Report meeting Commissie voor Wonen, Armoedebeleid en Gelijke Kansen
Vraag om uitleg over de achterstand bij de uitbetaling van de nieuwe renovatiepremie
Report
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, collega’s, het kwam in de commissie Wonen maar ook in de commissie Energie al vaak aan bod dat het Vlaamse woonpatrimonium sterk verouderd is. De helft van de 3 miljoen woningen op Vlaams grondgebied is ouder dan 40 jaar. Er dringt zich dus een grote renovatiegolf op. Dat kwam deze voormiddag al ter sprake bij het voorstellen van de beleidsbrief: het Renovatiepact dat moet worden uitgerold in Vlaanderen.
Vanuit Vlaanderen worden diverse steunmaatregelen aangeboden om de woningkwaliteit te verbeteren. We kennen allemaal de renovatiepremie, de verbeterings- en aanpassingspremie (VAP). Dat zijn de drie grote stelsels die vanuit het Agentschap Wonen-Vlaanderen gepromoot worden. Elk van deze premiesystemen heeft uiteraard zijn eigen voorwaarden.
Als Wonen-Vlaanderen in het verleden een aanvraag voor een van deze premies weigerde, bekeek de administratie automatisch of er voor diezelfde aanvraag een van de andere premies wél kon worden toegekend. Dat klinkt misschien abstract. Ik zal het met een voorbeeld verduidelijken. Iemand dient een aanvraag in voor de renovatiepremie. Die premie wordt om de een of andere reden geweigerd. Vroeger bekeek de administratie of de aanvrager voldeed aan de voorwaarden voor de VAP. Bijgevolg werd de VAP behandeld, zodat de persoon in kwestie die premie kreeg.
Nu blijkt Wonen-Vlaanderen na een weigering van een van de premies niet meer automatisch na te gaan of voor het dossier al dan niet een van de andere premies kan worden toegekend. Hierdoor bestaat de kans dat aanvragers de andere mogelijke premie mislopen omdat de vooropgestelde termijnen overschreden zijn. Als je renovatiedossier geweigerd wordt, wordt er niet meer bekeken of je voor de VAP in aanmerking komt. Ondertussen zijn de termijnen om in aanmerking te komen voor de VAP overschreden, met de facturen die in het dossier zitten.
Minister, klopt het dat Wonen-Vlaanderen niet langer automatisch bekijkt of men, wanneer men niet in aanmerking komt voor een premie, in aanmerking komt voor een van de twee andere premies? Zo ja, wat is de reden dat Wonen-Vlaanderen na weigering van een van de premies niet meer automatisch nagaat of voor dezelfde aanvraag wel een andere premie kan worden toegekend?
Zult u, in het kader van klantvriendelijkheid, toch stappen ondernemen om de vroegere werkwijze van Wonen-Vlaanderen opnieuw in te voeren?
Mevrouw Hostekint heeft het woord.
Minister, we hebben hier al vaak, al meerdere maanden aan een stuk, de discussie over de renovatiepremie gevoerd. De premie heeft al een heel parcours afgelegd, van de oorspronkelijke idee om te hervormen tot een belastingvermindering tot het uiteindelijke systeem met de twee gedeeltelijke aanvragen dat werd ingevoerd vanaf 1 november 2015. We hebben hier heel vaak, uitentreuren, de discussie gevoerd over het al dan niet noodzakelijk zijn van overgangsmaatregelen. U bleef zich daar oorspronkelijk hardnekkig tegen verzetten. Door toedoen van de Raad van State, die dat als een soort contractbreuk zag, bent u er uiteindelijk toe gekomen om die overgangsregeling op te nemen.
