Report meeting Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Vraag om uitleg over een zomer zonder BOB-campagne
Report
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Ceyssens heeft het woord.
Minister, de cijfers met betrekking tot verkeersongevallen blijven te hoog en zijn zelfs opnieuw aan het stijgen. Het was nochtans onze ambitie om ze naar beneden te krijgen. Er is vooral een stijging van dodelijke slachtoffers bij voetgangers met 28 procent van 2018 naar 2019. We moeten daar iets aan doen. Snelheid, onaangepast rijgedrag en rijden onder invloed blijven jammer genoeg nog steeds de belangrijkste oorzaken van verkeersongevallen. Verleden week bleek uit een Europees onderzoek dat wij daar het meest nonchalant mee omgaan. 20 procent van de Belgen vindt blijkbaar dat rijden met een glaasje op moet kunnen, terwijl men daar in andere landen veel strikter op toekijkt.
Ik vind het dan ook jammer dat er dit jaar voor het eerst in tien jaar geen BOB-affichecampagne in de zomer zal doorgaan. Begrijp me niet verkeerd: ik ben samen met u, met heel veel Vlamingen en met de horeca-uitbaters zeer tevreden dat cafés en restaurants opnieuw open kunnen na de lockdown en dat deze mensen kunnen proberen om na een desastreus voorjaar toch nog iets te recupereren. Het is ook belangrijk voor ons mentaal welzijn dat we samen iets kunnen drinken, maar we moeten daarbij toch nog heel duidelijk het statement kunnen blijven maken dat rijden en drinken absoluut niet kan.
Ik geef nog enkele cijfers. De ongevallencijfers met bestuurders onder invloed stegen opnieuw. In 2018 waren dat nog 4013 ongevallen en in 2019 klom dat aantal naar 4106. Bij bijna 11 op de 100 ongevallen met gewonden bleek minstens een van de betrokken bestuurders te veel gedronken te hebben. Dat zijn heel frappante cijfers.
Geen BOB-campagne betekent dat we komende zomer geen affiches zullen tegenkomen op de informatieborden langs de snel- en gewestwegen, noch op de bussen en kusttrams van De Lijn. Men zou wel sensibiliseringsacties plannen via sociale media en de strenge politiecontroles zouden niet verdwijnen. Er zijn natuurlijk nog altijd mensen die afwezig zijn op sociale media. Handhaving is het sluitstuk, maar men moet alles op alles zetten om mensen er op voorhand toe te bewegen niet te drinken. Het mag niet onze ambitie zijn om zoveel mogelijk mensen op heterdaad te betrappen als ze gedronken hebben. We moeten vooral vermijden dat mensen drinken als ze achter het stuur kruipen.
Minister, werd de beslissing om geen BOB-affichecampagne te houden in de zomer niet te vroeg genomen? Staat u nog steeds achter die beslissing? Indien ja, waarom is er niet gekozen om een coronaproof affichecampagne op poten te zetten? Bestaat er nog een mogelijkheid om de geplande acties te verruimen?
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Minister, de heer Ceyssens heeft daarnet al een opsomming gegeven van de ongevallencijfers. Het is niet nodig dat ik die zal herhalen.
Hij verwees ook naar het Europese onderzoek waaruit blijkt dat Belgen geen probleem hebben om met drank achter het stuur te kruipen. 20 procent ziet er dus inderdaad geen graten in om met alcohol op te rijden. Het Europese gemiddelde is 9 procent en in Nederland en Duitsland is dat amper 4 procent.
Mijn vaststellingen zijn dezelfde als die van de heer Ceyssens. Elke zomer zien we langs de Vlaamse autosnelwegen de vertrouwde BOB-campagne om bestuurders te sensibiliseren over alcoholgebruik.
De combinatie van sensibiliseren en controleren toont een daling van het aantal betrapte bestuurders en van het aantal ongevallen.
