Report meeting Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Report
De heer Bertels heeft het woord.
Minister, op een zaterdagochtend bij het ontbijt hoorde ik op de radio plots een reclamespotje voor een website die beloofde de meest up-to-date-informatie te hebben over de verschillende woonzorgcentra in Vlaanderen, te beschikken over de scherpste prijzen en het beste overzicht inzake woon- en thuiszorg. Dat was een reclamespotje voor woonzorgweb.be, een commerciële zoekertjeswebsite die informatie bundelt en aan haar bezoekers aanbiedt.
Op zich is daar niets mis mee, dit kan nuttig zijn, zowel voor ouderen of hun kinderen die op zoek gaan naar informatie als voor mensen die geïnteresseerd zijn in vastgoed. Men zou zelfs kunnen stellen dat er een nood is aan een duidelijk overzicht van de verschillende zorgmogelijkheden en -vormen in Vlaanderen.
Ik heb wel een aantal vragen bij de werkwijze van die website. Zo worden enkel de foto’s van woonzorgcentra die een eigen profiel aanmaken, op de website in kleur weergegeven, de rest is zwart-wit en waarschijnlijk louter een weergave van wat elders op het internet beschikbaar is.
Los van het kleurenaspect is dit ook oneerlijk, aangezien woonzorgcentra die zich niet registreren of zich niet met deze website bezighouden, geen informatie kunnen toevoegen, hun prijsbeleid niet kunnen situeren en aldus voor de bezoeker van de website minder aantrekkelijk lijken dan deze die wel intekenden op dit initiatief.
Bijkomend wordt aan bezoekers de mogelijkheid geboden om vragen te stellen aan alle woonzorgcentra op de website via een formulier, maar het is mij niet helemaal duidelijk of vragen van bezoekers die woonzorgcentra ook bereiken, zeker wanneer het gaat over de woonzorgcentra die niet op de website geregistreerd zijn. Op die manier dreigen bezoekers van die website op het verkeerde been te worden gezet en worden participerende woonzorgcentra bevoordeeld.
Wie bovenop de registratie ook advertentieruimte koopt, is prominenter aanwezig op de website en zal in meer zoekresultaten verschijnen, wat de objectiviteit van de vergelijking eveneens ondergraaft.
Tot slot stelt de website in haar algemene voorwaarden niet verantwoordelijk te zijn voor de juistheid van de informatie die erop aangeboden wordt. Het is bijgevolg de vraag of woonzorgweb controleert of de informatie van de op haar website geregistreerde woonzorgcentra juist is, alsook of de informatie over de overgrote meerderheid van niet-geregistreerde woonzorgcentra actueel is, en of de dagprijs en de supplementen bij elk woonzorgcentrum op dezelfde manier berekend worden.
Bij de serviceflats stel ik me gelijkaardige vragen, met de bijzondere bedenking in welke mate de erkenningen door het Agentschap Zorg en Gezondheid die men beweert te hebben, ook werkelijk aanwezig zijn.
Kortom, net als bij een betalende website inzake ziekenhuisinformatie, hebben we hier iets gelijkaardig voor onze residentiële ouderenzorg.
Minister, bent u op de hoogte van het bestaan van dit soort private initiatieven die informatie die mijns inziens geacht wordt publiek beschikbaar te zijn, inventariseert en enigszins commercialiseert, aanwendt voor publicitaire doeleinden? Hebt u of heeft het agentschap Zorg en Gezondheid, de Zorginspectie hierover al vragen of klachten ontvangen van burgers of woonzorgcentra? Hoe staat u tegenover dit soort initiatieven en de nogal particuliere werkwijze waarbij wie participeert en geld op tafel legt, een betere positionering krijgt? Is er geen risico dat de residentiële ouderenzorg zo verwordt tot een louter commercieel product? Dat dit soort initiatieven ontstaat en er blijkbaar een markt voor is, duidt misschien ook op een nood bij de bevolking om de informatie over de verschillende zorgvormen in de buurt overzichtelijker gepresenteerd te krijgen. Kunt u stappen zetten om dit vanuit de overheid te bewerkstelligen?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
In 2014 werd ik naar aanleiding van persberichten over het prijzenbeleid in woonzorgcentra door de initiatiefnemers zelf op de hoogte gebracht van het bestaan van de website woonzorgweb.be. Ook het agentschap Zorg en Gezondheid werd toen geïnformeerd.
We hebben tot op heden nog geen vragen of klachten ontvangen over deze website. Het initiatief gaat uit van drie jonge ondernemers en verschaft, naast een overzicht van het zorgaanbod in Vlaanderen, ook basisinformatie over pensioenen en over sparen en beleggen.
Deze website is een privé-initiatief, en mag uiteraard, zoals elke onderneming, betalende diensten aanbieden of reclame maken. Het staat elke aanbieder van woonzorgvormen of particulieren vrij om in te gaan op hun aanbod.
Op het moment dat ik op de hoogte gebracht werd van het initiatief, heb ik wel van de gelegenheid gebruikgemaakt om de aandacht van de initiatiefnemers te vestigen op het snel veranderende karakter van het ouderenzorglandschap in Vlaanderen. Ik heb hun dan ook met aandrang verzocht om de aangeboden informatie zo accuraat en actueel mogelijk te houden en deze informatie zowel op het vlak van inhoud als op het vlak van terminologie in overeenstemming te brengen en te houden met de toepasselijke regelgeving.
Zorg en Gezondheid publiceert al een aantal jaren op de website www.zorg-en-gezondheid.be een actueel overzicht per provincie van alle erkende ouderenvoorzieningen, met name de woonzorgcentra, centra voor kortverblijf, dagverzorgingscentra, serviceflatgebouwen, groepen van assistentiewoningen en centra voor herstelverblijf, met vermelding van de erkende capaciteit en de volledige adres- en contactgegevens.
