Report meeting Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Vraag om uitleg over een heroverweging door de provincie Nederlands-Limburg van enkele infrastructuurprojecten en de eventuele gevolgen ervan voor grensoverschrijdende projecten zoals Spartacuslijn 1 en de IJzeren Rijn
Report
De heer Danen heeft het woord.
Voorzitter, minister, over Spartacus zijn al heel wat vragen gesteld, ook gisteren in de plenaire vergadering nog. Ik ben blij dat we vandaag de zaak iets diepgaander kunnen bevragen en bespreken, hoewel een aantal vragen gisteren al gesteld werden. Maar het antwoord was beperkt, vandaar dat we deze vraag vandaag alsnog stellen.
Ik heb het over een bericht in de pers van eind november. Hopelijk hebt u intussen al wat meer informatie daaromtrent. Het gaat over de financiering van de tram Hasselt-Maastricht of Spartacus 1 door de Nederlandse provincie Limburg. U hebt met hen al vaak gesproken, u hebt wel een lange staat van dienst samen met hen. Ik neem aan dat u over voldoende informatie beschikt om op deze vraag te antwoorden.
Dit project is op een lijst terechtgekomen van 'projecten die teruggedraaid kunnen worden' omdat er geen geld voor is. Ook projecten die gekoppeld werden, zoals de elektrificatie van de spoorverbinding Hamont-Weert – heel belangrijk voor Limburg en voor Vlaanderen en voor de hele regio – en de elektrificatie van een deel van de IJzeren Rijn, staan op die lijst. Dit laatste is wel bijzonder cynisch. Net omdat de Nederlanders eerdere engagementen in verband met Spartacus, in casu de tram laten sporen tot aan het station van Maastricht, u ongetwijfeld goed bekend, niet konden nakomen, werd er in bovenstaande compensatie voorzien.
Geldgebrek is de reden waarom de projecten nu op de helling komen te staan. De Nederlandse provincie Limburg heeft te veel toezeggingen gedaan waardoor ze naar eigen zeggen genoodzaakt zijn hun eerdere engagementen te herbekijken.
Bent u officieel op de hoogte gebracht van het feit dat bovenstaande tram- en spoorprojecten op de lijst van 'projecten die teruggedraaid kunnen worden' terechtgekomen zijn? Wat vindt u daar zelf van?
Net zoals het in Vlaanderen het geval is, ging ik ervan uit dat ook in Nederlands-Limburg het Spartacusproject 'beslist beleid' was. Was dat ook uw inschatting?
Gezien het feit dat er ook spoorprojecten betrokken zijn, hebt u al contact gehad met uw federale collega?
Wat zijn de 'mijlpalen' die in de Spartacusovereenkomst met Nederlands-Limburg werden opgenomen?
Er zijn in Vlaanderen al veel kosten gemaakt voor dit project. Op dit eigenste moment loopt de onteigeningstrein. Dat loopt stilaan af, denk ik. Zult u de Nederlandse provincie Limburg in gebreke stellen, mochten ze effectief afzien van verdere investeringen in dit project?
De heer Keulen heeft het woord.
Minister, in 2048 zitten we dan waarschijnlijk al aan Spartacus 3.0, en is het hele project hopelijk ook overal uitgevoerd en bent u hopelijk overal langs het traject vereeuwigd als de man die dat uiteindelijk heeft mogelijk gemaakt. Deze vragen en de bekommernissen van collega Danen dateren uiteraard van voordat het goede nieuws bekend werd dat er geld was voor de afschaffing van de spoorovergangen in respectievelijk Diepenbeek en Bilzen.
We gaan eigenlijk terug naar het einde van vorig jaar. Toen heeft de Nederlands-Limburgse gedeputeerde voor infrastructuur, Eric Geurts, in de Nederlands-Limburgse provincieraad een lijst met 31 infrastructuurprojecten gepresenteerd die volgens hem tegen het licht gehouden dienen te worden in de volgende legislatuur van het Limburgs Parlement – zo noemen ze daar, bescheiden als ze zijn, de provincieraad. De oorzaak hiervoor is dus dat de provincie te veel toezeggingen heeft gedaan en daardoor met een budgettair tekort zit van tussen de 150 miljoen euro en 200 miljoen euro voor de volgende 15 jaar.
