Report meeting Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Vraag om uitleg over de export van Belgisch plastic bedrijfsafval naar Turkije
Report
De heer Vandenberghe heeft het woord.
Minister, dit is een heel belangrijke vraag om uitleg, die ik samen met mevrouw Schauvliege zal stellen. Ze gaat over hetzelfde thema als de vragen die ik tijdens de vorige commissievergadering heb gesteld.
Ik wil beginnen met een boutade. De productie van plastic is sinds 1950 van 2 miljoen ton naar 380 miljoen ton vandaag geëvolueerd. De voorspellingen zeggen dat er een verdubbeling zal zijn tegen 2035, en een verviervoudiging tegen 2050 wereldwijd. Dat zijn geen al te fraaie cijfers, integendeel.
Maar België is ook wereldtop in de export van plastic afval. In 2018 voerde ons land meer dan een half miljoen ton uit. Daarmee staan we vierde op de wereldranglijst – niet iets om fier op te zijn – en zijn we goed voor bijna 7 procent van de totale export van plastic afval. Alleen de Verenigde Staten, Duitsland en Japan gaan ons land voor. In z’n eentje haalt België nog altijd de top tien van exporterende landen.
Sinds 2018 is er een Chinees invoerverbod waardoor ons land op zoek moest naar een nieuwe markt. Turkije werd de laatste jaren bijzonder populair als afzetmarkt voor ons plastic afval. Waar België in 2016 nog maar 3000 ton naar Turkije verscheepte, steeg dat in 2018 explosief naar 71.425 ton. U hoort het goed: 71.425 ton.
Maar uit onderzoek dat Knack voerde, blijkt dat het Turkse ministerie van Milieu onlangs meer dan duizend afvalwaterzuiveringsinstallaties onderzocht, en bijna de helft werkte niet naar behoren. Zorgwekkend. De twee grootste rivieren in de streek behoren bij de meest vervuilde ter wereld. Beide monden uit in de Middellandse Zee. Het zuiden en het zuidoosten van Turkije hebben de hoogste kustlijnvervuiling ter wereld. Dat maakt Turkije, na Egypte, de grootste verantwoordelijke voor de plasticvervuiling van de Middellandse Zee. Uit onderzoek blijkt dat 74 procent van het oppervlaktewater vervuild is, en het is wel westers plastic dat daar een grote rol in speelt.
We exporteren plastic afval naar landen waar onze ministers er geen 100 procent zicht op hebben wat er precies gebeurt. Uit onderzoek blijkt dat ons land hierdoor mee de oorzaak is van die grote vervuiling van de Middellandse Zee. Dat is niet enkel schadelijk voor ons imago maar vooral ook zeer schadelijk voor ons milieu, en daar maak ik mij de meeste zorgen om.
Minister, bent u op de hoogte van deze problematiek? Ik hoop van wel. Zult u hierover in overleg gaan met alle andere bevoegde ministers? Het is immers een problematiek die u niet alleen kunt oplossen. Gaat u ermee akkoord dat ons land enkel mag exporteren naar landen waar we 100 procent zekerheid hebben dat hun bedrijven op een correcte manier ons afval recycleren? Ik refereer aan het voorstel dat klaarligt om te verbieden buiten de Europese Unie te exporteren omdat je er dan een veel beter zicht op krijgt. Dat hangt aan elkaar vast. Dat debat moeten we zeker ook meenemen. Bent u bereid de export naar de landen waar deze zekerheid niet bestaat, op te schorten? Hoeveel van het plastic dat we in België gerecycleerd noemen, wordt in België ook echt gerecycleerd? Hoeveel wordt binnen de EU-landen gerecycleerd? Hoeveel wordt buiten de EU gerecycleerd? Ik refereer opnieuw aan mijn opmerking over het voorstel over een verbod op export buiten de Europese Unie.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Ik sluit me aan bij de vragen van collega Vandenberghe. Ik heb datzelfde artikel in Knack gelezen en was er ook verbolgen over. Ik ga niet het hele exposé herhalen, maar enkel de aanvullende punten naar voren brengen.
