Report meeting Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Report
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Keulen heeft het woord.
Dit is een vraag die in de grensstreek heel sterk leeft en die in het kader van corona heel nadrukkelijk in beeld komt. Ik begin mijn vraag met de stelling dat een van de coronamaatregelen bij De Lijn het inperken is van grensoverschrijdende busverbindingen tot de laatste bushalte voor de grens of het niet bedienen van de haltes op Nederlands grondgebied. Het gaat dan heel concreet over de volgende lijnen, voorzitter: lijnen 430, 450 en 460 in de provincie Antwerpen, lijnen 45, 20a, 62 en 63 in de provincie Limburg – allemaal richting Maastricht –, lijnen 22, 42 en 43 in de provincie Oost-Vlaanderen en de verbinding Brugge-Breskens of lijn 42 in de provincie West-Vlaanderen.
Deze lijnen, collega’s, worden regelmatig gebruikt door grensarbeiders. In mijn eigen gemeente gaan 4400 mensen hun dagelijks brood verdienen in Maastricht en omstreken. Maar ook leerlingen maken er gebruik van om over de grens naar school te gaan. In Lanaken alleen al lopen er 1000 Nederlandse leerlingen school in het lager en secundair onderwijs. In Nederland zijn de basisscholen terug open sinds 11 mei en op vrijdag 15 mei, morgen dus, openen ook de meeste Vlaamse scholen weer hun deuren. Het is dan ook belangrijk dat leerlingen die over de grens naar school gaan, in beide richtingen, maar vooral dan vanuit Nederland naar België, ook effectief op school kunnen raken met het openbaar vervoer.
Is er een timing bekend voor het hervatten van de grensoverschrijdende busverbindingen?
Heeft De Lijn een duidelijk beeld van het aantal leerlingen dat gebruik maakt van De Lijn voor het vervoer van en naar school over de grens?
Zijn er ten slotte maatregelen voorzien om het grensoverschrijdend busvervoer specifiek voor leerlingen weer mogelijk te maken?
Bedankt voor die korte en bondige vraag.
Minister Peeters heeft het woord.
Bedankt voor uw vragen, mijnheer Keulen, maar helaas zal ik u geen afdoend antwoord kunnen geven.
U vraagt naar de timing voor het hervatten van het grensoverschrijdend busverkeer. Uiteraard hebben wij contact opgenomen met De Lijn om te vragen wanneer grensoverschrijdende busverbindingen herop zouden kunnen starten, maar u weet dat artikel 7 van het federaal ministerieel besluit van 23 maart 2020 nog altijd een verbod oplegt voor niet-essentiële reizen van en naar België en u weet ook dat het woon-schoolverkeer niet is opgenomen als essentiële verplaatsing. Daarom laat De Lijn nog geen bussen over de grens rijden.
We weten ook allemaal dat de Nationale Veiligheidsraad gisteren bij elkaar is gekomen en opnieuw enkele nieuwe maatregelen heeft genomen voor de afbouw van de noodmaatregelen. Wat betreft grensoverschrijdend verkeer van personen is er echter nog geen uitsluitsel. Vanmorgen hebben we vernomen dat het de minister van Binnenlandse Zaken is die een formeel en wederkerig akkoord zal moeten sluiten met een buurland – in dezen Nederland –, vooraleer de grenzen geopend kunnen worden. Deze ochtend heb ik kennis genomen van de communicatie van minister De Crem hierover. Hij deelde mee dat hij hierover ten vroegste volgende week een beslissing verwacht.
Kortom, ik moet u helaas teleurstellen en meegeven dat ik nog geen zicht heb op de concrete hervatting van het grensoverschrijdend busverkeer, maar ik hoop uiteraard, net zoals u en iedereen in de grensgemeenten, dat hier zo snel mogelijk duidelijkheid over komt, zeker voor schoolgaande kinderen. Nu, morgen vindt nog niet de grote heropstart plaats; die vindt pas later plaats. Toch denken we dat het voor schoolgaande kinderen een welgekomen boodschap zou zijn, mocht het grensoverschrijdend busverkeer weer kunnen opstarten.
