Verslag vergadering Commissie voor Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering en Stedenbeleid
Verslag
De heer Wouters heeft het woord.
Naast nieuwkomers zijn ook bedienaars van erediensten verplicht een inburgeringstraject te volgen. Het gaat om bedienaars van erkende erediensten in plaatselijke kerk- en geloofsgemeenschappen die door de Vlaamse overheid zijn erkend op basis van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten. Dat zijn de door de bisschop aangestelde verantwoordelijke van de parochie voor de rooms-katholieke eredienst en zijn vervanger, de predikant voor de protestantse eredienst en zijn vervanger, de bedienaar van de eredienst voor de anglicaanse eredienst en zijn vervanger, de rabbijn voor de Israëlitische eredienst en zijn vervanger, de kerkbedienaar en zijn vervanger voor de orthodoxe eredienst, de eerste imam en zijn vervanger voor de islamitische eredienst.
Bedienaars van erediensten hebben een inburgeringsplicht vanwege hun voorbeeldfunctie binnen hun geloofsgemeenschap. Ze vormen vaak een aanspreekpunt en contactpersoon bij wie gelovigen te rade gaan. Hun positie binnen de geloofsgemeenschap vereist kennis van en inzicht in de samenleving.
Uit het antwoord op schriftelijke vraag 73 van 14 oktober 2014 bleek dat er 21 bedienaars van een islamitische eredienst en 2 bedienaars van een orthodoxe eredienst verplicht waren om een inburgeringscursus te volgen.
Minister, op 3 juni 2015 kondigde u aan dat u in het kader van het Vlaamse actieplan tegen radicalisering in de loop van volgend jaar een pilootproject wilt starten waarbij maatschappelijke oriëntatie (MO) en Nederlands aangeboden worden aan alle imams, ook de imams van niet-erkende moskeeën.
Minister, hebt u al een idee waar en wanneer het pilootproject zal plaatsvinden? Zo niet, wat is de timing hiervan?
Het is waarschijnlijk niet mogelijk om deze inburgering verplicht te maken bij niet-erkende moskeeën of meer algemeen niet-erkende kerk- of geloofsgemeenschappen. Hoe zult u de inburgering promoten bij deze doelgroep?
De heer Kennes heeft het woord.
Minister, het is goed dat u mee uitvoering geeft aan een aspect uit het voorstel van resolutie die een meerderheid van dit Vlaams Parlement heeft goedgekeurd als besluit van de voorlopige werkzaamheden van de Commissie voor de bestrijding van gewelddadige radicalisering. Een van die aspecten is de vorming van de imams, een punt dat al jaren op de agenda van het parlement staat en ook regelmatig terugkomt. We hebben in ons land nog altijd geen goede vorming van imams. Velen gaan nog altijd in het buitenland studeren, wat op zich niet noodzakelijk een probleem is. Sommigen worden hier echter geïmporteerd en hebben heel weinig kennis van de samenleving. Minister, hoe zult u de imams contacteren van de niet-erkende moskeeën? Ik ken er zelf ook wel een aantal maar die staan niet ergens opgelijst. Daar bestaan bij mijn weten ook geen lijsten van.
Er zijn ook strekkingen binnen de islam die soms door de islam zelf niet worden erkend. Welke inspanningen kunt u doen om die ook allemaal te bereiken?
Wanneer men een initiatief neemt ten aanzien van bedienaars van de eredienst die van buiten ons land komen, is het belangrijk dat alle erediensten op dezelfde manier worden behandeld om te voorkomen dat een of andere eredienst zich geviseerd voelen. Ik heb contacten met een aantal mensen van de anglicaanse kerk die enkel Engels spreken en een vertaler nodig hebben om te kunnen deelnemen aan vergaderingen. Ook binnen de joodse gemeenschap zijn er bedienaars die het Nederlands niet zo goed kennen. Dat geldt trouwens ook voor nog andere erediensten. Minister, hoe zult u alle erediensten daarbij betrekken? Hoe zult u dat aanpakken met de niet-erkende moskeeën? Ik ben daar zeker niet tegen, maar ik heb wel vragen bij de manier van aanpakken.
Mevrouw Pira heeft het woord.
Minister, ik wil net als de vorige spreker verwijzen naar het voorstel van resolutie wanneer het gaat over de imamopleiding. Daarin staat onder meer dat zo’n opleiding noodzakelijk is en dat de geloofsgemeenschappen die zelf moeten organiseren en uitwerken. De overheid kan wel faciliterend optreden. Er werd meer concreet verwezen naar het eventueel linken van imamopleidingen aan bestaande initiatieven in Antwerpen, Leuven en Gent. Minister, hebt u daar al meer nieuws over? Zijn er stappen vooruit gezet? Ik veronderstel dat die imamopleidingen in een stroomversnelling zijn terechtgekomen na de discussie over het voorstel van resolutie over deradicalisering.
Minister Homans heeft het woord.
Mevrouw Pira, u moet uw vraag aan minister Crevits stellen, die bevoegd is voor het onderwijs.
Mijnheer Kennes, ik ben het absoluut met u eens dat alle erediensten over dezelfde kam moeten worden geschoren. U geeft zelf het voorbeeld van een bedienaar van de anglicaanse kerk. Het lijkt me dan redelijk normaal dat het in dat geval gaat over iemand uit Engeland of Ierland of toch uit een land dat tot de Europese Unie behoort.