In het artikel stond dat de reden voor deze export is dat er te weinig recyclagecapaciteit is. Is dat zo?
Valipac, de organisatie die het bedrijfsafval monitort, neemt zijn verantwoordelijkheid duidelijk niet op. Het maakt zich ervan af met de boodschap dat het de vrije markt laat spelen. Dat betekent dat een bedrijf zelf kiest met welke afvalinzamelaar het in zee gaat. Die bepaalt wat de prijs wordt en kiest waar ons afval naartoe gaat. Valipac zegt dat het daarin niet tussenbeide komt. Die uitspraak vinden wij een schrijnend voorbeeld van marktfalen. Zo worden de milieukosten helemaal niet inbegrepen in de marktprijs maar afgewenteld op de bevolking van het land waar ons afval naartoe gaat, in dit geval Zuid-Turkije, met alle gevolgen die collega Vandenberghe daarnet schetste.
Maar dat is nog niet alles. Naast het feit dat we te weinig recyclagecapaciteit hebben, dat we geen zicht hebben op waar ons materiaal naartoe gaat en dat we de milieukosten niet mee in de marktprijs vervatten, blijkt uit datzelfde artikel dat er fraude is met plastic in de haven van Antwerpen. Vaak krijgt laagwaardig plastic een certificaat van hoogwaardig plastic. Volgens een anonieme getuige zou dat gemakkelijk te doen zijn in Antwerpen. In andere havens zoals Rotterdam zou het een stuk moeilijker zijn. Er werd letterlijk gezegd dat om controles te ontwijken, men gewoon vier goede balen aan de voorkant van de container zet zodat men niet ziet wat er achter de lading zit.
In het regeerakkoord staat dat wij koploper zijn inzake selectieve inzameling en recyclage van afval. Vandaag recycleren we ongeveer 70 procent. Deze geciteerde recyclagecijfers kloppen alvast niet voor het plastic bedrijfsafval. Het wordt tijd dat de bevoegde organisaties, de regering en de plasticindustrie hun verantwoordelijkheid opnemen.
Minister, op welke manier worden de recyclagecijfers vandaag berekend en gecontroleerd? Klopt het dat dergelijke afvalstromen, die louter op papier gerecycleerd blijken, in het verleden als ‘gerecycleerd’ zijn meegeteld in de cijfers van Valipac?
Is dit probleem al ter sprake gekomen in het beslissingsorgaan van de Interregionale Verpakkingscommissie (IVC)? Indien ja, welke maatregelen worden ondernomen en door wie? Wat is het standpunt van Vlaanderen? Indien niet, wanneer is dit gepland?
Volgens het artikel plant Valipac dit najaar een bezoek bij een aantal Turkse recycleerders van plastic afval. En Valipac zou ook actie willen ondernemen om de traceerbaarheid te verbeteren. Tegen eind 2019 willen ze 60 procent van het plastic via gecertificeerde traders laten verhandelen. Minister, zult u aandringen op een meer sturende rol van Valipac, rekening houdend met de uitspraak dat ze er eigenlijk geen vat op hebben en ook niet willen hebben? Tegen welke termijn zullen alle leden van Valipac plastic verhandelen via gecertificeerde traders? Welke garanties zult u inbouwen om ervoor te zorgen dat die certificatie mogelijke wantoestanden, zoals die welke nu bestaan, met zekerheid uitsluit?
Minister, wat is uw standpunt over het voorstel om de registratie als inzamelaar-handelaar-makelaar te schorsen van afvalbedrijven en/of traders die misbruik maken van dergelijke praktijken van dumping?
Op de 14de bijeenkomst van de partijen die betrokken zijn bij de Conventie van Bazel is beslist om de export van gemengd, niet-recycleerbaar en gecontamineerd plastic onder een strenger controleregime te brengen. Welke houding zal Vlaanderen aannemen binnen de Europese Raad voor Milieu om de implementatie hiervan voldoende streng te maken? Wat is uw standpunt over het uitbreiden van dergelijke controleprocedure tot de export van alle plastic, gelet op de misbruiken?