Dat is allemaal het verleden. Ondertussen is de renovatiepremie in werking. De mensen hebben tijdens de overgangsperiode alsnog hun aanvraag kunnen doen. Dat betekent natuurlijk wel dat er, aangezien er zolang werd getalmd om een nieuw systeem in te voeren, tussen 1 november 2014 en 1 november 2015 geen mogelijkheid was om een renovatiepremie aan te vragen. Gelet op het feit dat er gedurende een jaar een vacuüm was en er gedurende een jaar geen premie was, en op het feit dat die mensen die dreigden uit de boot te vallen alsnog overgangsmaatregelen hebben gekregen, betekent dit dat al die aanvragen allemaal in één keer bij de administratie zijn gekomen. Daardoor moest Wonen-Vlaanderen op één maand tijd evenveel aanvragen verwerken als anders op een heel jaar. Ik hoef daar uiteraard geen tekening bij te maken: de gevolgen laten zich raden. Die diensten, die daarvoor geen extra personeel hadden gekregen, kijken natuurlijk tegen een achterstand aan.
Minister, mijn vraag dateert van een aantal weken geleden. U zult mij nu vast antwoorden dat u in de begroting extra middelen hebt uitgetrokken om ervoor te zorgen dat er extra middelen komen vanaf volgend jaar. Dat lost echter het probleem niet op van al die mensen die vandaag al maanden wachten op een premie of op een antwoord op een aanvraag. Dat lost hun probleem natuurlijk niet meteen op. De diensten die dit jaar geen extra personeel hebben gekregen, maar waarvoor volgend jaar wel middelen zijn begroot, lopen tegen een ongelooflijke achterstand aan. De dossiers – het ene al wat complexer dan het andere – moeten allemaal correct worden verwerkt. De mensen bellen, sturen mails of brieven om van hun neus te maken dat ze niet op tijd een antwoord krijgen. Dat is natuurlijk terecht, omdat de mensen in hun budgettering van de verbouwing rekening houden met die premies.
Minister, dat betekent dat er vandaag een enorme achterstand is. Dat u extra middelen hebt uitgetrokken in uw begroting betekent vast dat u dat zelf ook erkent. Mijn eerste vraag is bij dezen dus misschien al opgelost.
Minister, erkent u de problemen bij de verwerking van de achterstand inzake de uitbetaling van de renovatiedossiers? Zo ja, welke maatregelen zult u nemen?
Conform het besluit van de Vlaamse Regering van 2 maart 2007 bedraagt de termijn om de volledige aanvragen uit te betalen zeven maanden. Wordt die termijn momenteel gerespecteerd? Zo niet, hoeveel bedraagt de termijn vandaag gemiddeld?
Werden alle aanvraagdossiers, die tussen 1 december 2015 en 31 januari 2016, zijnde de overgangsperiode, werden ingediend onder de oude voorwaarden van de renovatiepremie, inmiddels afgehandeld en uitbetaald binnen de termijn van zeven maanden?
Wat is de budgettaire impact en meerkost van de inhaalbeweging op de begroting en de begrote middelen voor de renovatiepremie in 2016 en 2017?
Minister Homans heeft het woord.
Mevrouw Taeldeman, het zal u misschien verbazen of ook niet, maar ik ben blij dat u de vraag hebt gesteld. Wij waren op ons geen enkel moment bewust van het feit dat dat gebeurde. Ik ben dus blij dat u die vraag hebt gesteld. (Gelach. Opmerkingen)
Ik licht mij nader toe. Waarom ben ik blij dat mevrouw Taeldeman – het had ook iemand anders kunnen zijn – die vraag heeft gesteld? Omdat wij ons totaal niet bewust waren van het feit dat het er in de praktijk inderdaad zo aan toe ging. Wat u zegt, klopt. Als mensen vroeger niet aan die 10.000 euro kwamen, maar wel in aanmerking kwamen voor een verbeterings- en aanpassingspremie, wees men de mensen automatisch op die rechten. Dat gebeurt nu blijkbaar niet meer.
