Report meeting Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting
Report
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Minister, tijdens de commissievergadering van 27 oktober 2015 van deze commissie bespraken wij de feitelijke werking van de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL) met betrekking tot de administratieve standpunten en toleranties. U hebt toen verwezen naar de luisterbereidheid en de bereidheid van VLABEL om te komen tot structurele oplossingen. Uzelf hebt in deze commissie, en ook bij diverse besprekingen met betrokkenen, blijk gegeven van deze luisterbereidheid en het werken met een voortschrijdend inzicht.
Tijdens de commissievergadering van 27 oktober 2015 hebben we enkele concrete gevallen besproken, waarbij er door belastingplichtigen en hun adviseurs vragen werden gesteld omtrent de standpunten, zoals die op dit ogenblik door VLABEL worden ingenomen.
Ik verwijs naar uw uitgebreid antwoord van toen, op mijn vraag om uitleg 325 (2015-2016): “Ten eerste: ja, men neemt soms standpunten in die niet exact dezelfde zijn als de FOD Financiën, maar vaak zijn het ook gewoon versoepelingen. Het antwoord op de tweede vraag is hetzelfde als het eerste antwoord. Ten derde: ik ben het met u eens dat het uiteraard het Vlaams Parlement is die de wetgeving moet aanpassen. We staan altijd open voor constructieve aanpassingen in de wetgeving. Ten vierde: je kunt interpretatieve vragen stellen. Er kunnen rulings worden aangevraagd. Er kan bezwaar worden ingediend. Men kan zich wenden tot de klachtendienst of de ombudsman. Men heeft ook rechtbanken, al hoop ik dat die laatste optie slechts heel weinig wordt gebruikt. Het is vooral belangrijk dat ik nogmaals zeg dat, als er punctuele zaken zijn die moeten worden uitgeklaard en in een normale fase zitten van transitie van een bevoegdheid van het federale niveau naar Vlaams niveau,” – en dan komt het – “ik er altijd voor open sta om bij te sturen.” U hebt ook gezegd: “Als er nood blijkt aan een meer diepgaand gesprek, dan kan dat.”
In de tweede helft van 2015, ergens in november als ik me niet vergis, hebt u diverse besprekingen gehouden met praktijkspecialisten die juridische bezwaren hebben geuit met betrekking tot de standpunten van VLABEL. Als gevolg hiervan hebt u met deze praktijkspecialisten een werkwijze afgesproken om tot een oplossing te komen voor deze concrete problemen. Ondanks het feit dat u toezeggingen hebt gedaan met betrekking tot de werkwijze, mochten deze praktijkspecialisten geen enkele reactie van u of van uw kabinet meer ontvangen. De door mij geschetste problematiek in mijn hogergenoemde vraag om uitleg van 27 oktober 2015 blijft ook onveranderd.
Meer nog: ik verwijs naar het significante aantal standpunten die op de website van VLABEL worden gepubliceerd en die vervolgens moeten worden bijgesteld omdat ze blijkbaar toch niet juist blijken, en dit nog los van het feit dat een ander significant aantal standpunten onjuist zijn maar niet gewijzigd worden bij gebrek aan protest. Minister, u weet dat de rechtsleer hieromtrent steeds uitgebreider wordt. Ik moet vaststellen dat de mensen die met deze problematiek worden geconfronteerd, ook moedelozer worden omdat ze geen reactie ontvangen.
Minister, kunt u uiteenzetten waarom er geen gevolg meer wordt gegeven, en dit ondanks aandringen, aan de toezeggingen aan de praktijkspecialisten om een onderhoud te hebben met VLABEL om concrete gevallen uit te klaren en om de juridisch-fiscale gevolgen van reeds gepubliceerde standpunten van VLABEL te bespreken? Bent u bereid een vergadering met praktijkspecialisten te houden om onduidelijkheden en eventuele tegenstrijdige standpunten uit te klaren?
Bent u bereid om bij te sturen, zoals u hebt gesteld in uw antwoord van 27 oktober 2015? Of bent u van oordeel dat de enige manier waarop onenigheden tussen belastingplichtigen en praktijkspecialisten kunnen worden opgelost erin bestaat om interpretatieve vragen te stellen, rulings aan te vragen, bezwaar in te dienen, een beroep te doen op de klachtendienst, de ombudsman of de rechtbank? Op welke manier zult u er werk van maken dat een einde wordt gemaakt aan de bestaande onenigheid omtrent de standpunten van VLABEL?