De beste manier om plastic te verminderen, is gewoonweg zo weinig mogelijk plastic te produceren. Bent u van plan om nieuwe maatregelen van preventie en hergebruik in te voeren? Ook is er in de sector vaak sprake van het omzeilen van bestaande wetgeving, zoals het verbod op plastics voor eenmalig gebruik. Zult u meer middelen vrijmaken voor handhaving?
Bent u op de hoogte van de fraude met de kwaliteitscertificaten van plastic in de haven van Antwerpen? Zult u inzetten op handhaving en andere maatregelen? Zo ja, welke?
Minister Demir heeft het woord.
Dat zijn heel veel vragen. Ik heb natuurlijk ook het artikel gelezen, net zoals de collega's.
Ben ik op de hoogte van de problematiek? Uiteraard. Het cijfer dat de heer Vandenberghe aanhaalt, ik geef het mee voor de volledigheid, is het totaal van het Europees kunststofafval dat via de haven wordt geëxporteerd. België is dus slechts een doorvoerland.
Ben ik van plan in overleg te gaan met andere autoriteiten of met andere ministers? De handel in kunststofafval wordt internationaal geregeld via het verdrag van Bazel. Recent zijn er ook amendementen bij het verdrag van Bazel goedgekeurd waardoor, bij verhandeling van gemengd niet-recycleerbaar of gecontamineerd kunststofafval, het importerend land uitdrukkelijk zijn toestemming moet geven, wat een verstrenging inhoudt ten opzichte van vroeger, en dat is goed. Voor de handel in kunststofafval tussen niet-OESO-landen zullen deze Bazel-amendementen pas vanaf 1 januari 2021 rechtstreeks in werking treden. Voor de handel in afval tussen OESO-landen, waaronder ook Turkije, geldt een apart regime voor afvalhandel. Hier start een proces op waarin wordt nagegaan of en hoe dit gezamenlijk kader moet worden aangepast voor kunststofafval. Een uitkomst van dit proces wordt verwacht in februari 2020. Voor de niet-OESO-landen is dat proces dus bezig.
U vraagt of ik ermee akkoord ga dat we enkel exporteren naar landen waarvan we 100 procent zekerheid hebben. Uiteraard mag ons afval – ik ben het daar mee eens – enkel geëxporteerd worden naar de landen waar milieuverantwoorde en duurzame recyclage gegarandeerd wordt. Meer zelfs, ik vind, dat is een persoonlijke mening, dat Vlaanderen zelf moet kunnen evolueren naar een toonaangevende recyclagehub in Europa. Vlaanderen moet zelf investeren in de nodige sorteer- en recyclagecapaciteit om het eigen kunststofafval en de afvalstromen uit de omliggende regio’s eventueel ook aan te trekken en om te zetten tot nieuwe grondstoffen. Er beweegt heel veel in Vlaanderen rond die circulaire economie. Dat zijn twee dingen in één. Dat is een goede zaak voor het klimaat. Al dat transport richting Turkije en andere landen, daar heb ik echt mijn bedenkingen bij.
Ben ik bereid om de export op te schorten naar de landen waar deze zekerheid niet bestaat? De in- en uitvoer van afval worden geregeld door Europese verordeningen voor overbrenging van afval. De Bazel- en OESO-landen volgen hier dezelfde procedure. Het merendeel van het kunststofafval dat wordt uitgevoerd, kan zonder voorafgaande toestemming van de autoriteiten via een eenvoudige procedure worden geëxporteerd. Hierdoor heeft de OVAM geen volledig zicht op de afvalbewegingen. Wel is het zo dat deze kunststoffen enkel zonder kennisgeving mogen worden uitgevoerd wanneer ze zuiver zijn en niet vermengd met andere afvalstoffen. De EU-verordening voor overbrenging van afvalstoffen wordt momenteel geëvalueerd en zal op basis daarvan volgend jaar worden herzien.
