Report meeting Commissie voor Onderwijs
Report
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Collega’s, het is op dit moment nog altijd alle hens aan dek in onze ziekenhuizen en in de zorg, tijdens deze tweede coronagolf. Daardoor verloopt de ziekenhuisorganisatie natuurlijk niet zoals normaal. Ook de inzet van artsen in opleiding verloopt daardoor anders. Normaal gezien volgen de Vlaamse artsen-specialisten in opleiding een master specialistische geneeskunde van 180 studiepunten, waarbij ze verschillende lessen moeten volgen en opdrachten moeten uitvoeren binnen hun stageplan. Nu blijkt dat de stageplannen van heel veel artsen-specialisten in opleiding door de coronacrisis in het gedrang komen. Sommigen onder hen werden ingeschakeld op diensten die eigenlijk niet conform hun stageplan zijn of die niet binnen het expertisedomein liggen waarvoor ze zich aan het opleiden zijn. Op die manier dreigen ze de federaal bepaalde algemene en bijzondere criteria tot erkenning niet te behalen. Het zijn de gemeenschappen die bevoegd zijn voor het controleren van de stages en erkenningen via de erkenningscommissies binnen Zorg en Gezondheid. Collega’s, ik neem aan dat we het erover eens zijn dat het niet zou mogen gebeuren dat artsen-specialisten in opleiding hun erkenning als arts-specialist niet zouden ontvangen, omdat ze hun stageplan door de coronacrisis niet op de correcte of normale wijze hebben doorgelopen.
Bent u op de hoogte van die dreigende problemen omtrent de stageplannen van de artsen-specialisten in opleiding?
Welke maatregelen kan of zal de Vlaamse Regering nemen om dit probleem te verhelpen?
Kunt u garanderen dat, ondanks het niet-normale verloop van het stageplan, artsen-specialisten in opleiding toch hun diploma zullen krijgen, indien ze hun opleiding goed hebben afgerond?
Zal er, in overleg met de minister van Welzijn, voor gezorgd worden dat deze artsen-specialisten in opleiding hun erkenning als arts-specialist zullen krijgen na de afronding van hun opleiding?
Kunt u garanderen dat de artsen-specialisten in opleiding geen studieduurverlenging zullen kennen vanwege de coronacrisis?
Minister Weyts heeft het woord.
Vanzelfsprekend heeft de coronacrisis een impact op de geplande stages in verschillende opleidingen, ook op die van de artsen-specialisten in opleiding. Tot op heden heb ik evenwel nog niets vernomen over de onmogelijkheid voor deze studenten om hun opleiding correct af te ronden. De universiteiten hebben dit nog niet aangebracht tijdens de gesprekken, die ik nochtans op regelmatige basis met hen heb. Wel heb ik eens een overzicht gekregen van de mate waarin studenten vandaag ingezet worden bij de aanpak van de coronacrisis. Er zijn ongelooflijk veel studenten die een medische opleiding of zorgopleiding volgen en die nu broodnodig zijn voor het stutten van onze volledige zorgsector. Zo verhinderen ze dat er capaciteitsproblemen ontstaan in onze ziekenhuizen en ook breder, in de zorg. Het zijn heus niet alleen laatstejaarsstudenten die worden ingezet. Uit alle mogelijke niveaus en alle mogelijke leerjaren worden heel veel studenten ingezet op het terrein. Het overzicht dat ik daarvan kreeg, was redelijk indrukwekkend. Daarbij werd duidelijk dat de bijdrage van die studenten cruciaal is in de huidige periode, in de bestrijding van de coronapandemie.
Ik heb erop aangedrongen om tijdens de lockdownperiode die eind oktober inging, één uitzondering te maken op de strenge regels voor het hoger onderwijs, namelijk in de opleidingen verpleegkunde, vroedkunde, geneeskunde, tandheelkunde en kinesitherapie. Daar bleven practica, vaardigheidstraining en stages mogelijk. Dat heeft men uiteindelijk ook toegelaten. Dit is ook zo voor de periode vanaf 30 november, waar in beperkte mate opnieuw activiteiten mogelijk zijn op de campus. Afstandsonderwijs blijft wel de norm, maar we maken campusactiviteiten in beperkte mate mogelijk.
De examens zullen ook kunnen plaatsvinden, volgens dezelfde richtlijnen die van toepassing waren tijdens de examenperiode in juni. Het kan wel zijn dat stageplanningen moeten worden gewijzigd doordat niet-dringende ingrepen in ziekenhuizen werden uitgesteld. Ik ben nog niet op de hoogte gebracht van het feit dat bepaalde stages niet zouden kunnen worden afgewerkt.
Als studenten hun opleidingen, met inbegrip van de stages, goed hebben afgerond ondanks het niet-normale verloop van het stageplan, dan zullen de universiteiten het masterdiploma aan de studenten in de master-na-masteropleidingen (manama’s) in de specialistische geneeskunde kunnen uitreiken.