Naar aanleiding van uw vraag hebben we contact opgenomen met het Agentschap Wonen-Vlaanderen. De argumentatie was dat het nu minder urgent is omdat we niet meer werken met die hoogste schijf van 10.000 euro, maar wel met twee schijven van 5000 euro. U weet dat er twee aanvragen moeten gebeuren, twee keer 5000 euro in plaats van één keer 10.000 euro. Zij waren ervan overtuigd dat het probleem zich eigenlijk niet meer voordeed. Desalniettemin hebben wij wel gevraagd aan het Agentschap Wonen-Vlaanderen om in het licht van de nieuwe regelgeving, namelijk de opsplitsing van die twee indieningsperiodes en de twee keer 5000 euro maximum – eigenlijk vier categorieën van 2500 euro, want dat speelt ook mee in het kader van het al dan niet automatisch doorverwijzen en het al dan niet recht hebben op een VAP – te onderzoeken of het toch niet goed is om in het kader van de nieuwe regelgeving ook een automatisch onderzoek te doen.
We hebben die opdracht nu gegeven. Zodra ik daarop antwoord heb, zal ik u daarvan op de hoogte brengen. Het klinkt misschien raar, maar meestal is het dus goed dat de parlementsleden vragen stellen waardoor wij kunnen ingrijpen. (Opmerkingen. Gelach)
Wij waren er niet van op de hoogte. Voor alle duidelijkheid: ik vermoed hier totaal geen kwaad opzet van de administratie. Ze hebben, gelet op de opsplitsing in vier categorieën van 2500 euro en de opsplitsing van de twee verschillende dossiers ter waarde van 5000 euro, geredeneerd dat het eigenlijk niet meer nodig was om dat automatisch te doen. Ze zullen nu onderzoeken over welke aantallen het zou kunnen gaan. In ieder geval heb ik gezegd dat ze het opnieuw zouden moeten doen zoals het in het verleden gebeurde.
Mevrouw Hostekint, er is een verschil in behandelingstermijn. U hebt dat min of meer meegegeven in de vraagstelling. Voor de collega’s lijkt het mij goed om dat nog eens te verduidelijken. U weet dat het oude besluit van de Vlaamse Regering is opgeheven in 2014. In het nieuwe besluit van de Vlaamse Regering, dat bijna twee jaar oud is, gebeurt de aanvraag in twee schijven en is ook de termijn verlengd.
Hoe ging het vroeger? De aanvragen die werden ingediend onder de overgangsregeling moesten, zoals in de vorige regeling onder het oude besluit van de Vlaamse Regering, binnen de drie maanden volgend op de aanvraagdatum worden beslist en na zeven maanden worden betaald. Wat staat er in het nieuwe besluit van de Vlaamse Regering? Ik herhaal: het is bijna twee jaar oud. Het is dus niet iets van gisteren. Er staat in dat er een termijn van acht maanden is voor de beslissing en dat de premie binnen de twaalf maanden na de aanvraagdatum betaald moet zijn. U hebt dat niet mee goedgekeurd, maar het is wel al meer dan twee jaar geleden beslist. Het is dus niet gisteren of eergisteren uit de lucht komen vallen.
Erken ik het probleem? Ja, het staat ook open en bloot op de website van het Agentschap Wonen-Vlaanderen. Ik erken dus inderdaad het probleem dat er een achterstand is. Anders zou het nogal dom zijn om toe te staan dat het op de webstek van het agentschap wordt gepubliceerd.
Vind ik het leuk dat die achterstand er is? Ik zal er straks op ingaan hoe groot die achterstand vandaag nu werkelijk nog is. Ik denk dat hij minder groot is dan u doet uitschijnen. Het is goed dat we de burgers informeren. De enige manier om dat te doen, is via de webstek. Moet je als minister dan zeggen dat er achterstand is? Ja, er is achterstand. Maar het is goed dat de Vlaming dat ook weet.
Onder de nieuwe voorwaarden in de periode december 2015-februari 2016 – de zogenaamde overgangsperiode – werden er 12.676 aanvragen ingediend. In 1474 dossiers werd een beslissing genomen buiten de geplande behandelingstermijn van acht maanden, want die vielen dus nog onder het oude besluit van de Vlaamse Regering. Dat wil zeggen dat in bijna – ik rond af – 11.200 dossiers wel binnen de vooropgestelde termijn is betaald.