De OVAM beschikt niet over exacte cijfers van de totale hoeveelheid plastic afval die in ons land jaarlijks wordt geproduceerd. We beschikken wel over de inzamelcijfers voor huishoudelijke kunststofafvalstoffen in Vlaanderen. Dat bedraagt zo’n 90.000 ton. Deze fracties gaan integraal naar recyclagebedrijven. Zo wordt alle pmd in onze pmd-sorteerinstallatie in België uitgesorteerd en vervolgens verstuurd naar recyclagebedrijven in verschillende landen. Dat zijn vooral Europese landen. Onze petflessen gaan vooral richting Duitsland, Frankrijk en Italië.
Op kunststofafval bij bedrijven hebben we geen volledig zicht. We doen wel steekproeven en die cijfers verzamelen we in ons milieujaarverslag. De geselecteerde bedrijven moeten hierin hun uitgaande afvalstromen melden. De OVAM komt op deze wijze op een hoeveelheid van circa 300.000 ton kunststofafval per jaar van bedrijven.
Mevrouw Schauvliege, hoe worden de recyclagecijfers vandaag berekend en gecontroleerd? Voor de berekening wordt de methode gebruikt die door de Europese Commissie is vastgelegd en die dus ook in principe door de andere Europese lidstaten moet worden gevolgd.
De recyclagecijfers van Valipac worden gecontroleerd, zowel door Valipac zelf als door de Interregionale Verpakkingscommissie (IVC). Er worden door onafhankelijke expertisebureaus audits uitgevoerd bij de operatoren en de bestemmelingen van afvalstoffen. Valipac voert zelf ter plaatse controles uit bij buitenlandse verwerkers.
Binnen de IVC wordt de problematiek opgevolgd. In de erkenning van Valipac zijn een aantal bepalingen opgenomen om te garanderen dat de cijfers die Valipac aan de IVC aanlevert, gecontroleerd worden en correct zijn zonder aan de vertrouwelijkheid te raken.
Valipac wil inderdaad eind dit jaar 60 procent van het plastic afval via gecertificeerde traders verhandelen. Zij moeten onder meer jaarlijks rapporteren over al hun bestemmelingen zodat ter plaatse audits kunnen worden uitgevoerd. Tegen eind 2021 moet dit 100 procent zijn.
Een oplossing op langere termijn bestaat erin om de recyclagecapaciteit in Europa te verhogen. Zoals ik daarnet zei, lopen er projecten met bedrijven die ook in België gevestigd zijn om meer recyclaat te gebruiken in de productie van nieuwe producten. Uiteraard ben ik ook van oordeel dat de registratie van een inzamelaar, handelaar of makelaar van afval moet worden geschorst wanneer die zich schuldig maken aan dumping van afval. De wetgeving is daar heel duidelijk over en voorziet ook in die mogelijkheid. De OVAM kan de registratie schorsen na de vaststelling van misbruik van de registratie of van elke overtreding.
Ik heb de OVAM de opdracht gegeven om niet te aarzelen om de schorsingsprocedure op te starten wanneer zij in het bezit zijn van een proces-verbaal waarin misbruik wordt vastgesteld. Ik zal hen daarin ook steunen en ik heb dat signaal ondertussen ook gegeven.
U verwijst in uw vijfde vraag naar de veertiende bijeenkomst van de partijen die betrokken zijn bij de conventie van Bazel. Tijdens die bijeenkomst werden amendementen goedgekeurd, waardoor het importerend land uitdrukkelijk zijn toestemming moet geven bij verhandeling van gemengd, niet-recycleerbaar of gecontamineerd kunststofafval. Vlaanderen steunde deze amendementen via de Belgische positie samen met andere lidstaten. Voor de handel in kunststofafval naar niet-OESO-landen zullen deze Bazel-amendementen vanaf 1 januari 2020 rechtstreeks in werking treden, zoals ik daarnet al heb gezegd.