Door de afwezigheid van grote evenementen komen er deze zomer geen BOB-affiches langs de snelwegen. Ik vind dat jammer. Zowel de Vlaamse Stichting Verkeerskunde als verkeerspsychologen vinden het geen goed idee om deze zomer geen BOB-campagne te houden. Het is en blijft een sterk en succesvol merk met een gekende en belangrijke boodschap. Grote evenementen zullen deze zomer niet plaatsvinden, maar ondertussen zien we dat terrassen vollopen. De organisatoren van grote evenementen komen af met alternatieve en kleinschalige varianten zodat mensen binnen hun bubbel gezellige avonden kunnen organiseren.
Uit de nieuwste cijfers van Vias blijkt dat alcohol en rijden nog steeds een groot probleem blijft. Bij bijna 11 op de 100 ongevallen met gewonden bleek dat er minstens 1 bestuurder gedronken had. De gemiddelde alcoholwaarde in het bloed bedroeg 1,7 promille.
Hoe kwam de beslissing tot stand om geen BOB-campagne te organiseren? Is er een nieuwe evaluatie geweest toen bleek dat de horeca deze zomer wel zou kunnen openen? Werd een aan corona aangepaste BOB-campagne overwogen?
In 2018 waren er 324.000 controles. Zullen er evenveel controles plaatsvinden als tijdens de campagnes van vorige zomers?
Vorig jaar waren er geen radio- en tv-spots meer betreffende de BOB-campagne. Hoe ziet u de toekomstige promotie van dit sterk merk?
Minister Peeters heeft het woord.
Eerst en vooral wil ik benadrukken dat noch ik noch mijn administratie een beslissing hebben genomen omtrent deze BOB-campagne omdat deze niet de eigendom is van het Departement MOW, maar van Vias en de Belgische Brouwers. Zij hebben in 1996 zowel het woord- als beeldmerk laten registreren in het merkenregister van het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BBIE).
Met de zesde staatshervorming zijn de gewesten bevoegd geworden voor de verkeersveiligheidscampagnes. Indien de federale overheid titularis was van het beschermd merk, dan was dit in het kader van de staatshervorming sowieso overgekomen naar de gewesten. Dit is niet gebeurd omdat het eigendom was van private instanties. In 2015 is er een overeenkomst gesloten tussen het Departement MOW en Vias en de Belgische Brouwers om campagne te voeren waarbij er kosteloos gebruik kon worden gemaakt van het merk BOB. Dat is de voorbije jaren verschillende keren gebeurd.
Noch Vias noch de Belgische Brouwers hebben een BOB-zomercampagne opgezet als gevolg van COVID-19. Vias zet samen met de Belgische Brouwers en Assuralia normaal die campagne op. Zij staan ook in voor de financiering en stellen de campagne kosteloos ter beschikking van de gewesten. Zij maken de advertenties en het filmmateriaal. Zij zorgen voor de campagnebeelden en de affiches die dan aan de gewesten worden geleverd om aangeplakt te worden. Dat is dit jaar allemaal niet gebeurd. Dat was hun beslissing en ze hebben ons daarover niet voorafgaandelijk gecontacteerd.
We kunnen dat betreuren. Maar we kunnen het ook wel voor een stuk begrijpen. Zoals de heer Lantmeeters het al gezegd heeft, zijn er geen grote evenementen, geen festivals, geen voetbalwedstrijden en dergelijke meer. Alles moet ook in de context van de timing worden bekeken. Het was de bedoeling de nieuwe affichecampagne te starten op 3 juni, en het campagnemateriaal moest dan klaar zijn in mei om het te kunnen drukken op 20 mei met oplevering op 29 mei. Op die momenten waren er nog veel te veel onzekerheden.
Voorts wijst Vias erop dat het BOB-verhaal vooral een sociaal gebeuren is. Men roept als het ware vrienden op om een BOB te kiezen. Op dat moment was het nog lang niet duidelijk of die vriendengroepen verenigbaar waren met de coronabubbels. Dat we de volgende maanden enkel een onlinecampagne zullen kunnen voeren om te sensibiliseren tegen het gebruik van alcohol in het verkeer, is jammer, maar dat is nu eenmaal de beslissing van Vias samen met de Belgische Brouwers die de merknaam BOB in eigendom hebben.
