn aangepast. Men moet ten volle inzetten op de hygiëne en er te allen tijde voor zorgen dat er geen besmetting kan plaatsvinden op ons openbaar vervoer, zodat de werknemers bij De Lijn, maar zeker ook de reizigers daar in alle veiligheid kunnen verkeren.
Mevrouw Brouwers, de stuurpost is zo hermetisch mogelijk afgesloten. Natuurlijk kan men ook nog verluchten via het raampje en dergelijke. En telkens als er een wisseling is van stuurpost, moet die ook weer volledig gedesinfecteerd en gezuiverd worden. Dat is ook allemaal opgenomen in die richtlijnen.
Elk slachtoffer dat valt, iedereen die het virus oploopt, is sowieso enorm te betreuren. Maar we weten dat er bij De Lijn tot op heden weinig besmettingen bekend zijn, en al zeker niet besmettingen opgelopen tijdens het werk. Dat is op zich toch een teken dat men zeer goed alle richtlijnen blijft opvolgen, wat uiteraard van heel groot belang is.
Wat de controles betreft, geven de comités voor preventie op het werk daaromtrent ook een toelichting op de verschillende comités. Ik heb daar op dit ogenblik geen specifiek zicht op. Ik heb al meermaals gezegd dat ik zelf geen deel uitmaak van het sociaal overleg als dusdanig. Maar er wordt wel toelichting gegeven. En dan gaat men natuurlijk niet nominatief in op welke personen al dan niet besmet zouden zijn. Ik denk dat dat vooral zit bij het hele verhaal van de contacttracing en dergelijke meer. We moeten daar voor De Lijn geen andere regeling uitwerken dan voor andere grote bedrijven. Ik denk dat daar het verhaal van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg van toepassing is, naast natuurlijk de bestaande protocollen die her en der zijn afgesloten.
Ik roep opnieuw, eens te meer, op om alle maatregelen te respecteren en ervoor te zorgen dat we – naast uiteraard ook maximale vaccinaties – alle maatregelen ten volle blijven opvolgen, zodat er geen besmettingen kunnen plaatsvinden.
De heer D’Haese heeft het woord.
Gewoon ter verduidelijking: ik had enkel gezegd dat mevrouw Schoubs al had laten weten dat ze vragen had bij sommige stelplaatsen. Ik zeg niet allemaal. Maar het is inderdaad zo dat er veel verouderd zijn en dat de omstandigheden vaak niet alles zijn en dat het, zeker in het begin van de coronaperiode, niet evident was om daar alle maatregelen goed na te leven, als het gaat over water en zeep en dat soort zaken. Dat was niet overal aanwezig.
Ik blijf het een beetje raar vinden dat er geen globaal beeld is, of dat u dat niet hebt. U maakt inderdaad geen deel uit van het sociaal overleg, maar u bent als minister natuurlijk wel verantwoordelijk voor 7500 personeelsleden.
Bedankt om na te vragen hoe het zit met het contactonderzoek, of dat telefonisch of via mail gebeurt. Ik denk dat het geen goed idee is om dat via mail te doen. Ik denk dat we het daarover eens zijn.
Omtrent het aantal besmettingen snap ik het niet meer. Langs de ene kant zegt u dat u de gegevens niet hebt, en nu zegt u dat er weinig besmettingen zijn. Nu snap ik het helemaal niet meer. U weet blijkbaar wel dat het er weinig zijn, maar niet hoeveel het er zijn. Begrijpe wie begrijpen kan. Uiteraard wordt De Lijn niet op de hoogte gebracht van besmettingen die niet met De Lijn te maken hebben. Maar het is toch wel heel interessant om juist te weten hoeveel er wel met De Lijn te maken hebben. Het valt me tegen dat we daar geen gegevens over hebben.
Mevrouw Brouwers, u stelde een zeer terechte vraag over de afscheiding. Ik ben daar inderdaad vaak over tussengekomen. Vandaag hebben we die transparante folies. Dat is een heel grote vooruitgang, maar u zult waarschijnlijk wel weten dat er bovenaan en onderaan nog altijd serieuze gaten zijn. En daar gaan die aerosollen natuurlijk gewoon door. Het is jammer dat we daar toch een beetje stilstaan en dat dat niet verder vooruitgaat. Er zijn stappen vooruitgezet, maar we zijn er echt nog niet. Onlangs was er nog een artikel in de New York Times over het toch hoge besmettingsrisico in die afgesloten ruimtes. En dan helpt het niet dat de chauffeur gewoon het raampje openzet. Dat lijkt me dus een heel terechte opmerking.
De vraag om uitleg is afgehandeld.