Voor de handel met Turkije wordt er momenteel een apart regime onderhandeld. Naar aanleiding van de Bazel-amendementen starten we binnen de OESO een proces op waarbij er wordt gekeken of en hoe dit gezamenlijke kader moet worden aangepast voor de handel in kunststofafval. Dit onderhandelingsproces loopt nog. Zoals daarnet gezegd, wordt de uitkomst volgend jaar in februari verwacht. De punten die daarbij aandacht moeten krijgen, zijn wat mij betreft enerzijds dat het OESO-kader voor handel in kunststofafval voldoende garanties biedt voor een milieuverantwoorde afvalverwerking en anderzijds dat een monitoringssysteem de stromen binnen de OESO veel beter in kaart brengt, zodat er ook bij problemen veel sneller en korter op de bal kan worden gespeeld. Ten slotte mag het regime geen overmatige administratieve lasten met zich meebrengen.
Momenteel verwerkt de OVAM de opmerkingen die in het openbaar onderzoek voor het ontwerpbeleidsplan kunststoffen aan bod kwamen. Het uiteindelijke plan zal ook acties opnemen met aandacht voor preventie, design en hergebruik.
Wat uw zevende vraag betreft, over de fraude van de kwaliteitscertificaten met plastic in de haven van Antwerpen, wil ik even verduidelijken – en ik denk dat u dat ook bedoelt – dat er geen kwaliteitscertificaten bestaan voor de export, maar wel de zogenaamde ‘bijlage VII’-documenten. Dit zijn verplichte documenten die het transport begeleiden voor export van ‘groene lijst’-afval naar Turkije.
Tijdens de controles door de afdeling Handhaving in de haven van Antwerpen worden deze documenten standaard nagekeken. Hierbij wordt regelmatig vastgesteld dat de beschrijving van de aard van het afval in deze documenten niet overeenstemt met de werkelijke aard. Dit probleem geldt voor de export in het algemeen. Dat baart mij dus wel grote zorgen. Bovendien wordt vastgesteld dat bij de export van afval via de haven van Antwerpen ook kunststofafval van niet-Belgische origine betrokken is.
De afdeling Handhaving werkt momenteel samen met een internationaal netwerk van inspecteurs, waarbij de informatie die verkregen wordt tijdens de controles, uitgewisseld wordt.
De export van plastic afval is een afvalstroom die de afdeling Handhaving momenteel prioritair controleert.
Zoals ook gevraagd, wordt dit gepland in het omgevingsinspectieplan dat de afdeling momenteel opmaakt voor de controles in 2020. Op die manier willen we dit probleem aan banden te leggen en het vanuit Handhaving prioritair behandelen.
De heer Vandenberghe heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw heel uitgebreid antwoord en ook voor de aanvullende vragen van mijn collega.
U zegt terecht – en ik ben blij dat u dat zo gedreven aanhaalt – dat wij er in de eerste plaats voor moeten zorgen dat we zo weinig mogelijk moeten uitvoeren. Dat is de basis: het probleem aanpakken waar het moet worden aangepakt en ervoor zorgen dat we op termijn zo weinig mogelijk uitvoeren.
Als het over petflessen en flacons gaat, kunnen we terecht zeggen dat we op het vlak van sorteren en recycleren bij de besten van de klas zijn op Europees en zelfs op wereldvlak. Dat is juist. Maar als we alle plastic bekijken, wordt het plaatje vandaag heel wat minder rooskleurig.