Zowel collega Ceyssens als Lantmeeters vragen om andere acties op te zetten en of er wel nog voldoende controles plaatsvinden deze zomer. De politiecontroles zijn een federale bevoegdheid, maar ik ben er zeker van dat de nodige alcoholcontroles zullen worden uitgevoerd hoewel er geen BOB-campagne loopt. Uit recent onderzoek blijkt dat de cijfers niet goed zijn. Er worden weer meer pv’s opgesteld van mensen die rijden onder invloed. Ik neem dus aan dat de politie zeker gerichte acties zal ondernemen, en daar dring ik vanuit Vlaanderen op aan.
Wat heb ik intussen wel gedaan? Ik wil voorkomen dat er een discussie ontstaat over wie straks het merk BOB mag gebruiken. Hoe zit het met die licentieovereenkomsten? Worden deze nog ter beschikking gesteld van de ene of de andere? Er waren heel wat overlegvergaderingen tussen de Vlaamse Stichting Verkeerskunde en Vias. Eerst bereikte men geen akkoord. Maar na heel wat vergaderingen is er vorige week dinsdag toch een akkoord bereikt waarbij Vias zich bereid verklaart om het merk BOB ter beschikking te stellen voor de wintercampagne, die toch zal kunnen worden gevoerd. Dat juich ik toe. BOB gaat al lang mee maar is een sterk merk, en daarvan willen wij in Vlaanderen gebruik blijven maken. Ik ben tevreden dat Vias opnieuw het campagnebeeld, de advertenties, gadgets en dergelijke meer zal verzorgen zodat wij weer zoveel mogelijk mensen ertoe kunnen overhalen niet te drinken als zij rijden.
De heer Ceyssens heeft het woord.
Ik heb enkele bijkomende vragen. Eerst en vooral is het voor mij nieuw dat mensen die dronken achter het stuur zitten van grote evenementen vandaan komen. Ongetwijfeld zullen er wel zijn. Maar dat is echt niet het probleem. Op grote evenementen is er geen sterke drank te verkrijgen en is er zelfs dikwijls slechts alcoholvrij bier of bier met een lager alcoholgehalte te verkrijgen. Dat vind ik geen valabel argument van Vias en ook de onzekerheid door de coronacrisis kan niet worden ingeroepen.
We zijn allemaal creatief moeten zijn en dat was volgens mij perfect te ondervangen. Bijvoorbeeld een campagne à la ‘Kies uw BOB binnen of buiten uw bubbel’. Al die argumenten doen er niet toe.
Ik ben blij, minister, dat Vias bereid is om BOB ter beschikking te stellen voor verdere campagnes en zeker voor een wintercampagne. Toch maakt mij dat ook bezorgd. Ik heb al de cijfers genoemd. Bij meer dan vierduizend ongevallen per jaar is drank gemoeid. 20 procent van de Vlamingen vindt dat het moet kunnen dat iemand met een glaasje op achter het stuur kruipt. Leg dat eens uit aan mensen die een kind verloren zijn door een dronken bestuurder. Dit is iets waarop we moeten blijven inzetten, en wij mogen hierbij op geen enkel moment afhangen van de bereidheid van Vias.
Wij zijn bevoegd voor sensibilisering en wij moeten daarover mee kunnen beslissen. Ik vraag dan ook dat wij financieel meestappen in het BOB-verhaal, want wie betaalt die bepaalt. Het mag niet zijn dat wij in de toekomst voor campagnes tegen alcoholgebruik achter het stuur afhangen van derden die kunnen beslissen of ze al dan niet doorgaan. De terbeschikkingstelling van de merknaam BOB moet duurzaam verankerd worden. Mijn vraag is, minister, of u initiatieven zult nemen om met Vias te onderhandelen om de BOB-campagnes desnoods over te kopen, of erin te participeren, of in het allerslechtste geval zelf van nul af aan te beginnen met een ander concept. Het kan niet zijn dat wij van de goodwill van derden afhangen om af te wachten of ze op onze wegen ook daadwerkelijk een campagne willen voeren tegen alcoholgebruik achter het stuur. Daarom is dit thema veel te belangrijk.
