Report meeting Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Vraag om uitleg over VDAB-stages in coronatijden
Report
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Annouri heeft het woord.
Minister, mijn vragen gaan over dingen die me zijn opgevallen of die ik de afgelopen weken heb gezien of gelezen over VDAB-stages. De eerste gaan over een verhaal van een Franstalige vrouw die in Geraardsbergen woont en begeleid wordt door een gespecialiseerde opleidings-, begeleidings- en bemiddelingsdienst (GOB). De stad van de mattentaarten ligt net aan de taalgrens en in Zuid-West- en Oost-Vlaanderen worden wel vaker Franstaligen begeleid.
Omdat deze vrouw onvoldoende Nederlands spreekt om in Vlaanderen voldoende kansen te maken op de arbeidsmarkt, had men graag een stage georganiseerd in Wallonië. Maar dat kan niet voor VDAB. Alhoewel er heel wat stageformules zijn zoals een beroepsverkennende stage van dertig dagen, een gespecialiseerde beroepsverkennende stage tot zes maanden of een betaalde individuele beroepsopleiding (IBO), zijn die enkel beperkt tot Vlaamse werkgevers. Met andere woorden: binnen een begeleidingstraject van VDAB kunnen er over de taalgrens heen geen stages worden georganiseerd.
Minister, wat is uw opvatting over deze situatie? Hebt u hiervoor reeds contact gehad met uw Waalse collega's? Bent u van plan hier een regeling voor te treffen zodat dit soort verhalen niet meer voorkomt?
Mijn tweede vraag gaat over stages in tijden van corona. Op dit moment wordt thuiswerk maximaal aangehouden, voor iedereen. Toch zijn er mensen die een VDAB-stage volgen bij een werkgever of een organisatie. Die werkgever wil maximaal thuiswerken maar de persoon die stage volgt, krijgt van VDAB de opdracht om fysiek aanwezig te zijn op de werkvloer. Niemand zal dus op de werkvloer aanwezig zijn, behalve de stagiair. Dat zorgt voor bepaalde ongemakken.
Er is een verklaring. VDAB-stages zijn werkplekgerelateerde stages waarbij men ervaring moet opdoen op de werkvloer. Ik vind dat een heel eenzijdige, nauwe, beperkte invulling van hoe het kan zijn. Het klopt, men moet relevante werkervaring opdoen op de werkplek, maar zeker niet in tijden van covid, en zeker niet op het moment dat de werkgever aangeeft dat hij maximaal wil thuiswerken en daarvoor de nodige begeleiding voorziet. Dat leidt tot absurde situaties.
Ik geef een voorbeeld. Een werkgever uit Limburg werkt in Brussel, de stagiair moet naar Brussel komen, maar de werkgever wil dat iedereen thuiswerkt. Moet hij dan naar Brussel enkel en alleen om de stagiair te begeleiden? Dat gaat erover. Dat botst daar op grenzen.
Wat is uw standpunt over deze beperkende regels met betrekking tot stages bij VDAB? Hebt u hierover reeds overleg gehad met VDAB? Bent u van plan deze regels aan te passen? Ik denk dat dit soort situaties in de komende maanden nog steeds aanwezig zal zijn. Daar moet toch een oplossing voor komen?
Minister Crevits heeft het woord.
Collega Annouri, de situatie die u schetst, toont vooral aan dat het belangrijk is om Nederlands te kennen, wil je je kansen op de arbeidsmarkt verhogen. Dat geldt niet enkel voor inwoners van de Mattentaartstad Geraardsbergen, maar evengoed voor inwoners van de Koekenstad Antwerpen of voor inwoners van de Mosterdstad Torhout.
Het kan toch niet de bedoeling zijn om mensen die het Nederlands niet machtig zijn, maar toevallig wel het Frans, te ‘evacueren’ naar de Waalse arbeidsmarkt, vind ik. Interregionale mobiliteit kan een absolute verrijking zijn voor de loopbaan, maar het kan nooit de bedoeling zijn om Vlaamse werkzoekenden met een taalachterstand Nederlands los te laten en naar een ander gewest te sturen.
