Report meeting Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Report
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, de Vlaamse Regulator van de Energie- en Gasmarkt (VREG) heeft kritiek op uw beslissing om zonnepaneeleigenaars niet langer als prioritaire doelgroep te beschouwen bij de uitrol van de digitale meter. Zonnepaneeleigenaars die nog niet over een digitale meter beschikken, blijven op die manier nog een tijdje van de terugdraaiende teller genieten. U kondigde aan dat eigenaars van een PV-installatie de installatie van de slimme meter zonder consequenties kunnen weigeren tot 2025.
De VREG laat in een advies van 25 februari ook weten dat hij kritisch staat tegenover uw ontwerpbesluit. U mag niet zomaar beslissen dat zonnepaneeleigenaars niet langer prioritair geviseerd zullen worden, zo zegt de VREG. Ik citeer: “De bestaande prosumenten zijn en blijven conform het Energiedecreet een doelgroep waarbij digitale meters bij voorrang worden uitgerold.” Diezelfde VREG herhaalt ook nog eens expliciet dat de Vlaamse energieregelgeving geen recht tot weigering van de digitale meter bevat en wijst erop dat die verlate uitrol de discriminatie tussen zonnepaneeleigenaars met en zonnepaneeleigenaars zonder digitale meter verlengt en bestendigt.
De kritiek van de VREG past binnen het regelgevende kader dat de installatie van de digitale meter verplicht maakt. Het afschaffen van die verplichting zou mijns inziens de meest correcte manier zijn om tegemoet te komen aan de gedupeerden van de verbroken belofte van de Vlaamse Regering en zou tegelijkertijd ook de kritiek van de VREG pareren.
Minister, wat is uw reactie op het advies van de VREG? Gaat u daarmee akkoord? Hebt u uw reactie op het advies ook al ter kennis gegeven aan de VREG? En hebben zij daar vervolgens opnieuw op gereageerd?
Wat is volgens u de impact van het advies van de VREG? Zullen prosumenten nu nog steeds de plaatsing van een digitale meter kunnen weigeren tot 2025 of dreigt de geplande regelgeving op losse schroeven te komen te staan? Hoe zult u daar desgevallend aan tegemoetkomen?
Heeft het advies van de VREG uw visie op de verplichte installatie van de digitale meter doen veranderen? Met andere woorden: bent u er nog steeds niet van overtuigd dat de juiste oplossing eigenlijk de afschaffing van de verplichte installatie van de digitale meter is?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u, collega Janssens. De adviezen van de VREG zijn altijd zeer interessant om eens goed door te lezen en er dan uiteindelijk natuurlijk ook wel iets mee te doen. Ik denk dat ik dat probeer te doen.
De VREG stelt in zijn advies dat de in het ontwerpbesluit opgenomen wijziging van de ontwerpplanning bij de bestaande prosumenten niet veel wijzigt aan de timing met betrekking tot de uitrolplanning. De schrapping van de deadline van 31 december 2022 voor de plaatsing van de digitale meter bij de bestaande prosumenten heeft louter tot gevolg dat de bestaande prosumenten onder de gewone uitrolplanning vallen. De gewone uitrolplanning is dus van straat tot straat en van wijk tot wijk. Ik denk dat dat ook op een iets efficiëntere manier zal gebeuren. En uiteraard zullen wij – ik denk dat dat ook de opmerking was van de VREG – dat ook nog decretaal moeten aanpassen, zodat het juridisch ook volledig sluitend is. Nu staat daar dat die doelgroep als prioritair wordt beschouwd. Het is dus logisch dat er een decretale aanpassing zal komen.
Uiteraard hebben wij kennis genomen van het advies. We hebben de reactie op het advies ook opgenomen in de nota aan de Vlaamse Regering, om dat ook een voldoende basis te geven. De Vlaamse Regering heeft het ontwerp van besluit dan ook goedgekeurd op 5 maart.
Na de nodige decretale aanpassingen zullen prosumenten niet meer als doelgroep met voorrang een digitale meter krijgen. Ze zullen worden meegenomen in de reguliere uitrol en krijgen de mogelijkheid om een retroactieve investeringspremie aan te vragen voor het einde van 2025, indien ze over een digitale meter beschikken. Ze zullen dus de keuze hebben: ofwel wachten ze tot 2025 en krijgen ze geen retroactieve investeringspremie, ofwel kiezen ze voor de retroactieve investeringspremie. Men kan niet voor beide tegelijk kiezen. Na 2025 worden ze gewoon meegenomen in de uitrol en kan men niet meer weigeren.
Ik lees in het advies van de VREG dat de regulator een uitgesproken voorstander is van de invoering van digitale meters in Vlaanderen en dat het belangrijk is dat het draagvlak voor de digitale meter opnieuw wordt hersteld. Het draagvlak is er vandaag helaas niet. Nochtans is de digitale meter cruciaal in de energietransitie, zoals we ook in de hoorzitting met de VREG en Fluvius hebben kunnen vernemen.