Op de lijst staan ook twee projecten met een Vlaamse link: Spartacuslijn 1, dus de sneltramverbinding Hasselt-Maastricht, aan de ene kant, en de IJzeren Rijn aan de andere kant. Beide projecten staan laag op de prioriteitenlijst, respectievelijk op plaats 25 en 23, en de gedeputeerde verwacht dat slechts de eerste twintig projecten van zijn lijst met absolute zekerheid doorgang zullen vinden.
Wat Spartacuslijn 1 betreft, gaat het over het aandeel van de provincie Nederlands-Limburg, dat 13 miljoen euro bedraagt. Er is daarnaast ook nog de gemeente Maastricht. Wat de IJzeren Rijn betreft, gaat het over de elektrificatie van de Maaslijn tussen Roermond en Venlo. Dit is onderdeel van het alternatieve 3RX-tracé voor de IJzeren Rijn.
De gedeputeerde zei nog dat het niet gezegd is dat de beide projecten geschrapt zullen worden, maar op basis van een administratieve beoordeling van alle infrastructuurprojecten scoren ze voor Nederlands-Limburg laag op het vlak van doorstroming van het verkeer, veiligheid, leefbaarheid en duurzaamheid.
De gedeputeerde stelde dan ook in De Limburger – dat is de variant van Het Belang van Limburg voor Nederlands-Limburg – in de editie van 21 november 2018: "Dit is de technische beoordeling. Maar er is ook nog een bestuurlijke afweging. Er zijn projecten waarbij vergevorderde onderhandelingen lopen met Den Haag of de buurlanden over cofinanciering. Het is misschien zonde en niet goed voor de verstandhouding als die geschrapt worden.”
Voor Spartacuslijn 1 bestaat er een kaderovereenkomst met addenda tussen alle betrokken partners, met een uitloper naar de IJzeren Rijn, en met geld voor de elektrificatie van de spoorlijn Antwerpen-Weert en het engagement voor elektrificatie op grondgebied van Nederlands-Limburg. Op basis van deze kaderovereenkomst zal de provincie Nederlands-Limburg niet zomaar kunnen besluiten om uit het project te stappen.
Minister, echt ongerust zijn we niet, en ondertussen hebben we natuurlijk het andere nieuws over die spoorovergangen in België vernomen, maar deze wending verdient wel aandacht.
Ik heb twee concrete vragen voor u, minister. Is het probleem van provinciale financiering in de ambtelijke werkgroep voor Spartacus de afgelopen maanden aan bod gekomen? En dan gaat het dus over provinciale financiering vanuit de hoek van Nederlands-Limburg. Gaat u contact opnemen met de provinciale overheid van Nederlands-Limburg om beide dossiers aan te kaarten? Als u contact met hen gaat opnemen, welk standpunt zult u daarbij dan innemen?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik kan hier nogal kort over zijn. Zoals u allen heb ik ook een en ander vernomen via de pers. Ik heb dan onmiddellijk een berichtje gestuurd naar Hubert Mackus, de gedeputeerde waarmee ik zaken doe sinds hij als nieuwe gedeputeerde is aangetreden. Ik zei: “Ja, asjemenou, wat is hier gaande?” Hij heeft toen wel vrij snel gereageerd in de zin van ‘We weten zelf niet goed waar dit vandaan komt, maar u kunt op beide oren slapen.’ Ik heb gezegd dat ik daar wel van uitga, maar gevraagd om dat toch nog eens formeel te bevestigen. Hij heeft dat ook gedaan.
Hij heeft een mail gestuurd naar enkele mensen, dus ook geofficialiseerd, waarin hij gezegd heeft, en ik citeer letterlijk:
“Geachte partners van het tramproject Maastricht-Hasselt,
Wij voelen ons genoodzaakt om naar aanleiding van enkele media-uitingen deze mail aan u te sturen. Tot onze spijt is er een beeld ontstaan als zouden wij het tramproject aan het heroverwegen zijn. Ook lijkt dit beeld te zijn ontstaan over een ander project, te weten de personentreinverbinding van Weert naar de Belgische grens.