De universiteiten moeten er natuurlijk wel voor zorgen dat hun opleidingen de Europese richtlijn volgen en de voorwaarden die daarin opgelegd worden met betrekking tot de toegang tot het beroep. Omdat in de opleidingen geneeskunde, inclusief in de vervolgopleidingen, practica, vaardigheidstraining en stages mogelijk blijven en omdat de universiteiten ervoor zorgen dat die opleidingen conform de Europese en federale wetgeving georganiseerd zijn, ga ik ervan uit dat de toekomstig afgestudeerden hun erkenning als arts-specialist kunnen krijgen.
Momenteel zijn er bij mij ook geen substantiële obstakels bekend voor de universiteiten om de studenten in de master-na-masteropleidingen in de specialistische geneeskunde van dit academiejaar te laten afstuderen. Indien er in de toekomst toch problemen zouden rijzen, kunnen we daar natuurlijk te gepasten tijde de nodige maatregelen voor treffen. We hebben dat vorig academiejaar ook gedaan. We hebben toen decretaal ingegrepen. Zo kon een hogeronderwijsinstelling voor het afgelopen academiejaar de evaluatie of deliberatie van een student voor een opleidingsonderdeel of voor een opleiding uitstellen tot een later ogenblik, als die evaluatie of deliberatie door covid niet op het vastgestelde ogenblik kon plaatsvinden en de instelling daardoor niet tijdig kon oordelen of de student geslaagd was voor het opleidingsonderdeel of de opleiding. De uitgestelde evaluatie of deliberatie kon dus in uitzonderlijke gevallen plaatsvinden op een datum die na het beëindigen van het academiejaar viel. Soortgelijke ingrepen kunnen we weer doen indien nodig.
Ik wil eindigen waarmee ik begon: een dikke dankuwel aan al die studenten die het misschien dubbel zo zwaar hebben. Enerzijds worden ze veel meer dan ooit ingezet in ons gezondheidssysteem. Anderzijds worden ze ook geconfronteerd met de beperkingen die worden opgelegd door de coronamaatregelen in het hoger onderwijs. Die jongeren moeten nu een dubbele inspanning leveren.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister. Ik denk inderdaad dat niemand zal ontkennen dat u al verschillende maatregelen hebt genomen – of het nu gaat over stages, of het nu gaat over deliberaties – om al die studenten die zich de voorbije maanden ook in de zorg hebben ingezet, te proberen te faciliteren. Dat is inderdaad wel het minste wat we kunnen doen voor mensen die een extra inspanning leveren door zich in te schakelen in de zorg, nu dat zo ongelooflijk hard nodig is.
Deze vraag om uitleg gaat natuurlijk over een zeer specifieke groep, namelijk de artsen-specialisten in opleiding. Ik stel deze vraag natuurlijk ook, omdat ik een aantal bezorgde reacties heb gekregen. De situatie is nogal particulier. U weet dat men in een manama 180 studiepunten moet behalen, waarvan een deel bestaat uit stage. Dat stageplan is natuurlijk opgesteld in functie van de specialisatie die ze willen behalen. De praktijk maakt nu dat veel van die artsen-specialisten in opleiding op andere afdelingen, die niet noodzakelijk aansluiten bij de specialisatie die ze willen behalen, worden ingezet. Dat stageplan wordt niet meer gevolgd.
Er zijn heel specifieke criteria om erkend te worden als arts-specialist aan het einde van de opleiding. De bezorgdheid is natuurlijk dat er, doordat hun stageplan niet verloopt zoals eerst werd afgesproken voor het behalen van hun specialisatie, problemen zouden rijzen op het niveau van de erkenningscommissie voor het verkrijgen van hun erkenning als arts-specialist op het moment dat zij afstuderen. Dat vraagt natuurlijk enerzijds de medewerking en open-mindedness van de hogeronderwijsinstellingen zelf. Ik neem aan dat daar sowieso rekening mee wordt gehouden.
Ik heb een concrete vraag aan u. Kunt u geen contact opnemen met uw collega, minister Beke, om dit issue alvast te bespreken, opdat u studenten zou kunnen geruststellen dat ook die erkenningscommissie, die valt onder Zorg en Gezondheid, rekening zal houden met het feit dat studenten hun stageplan niet zoals normaal hebben kunnen doorlopen en dat dit dus geen impact heeft op het afvinken van de erkenningscriteria en dus hun uiteindelijke erkenning als arts-specialist?
De heer Warnez heeft het woord.
De zorg van mevrouw Goeman delen we uiteraard met z'n allen. We moeten uiteraard onze hoed afnemen voor hetgeen heel wat studenten de voorbije maanden hebben gedaan in het kader van hun stage in de zorg. We moeten hen oprecht bedanken.
Maar ik wil nog iets verduidelijkt zien, mevrouw Goeman, gewoon uit interesse. Die dreigende problemen die u noemt, zijn die juridisch van aard, iets wat niet in de Codex Hoger Onderwijs kan worden opgevangen of in het koninklijk besluit van 5 juni 2020? Of gaat dat dan echt over die erkenningscommissies? Want die commissies hebben aan de studenten en de instellingen ook al aangegeven dat ze soepel zullen omspringen met de erkenningsvereisten. Waarschijnlijk hebt u een concrete casus of een concrete situatie?
