Report meeting Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Report
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
In de titel van mijn vraag staat nog ‘aangekondigde’ vierdaagse staking, maar die is inmiddels in volle uitvoering. Daar kwam nog een betogingsdagje bovenop, namelijk gisteren, met de betoging tegen de hoogdringende pensioenhervormingen van de Federale Regering. Dat was meteen de eerste dag met hinder voor de Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn. Die wordt nu gevolgd door vier stakingsdagen, die niets te maken hebben met de pensioenplannen, maar een protest zijn tegen de geplande reorganisatie van De Lijn.
Deze reorganisatie is noodzakelijk om De Lijn als vervoersmaatschappij performanter te maken, moderner te maken. In 2020 zullen we in een nieuw tijdperk zitten en zal De Lijn de toets van Europa met de privésector moeten doorstaan. Dat maakt een en ander noodzakelijk op het vlak van hervorming. Er zullen geen naakte ontslagen vallen bij de hervormingen, maar er wordt uiteraard wel in een aantal functies gesnoeid om tot een performantere dienstverlening te komen.
De eerste stakingsdag van vandaag en de betogingsdag van gisteren hebben tot heel wat hinder geleid. Vandaag was het bericht dat er in West-Vlaanderen steeds minder problemen zijn en dat in Vlaams-Brabant maar liefst drie vierde van de chauffeurs aan de slag is. Minister, ik weet niet of dat iets te maken heeft met uw stichtend voorbeeld. In Limburg gaat het om twee derde en in Antwerpen is het iets minder. Een derde van de trams in de stad zou uitrijden en een vierde van de bussen in de stad. In de provincie Antwerpen was de helft van de chauffeurs aan de slag. Dat is natuurlijk redelijk dramatisch voor de reizigers.
Ik verwijs naar vorige debatten die we hier al hebben gevoerd. De betrouwbaarheid van de dienstverlening is een belangrijk element om mensen op het openbaar vervoer te krijgen. Dat wordt door zulke stakingen wel in het gedrang gebracht. Het gaat dus om grote hinder in Vlaanderen op vier dagen, wat tot heel wat begrijpelijk ongenoegen leidt.
In de nieuwe beheersovereenkomst met de VVM De Lijn staat volgende paragraaf over de gegarandeerde dienstverlening opgenomen: “De Lijn werkt daarom elke dag aan een betrouwbare dienstverlening. Dit houdt in dat de vervoermaatschappij de ondersteunende processen die leiden tot beschikbaarheid van personeel en van voertuigen, optimaal uitvoert. In geval van overmacht, door staking of andere oorzaken, organiseert De Lijn zich zo dat, via de gerichte inzet van beschikbaar personeel, prioritaire lijnen maximaal kunnen bediend blijven.” Dit is belangrijk om de dienstverlening aan de reiziger toch te kunnen blijven garanderen.
We merken inmiddels uit de communicatie van De Lijn en van de website https://verstoring.delijn.be dat de lijn wel degelijk bezig is met de uitrol van die gegarandeerde dienstverlening en dat ze tracht kort op de bal te spelen door aan de reizigers te communiceren welke lijnen wel of niet beschikbaar zijn.
Minister, heeft er nog overleg plaatsgevonden teneinde de staking te vermijden en zo ja, wat was de uitkomst hiervan? We merken dat de liberale en de socialistische vakbond uiteindelijk met de staking meedoen, maar dat het ACV wel aan de slag gaat en niet meestaakt.
Hoe zal er invulling gegeven worden aan het principe van de gegarandeerde dienstverlening? Ik had het zelf al over de website en de concentratie op prioritaire lijnen, maar ik had graag nog wat meer toelichting daarover. En op welke manier zal er door gerichte inzet van werkwillig personeel voor gezorgd worden dat de prioritaire lijnen maximaal bediend kunnen blijven?
Kunt u een idee geven van de opdeling tussen pachters en chauffeurs van de Lijn? De eerste dag was een betogingsdag en dan loopt alles een beetje door elkaar. De huidige vier stakingsdagen gaan specifiek over de reorganisatie bij De Lijn. De pachters lijken mij daar niet bij betrokken. Dan kan De Lijn wellicht perfect meegeven welke lijnen bij de pachters wel uitrijden. Dat is toch goed voor 50 procent van de dienstverlening. Dat is een bijkomende vraag, die u eventueel nadien kunt beantwoorden.