Voor werkzoekenden in Vlaanderen betekent dit dat zij Nederlandstalige begeleiding krijgen van VDAB. Daarnaast zal VDAB hen uiteraard opvolgen en indien nodig sanctioneren.
Ik vind het ook heel belangrijk dat tijdens dit traject de werkzoekende met een taalachterstand een grondige rugzak meekrijgt met daarin zowel een portie kennis van het Nederlands als technische competentie. Op die manier wordt bijgedragen aan een duurzame loopbaan. Momenteel leg ik de laatste hand aan mijn talenplan dat ik voor de zomer in deze commissie aankondigde.
Daarnaast staat het de werkzoekende vrij om bij de dienst arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding van Wallonië (Le Forem) een vraag tot opleiding of stage te stellen. Via de bevoegdheden die Le Forem in Wallonië heeft, kan deze werkzoekende een stage bij een Waals bedrijf volgen. Dat is helemaal niet verboden. Maar ook hier is het zo dat VDAB de Vlaamse werkzoekende steeds zal opvolgen. Dat is voor mij een verrijking van de loopbaan, niet het parkeren van de anderstalige werkzoekende.
Er is ook regelmatig overleg met het Waalse Gewest, nog niet over dit punt maar wel over hoe we meer mensen warm kunnen maken om ook eens over de gewestgrens te kijken in hun zoektocht naar een passende vacature of geschikte job. Onbekend is onbemind, stellen we vast.
Collega Annouri, wat uw tweede vraag betreft, kan ik kort zijn. Thuiswerk tijdens een stage of opleiding kan en wordt door VDAB toegelaten. Ik vind het een zeer merkwaardige case die u aanhaalt want uiteraard is VDAB niet blind voor maatschappelijke evoluties. Zo was men ook voor de coronacrisis al aan het onderzoeken of thuiswerken tijdens een stage mogelijk was. De coronacrisis heeft daar voor een versnelling gezorgd.
Men vertrekt hierbij vanuit het principe dat de stage de realiteit van de werkvloer zo goed mogelijk moet weerspiegelen. Het is natuurlijk logisch dat de ene stage zich beter leent tot thuiswerk dan andere. Stage in een IT-sector is anders dan stage in bouwopleidingen.
VDAB hanteert wel enkele kwaliteitsvoorwaarden. Zo is het belangrijk dat de taken die tijdens thuisleren worden ingeoefend, ook taken zijn die normaal voor vaste medewerkers ook thuis mogelijk zijn. Het thuisleren moet een aantoonbare meerwaarde hebben. Verder moet er ook een stageplan zijn met een aantal punten. Van het voorbeeld dat u hebt gegeven mag u me gerust de coördinaten geven.
Voor de IBO's was dit kader al mogelijk vanaf maart 2020. Voor andere vormen van werkplekleren moest eerst het verzekeringstechnisch aspect uitgeklaard worden zodat stagiairs ook thuis verzekerd zijn. Maar ook dit is sinds deze maand in orde.
Misschien is het een dossier dat net op de grens daarvan lag. Het voorbeeld dat u geeft is echt te gek, dat kan gewoon niet.
Ik hoop dat alles duidelijk is. Thuisleren kan ingezet worden in alle sectoren. Het zou kunnen dat er een verzekeringstechnisch aspect heeft geleid tot een situatie die u hebt geschetst want dat is intussen ook uitgeklaard.
Van de mosterdstad over de eiergemeente opnieuw naar de koekenstad.
De heer Annouri heeft het woord.
Wat een culinaire rondleiding.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. De kennis van het Nederlands is inderdaad absoluut belangrijk op de arbeidsmarkt, ook hier in Antwerpen. En nog belangrijker is de kennis van het Antwerps. Ik meen dat trouwens ook. Ik hoor van veel mensen die de Nederlandse taal leren in een werkgerelateerde context en die terechtkomen op een werkvloer, dat mensen daar vaker in het dialect dan in de taal die ze hebben aangeleerd kwaadspreken, wat soms voor conflicten kan zorgen.