Wij willen u middels dit bericht informeren dat er geen enkele verandering in ons commitment is opgetreden. Wij zijn ten volle partner en ook ten volle gecommitteerd om dit tot een goed eind te brengen.
Indien u naar aanleiding van dit bericht nog vragen heeft, kunt u vanzelfsprekend contact met ons opnemen.”
Dit lijkt mij voldoende duidelijk te zijn als schriftelijke garantie. Ik weet nu niet meer exact wanneer hij mij dat gestuurd heeft, maar het was ongeveer een week na die persuitlating, dus ongeveer begin december. Ik denk dat dat wel een afdoende garantie vormt. Ik spreek me niet uit over de beweegredenen van die communicatie van één lid van de deputatie, voor alle duidelijkheid, en ik heb daar ook niet verder naar geïnformeerd. Zoals ik gisteren nog bevestigd heb in de plenaire vergadering, lopen de contacten met de Nederlandse partners goed.
Wij houden regelmatig contact. Het is nu een beetje wachten tot eind deze maand denk ik, want de Raad van State is wel degelijk gebonden aan termijnen. Ik denk dat de termijn voor de uitspraak ten gronde door de Raad van State over de procedure aanhangig gemaakt tegen een bestemmingsplan, ongeveer loopt tot eind deze maand, maximaal begin volgende maand. Dat zal voor ons het startschot zijn, of het nekschot, maar daar ga ik niet van uit.
Wij hebben ons ondertussen al klaargemaakt. We hebben niet stilgezeten. De middelen voor de onteigeningen zijn er. De eerste gesprekken in functie van onmiddellijke onteigening zijn gestart. Ook de plannen zijn al klaargemaakt voor het in de markt plaatsen van enerzijds de aanneming van werken voor de trams en anderzijds de aanneming van werken voor de traminfrastructuur. Ook dat staat allemaal klaar.
Er zullen nog wel wat dingen moeten gebeuren. Zo lopen er gesprekken met Hasselt wat betreft het tracé intra muros. Ook daar zie ik niet het allergrootste probleem. Vooralsnog zit alles op het redelijk goede ‘tramspoor’. Er zullen ongetwijfeld nog wel wat hiccups zijn, dat is bij al die dossiers zo. Maar ik ben redelijk positief gestemd.
De heer Danen heeft het woord.
Dank u wel, minister. Voor alle duidelijkheid, voor ons is dit tramtraject de tweede beste keuze, niet de allerbeste keuze. Ik ga u nog een bijkomende vraag stellen, een vraag die ik gisteren ook heb gesteld maar waar ik geen antwoord op heb gekregen, maar die hier wel aan gekoppeld is.
U hebt recent laten weten dat voor de negen spoorovergangen waar het Spartacusproject doorkomt, u geld hebt gevonden om de overgangen conflictvrij te maken. Maar hebt u ook geld vrijgemaakt voor de vijf andere die los staan van het tracé maar die onder andere de stad Bilzen gekoppeld heeft aan het traject? Dat zou gaan over rond de 20 miljoen euro. Ik weet dat de stad Bilzen er erg aan houdt om eerst daarover een akkoord te hebben voor ze definitief de tramovereenkomst wil ondertekenen.
De heer Keulen heeft het woord.
Minister, ik vind de mail van de gedeputeerde die u hebt voorgelezen heel belangrijk. Wat de vraag van collega Danen betreft: dat gaat onder andere over de Lambertuslaan. In Het Belang van Limburg stond dat het niet door De Lijn zal worden gefinancierd, evenmin door Infrabel maar wel door AWV. Ik zou hier graag bevestiging over krijgen.
De heer Ceyssens heeft het woord.
Minister, ik geloof nooit dat Hubert Mackus ‘asjemenou’ heeft gezegd. Dat is de taal van ergens helemaal anders in Nederland. (Opmerkingen van minister Ben Weyts)
Het schrijven van Hubert Mackus dienaangaande is in dezen wel geruststellend en wat ons betreft zeker en vast positief.