De digitale meter is een noodzakelijke technische infrastructuur die veel nieuwe functionaliteiten mogelijk maakt. Denk bijvoorbeeld maar aan de essentiële innovaties rond de elektrische wagens enzovoort. Men moet de energietransitie dus mogelijk maken. Met de digitale meter kan men ook de productie van elektriciteit aflezen. Het zijn allemaal toepassingen waar de digitale meter zijn nut bewijst en de juiste signalen aan de verbruiker geeft.
Maar op dit moment is de verbruiker daarvan nog niet overtuigd. Vandaar dat ik ook heb gevraagd aan Fluvius en de VREG, die een enorme voorstander is, om de Vlaming hiervan te overtuigen. Er zijn voordelen, zoals de kosten correcter toewijzen. Verbruikers die bijvoorbeeld extra kosten veroorzaken, zullen deze kosten via hun factuur betalen, waardoor de factuur van andere verbruikers niet zal verhogen. Er zijn dus wel voordelen aan de digitale meter, maar ze moeten op een juiste manier worden gecommuniceerd. Wij zijn misschien wel overtuigd van de goede zaak en van het voordeel om de kosten via de factuur veel correcter aan te rekenen en om apparaten slim te sturen, maar dan moeten we de Vlaming daarvan overtuigen. In het najaar zal er een grondige informatiecampagne komen over de voordelen van de digitale meter, om het draagvlak te herstellen.
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, ik ben er natuurlijk voorstander van dat digitale meters niet langer prioritair worden geïnstalleerd bij zonnepaneleneigenaars. U weet dat het voor ons nog iets verder mag gaan. U kent ons pleidooi voor de afschaffing van de verplichte installatie van de digitale meter. Ik denk dat mensen beter zelf worden overtuigd van het eventuele nut ervan in plaats van dat het hun van overheidswege wordt opgedrongen en verplicht wordt opgelegd.
U haalt zelf aan dat er twee pistes zijn: ofwel kiest men voor de compensatiepremie, ofwel behoudt men de terugdraaiende teller. Het is een van beide. En dan moeten die mensen worden overtuigd dat de digitale meter voor hen nuttiger is.
Fluvius heeft zelfs een ‘overtuigingscel’ om mensen te overtuigen een digitale meter te installeren. Vorige week in de hoorzitting heeft men gezegd dat die overtuigingscel enkel goed kan werken als er rust is in het maatschappelijk debat, en dat is er op dit moment niet. Er is te veel onvrede over een en ander dat in dit dossier is gebeurd. Er was zelfs sprake van – om het in beeldspraak uit te drukken – ‘kortsluiting tussen de burger en het beleid’, omdat mensen zich onvoldoende gecompenseerd vinden voor de nadelen die ze ondervinden voor de investeringen die ze hebben gedaan in hernieuwbare energie. De beloofde rendementen worden niet nagekomen.
Minister, we weten dat er argumenten worden aangehaald om de digitale meter niet te installeren. Ik zou u willen vragen of u cijfers hebt van mensen die op dit moment een digitale meter krijgen aangeboden om te laten installeren.
Wat was uw laatste vraag, collega Janssens?
Of u cijfers hebt van het aantal mensen die op dit moment een digitale meter krijgen aangeboden maar weigeren, om welke reden dan ook.
Minister Demir heeft het woord.
We rollen niet meer uit bij de prosumenten. Er worden daar geen digitale meters geplaatst. Voor de rest ga ik de exacte cijfers moeten opvragen. Ik denk dat vier op de tien weigeren.
Bij de prosumenten installeren we dus niet en ik zou dit ook willen uitstellen tot er een definitieve regeling voor een retroactieve investeringspremie is zodat er duidelijkheid is.
Ik krijg ook mails van mensen met zonnepanelen die wel een digitale meter willen. Ik heb daarover overleg gehad met Fluvius om te zien wat we daarmee doen. Iedereen maakt zijn berekening. Mensen die niet veel zonnepanelen hebben, zullen met een retroactieve investeringspremie en een digitale meter beter af zijn. Die mails krijg ik dus ook. We moeten dit eens bekijken want ik wil dit ook niet ontmoedigen.
U weet dat ik aan de Europese Commissie een schrijven heb gericht over het plaatsen van een digitale meter. Het vorige parlement heeft dit decretaal verankerd, waardoor men vastzit met een timing naar 2029. Het is ook zo aan Europa meegedeeld. Na verschillende tussenkomsten in dit parlement heb ik gezegd dat ik zou nagaan wat er voor Europa mogelijk is. Op dit ogenblik heb ik nog geen informatie gekregen.
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, ik beklemtoon de vrijwilligheid. Dat is ons pleidooi: mensen met zonnepanelen die een digitale meter willen, zouden uiteraard die mogelijkheid moeten hebben, maar ook het omgekeerde. Mensen die geen digitale meter willen, zouden ook de vrijheid moeten hebben om die te weigeren. Goed, daar zitten we dus op dezelfde golflengte.
De vraag om uitleg is afgehandeld.