Ik denk dat het een en-enverhaal wordt. Wanneer iemand op dit moment in een traject zit en een taalbad in het Nederlands moet krijgen en daarin gevormd moet worden, maar tegelijkertijd ook al relevante werkervaring zou kunnen opdoen en eigenlijk een consensus zou kunnen scheppen over de taalgrens heen, dan moeten we daar niet te strak in zijn. We kunnen die persoon taalgebonden versterken en die tegelijkertijd, over de taalgrens als dat mogelijk is, werkervaring laten opdoen. Ik geloof niet zozeer in een zeer strikt of-ofverhaal maar eerder in een en-enverhaal dat moet worden versterkt.
Ik heb nog een bijkomende vraag over uw taalplan. U zegt dat het er zit aan te komen. Wanneer kunnen we dat verwachten?
Wat dat thuiswerk betreft, heb ik de mail erbij genomen. Het gaat over een WES-stage (West-Vlaams Economisch Studiebureau). In de mail van de persoon die begeleid is, staat letterlijk dat VDAB weigert en absoluut niet toelaat dat de persoon van thuis werkt. Dat mag dus absoluut niet. Zelfs het voorstel dat zij hebben gedaan, om vier dagen thuis te werken en een dag naar Brussel te komen, was niet voldoende. Het is effectief zo dat ze vorige maand nog die opmerking van VDAB kregen. Ik zal het u doorsturen, minister, zodat u dit kunt uitklaren. Dat lijkt me interessant voor de persoon die me de mail heeft doorgestuurd. Het kan zijn dat de persoon bij VDAB op dat moment niet wist dat het een verzekeringskwestie was. Ik wil het wel geloven maar ik denk dat het goed is dat dit soort zaken wordt uitgeklaard en dat we zeker zijn dat niet te veel mensen op deze problematiek botsen.
Minister, uw antwoord dat flexibiliteit aan de dag moet worden gelegd, stelt me gerust. Hier is misschien iets fout gelopen en dan moet dat zo snel mogelijk worden opgelost.
De heer Ronse heeft het woord.
Ik dank de heer Annouri voor zijn vragen. Ik was zeer gerustgesteld door het antwoord van de minister maar ik vind het raar, mijnheer Annouri, dat u blijft volharden in het verhaal dat het toch moet kunnen. Vlaanderen zit nog altijd met een mismatch waarbij werkgevers zeer sterk vragende partij zijn voor stages. Ik zou het dan ook hallucinant vinden indien deze minister aan VDAB zou zeggen dat iemand die niet goed Nederlands spreekt via een stage ervaring kan opdoen in Wallonië maar hier taallessen zou krijgen. De beste manier voor mensen om de taal te leren, is net om ze bij de eigen Vlaamse werkgevers stage te laten lopen. Ik raad u dan ook aan om tegen die dame uit Geraardsbergen te zeggen dat er veel mogelijkheden zijn om stage te volgen in Vlaanderen en dat ze veel beter Nederlands zal leren dan wanneer ze naar Wallonië gaat.
Ik sluit me wel bij u aan, meneer Annouri, maar ook daar stelt het antwoord van de minister me gerust, dat het zeer uitzonderlijke tijden zijn die ook uitzonderlijke maatregelen vereisen. Als we met zijn allen thuis kunnen werken, dan moet dat met stages ook kunnen. Ik denk dat dit trouwens ook een uitdaging is voor de toekomst, dus na de coronacrisis. We moeten onze arbeidsmarkt op een andere en vernieuwde manier leren bekijken. Het zou goed zijn als daar wat helderheid over komt bij VDAB, tot in de lokale kantoren, zodat die stages ook van thuis kunnen plaatsvinden. Het zou immers jammer zijn dat stages nu zouden worden uitgesteld. Ik zal zelf een stagiair aannemen als schepen en als parlementslid die nu aan de UGent zit. Die stagiair zal ook heel weinig op de werkvloer komen maar toch zal dat lukken, daar ben ik zeker van.
Minister Crevits heeft het woord.
Mijnheer Annouri, ik heb mijn antwoord gegeven en collega Ronse heeft ook aangevuld. Ik moet wel zeggen dat er een grote vraag is naar stages. Ik heb me vrij duidelijk uitgesproken. Ik vind het een meerwaarde als je dat ook eens in Wallonië kunt doen. Maar het is natuurlijk een verhaal met twee kanten.
