Report meeting Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Report
Mevrouw Saeys heeft het woord.
46 procent van de verpleeg- en zorgkundigen van de spoedgevallendienst in Vlaanderen laat zich niet vaccineren tegen griep. Dat blijkt uit een onderzoek van de Universiteit Antwerpen. De gezondheidsdoelstelling van de Vlaamse Regering wil dat tegen 2020 80 procent van de gezondheidszorgverleners gevaccineerd is tegen seizoensgriep. De reden voor die gezondheidsdoelstelling is evident: griep is voor kwetsbare patiënten een zwaar gezondheidsrisico. De redenen waarom niet meer zorgverleners van de spoedgevallendienst zich laten vaccineren tegen griep zijn nogal verontrustend gelet op de medische opleiding van het personeel: men heeft zelf nog nooit een griep doorgemaakt, men is bang om ziek te worden van het vaccin en men heeft weinig vertrouwen in de werking van het griepvaccin.
In 2016 stelde ik een vraag over de lage vaccinatiegraad van gezondheidspersoneel naar aanleiding van een onderzoek van het Leuvens Vaccinologie Centrum en IDEWE in opdracht van het agentschap Zorg en Gezondheid. De redenen waarom zorgverleners zich niet lieten vaccineren, waren grotendeels dezelfde: ze waren er niet van overtuigd dat het vaccin zekerheid geeft om zichzelf en anderen te beschermen, ze vrezen dat het vaccin hun weerstand vermindert en ze onderschatten het eigen risico op griep of hun rol in de verspreiding ervan.
Sindsdien zijn er campagnes gevoerd om het personeel te sensibiliseren en te informeren. Er is duidelijk nog veel werk aan de winkel. Het laag vertrouwen in vaccins is niet typisch Belgisch. Sinds decennia is Europa voor het eerst opnieuw kwetsbaar voor een mazelenepidemie. In de eerste helft van 2018 werden in Europa al 41.000 kinderen en volwassenen besmet met mazelen. Al 37 mensen lieten in de eerste 6 maanden het leven. Voor dat fenomeen worden twee oorzaken vermeld: de onvolledige vaccinatie 10 tot 20 jaar geleden én het verzet van ouders die vrezen dat hun kind autisme zou krijgen van de vaccinatie, ook al is die stelling al meer dan 15 jaar geleden wetenschappelijk weerlegd.
Minister, hoe verklaart u dat gezondheidszorgverleners die medisch geschoold zijn, geen vertrouwen hebben in een vaccin? Wordt hieraan onvoldoende aandacht besteed in de opleiding?
Er zijn campagnes gevoerd om het gezondheidszorgpersoneel te sensibiliseren en te informeren. Welke bijkomende maatregelen denkt u nog te nemen om tegen 2020 de gezondheidsdoelstelling van 80 procent gevaccineerd gezondheidszorgpersoneel te halen?
Is het bij campagnes niet belangrijk om het gezondheidszorgpersoneel te wijzen op hun verantwoordelijkheid met betrekking tot kwetsbare mensen die zij verzorgen en het grote gezondheidsrisico dat griep voor deze groep met zich meebrengt?
We zien bij jonge ouders een groot wantrouwen ten aanzien van vaccins. Hoe wilt u dat wantrouwen wegnemen en hen informeren over het belang van vaccinatie voor hun kind en vooral voor die kinderen die wegens gezondheidsproblemen niet kunnen worden gevaccineerd?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
We hebben geen pasklaar antwoord op de vraag waarom medisch geschoolde zorgverleners geen vertrouwen hebben in een vaccin. Mogelijk wordt er relatief weinig aandacht besteed aan vaccinatie in de opleiding. Aan de andere kant zien wellicht nog te veel mensen die in de gezondheidssector werken, vaccinaties als nuttig voor wie zelf risico loopt en voor individuele bescherming. Omdat ze denken dat ze zelf relatief weinig risico lopen, laten ze zich mogelijk niet vaccineren. Ze zien deze vaccinatie niet altijd als een maatregel waardoor, de kans vermindert dat personeelsleden deze kwetsbare populatie zouden besmetten.
Dit najaar gaan we verder met de campagne die vorig jaar werd gelanceerd, maar wat ruimer. We richten de campagne nu ook naar de ambulante zorgverstrekkers. Samen met de apothekers hebben we onder andere voorzien in buttons met de tekst ‘Ik ben gevaccineerd voor u.’
Het is inderdaad belangrijk om het gezondheidszorgpersoneel te wijzen op hun verantwoordelijkheid met betrekking tot kwetsbare mensen die zij verzorgen en het grote gezondheidsrisico dat griep voor deze groep met zich meebrengt en is opgenomen in de campagne. De buttons ‘Ik ben gevaccineerd voor u.’ zijn er specifiek op gericht om deze invalshoek bespreekbaar en zichtbaar te maken.
We hebben nog niet in studies gezien dat er bij jonge ouders in Vlaanderen een groot wantrouwen is ten aanzien van vaccins. Jongere mensen zijn meer kritisch en hebben een zeker voorbehoud of twijfel, zeker inzake nieuwe vaccins, en ze zijn bezorgd om nevenwerkingen. Daarom moeten we blijven informeren en ervoor zorgen om blijvend correcte informatie te verspreiden. Het agentschap Zorg en Gezondheid probeert dit te doen via de vaccinatiewebsite voor professionelen. Huisartsen en andere vaccinatoren zijn immers nog altijd de meest betrouwbare bron van informatie voor vele mensen. Ook op de vaccinatiewebsite voor de burgers www.laatjevaccineren.be wordt zo veel mogelijk relevante informatie geplaatst waarbij er aandacht is voor de bekommernissen van mensen.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ik dank u voor uw antwoord, minister. We moeten daar toch ten volle op inzetten bij die gezondheidszorgverstrekkers.