Om van de gelegenheid gebruik te maken: we hebben in het nooddecreet van 17 april een aantal zaken vanuit het parlement mogelijk gemaakt. Daar werd in de toelichting ook aangegeven dat voor bepaalde onderdelen – zoals hier – en voor sommige stages de bepalingen van andere niveaus van toepassing zijn, zoals de Europese richtlijnen, de federale wetten, de koninklijke besluiten enzovoort. In de toelichting werd ook gesteld dat er met die bestuursniveaus contact zou worden opgenomen om de studiecontinuïteit van de studenten, van de opleidingen en van de diplomering te vrijwaren. Minister, hebt u de voorbije maanden met andere niveaus daarover contact gehad, bijvoorbeeld in de eerste golf?
De heer Daniëls heeft het woord.
Ten aanzien van wat mevrouw Goeman aanbrengt, denk ik dat we inderdaad goed moeten kijken en goed moeten vragen hoeveel problemen er zijn, waar die problemen zitten en hoe groot ze zijn. We kunnen dat nu nog niet zien, dat zal in de loop van het academiejaar naar voren komen. We zullen dat dan vaststellen. We moeten opletten dat we nu niet een gigantisch probleem creëren, maar ik denk wel dat de aandacht ervoor en die monitoring juist zitten.
Een tweede punt is de afweging dat onze artsen, en dan vooral diegenen die in de specialistische geneeskunde zitten, wat ruimer worden gevormd en op andere plaatsen worden ingezet. Ik stel helaas vast dat, als ik de beschrijvingen van corona hoor, het niet enkel de longen zijn die problematisch zijn. Eigenlijk komt het hele menselijke lichaam onder druk te staan. Daar lijkt mij absoluut een leerkans te liggen. Maar het is inderdaad niet aan ons om die beoordeling te maken, ik denk dat wij dat moeilijk kunnen inschatten. Het hangt ook af van de student in kwestie. Die opleiding duurt een volledig jaar. De vraag is welk stuk ze in welke hoedanigheid al of niet hebben gemist.
Ten derde kan het stageplan ook worden aangepast. Er zijn mogelijkheden in de regelgeving om stageplannen te wijzigen en aan te passen. De vraag vanuit onze fractie is duidelijk. Minister, zorg ervoor dat die stages gevrijwaard kunnen blijven, ook in de verdere beslissingen van eender welk niveau in dit land. En zorg dat er wordt gekeken, in samenspraak met Welzijn, of er desgevallend bijsturing moet gebeuren.
En dan wil ik nog een laatste punt aanhalen in verband met het lijstje dat u hebt opgesomd. De opleiding mondzorghygiënisten of -assistenten, een opleiding in het hoger onderwijs, staat momenteel niet in de lijst van opleidingen in de medische zorg die een stage mogen volgen. Zij werden vergeten omdat ze nieuw zijn en nog niet zo groot zijn. Ik vraag uitdrukkelijk om de mondzorgassistenten wel mee te nemen als daarover wordt gesproken, zodat die studenten wel een echte stage kunnen volgen.
Minister Weyts heeft het woord.
Voor alle duidelijkheid: ook in verband met de stages worden ons momenteel geen problemen gemeld. Er zijn, voor zover mij bekend, ook geen substantiële, significante obstakels voor de universiteiten om studenten in de manama in de specialistische geneeskunde te laten afstuderen. Maar we houden absoluut wel de vinger aan de pols, en wij zitten ook op regelmatige basis samen met de Vlaamse vereniging voor arts-specialisten in opleiding (VASO). En we hebben trouwens ook met het Vlaams Geneeskundig StudentenOverleg samengezeten.
Daar spelen ook verschillende andere problematieken, zoals het interuniversitair programma Master of Medicine, waarvan we de studieduurverlenging en de impact daarvan aan het bespreken zijn. Het is dus niet alsof dat een ver-van-ons-bed-show is, integendeel. We monitoren de situatie en we houden ook de vinger aan de pols met de concrete doelgroepen en de studenten.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Het is inderdaad een zorg die leeft bij een aantal artsen-specialisten in opleiding op dit moment. Maar ik ben zeer blij om te horen dat u daar de vinger aan de pols houdt, en ook van plan bent om het probleem te monitoren. Zo kunnen we de zorgen wegnemen die vandaag leven bij de artsen en specialisten in opleiding, rond de vraag of ze uiteindelijk hun erkenning zullen halen. Want dat is uiteindelijk waar mijn vraag om ging. We moeten de garantie krijgen dat alle artsen-specialisten die op dit moment in opleiding zijn, sowieso hun erkenning zullen krijgen als artsen-specialist, ondanks het feit dat hun stageplan en het verloop van het academiejaar is gewijzigd. En daar mag ook geen studieduurverlenging aan vasthangen.
Ik onthoud dat u absoluut van plan bent om dat van nabij op te volgen, en dat u zelfs decretale aanpassingen zult doen als dat nodig zou blijken, om er in ieder geval voor te zorgen dat die studenten op tijd afstuderen in de richting die ze hebben gekozen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.