Wij hebben een verplichte inburgeringscursus die geldt voor alle derdelanders. Europa verbiedt ons om mensen van binnen Europa te verplichten om een inburgeringscursus te volgen. Het kan dan gaan over iemand uit Duitsland die naar Vlaanderen komt om hier imam te worden, of om welke bedienaar van welke eredienst dan ook. Wij kunnen hen niet tot zo’n inburgeringscursus verplichten wanneer zij van binnen Europa komen.
Er is wel een inburgeringsplicht voor imams. Het gaat dan enkel over de erkende erediensten. Op de niet-erkende erediensten heeft de Vlaamse overheid geen toezicht. Een bedienaar van een erkende eredienst, van welke geloofsovertuiging dan ook, is verplicht om een inburgeringscursus te volgen. Dat kan ook van toepassing zijn op iemand hier al tien jaar is. De verplichte inburgeringscursus moet binnen een bepaalde termijn worden opgelegd. Een derdelander die naar Vlaanderen komt, krijgt binnen een bepaalde termijn de inburgeringsplicht opgelegd, maar we kunnen iemand die uit een derde land komt zoals Marokko of Tunesië na tien of twintig jaar niet verplichten om zo’n cursus te volgen. Voor bedienaars van erkende erediensten kan dat wel, met dien verstande dat iemand die al tien of twintig jaar in Vlaanderen leeft en plots imam wordt van een moskee of bedienaar van een andere eredienst, wel zo’n inburgeringsplicht opgelegd kan krijgen op het moment dat hij of zij bedienaar wordt van die erkende geloofsgemeenschap.
Mijnheer Wouters, in het actieplan van de Vlaamse Regering staat inderdaad dat er een pilootproject zal plaatsvinden. Dat project wordt momenteel uitgewerkt door het Agentschap Integratie en Inburgering in samenwerking met de Moslimexecutieve en zal eind september klaar zijn. Dat is redelijk snel, want het actieplan is nog niet zo lang geleden goedgekeurd. Pas eind september zal duidelijk zijn waar en wanneer het pilootproject kan starten. Wanneer eind september het project wordt voorgesteld of het voorstel van de administratie in samenwerking met de Moslimexecutieve klaar is, mogen we dat niet te lang laten liggen en moet dat ten laatste begin 2016 geïmplementeerd worden.
U hebt ook gevraagd hoe ik dat zal doen voor bedienaars van niet-erkende erediensten. Als wij het toezicht hebben op een erkende moskee, dan kunnen wij personen die zelfs tien of twintig jaar in Vlaanderen zijn, verplichten om een inburgeringscursus te volgen wanneer zij imam worden.
Verder hopen wij ook op mond-aan-mondreclame binnen de geloofsgemeenschap. Ik weet uit mijn zeer korte ervaring als schepen en OCMW-voorzitter in Antwerpen dat er aan het vreemdelingenloket een balie van inburgering en integratie is geplaatst om net die vrijwillige inburgering te promoten. Ik denk dat dit een heel goede zaak is en dat de lokale besturen daarin een steentje kunnen bijdragen. Dat betekent niet dat wij de lokale besturen aan hun lot zullen overlaten. Zo is er een project dat loopt via het Platform van Vlaamse imams en de federaties van allochtone verenigingen dat wordt gesteund door de Vlaamse overheid en een impact heeft op de lokale besturen en alles wat ze doen voor die vrijwillige inburgering.
We stoten ook op Europese regelgeving. Gelet op het feit dat er ook redelijk wat mensen van binnen Europa naar Vlaanderen komen die we die inburgeringsplicht niet kunnen opleggen, op de uitzondering na die ik daarnet heb uitgelegd, is het goed om zoveel mogelijk mensen te wijzen op de voordelen van het volgen van een inburgeringscursus, ook de cursus MO. U zult ook in mijn actieplan gelezen hebben dat we een deel van de cursus MO meer er meer zullen schrijven op het lijf van een bedienaar van de eredienst. We moeten samenwerken met alle actoren die op dat vlak actief zijn, zoals de lokale diensten, de geloofsgemeenschappen en de Vlaamse overheid. We moeten zoveel mogelijk aan mond-aan-mondreclame maken, om zoveel mogelijk mensen die niet verplicht zijn om een inburgeringscursus te volgen, daar toch toe aan te zetten.
De heer Wouters heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw lijvige antwoord. Ik heb de boodschap begrepen, en ik zal in ons district zeker promotie maken. Daar komen wel enkele nieuwkomers op bezoek.
De heer Kennes heeft het woord.
Minister, ik ben blij dat u het belang onderschrijft van de gelijke behandeling van de erediensten. Ik ben ook blij dat we nog wat meer inzicht hebben gekregen in de timing. U streeft naar eind september, en dat bewijst dat er wordt voortgewerkt. Dat dit gebeurt in overleg met de Moslimexecutieve, vind ik een belangrijk punt.
Het is inderdaad zo dat Europa ons een aantal beperkingen oplegt. De aantrekkelijkheid van de cursus moet dan ook worden gegarandeerd. Mensen moeten daar een voordeel in zien en op vrijwillige basis die stap zetten. Maar daarvoor moet de cursus inhoudelijk voldoende aantrekkelijk zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.