Voorziet u in een werkwijze om te vermijden dat een aantal standpunten op de website van VLABEL worden gepubliceerd, die vervolgens moeten worden bijgesteld omdat ze blijkbaar toch niet juist zijn, en dit nog los van het feit dat een ander significant aantal standpunten onjuist zijn maar niet gewijzigd worden bij gebrek aan protest, terwijl de rechtsleer hieromtrent steeds uitgebreider wordt?
Minister Turtelboom heeft het woord.
We hebben inderdaad over de standpunten van VLABEL al een gedachtewisseling gehouden op 27 oktober. U hebt toen drie concrete voorbeelden aangehaald van wat volgens u een breuk met het verleden is. Ik overloop ze even, om dan nadien een conclusie te trekken.
Eerst was er de Federal Estate Tax. VLABEL heeft inderdaad aanvankelijk het standpunt ingenomen dat deze geen schuld van de erflater was maar wel van de erfgenamen. Een schuld van de erfgenaam is geen passief van de nalatenschap.
Op 9 november 2015, na uw vraag in de commissie, heeft VLABEL dit standpunt herzien. Net als de Britse inheritance tax, wordt de Amerikaanse federal estate tax beschouwd als een schuld van de nalatenschap en niet als de schuld van iedere erfgenaam afzonderlijk. Dankzij uw vraag werd die kwestie dus goed nagekeken. Ik maak van de gelegenheid gebruik om begrip te vragen voor VLABEL, die nu voor heel veel zaken een eerste interpretatie moet doen.
U hebt toen ook verwezen naar een standpunt in verband met de rechtsfiguur van de fideicommis de residuo. Dit zou, zo blijkt uit navraag bij VLABEL, op een misverstand berusten. U omschrijft het als een terugkeer van wat na de eerste schenking overblijft naar de eerste schenker. Dit is echter geen fideicommis, maar een andere rechtsfiguur. Mocht u het over dit standpunt hebben, dan hoop ik dat die onduidelijkheid bij deze is rechtgezet.
Het derde voorbeeld betrof de levensverzekeringen. Er worden inderdaad vragen gesteld bij een aantal standpunten van VLABEL over de gevolgen van een levensverzekering op het vlak van de erfbelasting. Ik heb daarover in november op mijn kabinet overleg gepleegd met enkele specialisten en een aantal experts van VLABEL. Dat overleg is nog niet afgerond. De kwestie van een levensverzekering tot waarborg van een conventionele terugkeer na een schenking werd intussen uitgeklaard. Daarover werd recent een bijdrage gepubliceerd van Paul Van Eesbeeck in de Fiscoloog. Zijn conclusie op 17 februari jongstleden luidde dat “de hemel verder opklaart”. Het overleg werpt dus zijn vruchten af.
Over de kwestie van de verzekeringsgiften is met de experts overlegd. We zullen daar wellicht nog op terugkomen. Vorige zaterdag verscheen in De Tijd ook een bijdrage over het omgekeerd duo-legaat. VLABEL had daarover een volgens sommigen controversieel standpunt ingenomen. Onder invloed van recente rechtspraak heeft VLABEL dat standpunt bijgesteld. Ik lees nu dat alle kopzorgen van de betrokkenen van de baan zijn.
We plegen regelmatig overleg met praktijkspecialisten, academici en beroepsgroepen om eventuele ongewenste effecten op te vangen. Het notariaat is bijvoorbeeld een evidente partner. Ik heb alle vertrouwen in de expertise van VLABEL, die maximaal wordt ingezet voor een correcte en gelijke toepassing van de bepalingen uit de Vlaamse codex fiscaliteit.