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Voorzitter, als collega Ceyssens nog tijd heeft vandaag, dan is hij hier bij mij thuis heel welkom. Ik stel vast dat hij mij het gras voor de voeten wegmaait. Hij mag dat ook hier komen doen, het staat redelijk lang.
Minister, u stelt vast dat BOB een sterk merk is. Ik ben blij dat een nieuwe campagne wordt voorbereid voor de komende winter.
Ook ik vond het argument van Vias niet valabel om geen BOB-campagne in de zomer te voeren omdat er geen grote evenementen waren. Ik heb geen weet van veel ongevallen bij grote evenementen. Het meeste wordt er gedronken op feestjes, in meer besloten kring. Het was een eigenaardige beslissing van Vias, maar Vias kan dergelijke beslissingen zelf nemen.
Ik vind het even straf als collega Ceyssens dat onze sensibiliseringscampagnes op onze wegen afhangen van derden. Als een privé-initiatief niet doorgaat, dan laten we dat zo in Vlaanderen, hopende dat misschien een andere private initiatiefnemer het zou overnemen. Ik vind het onbehoorlijk dat wij zouden wachten. We moeten zelf initiatief nemen. Want de cijfers zijn de cijfers, zoals wij die daarstraks hebben opgesomd. Het grote probleem zit niet in de pakkans, hoewel wij kunnen discussiëren over de politiecontroles. Er waren er 324.000 vorig jaar en u gelooft dat de federale overheid ervoor zal zorgen dat er evenveel dit jaar plaatsvinden. Het grote probleem zit in de geesten van de mensen, en het is problematisch dat er geen sensibilisering plaatsvindt.
Ik vind inderdaad dat Vlaanderen de BOB-campagne moet overnemen. We kunnen er niet tevreden mee zijn dat Vias nu toch een wintercampagne wil organiseren als we weten dat er in de zomer 20 procent van de mensen rondrijdt met alcohol in het bloed. Ik vraag u, minister, om zelf en zelfs los van die BOB-campagne eigen sensibiliseringsinitiatieven te nemen, zowel in de zomer als de winter.
De heer Keulen heeft het woord.
Ik denk dat sensibilisering zijn belang heeft. Ik denk nog altijd dat de mensen bereid zijn zich te gedragen als zij weten dat daar ook repressief gevolgen aan verbonden zijn. Ik ben nu al heel lang voorzitter van een politiezone, Lanaken-Maasmechelen, 128 geüniformeerde agenten. Al die mensen zullen u zeggen dat de gevaarlijkste momenten om dienst te hebben op straat, als verkeerspolitie, als interventiepolitie, de zondagvoormiddag is. Dat is na feestjes en afterparty’s. Dan vind je op straat niet alleen mannen die thuis goede punten pogen te scoren door croissants te gaan halen bij de bakker, maar ook veel gespuis, dat stijf staat van drank en drugs.
De campagne heeft zijn waarde, minister. U moet eens nagaan of er in de administratie van MOW, een huis met heel veel talent, geen mensen zijn die zelf campagnes kunnen uitwerken, eventueel met collega Ceyssens als ingehuurde ghostwriter. Ik zeg dat met een knipoog, maar ik vind de voorgestelde slogan ‘Met corona een BOB binnen of buiten uw bubbel’ goed gevonden.
Maar ik denk ook dat u als minister van verkeer met de politie op de verschillende niveaus rond de tafel moet gaan zitten, om aan te dringen op intensieve controles in de zomermaanden, bijvoorbeeld op zondagvoormiddag. Aan de preventieve en informatieve initiatieven moet er ook een politioneel vervolg worden gekoppeld. Als mensen weten dat ze effectief het risico lopen zwaar bestraft te worden, dan houden ze daar rekening mee. Maar de kans om gepakt te worden is nog altijd te klein.
Ik pleit dus om voor de preventie en de sensibilisering ook specialisten van de administratie MOW in te zetten, en om met de federale en lokale polities te proberen actie te voeren en meer controles te houden.