Meer specifiek met betrekking tot de groepen van assistentiewoningen werd begin maart 2017 ook een uitgebreide mediacampagne opgestart met als doel deze zorgvorm bekender te maken bij het brede publiek. In het kader van deze campagne werd de website www.checkassistentiewoning.be gelanceerd, waarop onder andere ook een overzicht te vinden is van alle erkende groepen van assistentiewoningen en hun contactgegevens.
Op eenvoudige vraag bezorgt het agentschap ook een papieren versie van deze overzichtslijsten aan burgers die dit wensen. Adres- en contactgegevens van erkende woonzorgvoorzieningen worden ook nog publiek aangeboden via andere overheidskanalen, zoals de website geopunt.be van het Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen (AGIV) en desocialekaart.be. De sociale kaart is gerealiseerd door de Vlaamse provincies en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Momenteel bereidt het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin de overname voor van het beheer van de sociale kaart.
De adresgegevens van de erkende woonzorgvoorzieningen en alle andere erkende zorgvoorzieningen worden ook aangeboden via het Open Data Portaal van de Vlaamse overheid. Derden kunnen die gegevens gratis gebruiken voor eigen initiatieven.
Tot slot is er een nulmeting met de prijzen van onze woonzorgcentra. Ook die zijn consulteerbaar op de website van het agentschap.
De heer Bertels heeft het woord.
De nieuwe website is een goede zaak, die ik enkel kan toejuichen. Dat toont aan dat alle potentieel geïnteresseerden, zij het ouderen die op zoek zijn naar een zorgomgeving, zij het kinderen die voor hun ouders op zoek zijn naar een zorgomgeving, zij het potentiële investeerders, objectieve informatie kunnen vinden op de verschillende kanalen die u hebt genoemd. U hebt aandacht gevraagd voor de accuraatheid van de gegevens die woonzorgweb.be publiceert. Ik wil effectief niet elk privaat initiatief wegnemen maar de initiatiefnemers zeggen me zelf dat zij overleg willen plegen met u om te zien hoe zij hun informatie nog beter kunnen verspreiden en nog accurater kunnen maken.
Ze verwijzen ook naar de mail of de communicatie waarnaar u ook verwijst, van twee jaar geleden, toen ze zijn gestart. Ze beweren dat ze daarna ook nog probeerden contact te zoeken om hun gegevens accurater te maken. Bent u dat van plan of zegt u dat het niet nodig is omdat de publieke informatie een private website overbodig maakt?
Mevrouw Jans heeft het woord.
Ik wil zeggen dat men niet alle commerciële initiatieven zomaar van de baan moet vegen. Als die mensen als ondernemers een derde platform willen creëren, dan moeten wij dat zeker toelaten. Alle informatie die verspreid wordt naar de ouder of de kinderen, is belangrijk.
Ik heb even gegoogeld en ik kom op de website van Flanders’ Care met een artikel over woonzorgweb.be. Ik veronderstel dat Flanders’ Care dit op een of andere manier mee ondersteunt of promoot? Deze vraag kan misschien eens bekeken worden.
Ik denk dat het vooral belangrijk is dat we die ondernemers laten ondernemen en hen op een goede manier de informatie laten verschaffen die beschikbaar is.
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Het was me niet bekend dat die mensen nog eens contact hadden gezocht, ik had dat misschien moeten weten, maar ik weet niet hoe dat is gebeurd. Mijn kabinet is nochtans heel toegankelijk. Wij proberen als overheid de meest correcte informatie ter beschikking te stellen. Ik ga ervan uit dat iedereen daar gebruik kan van maken en dat ook zij dat doen.
Ik denk niet dat het de bedoeling is dat wij de commerciële initiatiefnemer meer faciliteren dan een andere. Wij veronderstellen dat wie daarin wil ondernemen, dat zo goed en correct mogelijk doet. De gegevens die voor iedereen toegankelijk zijn, zijn ook voor hen toegankelijk. Ik neem aan dat het niet de bedoeling is dat wij geprivilegieerde informatie geven. Ik heb ook geen aanwijzingen dat zij dat zouden willen. Als de ondernemers die daarachter zitten, vragen om daarover overleg te hebben, dan heb ik daar geen probleem mee, maar dan wel met een goed begrip dat dit een commercieel initiatief is dat reden van bestaan heeft. Van ons kan echter worden verwacht dat wij ons daar op een neutrale en objectieve manier tegenover opstellen en erover waken dat de informatie die zij geven, zo correct mogelijk is, in de mate dat wij dat vanuit onze bevoegdheid kunnen opvolgen.
De heer Bertels heeft het woord.
Dat laatste is volkomen terecht, minister. Het is inderdaad niet de bedoeling om een commercieel initiatief te fnuiken. Dat heb ik ook in mijn vraag gezegd, maar de overheid moet er wel over waken dat de informatie die van belang is voor ouderen of voor hun kinderen die op zoek zijn naar zorgzame omgeving, objectief en correct is. Daarin moet de overheid wel een rol spelen. Zij moet niet de commerciële initiatieven controleren, maar wel zelf de objectieve informatie verspreiden die voor iedereen toegankelijk is. Zo kan de burger op zoek gaan naar de objectieve informatie die hij nodig heeft om zijn zorgomgeving te zoeken op basis van die objectieve en accurate informatie, waarbij hij niet op het verkeerde pad kan worden gezet door commerciële firma’s indien hun informatie niet voldoende accuraat is. En ze is niet voldoende accuraat want ze wordt pas om de zes maanden aangepast, dat is in de wereld van de zorg- en wooncentra een lange periode.
De vraag om uitleg is afgehandeld.