U vraagt of ik bereid ben om bij te sturen. Naast de voorbeelden van de federal estate tax en van de levensverzekeringen is er de bijsturing van de nieuwe circulaire anti-misbruikbepaling, met zowel een witte als een zwarte lijst van verrichtingen. Dat werd in februari van vorig jaar in de commissie besproken. VLABEL past nog tijdelijk de federale tolerantie toe bij vervreemdingen die een causaal verband vertonen met een aankoop tegen klein beschrijf. Dit werd uitgebreid besproken in de commissie in juni van vorig jaar. Ook de EOT die niet per definitie als overmacht werd gekwalificeerd, is bijgesteld. Dit is van belang voor het behoud van het klein beschrijf. We hebben een lijst gepubliceerd van omstandigheden die leiden tot kwijtschelding van belastingverhoging wegens laattijdige indiening. Een aantal van deze voorbeelden moeten decretaal geregeld worden.
Ik ben het met u eens dat we de vinger aan de pols moeten blijven houden. Wat niet juist, onduidelijk of onvoldoende gemotiveerd is, daarop moet gewerkt worden. Ik dank u voor uw vragen die, naast ons eigen overleg met de sector, leiden tot betere resultaten.
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw uitgebreid antwoord. U hebt inderdaad verschillende casussen aangehaald waarin op basis van voortschrijdend inzicht VLABEL op een bepaald ogenblik tot een andere beslissing is gekomen dan de beslissing die ze eerst had genomen. We kunnen vaststellen dat VLABEL aanvankelijk een onvolledige beslissing heeft genomen en daarna heeft bijgestuurd. Ik heb alle begrip voor de situatie van VLABEL en voor het feit dat het niet eenvoudig is om alles onmiddellijk helemaal juist te doen.
Het was vandaag niet mijn bedoeling om elke casus opnieuw te overlopen, want zoals u weet, zijn er nog diverse casussen hangende. Waar het mij vooral om gaat, is de werkwijze, om in de toekomst te vermijden dat er een publicatie komt, waarvan de rechtspraktijk of de belastingplichtige vindt dat dit niet meer kan. Ik heb gevraagd om ofwel op voorhand een debat op tegenspraak daarover te organiseren, dan wel naderhand een soort verzetsprocedure daartegen mogelijk te maken. Keer op keer wordt na de publicatie op de website dit als een wet aanzien waardoor de belastingplichtige meent dat hij gedwongen wordt een procedure voor de rechtbank op te starten. Er moet dus in de eerste plaats vermeden worden dat er nog foutieve publicaties gebeuren, die dan moeten worden bijgestuurd. Ten tweede moet er eventueel een mogelijkheid zijn om verzet aan te tekenen. Een derde punt, dat van groot belang is en waarover u mij gelijk zult geven, is dat er in november afspraken zijn gemaakt. Er is toen gezegd dat daarover verder zou worden gepraat.
We hebben nog al afspraken gemaakt over het oplossen van die problemen, maar er werd geen gevolg gegeven aan de belofte om met die mensen aan tafel te gaan zitten om de huidige problemen op te lossen. Diverse problemen zijn nog hangende. Bent u bereid om opnieuw met die mensen – u weet over wie ik het heb – aan tafel te gaan zitten?
Of zegt u: 'Zolang ik niet aan tafel zit, moet men maar naar de rechtbank stappen?' Dat zou ik niet aanraden. Diverse standpunten worden op dit ogenblik, mijns inziens terecht, afgebroken door de rechtsleer. Er wordt gezegd: 'Dit klopt toch niet, we willen daarover een gesprek.'
Ik zou willen aandringen op een procedure om dit in de toekomst te vermijden en om een verzetsmogelijkheid toe te laten. En ik wil ook pleiten voor een navolging van de belofte die aan die mensen is gedaan: ga ermee aan tafel zitten, zorg ervoor dat de problemen opgelost geraken. Het zijn er immers nog heel wat, we kunnen ze niet geval per geval in deze commissie bespreken, want dan zouden we hier elke week zitten, wellicht met ons tweeën, en dat is ook niet gezellig – of misschien juist wel.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het antwoord. In het algemeen zou ik het volgende willen zeggen over de fiscale wetgeving en de decreten. De politiek moet haar werk doen in het parlement via de decreten, parlementaire vragen en dergelijke meer. Het is aan de administratie om ze toe te passen, te interpreteren en uit te voeren op een manier die gelijk is voor alle belastingplichtigen. Dat is haar eerste taak.