Ik wil nog heel even terugkomen op het feit dat u binnen de muren van Hasselt werkt aan een oplossing. Nogmaals, ik heb gisteren gezegd dat ik het geen probleem vind wanneer er in het geheim wordt gewerkt – want dat is in het geheim werken –, als het maar vooruit gaat. Alleen is er de bezorgdheid over de timing en wat dat betekent voor de procedure zelf, want die zal toch eens moeten worden aangevat. Als ik het goed heb, dan zijn bij het vorige openbaar onderzoek dat de eerste keer gevoerd is, de resultaten van de bevraging zelfs niet vanuit elke aanliggende gemeente overgemaakt aan Vlaanderen. Volgens mij moeten we toch nog door die procedure heen. Hoe zit het met de timing in Hasselt?
Minister, u hebt op papier gekregen van de Nederlanders dat zij zich aan de financiële engagementen zullen houden. Ik leg niet zozeer de nadruk op lijn 1 maar wel op het grensoverschrijdend spoorverkeer. Voor ons is het essentieel dat die engagementen worden nageleefd. We hebben nu een schriftelijke bevestiging. We hebben in het verleden al andere schriftelijke zaken gekregen van Nederlandse zijde, waarbij er achteraf toch nog wijzigingen zijn gebeurd. In alle gesprekken die u vanaf nu verder nog gaat voeren over de concrete dossiers, zal daar telkens op gehamerd moeten worden, wetende dat er in Nederland verkiezingen voor de deur staan. Ik denk dat het zaak is om hen wat dat betreft heel kort bij de les te houden.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik veronderstel dat het ook een beetje een opstoot van verkiezingskoorts was, waar wij in onze contreien gelukkig immuun voor zijn. (Gelach. Opmerkingen)
We kunnen wekelijks op woensdagnamiddag vaststellen dat wij daar immuun voor zijn, binnen en buiten de meerderheid.
Inzake de timing voor Hasselt, zijn de ruimtelijke procedures niet ‘my cup of tea’. Ik heb wel niet de indruk dat dat ons qua timing zou terugslaan in de tijd. Ik kan het niet onmiddellijk van buiten zeggen, maar ik had niet die indruk, omdat het op het publiek domein qua vergunningen toch iets vlotter moet gaan en omdat je gesprekspartner degene is die ook enige verantwoordelijkheid heeft ten aanzien van vergunningen op het lokale domein.
De termijn waarbinnen de Raad van State in Nederland tot een uitspraak moet komen, loopt effectief voor het einde van deze maand af. Ik heb op 28 november al een e-mail ontvangen van Hubert Mackus.
Wat betreft de overgangen kunnen wij enkel bijdragen als het wegen aanbelangt waar we wegbeheerder van zijn. Dat is in Bilzen wel het geval op de Hasseltsestraat. Dat zal ik dus inschrijven op de meerjareninvestering.
Voor andere overgangen die niet noodzakelijk zijn voor de Spartacuslijn heb ik geen bevoegdheid. Dat is Infrabel. Als we die ook moeten overnemen, dan kunnen we de bevoegdheid net zo goed …
… in één pakketje steken.
Voilà. Wie tegen is, steekt zijn hand op. (Gelach)
Niemand. (Gelach)
U vroeg ook naar de betaaltermijn. Het is ook zo dat we 3 miljoen euro tegoed hebben van Nederland. We hebben een eerste schijf van 3 miljoen euro ter compensatie voor de inkorting van het tracé gekregen. Die schijf van 3 miljoen euro hebben we gekregen bij de ondertekening van onze nieuwe overeenkomst. De tweede schijf van 3 miljoen euro zou aan Vlaanderen moeten worden toegekend vanaf het moment van de gunning van de infrastructuurwerken.
De heer Danen heeft het woord.
Ik ben vooral bezorgd over de andere trajecten of belangrijke projecten, namelijk de elektrificatie van de spoorverbinding Hamont-Weert. Die heeft natuurlijk heel veel impact op het hele spoornet, en ook voor een stuk op de IJzeren Rijn zelf. Ik ben blij om te horen dat de engagementen die door Nederland zijn aangegaan, zullen worden nagekomen. Ik hoop dat dat echt zo zal zijn. Ik heb daar vertrouwen in. Vertrouwen is goed, zoals u weet, maar controle is beter.
Ik zou zeggen: blijf de zaak van nabij opvolgen.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.