U zegt dat u in het najaar ook de ambulante zorgverleners zult bereiken. Kunt u daar een beetje concreet over zijn? Welke specifieke zorgverleners gaan dat zijn?
Waar zullen de buttons ‘Ik ben gevaccineerd voor u.’ verkrijgbaar zijn? Waar worden deze uitgedeeld? Is dat op het moment dat ze zich laten vaccineren op een dienst? Hoe gaat dat praktisch verlopen?
We gaan daar absoluut nog verder moeten op inzetten. Als iemand die medisch geschoold is, al het nut niet inziet van een vaccin, hoe kan deze persoon dan haar of zijn patiënt ervan overtuigen om zich te laten vaccineren? Ik vind dat zeer verontrustend, zeker als we zelf stellen dat een gezondheidsdoelstelling van 80 procent moet worden gehaald tegen 2020. We moeten zeker verder de mensen informeren dat het heel belangrijk is, niet alleen voor henzelf, maar ook voor de verspreiding naar mensen met een verhoogd risico op gezondheidsproblemen. Er is nog wat werk aan de winkel.
De heer Bertels heeft het woord.
Ik denk inderdaad dat we toch even verontrust moeten zijn. De gezondheidsdoelstelling van 80 procent, zoals al aangehaald, tegen 2020 ligt nog veraf. Er zijn twee grote bezorgdheden. Ten eerste is het lage cijfer natuurlijk niet goed. Ten tweede zijn de redenen die zorgverstrekkers geven wat betreft hun lage vaccinatiegraad nog verontrustender. Zij hebben immers een voorbeeldfunctie, ze zijn medisch geschoold. Maar ze bevestigen als het ware de angst, de onrust en de redenen om niet te vaccineren die bestaan bij een groot deel van de bevolking. Men denkt dat het niet zou werken. Men heeft ook schrik dat men minder weerstand zou kunnen opbouwen tegen iets anders. En men vindt het ook niet nodig omdat men toch gezond is of er niet mee in aanraking komt. Ik vind dat verontrustende redenen. Veel mensen worden daardoor bevestigd in hun verkeerde perceptie van preventie. Die redenen zouden ook u moeten verontrusten als minister bevoegd voor de preventie. Heel de preventiegedachte wordt hier immers ondergraven. Preventie zou niet nodig zijn, want men loopt toch geen gezondheidsrisico. Terwijl net het omgekeerde waar is.
Vandaar mijn vraag aan u, minister. U verwijst wel naar de sensibiliserings- en informatiecampagnes die te vinden zijn op de website. Maar is er al een bevraging of evaluatie geweest met betrekking tot de draagwijdte en de werking van die websites? Want als je kijkt naar de website van het agentschap Zorg en Gezondheid zijn de eerste twee of drie campagnes die verschijnen preventiecampagnes, wat goed is. Maar blijkbaar bereiken ze toch niet het doelpubliek. Het volstaat niet om de doelgroep uit te breiden met de ambulante zorgverstrekkers. Hoe gaat u ervoor zorgen dat die doelgroep van medische zorgverstrekkers ook echt bereikt wordt?
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
Minister, ik zou willen aansluiten bij de collega’s en u inderdaad willen oproepen voor een actieve campagne onder de zorgverstrekkers. Ik denk dat het heel belangrijk is dat ten minste die doelgroep zich wel effectief vaccineert. Want het signaal dat je anders geeft aan de bevolking is volledig het tegenovergestelde van wat we wensen. Als zelfs zorgverstrekkers, die toch professioneel op de hoogte zouden moeten zijn, het belang van vaccinatie in twijfel trekken, is dat volgens mij een volledig fout signaal. Ik wil mij aansluiten en u oproepen om actief campagne te voeren bij die groep, zodat de bevolking ook niet meer in twijfel verkeert.
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Ik ben het hier absoluut mee eens. Dat gebeurt door naar die voorzieningen, indien mogelijk, campagnemateriaal en documentatie toe te brengen, maar ook door wat breder te gaan naar een algemenere campagne, precies omdat die doelgroep ook heel breed gaat. Zoals ik in mijn eerste antwoord zei, zal bijvoorbeeld specifiek voor de apothekers, waar mensen toch vaak terecht moeten, een actie gevoerd worden met de koepel van de apothekers: zij zullen buttons dragen en de campagne zal in de apotheken ook duidelijk zichtbaar zijn. Ik denk dat het wel cruciaal is dat apothekers meedoen. In de lijn van de campagne van vorig jaar, gaan we proberen om het zorgpersoneel opnieuw te bereiken met die duidelijke boodschap.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ik had nog één vraag die nog niet beantwoord is. Welke ambulante zorgverleners worden er specifiek bedoeld?
We zijn dit aan het bekijken. Het zal waarschijnlijk starten met de apothekers.
Enkel de apothekers?
Ik vermoed dat dit de eerste groep is waarmee we nu starten. We bekijken hoe de campagne nog andere groepen kan bereiken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.