Daarbij is het belangrijk om dat te doen in alle onafhankelijkheid en volledig los van bepaalde concrete dossiers. VLABEL werkt veel meer gecentraliseerd dan de FOD Financiën. Dat heeft het voordeel dat hij tot een veel gelijkere behandeling kan overgaan. De gescheiden taakverdeling moeten we ook goed gescheiden houden. Wij bepalen de fiscale regels en het spelkader. VLABEL moet de wetten uitvoeren op een manier die gelijk is voor elke belastingplichtige. Het is belangrijk om dat in dit dossier nog eens te herhalen.
Als VLABEL bepaalde standpunten inneemt die afwijken van vroeger, dan hoeft dat op zich niet abnormaal te zijn. Als men het dan toch abnormaal zou vinden, dan is er een heel arsenaal aan mogelijkheden die in het bijzonder door de decreetgever bepaald zijn om dat al dan niet te betwisten, te corrigeren, om er opmerkingen over te maken of om er parlementaire vragen over te stellen, zoals de heer Lantmeeters doet. Er zijn ook rulings, bezwaarprocedures en men kan naar de ombudsman gaan. In het extreme geval dat er een standpunt zou zijn ingenomen contra legem, kan men, ‘ultimum remedium’, naar de rechterlijke macht stappen.
Ik vind het belangrijk om in dit dossier nog eens goed de principes scherp te stellen. De bezorgdheid die we zeker delen, is dat er rechtszekerheid moet zijn. Ik heb ook een schriftelijke vraag ingediend om transparantie te krijgen over de procedure met betrekking tot het bepalen van de standpunten van VLABEL. Daar moet duidelijkheid over komen.
Ik herhaal nog een laatste keer dat we moeten waken over de gescheiden taakverdeling, over de onafhankelijkheid en over de rechtszekerheid. We moeten ervoor zorgen dat de politiek zich bezighoudt met haar taak en VLABEL met zijn deel van het werk. Die twee mogen niet vermengd geraken. Dit standpunt wilde ik nog eens duidelijk naar voren schuiven in deze materie. Het is van groot belang om te onderstrepen wat de algemene principes zijn met betrekking tot de fiscale wetgeving.
De heer Schiltz heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, ik wil de toch wel onheilspellende berichten van de heer Lantmeeters ietwat nuanceren. Er is wel degelijk op gezette tijdstippen al gehoor gegeven aan de bezorgdheden vanuit het werkveld. U herinnert zich de aanpassingen die we gedaan hebben naar aanleiding van de miserietaks. Ook wat betreft de erfrechten hebben we een aantal aanpassingen doorgevoerd.
Het is een praktijk die niet nieuw is. Ik herinner me dat er ook in het federaal parlement een aantal vragen over werden gesteld aan de minister. Het is een beetje eigen aan fiscaliteit. Er is het systeem van de rulings dat probeert om een deel van de casuïstiek te objectiveren. Dat is goed, maar af en toe blijven er hiaten over. En dan is het aan de politiek om er haar licht over te laten schijnen. Ik vind het niet zo slecht dat dit hier in het parlement gebeurt. Als decreetgever hebben we er onze zeg in.
Het is een zaak die continu aan evaluatie onderhevig zal zijn. Ik meen dat het ondertussen de goede kant uit gaat. Voor de rest sluit ik me aan bij de opmerkingen van de collega’s.
De heer Bertels heeft het woord.
Voorzitter, ik sluit me aan bij de algemene principes die de heer Van Rompuy verwoordde. We moeten iedereen gelijk behandelen, zeker de belastingplichtigen. En we moeten de ‘administratie’ onafhankelijk laten uitvoeren wat ze moet uitvoeren met betrekking tot de decreten die wij hier goedkeuren.
Het is in dezen absoluut goed dat VLABEL als uitvoerende instantie overleg pleegt over de administratieve standpunten met de praktijkspecialisten, of standpunten aftoetst bij de rechtsleer, en dus nagaat wat rechtspraak is. Dat lijkt me de normale werking van een administratie die de decreten moet uitvoeren. Dat moet in alle transparantie gebeuren, ook als er wijzigingen van standpunten komen.