Bij uw tweede vraag peilt u naar het aantal leerlingen dat mogelijks gebruikmaakt van De Lijn voor vervoer van en naar school. De Lijn heeft een goed beeld van het aantal leerlingen op basis van het gebruik van de Buzzy Pazz, die er is voor mensen jonger dan 25 jaar. Er zitten dus ook jongeren bij die misschien al werken of verder studeren, maar het geeft wel een beeld van de grootteorde. De cijfers gaan enkel over de ritten met een begin- of eindhalte in Nederland. Dit gaat over unieke abonnees die een grensoverschrijdende verplaatsing deden en die een correcte MoBIB-registratie deden, want niet elke abonnee scant zijn opstap. De aantallen geven dus niet het volledige effectieve gebruik weer.
Dit betekent in februari voor de provincie Antwerpen op de drie vermelde lijnen 875 ritten. Voor de provincie Limburg op de 4 lijnen zijn dat 2111 ritten. Voor de provincie Oost-Vlaanderen op de 3 lijnen gaat het om 120 ritten. Voor de provincie West-Vlaanderen op de lijn 42 gaat het over 124 ritten. Ik kan u die cijfers bezorgen. Er is ook een opsplitsing per lijn mocht daar interesse voor zijn. Ik kan dit ter beschikking stellen van de commissiesecretaris.
U had ook nog een vraag over specifieke maatregelen. Ook daar moet ik het antwoord helaas schuldig blijven. Ik hoop, samen met u, dat het grensoverschrijdend busvervoer voor leerlingenvervoer en woon-werkverkeer kan heropstarten, maar we zijn afhankelijk van wat de Nationale Veiligheidsraad en minister De Crem met de collega's zal afspreken.
De heer Keulen heeft het woord.
Minister, voor particulieren zijn er al een zevental uitzonderingen erkend als essentiële verplaatsing waarvoor zonder problemen de grens gepasseerd mag worden: woon-werkverkeer, mantelzorg, dierenzorg, regelingen in het kader van co-ouderschap ten gevolge van een vonnis van een rechtbank, grensoverschrijdende relaties maar ook leerlingenverkeer. Dat is opgenomen als een van de uitzonderingen die erkend zijn als essentiële verplaatsing in het kader van grensoverschrijdend vervoer. Voor particulieren is dit al geregeld.
Ik dacht dat De Lijn daarbij zou aansluiten, want het gaat over verplaatsingen die al erkend zijn als essentiële verplaatsing. Over het punt van leerlingen die de grens oversteken om in de twee landen les te volgen, is er al een akkoord. Dat staat niet meer ter discussie. Hetzelfde geldt voor de andere punten die ik heb opgesomd. Dat leek mij de opstap, los van de discussies die minister De Crem nu heeft. Die gaan vooral over het al dan niet toelaten van familie- en vriendenbezoek over de grens in de statische bubbel van vier. Dit staat daar los van. Dit heeft niets met familiebezoek te maken, maar wel met iets dat ondertussen al is erkend als essentiële verplaatsing.
Minister Peeters heeft het woord.
Mijnheer Keulen, in de grensregio’s leeft deze problematiek heel erg. Ik kan u alleen maar zeggen wat ik voortdurend te horen krijg, namelijk dat er nog altijd geen grensoverschrijdende ritten worden toegelaten. We kunnen alleen maar hopen dat er zo snel mogelijk groen licht komt van de Nationale Veiligheidsraad. Vandaag is dat nog niet het geval en moeten wij ons richten op wat in het federaal ministerieel uitvoeringsbesluit staat, namelijk dat momenteel het grensoverschrijdend busvervoer niet kan worden hervat. Helaas moet ik daar vandaag het antwoord op schuldig blijven.
De heer Keulen heeft het woord.
Laat de argumenten die ik u aanreik dan een hefboom zijn. Woonwerkverkeer en grensoverschrijdend leerlingenvervoer zijn erkend als essentiële verplaatsing. Gebruik dit nu als hefboom om de dienstverlening van De Lijn daarop af te stemmen. Dit staat eigenlijk los van de discussies die minister De Crem momenteel voert over het ongebreidelde familiebezoek en vriendenbezoek. Dat staat daar los van. Wat vandaag niet is, kan op korte termijn hopelijk wel in orde komen, en dat zijn de grensoverschrijdende busverbindingen van De Lijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.