Als de reglementair vastgelegde termijn al werd overschreden – dus in die 1474 dossiers – was dat gemiddeld met tien kalenderdagen. Het gaat dus niet om twee of drie jaar, maar om tien kalenderdagen. In 528 dossiers die meer dan acht maanden geleden werden ingediend, heeft Wonen-Vlaanderen nog geen beslissing genomen. Ik erken dat er een personeelsproblematiek was. Ik heb vanmorgen, tijdens de toelichting van de begroting, gezegd dat we daar extra mankracht op zullen zetten. Die 528 dossiers hadden daar echter niets mee te maken. Ze hadden alles te maken met het feit dat er niet voldoende informatie was doorgegeven en dat men dus opnieuw bijkomende informatie moest vragen.
Door het grote aantal aanvragen die er in die overgangsperiode gebeurd zijn, is er inderdaad een achterstand ontstaan in de verwerking en goedkeuring ervan. Ik heb dat al gezegd en wil dat nog twintig keer herhalen. Het is niet slecht en het siert een politicus om dat toe te geven.
Maar, mevrouw Hostekint, je moet ook kijken naar het aantal aanvragen. In de periode december 2012-maart 2013 waren er 8048 aanvragen. In de periode december 2013-maart 2014 waren er 7576 aanvragen. In december 2015-maart 2016, dus de concrete periode waarover u het hebt, waren het er 18.500. Dat is dus toch behoorlijk veel meer, bijna 10.000 meer. Dat er dan af en toe een kleine achterstand wordt opgelopen, lijkt mij niet zo heel raar.
Mevrouw Hostekint, binnen Wonen-Vlaanderen zijn er al ingrijpende wijzigingen gebeurd in de takenpakketten van de medewerkers. Er zijn verschuivingen gebeurd, los van de personeelsleden die er vanaf 2017 zullen bijkomen. Het is goed dat dat gebeurt.
De Vlaamse overheid moet een soort van klantvriendelijkheid hebben tegenover de Vlaamse burger. Ik heb aan Wonen-Vlaanderen dus de opdracht gegeven om iedereen van wie de aanvraag niet binnen de acht maanden zal kunnen worden beslist, individueel aan te schrijven en in kennis te stellen van de datum waarop een beslissing mag worden verwacht.
Als je de vergelijking maakt tussen 18.500 dossiers nu en 8000 twee jaar geleden, dan zijn dat er 10.500 meer. Het is dus duidelijk dat we hebben ingegrepen. Onze Vlaamse burger rekent op dat geld, daarmee ben ik het absoluut eens. Als je een toevloed, een tsunami aan aanvragen krijgt, dan kun je niet uitsluiten dat er ook een klein beetje achterstand is, gemiddeld tien kalenderdagen, wat in mijn ogen eerlijk gezegd meevalt.
U had ook vragen over overgangsdossiers. De overgangsregeling is nagenoeg volledig afgehandeld. Voor alle 5768 aangevraagde overgangsdossiers heeft Wonen-Vlaanderen een beslissing genomen. Er werden 4593 dossiers goedgekeurd en 1175 dossiers afgekeurd. In 91 dossiers werd de renovatiepremie uitbetaald buiten de termijn van zeven maanden. Dat wil zeggen dat in 4502 dossiers het wel binnen de zeven maanden gebeurde. Voor 9 dossiers moet er nog een uitbetaling gebeuren.
Ik heb het daarnet al gezegd: als er nog een uitbetaling moet gebeuren, heeft het veeleer te maken met het feit dat er bijkomende info moest worden opgevraagd en dat er niet binnen de reguliere reglementaire termijn kon worden behandeld.
Wat is de budgettaire impact en de meerkost van de inhaalbeweging op de begroting en de geplande middelen voor de renovatiepremie in 2016 en 2017? U weet dat in de begroting van 2016 42,5 miljoen euro is ingeschreven. We zijn bijna eind 2016. We gaan ervan uit dat dit absoluut zal volstaan om alle dossiers uit te betalen die moeten worden uitbetaald.