Minister Peeters heeft het woord.
Ik ben het niet die gezegd heeft dat mensen die naar grote evenementen gaan, potentieel gedronken hebben. Maar het feit dat al die evenementen niet zouden plaatsvinden, was voor Vias een argument om te stellen dat zij geen zicht hadden op de reële situatie. Daarom hebben zij beslist de zomercampagne van BOB niet uit te voeren. De timing speelde ook een rol. Het moest allemaal klaar zijn in mei, en toen was er nog geen duidelijkheid over wat er horecagerelateerd al dan niet zou kunnen.
Wat de BOB-campagne betreft, wil ik heel nadrukkelijk meegeven dat de BOB-campagne eigendom is en blijft van een private instantie, in dezen Vias en Belgische Brouwers. Wij kunnen als overheid niet zomaar zeggen dat wij dat verhaal, dat sterke merk, naar ons toe gaan halen, dat we dat overnemen. Dat kunnen wij niet.
Wat we wel hebben kunnen vaststellen – en ik heb dat ook al een paar keer gezegd – is dat heel ons verkeersveiligheidsbeleid, zeker de sensibiliseringscampagnes, erg versnipperd is. Het zit bij veel verschillende instanties. Er is mij ter ore gekomen dat er gesprekken waren over de licentieovereenkomsten tussen de Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV) en Vias en dat zij niet tot een vergelijk gekomen zijn. Daarom hebben wij zelf van hieruit beslist om minstens met Vias aan tafel te gaan zitten en erop te blijven hameren dat wij die BOB-campagne, dat sterk merk, heel belangrijk vinden en dat we er volop mee verder willen werken.
We moeten hierin zeker niet over één nacht ijs gaan. Het verleden heeft ons dat ook al geleerd. We hadden kunnen zeggen, toen we begin juni hoorden dat er geen BOB-campagne kwam, om rap iets anders te organiseren, maar het verleden heeft aangetoond dat gauw iets anders lanceren niet werkt. Herinner u de Ray-campagne. Ray ging ons allemaal plots lessen leren inzake het verkeer, afleiding en snelheid, maar het Ray-verhaal is ondertussen volledig afgevoerd, omdat men tot de conclusie gekomen is dat het niet werkte. Men kan niet zomaar iets nieuws gaan uitvinden om iedereen ertoe aan te zetten zeker geen alcohol of andere drugs te gebruiken in het verkeer. Dat wil ik toch zeker meegeven.
Nu, wij laten ons niet zomaar afhangen van een privé-initiatief. Er waren gesprekken lopende tussen de VSV, die het verhaal van de BOB-campagne wilde overnemen, en Vias. Men is niet tot een vergelijk gekomen, en daarom hebben wij finaal gezegd: ‘Kijk, wij willen de BOB-campagne deze winter koste wat het kost organiseren.’ Vias heeft zich bereid verklaard dat te doen. Op dit ogenblik lopen er gesprekken om de finaliteiten uit te werken, zodat er zeker een BOB-wintercampagne komt.
Dit is heel belangrijk. Als er een sterk merk is, dan moeten we dat hanteren en blijven koesteren, zeker als het werkt. We moeten daar ten volle op blijven inzetten. Vanuit de administratie hebben we wat dat betreft heel duidelijk gezegd dat het aan ons was om de lead te nemen en om te voorkomen dat er te veel versnippering is en mensen de borden langs de gewestwegen gaan claimen. We moeten dat voorkomen, want de verkeersveiligheid is te belangrijk.
U hebt zelf de cijfers gegeven, mijnheer Ceyssens, van de vierduizend ongevallen waarbij drank in het spel is, en van het feit dat 20 procent aangeeft dat dat zo erg niet zou zijn. Dat stoot ons voor de borst, dat kan niet. We moeten heel duidelijk blijven benadrukken dat drinken en rijden niet samengaan en we zullen dat blijven doen. Alcohol, en drugs over het algemeen, is nog steeds een van de grootste killers in het verkeer, na snelheid en afleiding, dus we moeten daarop blijven inzetten en we zullen daarrond blijven sensibiliseren via campagnes.