Ik zeg niet dat de heer Lantmeeters die richting uit wil gaan, maar het is niet de bedoeling dat hier individuele casussen zullen worden besproken en dat ter zake administratieve standpunten worden aangepast. Als ik zoiets hoor, word ik een beetje ongemakkelijk. Laten we alstublieft vermijden dat we in de richting gaan van rulings in achterkamertjes. Laten we ervoor zorgen dat de administratieve standpunten transparant zijn, voor iedereen duidelijk zijn en rechtszeker zijn.
Laat ons niet aan achterkamerpolitiek doen over individuele casussen en aparte administratieve standpunten innemen. Dat lijkt me absoluut geen goed beleid.
Minister Turtelboom heeft het woord.
VLABEL werkt hard. Er is veel overleg. Vanuit het federale niveau was het immers niet altijd duidelijk wat het gemeenschappelijke standpunt was van alle regionale kantoren. De federale ambtenaren werden beschouwd als een rechter in eerste aanleg die, afhankelijk van het gerechtelijk arrondissement, op de ene plaats zo besliste en op de andere plaats zus. Daarom zette het administratieve standpunt van VLABEL zich automatisch af tegen het federale standpunt. Soms is dat wel mogelijk, maar in een aantal gevallen is het niet zo duidelijk, vandaar dat VLABEL verder ging op wat ze dachten zoals het federaal werkte, maar na verloop van tijd komen er andere voorbeelden naar boven.
Ik vind het zelf ook bijzonder belangrijk dat VLABEL gecentraliseerd werkt. Alle standpunten staan ook op de website. Een aantal standpunten van de federale overheid waren eigenlijk niet gekend en onduidelijk.
Ik vind het van belang dat VLABEL veel overleg pleegt met de stakeholders om na te gaan of er nieuwe evoluties zijn en of ze zich daar moeten aan aanpassen. We zitten nog volop in de transitieperiode, maar dat is nu aan het verbeteren.
Belangrijk is dat VLABEL een eigen interpretatie heeft. De miserietaks is er gekomen op basis van een vraag die gesignaleerd werd in de commissie en we hebben een aanpassing gedaan. Welnu, als ik als minister of jullie als parlementsleden bijvoorbeeld vinden dat het interpretatief fout zit, dan moet er een decretale aanpassing gebeuren.
Belangrijk is dat er uniformiteit is voor heel Vlaanderen. Dat was vroeger niet het geval. Belangrijk is ook dat er veel wordt overlegd om te kijken of hun standpunten matuur zijn, maar ze moeten zich natuurlijk ook aanpassen. Soms bewandelen vermogensplanners een bepaalde piste waar nog geen uitspraak over is, dan moet er heel snel een duidelijk standpunt worden ingenomen.
Na verloop van tijd zullen we automatisch in rustiger vaarwater komen. Op federaal niveau was er ook altijd een debat over de interpretaties op de ene of de andere plaats. Nu hebben we het grote voordeel dat het op de website staat en dat het in heel Vlaanderen op dezelfde manier wordt toegepast. In die zin zijn de vragen die hier worden gesteld heel belangrijk. Als er zaken zijn waar onduidelijkheid over bestaat als er problemen zijn over de interpretatie, dan moeten we via parlementaire weg kunnen debatteren over de standpunten van VLABEL.
We doorlopen een eerste belangrijke fase. Een aantal standpunten waren evolutief. We hebben echter geen federale map gekregen met alle standpunten die over heel België worden ingenomen. Sommige waren gekend via de website, maar een aantal ook niet of er zaten achterliggende interpretatieverschillen in. Belangrijk is dat dit er nu uit gefaseerd is.
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Voor alle duidelijkheid, het is helemaal niet mijn bedoeling om hier geval per geval te bespreken. Het is de bedoeling de reglementering, het decreet voor iedere belastingplichtige gelijk te krijgen. Het is niet de bedoeling aan achterkamerpolitiek te doen. Het is niet de bedoeling van de politiek zich te bemoeien met VLABEL, maar we mogen wel signaleren wanneer VLABEL beslissingen publiceert die in strijd zijn met het decreet. Dan is het aan de politiek om te zeggen dat er een oplossing moet worden gevonden.