Minister Weyts heeft het woord.
Op 2 mei werd inderdaad door twee van de drie vakorganisaties, met name het ACOD en het ACLVB, een stakingsaanzegging ingediend, en wel naar aanleiding van niet-gelijklopende visies in het sociaal overleg in het kader van de ‘reorganisatie De Lijn 2020’. Die reorganisatie is niettemin echt nodig om De Lijn klaar te stomen en om te vormen tot een performante organisatie. Het is ook geen besparing: alle winst die gegenereerd wordt, wordt in de Lijn zelf geherinvesteerd. Na de stakingsaanzegging ondernam de directie van De Lijn nog pogingen tot overleg en er is een formele verzoeningsprocedure opgestart om zo de dialoog met alle partijen open te houden. Maandag 7 mei 2018 is er ook nog overleg geweest, maar dat bleef helaas zonder het bedoelde resultaat.
De directie van De Lijn betreurt dat ze met twee vakorganisaties niet verder kan onderhandelen, maar ze doet dat wel nog met de derde vakorganisatie, het ACV. De Lijn blijft openstaan voor een constructieve dialoog met alle vakbonden. Ondanks deze herhaalde oproep tot dialoog is noch het ACLVB, noch het ACOD ingegaan om aan de onderhandelingstafel aan te schuiven.
Betreffende de invulling van gegarandeerde dienstverlening op deze stakingsdagen ben ik van mening dat we nu grote stappen vooruit hebben gezet. De Lijn heeft verschillende scenario’s uitgewerkt in functie van het aantal werkwilligen en kan dan ’s ochtends reeds duidelijkheid verschaffen aan alle reizigers of hun bus of tram zal rijden. Dat is cruciaal, want je kunt niet op voorhand inschatten hoeveel mensen zullen participeren aan de acties. Deze manier van werken werd uitgewerkt door het management van De Lijn en voorgesteld aan de zes ondernemingsraden van De Lijn op 22 maart 2018.
Gisteren was de eerste test van het systeem, waarin werkwillige chauffeurs worden ingezet op vooraf bepaalde prioritaire lijnen. Hierdoor krijgen de reizigers een beter aanbod dan wanneer de werkwilligen in gespreide slagorde aan de slag gaan over het hele net. Bij de verdeling van de werkwilligen over prioritaire lijnen kijkt De Lijn naar een aantal criteria. Zo moet er een goede spreiding zijn over assen in alle windrichtingen, bijvoorbeeld noord-zuid en oost-west. Daarnaast wordt ook gekeken naar het aantal reizigers in de spits en in zogenaamde attractiepolen, bestemmingen waar veel mensen naartoe gaan.
Om dit te doen, zijn scenario’s uitgetekend volgens het aantal werkwilligen. Doordat de werkwillige chauffeurs bij deze test vrijwillig aan de slag gaan op bepaalde lijnen, zorgt dit daar voor een regelmatig aanbod. Chauffeurs rijden alleen op lijnen die ze kennen, ze worden niet ingezet op onbekend terrein. Hoeveel en welke prioritaire lijnen worden bediend, hangt af van het aantal chauffeurs dat ’s ochtends en ’s middags aan de slag gaat. Ik heb enkele cijfers gekregen, die heel benaderend zijn, wat betreft de participatie gisteren.
Daaruit leid ik af dat ongeveer 75 procent van de ritten effectief zijn gereden. Vandaag zal dat waarschijnlijk iets meer zijn, gelet op het gegeven dat het ACV gisteren wel heeft geparticipeerd aan de betoging, maar vandaag niet aan de staking.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Eerst en vooral, de staking zelf, en dan nog vier dagen, vind ik totaal onbegrijpelijk en onverantwoord. De betrokken bonden spelen met vuur. Niet alleen ten aanzien van de reizigers is dat bijzonder zwaar, maar ook met het oog op 2020. We weten wat u net hebt benadrukt: er vallen geen naakte ontslagen, er zullen geen besparingen zijn. Het is gewoon een oefening om De Lijn performanter te maken. Ik vind dit dus bijzonder laakbaar.
Ten tweede vind ik het wel zeer goed dat er eindelijk werk wordt gemaakt van de gegarandeerde dienstverlening. Ik maak vandaag gebruik van deze vraag om mijn uitdrukkelijke dank uit te spreken aan de vele chauffeurs die wél zijn uitgereden. Dat zijn er een pak. Ze laten zich bovendien herindelen op lijnen, die ze uiteraard kennen – dat lijkt mij evident – om de dienstverlening voor de reizigers toch te kunnen garanderen.