Ik heb vanmorgen in de commissie gezegd dat er voor de begroting 2017 een bedrag is ingeschreven van 78 miljoen euro. Daarin zit de VAP. Wat het exclusieve gedeelte van de renovatiepremie betreft, gaat dat over 64,2 miljoen euro. In plaats van 42,5 miljoen euro in 2016 wordt het 64,2 miljoen euro, omdat we het groeipad voor de renovatiepremie ook hebben gerespecteerd in 2017, wat de renovatiepremie betreft.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. De collega-parlementsleden mogen tevreden zijn dat ze af en toe een steentje kunnen bijdragen aan de hand van de parlementaire vragen over zaken waarvan jullie als kabinet niet op de hoogte zijn en dat daardoor iets anders in gang kan worden gezet. Ook al zijn het dan kleine stapjes, voor de mensen in kwestie is het toch van belang.
Minister, Wonen-Vlaanderen doet het niet bewust. U hebt dat ook gezegd. Ik heb daar alle begrip voor. Wij werken veel samen met de administratie van Wonen-Vlaanderen. Ik weet dat er een hele transformatie is geweest, dat er een groot werk is verzet binnen de administratie. Ik ben lokaal schepen van Huisvesting en Wonen. Ik heb in die functie nog nooit zoveel mails gekregen van het Agentschap Wonen-Vlaanderen over alle aanpassingen die er gebeurd zijn, over heel veel infomomenten die ze organiseren voor lokale besturen. Alle lof daarvoor.
Ik ben tevreden dat u de vraag hebt gesteld of het klopt dat die automatische behandeling niet langer gebeurt. U hebt moeten vaststellen dat die automatische behandeling niet langer gebeurt en dat mensen daardoor een aantal premies mislopen. Ik vind dat jammer.
U hebt nu positief nieuws aangekondigd. U hebt de administratie gevraagd om te onderzoeken of die automatische behandeling opnieuw kan worden ingevoerd. U zult naar ons terugkoppelen voor het antwoord van de administratie. Ik hoop dat de administratie dat ter harte zal nemen. Het is in het belang van een klantvriendelijke overheid dat die automatische behandeling opnieuw zal kunnen gebeuren binnen de administratie.
Minister, ik heb nog één kleine vraag. Misschien loop ik vooruit op de bespreking van de beleidsbrief. U hebt vanmorgen toegelicht dat de renovatiepremie vanaf 1 januari 2017 ook digitaal zal kunnen worden ingediend bij Wonen-Vlaanderen. Is het de bedoeling dat de VAP dan ook wordt gedigitaliseerd?
Mevrouw Hostekint heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. In dat antwoord maakt u de vergelijking met een tsunami. Het zal wel juist zijn dat dat een tsunami was. Het was inderdaad een stortvloed van aanvragen.
Het verschil met een echte tsunami is natuurlijk wel dat een tsunami onvoorzien is, een geval van overmacht, terwijl we hier te maken hebben met iets waarvoor wij u vanuit de oppositie meerdere malen hebben gewaarschuwd. Het is natuurlijk geen verrassing. Het feit dat het zo lang heeft geduurd voor er een definitieve regeling was, dat er gedurende een jaar geen aanvragen konden worden ingediend, dat er gedurende een jaar geen renovatiepremie was, dat er aanvankelijk hardnekkig is geweigerd om overgangsmaatregelen in te voeren, dat er dan toch onder druk van de oppositie en ook een beetje van de Raad van State overgangsmaatregelen zijn ingevoerd, dat heeft er natuurlijk voor gezorgd dat al die aanvragen op één hoop zijn gekomen en dat er inderdaad een tsunami is toegekomen bij de administratie.
Maar, minister, we hebben hier meer dan één keer voor gewaarschuwd. Het is allerminst zo dat die onverwacht is gekomen. U zult nu extra middelen uittrekken om ervoor te zorgen dat er toch iets van die personeelscapaciteit kan worden opgevuld. Zo zal er in de toekomst een vlottere doorstroom of behandeling zijn van die aanvragen. Dat belet niet, minister, dat er zich heel grote problemen voordoen bij al diegenen die vandaag al een aanvraag lopende hebben.
U zegt dat u in het kader van de klantvriendelijkheid aan Wonen-Vlaanderen hebt gevraagd om mensen te waarschuwen en te laten weten op welke datum hun aanvraag zal worden behandeld.
