Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
Mevrouw Soens heeft het woord.
Het regeerakkoord vermeldt dat deze Vlaamse Regering de doorgedreven flexibilisering in het hoger onderwijs zal aanpakken. In Onderwijsdecreet (OD) XXV stonden al enkele aanpassingen om de negatieve gevolgen ervan aan te pakken. Zo werd de grens om bindende studiemaatregelen op te leggen, naar 60 procent verhoogd en ook de instellingen zelf zijn druk bezig met hun examenreglementen te wijzigen.
Studenten verliezen bij het heroriënteren vaak tijd met het wachten op examenresultaten. De resultaten van de examens die in januari werden afgelegd, worden vaak pas eind februari ter kennis gebracht aan de studenten. De VUB lanceert nu een initiatief om reeds tijdens de examenperiodes examenresultaten online beschikbaar te maken. Of het daadwerkelijk gebeurt, hangt af van de invoer door de titularis en het doorboeken ervan door de faculteit. De resultaten zijn bovendien geen officiële resultaten, want die worden uiteraard pas bekendgemaakt op de proclamatie.
Een vroegere bekendmaking van examenresultaten kan een positieve invloed hebben op de heroriëntatie van studenten, aangezien ze daarvoor dan gebruik kunnen maken van de intersemestriële vakantie en dan nog niet begonnen zijn aan het tweede semester.
Minister, wat vindt u van dit initiatief? Is dit voor uitbreiding vatbaar bij de andere instellingen van het hoger onderwijs? Bent u van mening dat dit initiatief een invloed kan hebben op een betere heroriëntering van studenten?
Mevrouw Brusseel heeft het woord.
Ik heb mij over deze werkwijze geïnformeerd. Op de VUB kunnen de studenten nu al bepaalde zaken consulteren. Via hun account op ‘My VUB’ kunnen ze hun punten zien. De titularis van het vak geeft de punten in op een databank. Bijgevolg kunnen de studenten daar vrij snel een zicht op hebben. De mededeling die erbij komt, is uiteraard dat de punten indicatief zijn. Het voordeel van deze aanpak is dat er snel fouten of bugs kunnen worden gedetecteerd. Een student is op die manier soms – vaak ook niet – op de hoogte van zijn cijfers, en kan zo een inschatting maken. Als er bijvoorbeeld ten onrechte staat dat hij afwezig was, of er staat een sterke onvoldoende waar de student vond dat het examen goed verliep, dan wordt dat snel opgelost. Dat is wel handig. De puntenlijsten zijn niet rechtsgeldig op dit moment. Maar het is wel handig. Ik kijk uit naar de evaluatie van dit initiatief en hoe het verder gebruikt kan worden.
Mevrouw Krekels heeft het woord.
Zonder mij uit te spreken over het initiatief, vind ik dat dit toch nog altijd iets is van de autonomie van de instellingen zelf. Ik wil toch een kleine kanttekening maken omdat ik niet vind dat het beslissen van het al dan niet vroeger bekendmaken van punten zou mogen afhangen van of bepaald worden door een eventuele heroriëntering. Studenten die aan de examens meedoen, hebben wel een gevoel of het goed of minder goed is gegaan. Zij kunnen voor zichzelf wel de kanttekening maken of zij zich daar al dan niet voor 100 procent voor hebben ingezet. Wanneer de inzet er niet geweest is, en derhalve misschien ook de interesse niet, dan zou die heroriëntering daarvan af moeten hangen in plaats van van het al dan niet vroeger bekendmaken van de punten. Als dit systeem al dan niet wordt ingevoerd, kan de redenering niet zijn dat dit moet om heroriëntering van studenten mogelijk te maken. Dat zou toch een andere discussie moeten zijn.
Minister Crevits heeft het woord.
Met het decreet van 21 maart 2014 tot aanpassing van enkele hogeronderwijsbepalingen die de organisatie en controle van het onderwijs faciliteren en de plan- en implementatielasten verminderen, kortweg het Vereenvoudigingsdecreet, was het de bedoeling om de complexiteit rond de bevoegdheden van de verschillende examencommissies weg te schrijven. In de nieuwe regelgeving is het zo dat de docent de examenresultaten voor een bepaald opleidingsonderdeel vastlegt en niet langer de examencommissie. Formele examencommissies zijn enkel nog vereist in bijzondere omstandigheden, bij deliberaties en in voorkomend geval bij het toekennen van graden. Dat wil dus zeggen dat de instelling de scores van studenten in feite onmiddellijk kan bekendmaken en studenten dus sneller kunnen inschatten waar ze aan toe zijn en eventueel sneller de keuze kunnen maken om te heroriënteren.
Het initiatief van de VUB is dus mogelijk dankzij het Vereenvoudigingsdecreet en positief als het de student sneller zicht doet krijgen op zijn of haar situatie. Ik neem aan dat de VUB daarbij zal opletten dat het gaat om stabiele en correcte resultaten. Ook moet de universiteit erover waken dat de communicatie naar de studenten vlekkeloos verloopt. Zij hebben immers baat bij snelle duidelijkheid, maar zitten niet te wachten op een hoop extra stress of onzekerheid tijdens de examenperiode. Het is ook best dat het examenreglement goed aangeeft wanneer en hoe de resultaten beschikbaar worden. Het concreet bepalen van die modaliteiten behoort tot de autonomie van elke instelling.
Studenten zijn – toch meestal – volwassen mensen van wie we mogen verwachten dat ze hun situatie een beetje kunnen inschatten en dat ze hun opties kunnen afwegen. Snelle en duidelijke informatie over hun resultaten kan hen daarbij helpen. Zolang ze die informatie niet hebben, beschikken ze eigenlijk niet over een goede basis om eventueel te kiezen voor de overstap naar een andere opleiding. In sommige gevallen kan een snelle feedback studenten wel degelijk helpen om betere keuzes te maken. Niet onbelangrijk: die snelle feedback kan ook positief zijn en bijvoorbeeld een onterecht slecht gevoel na een examen corrigeren en de student in kwestie opnieuw motiveren. Het kan variëren van student tot student, en ook hoe die daar dan mee omgaat.
Studenten hebben recht op begeleiding: ze moeten altijd de kans hebben om over hun resultaten terug te koppelen naar bijvoorbeeld het monitoraat of de studiebegeleiding. Het zal dus altijd zoeken zijn naar een evenwicht tussen snelle feedback en goed overdacht advies omtrent de studieloopbaan. Maar dat lijkt me nu eenmaal eigen aan het evenwicht dat moet worden gevonden en waar zowel studenten als instellingen steeds naar moeten zoeken in het omgaan met examens en resultaten.
Mevrouw Soens heeft het woord.
Dank u, minister, voor uw antwoord. Het is inderdaad positief dat studenten op die manier sneller zicht hebben op waar ze aan toe zijn. Het moet uiteraard niet gebruikt worden voor een heroriëntatie, maar het kan een student wel helpen, zeker als dat voor de intersemestriële vakantie gebeurt, waardoor ze toch wel extra tijd hebben om op zoek te gaan naar een alternatief.
Het is belangrijk dat u zegt dat er een evenwicht moet zijn tussen de snelle feedback en correcte informatie. We willen natuurlijk niet dat studenten keuzes gaan maken op basis van informatie die dan later niet juist blijkt te zijn.
Ik hoop dat ook andere universiteiten willen overwegen om het voorbeeld van de VUB te volgen, zodat studenten in elke instelling vlugger zicht krijgen op hoe hun examens zijn geweest.
De vraag om uitleg is afgehandeld.