Ten derde, minister, volg ik u volledig wanneer u zegt dat men na een betoging zoals gisteren pas ‘s ochtends kan inschatten wie er uitrijdt en wie niet. Hoe kunnen we met herijkingen en bepaalde verschuivingen de hoofdlijnen en attractiepolen vrijwaren? Maar dat gaat niet helemaal op voor de staking van vandaag, morgen, overmorgen en zondag aangezien het om een staking gaat tegen de efficiëntieoefening van De Lijn. Mijn vraag blijft. Dan kan De Lijn perfect duidelijkheid verschaffen over de pachters. Zij worden niet geheroriënteerd. Hun zegt men niet dat ze hier of daar moeten rijden voor de gegarandeerde dienstverlening. Op 50 procent van de lijnen kan men perfect zeggen dat er sowieso zal worden gereden omdat daar de pachters rijden. Om de een of andere reden is De Lijn daarover zeer terughoudend. Men geeft dat niet graag vrij. Ik denk dat het voor de reizigers toch een goede zaak zou zijn indien we zouden zien dat bijvoorbeeld in West-Vlaanderen – ik noem een willekeurig cijfer – 80 procent pachters werken. Dan kan men perfect zeggen op welke lijnen er geen hinder zal zijn in de dienstverlening omdat De Lijn daar zelf amper bij betrokken is.
Minister, ik verwacht niet meteen een antwoord, maar mijn bijkomende vraag is of u dat toch zou kunnen meenemen naar De Lijn. Dat lijkt mij de dienstverlening alleen maar ten goede te kunnen komen: dat men zo spoedig mogelijk duidelijkheid verschaft over de lijnen die geen hinder zullen ondervinden van de staking.
De heer Keulen heeft het woord.
Het sleutelelement voor de gegarandeerde dienstverlening is communicatie. Vandaag is dat allesbehalve evident. De reiziger moet zelf uitzoeken waar wordt gereden en waar niet. Dat wordt dan nog eens per provinciale entiteit anders gecommuniceerd.
Er is een website die heel duidelijk is. Daar kun je het lijn per lijn nakijken. Dat is wel een positief punt.
Ik krijg toch te horen dat de communicatie allesbehalve duidelijk is.
Minister, u weet dat ik altijd schriftelijke vragen stel over stakingen. Bij De Lijn rijden er twee op de tien chauffeurs. Er wordt globaal gestaakt. Bij de pachters rijden er acht of negen op de tien. Off the record krijg je dan te horen dat vakbonden binnen de overheid wat moeten kunnen staken omdat dat bij de cultuur van de organisatie hoort. Nergens is dat zo kras als bij De Lijn.
Ik heb de cijfers van alle stakingen opgevraagd. Ik daag de collega’s uit om mij op dat punt tegen te spreken. Bij de pachters rijden er acht op de tien. Dat gaat zelfs naar negen op de tien, op sommige plaatsen wordt er zelfs volledig doorgereden. Dat is dus een heel andere bedrijfscultuur. Dat heeft te maken met dienstverlening: mensen die betalen, mag je toch niet in de kou laten staan. In een overheidsomgeving maakt staken deel uit van de traditie. Dat mag ook eens opnieuw worden opgemerkt.
Wat deze staking betreft, krijg ik de opmerking dat de communicatie over waar wel en waar niet wordt gereden niet zo helder is.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Die stakingen hebben alles te maken met de noodzakelijke reorganisatie. Dat is hier al genoeg gezegd. Maar CD&V denkt toch ook het volgende: ‘Tiens, er zijn geen naakte ontslagen. Het gaat hier over een efficiëntieoefening waarvan het geld binnen De Lijn blijft. De transitie gebeurt over drie jaar.’ Wij begrijpen dus ook niet waarom twee vakbonden vier dagen lang de reizigers gijzelen. We mogen een pluim geven aan de vakbond die dat niet doet: het ACV. Het ACV heeft begrepen dat op die manier werken niet bijdraagt tot een goed imago. Ook van de werkgever, want het is uiteindelijk altijd een samenspel. Het draagt ook niet bij tot meer reizigers voor het openbaar vervoer. Er zullen nu misschien opnieuw een hoop mensen afgeschrikt zijn om in de toekomst het openbaar vervoer te gebruiken. Het is misschien allemaal een beetje overdreven, maar het doet allemaal het imago geen deugd.