Nu, Wonen-Vlaanderen stuurt heel vriendelijke briefjes. Ik heb hier een briefje in handen gekregen van een mevrouw die klaagt dat zij na de bepaalde termijn nog altijd geen antwoord heeft gekregen. Zij kreeg letterlijk het antwoord: “Wat de verwarrende communicatie aan de telefoon betreft, wil ik u alvast namens onze dienst onze oprechte excuses aanbieden.” Dat is zeer vriendelijk. (Opmerkingen)
Dat is het antwoord van Wonen-Vlaanderen aan de mevrouw die klaagt over de manier waarop ze is behandeld aan de telefoon. Het antwoord luidt verder: “Maar de bijzonder hoge werkdruk doet mensen al eens niet doordacht antwoord geven. Wat betreft de behandeltermijn moet ik u melden dat het voor onze dienst momenteel onmogelijk is om binnen de formeel gestelde termijnen te handelen. Daar de huidige regering besliste om in november 2014 de renovatiepremie per direct af te schaffen en er pas een nieuw stelsel voor renovatie in het leven werd geroepen in november 2015, wat concreet betekende dat het gedurende een jaar niet mogelijk was om een renovatiepremie aan te vragen, ontvingen we hier op een maand tijd ongeveer evenveel aanvragen als anders op een jaar tijd. Ik hoop dat u begrijpt dat dat slechts in te halen zou zijn met een grote vermenigvuldiging van ons personeel, wat in deze besparingstijden absoluut niet aan de orde is. Wat betreft uw dossier, is het tot mijn spijt momenteel onmogelijk om u te zeggen wanneer uw dossier aan de orde zal zijn.”
Minister, u kunt zich voorstellen dat mensen die dat soort antwoord krijgen, zich daarover grote zorgen maken. U hebt zelf gezegd dat de mensen op dat geld rekenen. Ze hebben een investering gedaan, ze hebben kosten gemaakt. Ze hebben die renovatiepremie meegerekend. Als ze dan een, weliswaar heel vriendelijk, briefje krijgen van de administratie waarin wordt gezegd dat de regering dat heeft afgeschaft, dat er gedurende een jaar geen renovatiepremie is geweest, dat ze heel de boel in één keer op hun dak krijgen en absoluut niet kunnen zeggen wanneer die aanvraag wordt behandeld, dan kan dat bij de mensen een grote onzekerheid en ongerustheid met zich meebrengen. (Opmerkingen van Valerie Taeldeman)
Dat mag uw antwoord zijn. Maar we gaan toch niet, telkens wanneer er een vraag wordt gesteld, blijven verwijzen naar vijf jaar geleden. (Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
Zo kunt u bezig blijven, minister.
Mijn vraag is concreet. U zegt dat u het probleem erkent. Hoeveel capaciteit zal er worden bijgemaakt? Bent u het met mij eens dat dit toch wel grote ongerustheid bij de mensen veroorzaakt?
De heer Engelbosch heeft het woord.
Mevrouw Hostekint, ik kan me toch niet van de indruk ontdoen dat u de zaken wilt opblazen. U blijft in de pot roeren en aandacht vragen voor iets wat niet echt een probleem is. We hebben allemaal bevestigd dat er een achterstand is. Niemand ontkent dat. De minister heeft gezegd dat er bijkomend personeel is. De dossiers die niet tijdig beantwoord zullen worden, krijgen een brief. U wilt die brief hier helemaal voorlezen, mij niet gelaten. Maar om wat te bewijzen? Doe toch eens rustig. Het probleem wordt erkend, er wordt iets aan gedaan, en uiteindelijk zal iedereen zijn geld wel krijgen. Wat wilt u hier vandaag nog eens extra komen bewijzen?
Minister Homans heeft het woord.
Mevrouw Taeldeman, ik heb inderdaad vanmorgen tijdens de bespreking van de begroting gezegd dat er in 2017 middelen zullen worden uitgetrokken voor het digitaal kunnen ingeven van de renovatiepremie, en dat zal ook gelden voor de VAP. Ik moet u echter wel teleurstellen. Dat zal niet voor 1 januari 2017 zijn. Er is voorzien in die middelen, maar u moet mij op 7 januari geen vraag om uitleg stellen hoe het komt dat het nog niet digitaal is.