Opnieuw, ik vind de BOB-campagne te belangrijk om weg te laten, maar het is nu zo voor de BOB-zomercampagne, deels door de onzekerheid of die campagne wel zin had in een zomer waar misschien niet veel zou mogen. Dat is een beslissing geweest van derden, van Vias samen met Belgische Brouwers en Assuralia. Zij hebben beslist om dat niet te doen. Wij kunnen dat nu met zijn allen betreuren, maar we moeten vooral naar de toekomst kijken en we moeten toekomstgericht zeggen dat we die BOB-campagne in de winter zeker willen heropstarten. Daarvoor zitten we nu aan tafel en ik heb er alle vertrouwen in dat dat goed komt. Daar wil ik me dan ook ten volle op focussen.
De heer Ceyssens heeft het woord.
Dank u wel, minister.
Toen de coronacrisis net begon en de lockdown net was aangekondigd, zag ik dit mopje passeren: na de lockdown zal de helft van de mensen terugkeren als chef-kok en de andere helft als alcoholicus. Het heeft gelukkig niet zo’n vaart gelopen, maar het geeft wel aan dat mensen zelfs thuis drinken, en dan mogen ze ook niet meer met de auto rijden. Het is inderdaad niet uw argumentatie dat mensen alleen maar op evenementen drinken, dat zeg ik niet, maar het toont wel aan dat de argumentatie die Vias aanhaalt, absolute non-argumentatie is en nergens geldt.
De bekommernis is er heel duidelijk en mijn vraag is: het is goed dat Vias te kennen heeft gegeven dat het weer klaarstaat voor de BOB-wintercampagne, maar als u aan tafel gaat, dan mag u wat mij betreft niet enkel spreken over de wintercampagne. Wij kunnen het ons niet permitteren dat wij van seizoen tot seizoen afhangen van de goodwill van iemand anders en diens oordeel over het al dan niet voeren van een campagne, al dan niet op basis van juiste argumenten. Die campagne moet er zijn, het hele jaar door. Het is een sterk merk, maar dat kan het alleen blijven als het aanwezig blijft. Een merk dat niet meer in de markt staat, wordt automatisch minder sterk. Er moeten dus ook garanties komen dat BOB voor een lange periode in het straatbeeld blijft. Zo niet, denken we beter na over een nieuwe campagne. We kunnen het ons namelijk niet permitteren om niet in te zetten op sensibiliseren rond dronken rijden.
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Collega Ceyssens, ik heb niet gedronken, maar ik heb me wel proberen te bekwamen in kookkunst, maar ben ook geen chef-kok. Alleen het gras maaien lukt.
Minister, ik heb vastgesteld dat u zich beperkt tot een verdedigende opstelling, als ik het zo mag zeggen. U zegt dat de BOB-campagne helaas niet georganiseerd wordt door Vias en dat het goed is dat ze deze winter wel doorgaat, maar zowel collega Ceyssens als ikzelf hebben vandaag duidelijk proberen te maken dat die sensibilisering veel uitgebreider moet zijn en dat we niet mogen afhangen van privé-initiatieven. Ik denk dat collega Keulen dat op een bepaald ogenblik goed begrepen had, want hij heeft terecht gevraagd of we niet eens kunnen gaan kijken naar de mogelijkheden bij MOW, zodat we die mensen kunnen inschakelen om zelf een initiatief te nemen.
De cijfers zijn immers inderdaad niet van die aard om vandaag te zeggen: ‘Helaas, iemand anders heeft het niet gedaan en we wachten tot die het wel weer doet.’ De cijfers zijn dramatisch en ik vind inderdaad dat er initiatief mag worden genomen. Ik wil daar niet te hard in zijn, maar ik wil u toch oproepen om, zoals collega Keulen al zei, eens in de eigen achtertuin te kijken wat er daar is en wat we kunnen doen, want we moeten alles doen wat we kunnen doen om ongevallen te voorkomen en om cowboys van straat te houden.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.