Wat er wel moet gebeuren, is het sociaal overleg laten spelen. Dat wil het ACV doen. Wat betreft al de vragen die werden gesteld over de gegarandeerde dienstverlening, denken we dat dat het best vanuit het sociaal overleg op een organische manier groeit, zoals het bij de MIVB is gegaan.
Daar bestaat dat al. Daar is nooit voor gestaakt. Je hebt nooit of zelden gehoord over problemen daar. Dat gebeurt daar in onderling overleg. Laten we hopen dat dat bij De Lijn in Vlaanderen toch ook zou kunnen, naar het voorbeeld van de MIVB.
Ik wou eigenlijk toch ook een pluim geven aan De Lijn zelf, aan de mensen die daar nog niet staakten, ik zal het zo zeggen, voor de website vandaag. Ik heb het vanmorgen zelf kunnen ondervinden. Die website https://verstoring.delijn.be werkte, zoals collega De Ridder daarnet al opmerkte, inderdaad heel goed. Je kunt daar eigenlijk zien in alle provincies op welke lijnen er wordt gereden. Op die manier wist ik bijvoorbeeld, zij het dat het met een half uur vertraging was, dat mijn poetshulp echt wel zou arriveren deze ochtend. Ik heb het dus perfect kunnen volgen. Er was een beetje vertraging, maar ze is gelukkig kunnen komen. Dat werkt dus. Ik denk dat we op die manier stilaan verder moeten gaan naar die gegarandeerde dienstverlening, maar ter zake ook niet allerlei zaken proberen op te leggen, want ik denk dat dat toch niet echt zal helpen. Dat is ons standpunt daarover. Veel vragen heb ik niet bepaald.
Misschien kunnen we dan toch eens op de website kijken. Er zijn toch heel veel verbindingen waar niks bij staat, waarbij het je raden hebt naar de status van die verbinding.
Het zijn de gegarandeerde die erop staan. Dat was vooral op de hoofdassen. Dat is een beetje het kernnet zoals we dat aan het ontwikkelen zijn. Dat is alleszins zo voor ons in Vlaams-Brabant. Ik weet niet hoe het voor Limburg zit.
Met alle respect, ik zit hier niet uit mijn nek te kletsen. We hebben het opgeroepen. Er zijn heelder lijnen waarvan de status absoluut niet duidelijk is. Nu kan men opnieuw ‘hoera’ en ‘bravo’ roepen, maar bij heel veel lijnen is het absoluut niet duidelijk voor een reiziger of hij daar nu een aanbod zal hebben of niet. Ik verzin het niet!
Ik kan alleen maar zeggen dat het voor Antwerpen duidelijk is. Bijvoorbeeld voor de stad Antwerpen en de zuidrand staat erop welke trams en om de hoeveel minuten.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Collega’s, in alle oprechtheid, ik denk dat alle werknemers van De Lijn het liefst van al een volledige dienstverlening op alle lijnen van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat willen garanderen. Collega Keulen, er wordt niet gestaakt vanuit een soort traditie of folkloristisch gebruik. Er is tot op het allerlaatste moment getracht om een staking te vermijden. (Opmerkingen van Marino Keulen)
Er waren verzoeningsgesprekken op maandag. Die zijn mislukt. Op dinsdag is er een uitnodiging geweest van de personeelsdirecteur om verder in dialoog te gaan. Op woensdag hebben alle vakbonden, ook ACLBV, ook ACOD, schriftelijk aan de directie laten weten dat ze bereid waren de gesprekken te hervatten, en op die dag zelf hebben twee van de drie vakbonden via de media moeten vernemen dat De Lijn de gesprekken zou hervatten met slechts één van de drie vakbonden, die slechts 35 procent van het personeel vertegenwoordigt. Daarmee worden ook democratisch bepaalde syndicale verhoudingen, die werden vastgelegd bij de sociale verkiezingen in 2016, niet gerespecteerd. Collega Keulen, werknemers in een kmo zitten in een fundamenteel andere positie dan die in een groter bedrijf. U mag van mij aannemen dat niemand voor zijn plezier staakt.