Wat het tweede punt betreft, krijg ik van het kabinet een hele reeks voorbeelden. Wat ik moet meegeven, is dat VDAB vroeger een cursus West-Vlaams voor beginners had. Antwerpen heeft dat blijkbaar niet gedaan, mijnheer Annouri, dat is misschien een gemiste kans. Er is ook de app in West-Vlaanderen die zorgt voor goede omzettingen van het ene dialect naar het andere. Iedereen glimlacht maar het is absoluut noodzakelijk dat je de taal kent, zeker op de werkvloer wanneer je je wilt integreren. Ik heb trouwens ook de neiging om, wanneer ik op mijn kabinet tussen West-Vlamingen zit, West-Vlaams te spreken. Dat is sterker dan mezelf. Wanneer je dan geen West-Vlaming bent, schakelt iedereen wel over. Maar er zijn ook grote verschillen tussen het AN en de streektaal.
Ik hoop dat het probleem nu echt is opgelost. Mijn kabinet vraagt om de mail te bezorgen omdat het probleem nu opgelost zou moeten zijn. Ik hoop dat dit een van de dossiers is die onder de verzekeringskwestie vielen want dit kan echt niet. Ik zit er ook zelf verveeld mee omdat het totaal niet kan.
Collega Ronse, alles staat of valt met een goede begeleiding. We merken hier ook dat het best wel kan. Ik stond aanvankelijk redelijk sceptisch tegenover telewerk, u weet dat. Ik zit hier nu ook in mijn bureau in Brussel maar het is voor mij nu praktisch onmogelijk om thuis te werken omdat er te veel activiteiten zijn. Maar ik meen echt dat de mogelijkheden van telewerk nog niet voldoende zijn aangeboord. Zelfs stages kun je van thuis toen wanneer je goed wordt begeleid, via Teams- of ander overleg. Op intranet staan zeer duidelijke procedures omschreven. Als u nog bezorgdheden hebt, zullen we die met onze lokale bureaus, overal te velde, bekijken.
De heer Annouri heeft het woord.
(Slechte geluidskwaliteit)
Bedankt voor het antwoord, minister. Het klopt dat er in Antwerpen nog geen cursussen West-Vlaams worden gegeven. (Opmerkingen van minister Hilde Crevits)
Maar ik denk dat het Algemeen Nederlands wat vervangen wordt door een zeker Antwerps accent.
Maar ik sluit me ook aan bij wat collega Ronse heeft gezegd: het is belangrijk om ook in deze tijden stagemogelijkheden te kunnen blijven aanbieden, zowel aan studenten als aan mensen via VDAB, voor alle duidelijkheid. Ik ben ook zelf twee weken geleden begonnen met een stagaire die nu coronaproof deze commissie aan het volgen is, en die hoort dat alles staat of valt met een goede begeleiding, dus tot zover de druk die … (onverstaanbaar) … verhoogd wordt. Het klopt ook alleszins. Dat is zeker en vast een feit.
Ik ben heel blij dat u dat mee wilt opvolgen en ik zal de specifieke casus doorsturen. Ik hoop dat het een misverstand is, en dat zal het waarschijnlijk ook wel zijn, als ik uw antwoord zo hoor, maar dan is het goed om die allemaal in kaart te brengen en op te volgen, zodat al die stages ook in deze tijden zo goed mogelijk kunnen verlopen en de mensen daar de nodige opleiding uit kunnen halen. Telewerken zal inderdaad niet verdwijnen en ook op dat vlak is het goed dat we ons in Vlaanderen heruitvinden en dat we ervoor zorgen dat die kansen gegrepen worden.
Nog een ernstige toevoeging: een opleiding telewerken voor werkzoekenden die stages kunnen gaan volgen, is misschien ook iets waar we werk van moeten maken. Wij hebben hier ervaringsgewijs leren werken met Zoom, maar dat is niet voor elke werkzoekende weggelegd, dus ook daar ligt nog werk op de plank, naast het aanleren van Torhouts, Antwerps en Kruishoutems.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.