Mevrouw Hostekint, ik ben het absoluut met u eens: juiste informatie doorgeven is belangrijk. Ik heb ook gewezen op het feit dat ik het belangrijk vind dat die mensen op de hoogte worden gebracht. U leest hier een brief voor die mij onbekend is. Ik twijfel, voor alle duidelijkheid, niet aan de inhoud en de echtheid ervan. Het is misschien een particulier geval. Ik heb ook nooit, zoals de heer Engelbosch zegt, ontkend dat er een achterstand was. Ik heb het zelfs op de webstek laten plaatsen. Ik ben daar open en bloot over. Niemand ontkent dat er een probleem is, maar u maakt van een mug een olifant. Zie hoeveel dossiers er waren in vergelijking met vorige jaren. Er waren er tien- of elfduizend meer. Kan het dan eventjes ook dat er een kleine achterstand is?
Er was een bedrag van 520.000 euro. Dat staat voor acht voltijdequivalenten die er in 2017 zullen bijkomen. Mevrouw Hostekint, ik heb absoluut niet de gewoonte om dat te doen, maar ik wil u er wel aan herinneren, zoals mevrouw Taeldeman zonet gedaan heeft, dat we eind 2009, toen we nog in dezelfde meerderheid zaten, het Renovatiebesluit van de Vlaamse Regering hebben aangepast. De subsidiebedragen werden significant verlaagd, en er was geen enkele dag overgangsperiode. Nu moet ik hier van uw partij het verwijt krijgen dat wij een achterstand hebben opgelopen doordat wij wel een overgangsperiode van drie maanden hebben ingesteld. Dat vind ik eigenlijk wel een klein beetje kort door de bocht.
Mevrouw Hostekint heeft het woord.
Minister, ik ben uiteraard content dat u daarvoor maatregelen gaat nemen. Ik heb dat daarnet niet anders gezegd. Maar als men mij hier vraagt wat ik eigenlijk wil komen bewijzen en waar nu eigenlijk het probleem zit, dan zeg ik, mijnheer Engelbosch, dat dat nu net het probleem is: dat men dat nooit als een probleem ervaart. Men kan blijkbaar niet begrijpen dat er mensen zijn wier budgettaire ruimte zo beperkt is wanneer ze een investering en een renovatie doen, dat zij op dat geld rekenen. En als dat dan zoveel maanden langer duurt doordat er een hele administratieve periode over gaat, dan betekent dat voor die mensen wel degelijk een aderlating en brengt hen dat wel degelijk in de problemen. Ik word daar onnozel van, dat dat hier iedere keer op dezelfde manier wordt gezegd: ‘Wat is hier eigenlijk het probleem?’ Het is niet omdat het voor u geen probleem is wanneer u een verbouwing doet aan uw woning en zoveel maanden moet wachten, dat er geen mensen zijn in financiële situaties die dat geld heel hard nodig hebben en die daar wel degelijk op rekenen en voor wie het wel degelijk een probleem is dat ze het niet krijgen binnen de vooropgestelde termijnen of dat ze een hele tijd moeten wachten op de aanvraag en het geld waarop ze recht hebben. Als u dat ‘van een mug een olifant maken’ noemt, voor mij niet gelaten, maar ik wil u er toch wel eens op wijzen dat dat voor heel veel mensen een heel belangrijk deel van de investering betekent en dat het voor heel veel mensen over heel belangrijke en substantiële bedragen gaat.
Minister, u kunt natuurlijk blijven verwijzen naar het verleden, maar u gaat dit probleem hier vandaag niet oplossen. (Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
Komaan. Deze regering is ondertussen tweeënhalf jaar bezig. We zijn halfweg de legislatuur. We kunnen blijven verwijzen naar het verleden. Jullie maken vandaag de regering uit. U bent vandaag minister. Het is uw verantwoordelijkheid.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.