De cijfers zijn heel duidelijk wat dat betreft, ook bij de vorige acties. Bij de pachters wordt er niet gestaakt, bij De Lijn wel.
Collega’s, ik hoop dat ik straks geen bemiddelaar moet aanstellen om tussenbeide te komen.
U hebt uw beurt gehad, collega. Men moet hier ten minste het reglement respecteren.
De context waarin wordt gestaakt, dat gaat niet alleen over het hervormingsplan voor 2020. Dat gaat ook over werknemers die volgend jaar in een bedrijf zullen hebben gewerkt waar op de afgelopen tien jaar zeven jaar zal zijn bespaard. Die besparingen voelen ze wel degelijk, in verhoogde werkdruk en toegenomen onzekerheid over de toekomst van hun bedrijf. Als men zegt dat die reorganisatie nodig is, dan denk ik dat heel wat werknemers bereid zijn daarin mee te gaan, maar dan moet men het ook wel op een correcte manier aanpakken. Men spreekt over het waterhoofd van De Lijn. Werknemers stellen vast dat op 21 februari de bestaande directeurs van De Lijn opnieuw zijn benoemd, tot op het niveau van directeur, waarbij iemand leidinggevende wordt van een ‘boîte’ van amper vijftig personeelsleden. Ze stellen vast dat er nog een loonsverhoging bovenop is gekomen voor al die directeurs, dat er tegelijkertijd driehonderd bedienden worden geschrapt, en vooral is het een doorn in het oog van het personeel dat de mensen die in de stelplaatsen en voor de technische diensten werken, tot op vandaag geen zekerheid hebben over waar ze welke job kunnen uitoefenen in het bedrijf. Ik vind het zeer terecht dat die vraag keer op keer door de vakbond op tafel wordt gelegd, en ik betreur het dat de directie niet in dialoog wil gaan met die vakbonden die daar een duidelijk antwoord op willen krijgen.
Collega Keulen, als u wilt dat De Lijn in 2020 op een faire manier kan worden vergeleken met de privésector, wilt u dan alstublieft aan uw partijgenote Maggie De Block zeggen dat ze dringend een KB moet maken om ervoor te zorgen dat de taxshift ook van toepassing is op De Lijn? De MIVB geniet van de voordelen van de taxshift, de TEC ook, De Lijn niet, omdat mevrouw De Block een KB daartoe weigert te maken. Het gevolg daarvan is een kostenhandicap van 16 miljoen euro per jaar. Na vier jaar is die kostenhandicap groter dan alles wat er in deze legislatuur is bespaard. Sorry, op die manier rijd je een bedrijf finaal de afgrond in. De Lijn moet daarvoor – gesteund door de minister, ik ben bereid dat te erkennen – naar een rechtbank trekken. Ik vraag me af waarom dat politiek niet kan worden opgelost.
Ik betreur die staking ook, ik meen dat de reizigers dat ook doen, maar neem van me aan dat de meeste werknemers van De Lijn niks liever zouden willen dan een goede dienstverlening van ’s morgens tot ’s avonds op alle lijnen garanderen, en ze vragen daarvoor een minimale zekerheid over hun job en over de toekomst van het bedrijf dat ze ook graag zien.
Minister, ik heb nog een kleine aanvullende vraag. Is van die mogelijkheid nu van die reorganisatie, van het schrappen van een aantal managements- en bediendenfuncties, ook niet gebruikgemaakt om een overdracht te doen van een aantal mensen naar het Departement Mobiliteit en Openbare Werken?
Bij de goedkeuring van het concept basisbereikbaarheid is er ook gezegd dat we het Departement Mobiliteit en Openbare Werken zouden versterken, om op die manier de vervoersregio’s ook extra te kunnen bijstaan met de kennis en knowhow voor het op een goede manier uitrollen van de lagen kernnet, aanvullend net en vervoer op maat.
Minister Weyts heeft het woord.
Voor alle duidelijkheid: dit gaat over een reorganisatie, geen besparing. De winst die wordt gerealiseerd, wordt geherinvesteerd in De Lijn. Het praatje van besparingen hier en daar en nu nog eens, slaat dus echt nergens op. Het aantal directiefuncties is trouwens verminderd van 11 naar 9. De totale directiekost is verminderd. De chauffeurs en technici worden in dezen niet geraakt. Er is natuurlijk wel een reorganisatie, maar er zijn geen afvloeiingen. Het gaat over 286 bedienden die een andere functie krijgen. Er zijn dus ook geen ontslagen of zo. Dat is de waarheid van het verhaal.