Waar het mij ook om gaat, en waar ik geen antwoord meer op krijg, is het volgende. Wat is er in november gezegd tegen de praktijkmensen? 'We hebben hier nog heel wat dossiers liggen, we gaan met u verder praten, stuur ons uw problemen op.' Als die mensen dan niet meer gehoord worden, dan mag ik toch vragen of u bereid bent om met die mensen te praten, zoals u beloofd hebt, ook aan mij? Ik krijg daar geen antwoord op.
U zegt dus dat u die belofte wel gedaan hebt in november, maar dat u het niet meer gaat doen. Is dat wat ik moet gaan zeggen tegen die mensen? 'De belofte is gemaakt, maar helaas zullen we moeten gaan procederen.' Als u zegt dat u er niet meer mee gaat praten, dan is het voor mij duidelijk. Dan moet ik zeggen: rechtsleer, je hebt je werk gedaan. Helaas zal er dan iemand naar de rechtbank moeten stappen, als die met de rechtsleer akkoord is en niet met de beslissing van VLABEL.
Daarom heb ik in mijn vraagstelling uw antwoord van 27 oktober 2015 opgenomen, waarin u zegt: “Ik ben bereid om verder te praten. Ik sta altijd open om bij te sturen. Als er nood blijkt aan een meer diepgaand gesprek, dan kan dat.” Ik vraag u gewoon of er gevolg kan worden gegeven aan die toezegging van oktober aan mij. Kan er gevolg gegeven worden aan de vraag van de rechtspraktijk, die toegegeven is in november?
Minister Turtelboom heeft het woord.
Ik wil daar twee dingen aan toevoegen. Soms is het niet zo duidelijk wat de wetgever zegt. Ik verwijs bijvoorbeeld naar de verzekeringsgiften. Als je de Vlaamse Codex Fiscaliteit bekijkt, moet je die samen lezen met andere wetten. Het is dus niet altijd zo zwart-wit te zeggen hoe het geïnterpreteerd moet worden.
U vroeg ook of ik nog samenzit met die mensen. We zien uit die groep van mensen deze week nog twee mensen. VLABEL is nog altijd aan het kijken of die interpretatie helemaal juist zit of niet, en op welke manier die dan moet worden bijgesteld. In die zin ben ik het eens met wat u zegt, collega Lantmeeters. Ik heb uw vraag ook niet geïnterpreteerd in termen van willekeur of politieke druk. Je zit gewoon met een volledig nieuwe bevoegdheid die je overneemt. Je moet interpretaties doen, uniform voor Vlaanderen, en dat geeft wat discussies. En VLABEL heeft het goed in handen genomen om in overleg te gaan met de mensen die discussies hebben, om te kijken of de opmerking wel of niet terecht is.
Ik wil gewoon nuanceren. Het is niet altijd zo zwart-wit. Soms moeten verschillende wetten samen gelezen worden. En ja, ze zijn nog in overleg, daarom niet altijd met de hele groep samen, maar soms met anderen individueel. Over het ene dossier zijn ze ook in overleg met Assuralia, om te bekijken op welke manier dat goed kan worden uitgepraat en desgevallend bijgestuurd.
Het is voor hen soms ook gewoon niet duidelijk hoe in het verleden sommige dingen geïnterpreteerd werden. Soms hadden ze informatie van één federaal gedecentraliseerd kantoor, maar bleek het dan op vijf andere plaatsen anders geïnterpreteerd te worden. Dat is een zoekproces, dat met heel die transitiefase te maken heeft.
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Ik wil er nog op aandringen dat u toch eens zou nadenken over een procedure die transparant is, om dat in het vervolg te vermijden. U zegt dat u vandaag met twee personen spreekt en volgende week met drie andere. Dan kan inderdaad de indruk ontstaan waarover collega Bertels het had. Dat zou ik ook niet willen.
Ik zou willen dat u eens nadenkt over een procedure. Dat is wat iedereen op dit ogenblik vraagt. Ik sta met beide voeten in die praktijk. Er zijn heel veel mensen die dat vragen. Ik vraag u een procedure. (Opmerkingen van Willem-Frederik Schiltz)
De vraag om uitleg is afgehandeld.