Minister, ik verwijt u dat niet, want u bent nog maar pas minister, maar ik wil het gewoon meegeven. Vandaag is er in Vlaanderen een wettelijke recyclageverplichting van 30 procent voor kunststof. Ik heb het even opgezocht. Volgens Fost Plus recycleren we 39,3 procent, maar uit een recent onderzoek blijkt dat eigenlijk maar 20 tot 25 procent van het Belgische plasticafval wordt gerecycleerd. Op Europees vlak is dat zelfs maar 14 procent. Dat is nog een stuk minder. We denken eigenlijk dat we goed bezig zijn, maar in realiteit is dat helemaal niet zo. We hebben onszelf wijsgemaakt dat we plastic goed sorteren en recycleren, maar we hebben het eigenlijk gewoon op straat gegooid in Turkije.
De nieuwe Europese streefdoelen voor de recyclage van verpakkingsafval verplichten ons om tegen 2025 50 procent en tegen 2030 55 procent van onze kunststof te recycleren. Dat betekent dat er nog een stijging wordt verwacht van liefst 30 procent. Dat is heel veel op korte termijn. De vorige Vlaamse Regering heeft een aantal maatregelen genomen om de recyclagecijfers te verbeteren. Ik ga ze niet allemaal opnoemen, maar de belangrijkste zijn dat we moeten evolueren naar een circulaire economie, dat er overleg met de Federale Regering moet zijn en dat de verpakkingsverantwoordelijken kunnen worden verplicht meer differentiatie aan te brengen in de Groene Punt-bijdragen om zo de niet-recycleerbare verpakkingen te benadelen ten opzichte van de andere. We moeten dus op heel korte termijn evolueren naar een recyclagestijging van 30 procent. Dit betekent dat Vlaanderen, maar vooral de sector, nog ongelooflijk veel werk voor de boeg heeft.
Mechanische recycling is op dit moment nagenoeg de enige vorm van recycling in Europa en vertegenwoordigt meer dan 99 procent van de gerecycleerde hoeveelheden. Gisteren verwees professor Karl Vrancken op Radio 1 naar chemische recyclagetechnieken. Dat zijn technieken die het recyclagecijfer zouden kunnen verhogen naar 50 of 60 procent. Het lijkt me dus belangrijk, minister, dat u maar ook wij als volksvertegenwoordigers goed geïnformeerd zijn om te kijken hoe wij de recyclagetechnieken kunnen optimaliseren. Ik denk dat iedereen het erover eens is dat het een belangrijk dossier is. U bent daar ook heel gedreven in – ik merk dat. Gezien de scherpe Europese recyclagedoelstellingen hebben we geen tijd meer te verliezen en wil ik de verantwoordelijkheid hiervoor niet enkel in de handen leggen van de producenten.
Voorzitter, om samen met deze commissie goed geïnformeerde beslissingen te kunnen nemen, zouden we een hoorzitting en gedachtewisseling kunnen organiseren over het optimaliseren van onze recyclagecijfers. Ik denk dat dat voor nieuwe parlementsleden een heel interessant idee zou zijn, maar ook voor de mensen die er vorige legislatuur al heel hard op hebben ingezet. Bent u bereid om dat te doen? Kunnen wij naar de toekomst op korte termijn met de verschillende participanten samenzitten en ons goed laten informeren zodat we de volgende jaren het beleid daarop kunnen afstemmen?
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Ik kan me aansluiten bij de vraag van collega Vandenberghe om een hoorzitting te organiseren. Ik ben verheugd dat u zelf bereid bent om van Vlaanderen een recyclagehub te maken om zo te voorkomen dat we nog meer afval uitvoeren. Afval voorkomen is eigenlijk het eerste dat we moeten doen. Wat we dan nog hebben, moeten we zelf proberen te verwerken in plaats van andere landen met ons afval te belasten. Dat idee vind ik dus wel aantrekkelijk. Maar we moeten natuurlijk niet recycleren om te recycleren maar vooral eerst voorkomen. De idee om samen te bekijken op een hoorzitting en in andere discussies hoe we daarnaar kunnen evolueren, lijkt me zeer interessant. Die vraag steun ik zeker en vast.