Dit dient allemaal om ervoor te zorgen dat De Lijn een performante organisatie is die in 2020 de benchmark kan doorstaan. Deze operatie is net om ervoor te zorgen dat De Lijn ook in de toekomst optimaal kan functioneren. In die zin is ze er ook op gericht om de job van zovele mensen net te behouden.
Wat de vraag betreft naar de versterking van het departement: dat wordt opgevolgd door het managementcomité. Het is natuurlijk vooral een andere groep van bedienden waarover we spreken. Het is wel zo dat in het managementcomité, waar de leidend ambtenaar in zetelt, ook De Lijn vertegenwoordigd is en dat men zich daar buigt over de versterking van de beleidscapaciteit van het departement, waar vanzelfsprekend ook De Lijn zelf toe kan bijdragen.
Wat de stakingscijfers betreft, kom ik op ongeveer 75 procent, op basis van de benaderende cijfers die ik gekregen heb. Daaruit blijkt dat van het personeel van De Lijn zelf iets minder dan 50 procent gisteren heeft deelgenomen aan de acties. Bij de pachters is dat inderdaad meestal een percentage van 80 à 90 procent dat gewoon werkt, met als gevolg dat ik tot een cijfer kom van ongeveer 75 procent van de ritten die wel degelijk gereden zijn. Ik ga ervan uit dat dat vandaag iets meer zal zijn. We geven die cijfers ook altijd vrij, hoor. Op basis van schriftelijke vragen heb ik bij herhaling die cijfers vrijgegeven.
De stakingsacties bij de pachters zijn inderdaad veeleer beperkt, aangezien je 80 à 90 procent hebt die deelneemt, maar je weet niet op voorhand hoeveel en wie en waar. En dus kun je niet bij voorbaat met zekerheid zeggen dat deze of gene lijn gegarandeerd bediend zal worden. En dat is net het essentiële. We willen ervoor zorgen dat die echt gegarandeerde dienstverlening gegarandeerd is, weze het – daar hebt u gelijk in, mijnheer Keulen – in een beperkt aantal lijnen. Maar we willen ook echt de zekerheid bieden aan de mensen: van die lijnen waarover we in dezen communiceren, kun je 100 procent zeker zijn dat daar een gegarandeerde bediening is. Dat zijn er soms wel wat minder. We kunnen dat niet op voorhand doen, omdat we niet op voorhand die 100 procent zekerheid kunnen bieden. Maar ‘s morgens kunnen we dat wel doen. Dan hebben we een volledig zicht op wie waar wanneer aan het werk kan.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Collega Vandenbroucke, waartegen wordt er nu eigenlijk gestaakt? Op den duur weet ik het ook niet goed meer. Tegen het algemene beleid? Tegen het beleid van de minister? Tegen zijn visie? Tegen de hervormingen? Of is het effectief tegen de efficiëntieoefening die nu wordt uitgerold? U zegt dat het niet voor het plezier is, maar ik heb af en toe de indruk dat het dat steeds meer wordt. Het begint soms wat op pestgedrag van de reiziger te lijken. Ik wil opnieuw mijn oprecht gemeende waardering uitspreken voor de chauffeurs die wel allemaal de weg zijn opgegaan, blijkbaar redelijk massaal in sommige streken en iets minder massaal in andere streken.
Waarom doen we dat? Om De Lijn in 2020 met gelijke wapens in vergelijking te laten treden met de privé. We zouden iets heel doms kunnen doen, en dat is niet hervormen en geen efficiëntiewinsten boeken. Dan zou u ons in 2020 verwijten: ‘N-VA, u hebt de boel laten verrotten. U wist dat er een liberaliseringsoefening was, dus u wist wat u ging doen met De Lijn.’ Het zal voor u nooit goed zijn wat we doen, denk ik. We kunnen alleen maar herhalen dat we op een verstandige manier efficiëntiewinsten proberen te boeken en dat bedrijf de 21e eeuw inloodsen, het derde decennium ondertussen. Dat is toch wel een heel andere aanpak dan de aanpak uit het verleden. We doen dat op een verstandige manier, zonder naakte ontslagen, zonder dat mensen hun job verliezen. Ik denk dat dat de goede manier is.
De vraag om uitleg is afgehandeld.