Minister, u antwoordde op mijn vierde vraag dat er een duidelijk wettelijk kader is om misbruiken zoals dumping op te sporen en dat de OVAM ook schorsingen uitspreekt. Hebt u een zicht op het aantal schorsingen dat is uitgevoerd door de OVAM? Gaat het over kleine of grote aantallen? Kunt u mij daar een cijfer van geven?
In het antwoord op mijn zevende vraag geeft u aan dat de fraude in de haven van Antwerpen nu eenmaal een feit is en dat u daar inspanningen voor zult doen. Dat lijkt mij toch zeer bizar. Als ik vergelijk met andere havens, bijvoorbeeld met Rotterdam, dan gebeurt dat daar minder. Het is toch wel interessant en nodig om te onderzoeken wat hiervan de reden is. Het document waar u naar verwijst, zal ook in Rotterdam nodig zijn. Hoe komt het dat er bij ons geruchten over misbruik zijn en in andere havens minder? Ik kijk uit naar acties, want het lijkt me toch een zeer gevaarlijke praktijk te zijn.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, ik dank u voor de vele antwoorden die u hebt gegeven. Ze waren heel uitgebreid en ook zeer zeker heel interessant. Ik moet eerlijk zeggen dat de plasticsoep een problematiek is waar we allemaal misselijk van worden als we de beelden zien. Als we het opnieuw vaststellen in de reportage en de exportproblematiek onder de loep nemen, dan is dat verschrikkelijk. Ik denk dat we dit met zijn allen beamen en dat we het eens zijn om de recyclage zo snel mogelijk op te krikken.
Ik was ook tevreden toen u meldde dat er in Vlaanderen of in België een toonaangevende hub moet komen voor recyclage. We moeten tot een circulaire economie komen. We moeten daar de grootst mogelijke controle over hebben en goed nagaan hoe we dat in Vlaanderen kunnen aanpakken en welke mogelijkheden er zijn om dat aan te pakken.
Minister, ik kaats de bal naar u terug: hoe wenst u dat aan te pakken? We moeten weg van die klassieke plastics en meer naar biodegradeerbare plastics gaan. We moeten innovatieve technieken zoveel mogelijk ondersteunen, stimuleren en sensibiliseren zodat we naar ‘design for recycling’ gaan. Minister, ik hoor graag van u welke initiatieven u extra wilt nemen om effectief dat afval in Vlaanderen te recycleren. Het zou inderdaad toonaangevend zijn als die hub er zou komen, maar welke initiatieven zult u daarvoor nemen?
Op welke manier zult u er als minister voor zorgen dat de verschillende spelers – de verpakkingsindustrie, de sorteercentra, de bedrijven die effectief de verpakkingen gebruiken, terwijl we weten dat we minder verpakking zullen moeten gebruiken – beter zullen samenwerken? We merken dat ze nog altijd ieder op zich werken, terwijl er toch meer samenwerking mogelijk is om de circulaire economie te bevorderen en om voor minder verpakking te zorgen.
Door u en verschillende collega's werd aangekaart dat er voor bedrijfsafval nog heel wat mogelijk is aan de bron bij de selectieve inzameling. Er is nog heel wat sensibilisering bij de bedrijven mogelijk. Minister, ik had van u graag vernomen hoe u dit in de toekomst ziet.
Er was een vraag naar een hoorzitting, maar ik wil heel graag verwijzen naar een hoorzitting over duurzaam verpakken die we vorig jaar in mei hebben gehad. Valipac, de OVAM en nog een aantal andere partners zijn in de commissie geweest. Ik zou zeker de nieuwe collega's aanraden om die documenten eens te lezen. Ik heb een tweetal weken geleden de vraag gesteld om een hoorzitting te houden over de afvalverbrandingscapaciteit. Het zou misschien nuttig zijn om dan een update van de recyclagecijfers te krijgen, maar ik denk dat het niet nodig is om de hoorzitting van vorig jaar opnieuw te houden. In combinatie met verbrandingsovens, de afvalverbranding en een eventuele update van de recyclagecijfers, die we met z’n allen willen opkrikken, zou het een meerwaarde zijn.
Minister Demir heeft het woord.
We gaan hier uitgebreid op terugkomen bij de beleidsnota die een hoofdstuk over plastic afval bevat en het beleid dat we de komende vijf jaar gaan voeren. Ik ben het met u eens, vóór recyclage zit nog een andere stap en dat is minder plastic gebruiken. Daar moeten we nog meer – er is al een heel traject afgelegd – op inzetten. Iedereen moet mee in het verhaal, iedereen moet meedoen om minder plastic te gebruiken. Het plastic dat er is, moeten we recycleren. Ik ben het met u allemaal eens.
Ik geloof heel hard in die Vlaamse recyclagehub. We hebben de knowhow, de bedrijven en de kennis om dat op een propere en correcte manier te doen.
Ik heb nog een heel concreet, misschien slechts klein aspect. Ik heb onlangs een project bekeken specifiek voor festivals. Men wil gebruikmaken van duurzame bekers in plaats van plastic bekers. Ik zie dat heel veel festivals geïnteresseerd zijn. De Gentse Feesten zijn daarbij. Ik probeer ze te overtuigen om naar een plasticvrij festival te gaan.
Het interessante is, wat circulaire economie eigenlijk inhoudt, dat slimme Vlaamse ondernemers ingezet hebben op de wasstraten, ze vervoeren die duurzame bekers. Via sociale tewerkstelling worden mensen die een grote afstand hebben tot de arbeidsmarkt, tewerkgesteld in de circulaire economie om die bekers te wassen. Dat gebeurt met een speciale machine. Vervolgens kunnen de bekers opnieuw gebruikt worden.
Dat is slechts een klein aspect van het festivalgebeuren. Het is de bedoeling om daar zeer breed voor te gaan. Het is slechts een klein voorbeeld.
Ik vind de hoorzitting een goed idee, al is de organisatie daarvan een zaak van het parlement. Het is een problematiek die zeer urgent is.
Daarom wil ik ook gaan samenzitten met de inspecteurs – handhaving zit ook onder mijn bevoegdheid – om eens te kijken wat daar verkeerd loopt. Het is niet alleen bij plastic maar ook bij andere dingen. Er is bijvoorbeeld een verkeerd document aan boord. Ik vind dat ook heel raar. Waar heeft dat mee te maken? Ik moet daar dieper gaan graven en bekijken wat de echte oorzaak is. Handhaving is dan het sluitstuk. We moeten effectief controles doen.
De heer Vandenberghe heeft het woord.
Ik sluit me aan bij mevrouw De Vroe: we moeten de hoorzitting van de vorige legislatuur niet herhalen. Effectief, die hoorzitting moet gaan over de nieuwe recyclagetechnieken. We moeten daarover uitleg krijgen, onder meer over de chemische recyclage. We moeten daar cijfers aan koppelen. We mogen niet in herhaling vallen. De nieuwe mensen kunnen enorm veel nuttige informatie opvragen via de verslagen.
Ik ben blij dat we het debat voeren. Het is goed dat het debat geopend is, want gezien de steeds toenemende productie van plastic en de ernstige gevolgen van het niet-gerecycleerde plastic voor mens en milieu, ben ik er echt van overtuigd dat we onze producenten moeten verplichten om altijd en overal producten te ontwikkelen vanuit het perspectief van hergebruik. Ik vind dat we die problematiek in deze commissie in de komende jaren ongelooflijk ernstig moeten nemen en blijven nemen. We moeten met ons allen proberen om op een constructieve manier diverse oplossingen te zoeken voor de problemen waar vooral onze kinderen en kleinkinderen – wij ook – verder de dupe van zullen zijn.
Ik ben tevreden over het debat. Voorzitter, ik hoop dat dit tijdens een van de komende regelingen van de werkzaamheden op de agenda kan worden gezet, en dat we dat kunnen organiseren. Dat kan een meerwaarde zijn. We zullen daarop terugkomen, nadat we de beleidsnota hebben behandeld.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.