Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Vanbesien heeft het woord.
Ik dacht, ik stel eens een vraag over de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM). (Gelach)
Sinds de vraag is ingediend, is er een en ander veranderd. De Vlaamse Regering heeft een beslissing genomen. Dat was al een antwoord op deze vraag, met name: u hebt gelijk. Volgens het decreet over deugdelijk bestuur in de Vlaamse publieke sector moeten minstens een derde van de bestuurders onafhankelijken zijn die via een open procedure worden geselecteerd, tenzij er een uitzondering wordt gegeven. In dit geval gaat het om negen bestuurders. Mijn stelling was: er is geen uitzondering gegeven en het is niet via de open procedure gebeurd, dus zitten we met een wettelijk probleem. Het eigen decreet over deugdelijk bestuur in de Vlaamse publieke sector was niet gevolgd.
Daar had de Vlaamse Regering in mijn ogen op twee manieren op kunnen reageren. Ofwel kon ze zeggen: dat is waar, dus we gaan nu toch voor een open procedure. Ofwel: dat is waar, dus we gaan nu een uitzondering geven. Spijtig genoeg – vind ik dan – is er gekozen voor de uitzondering en niet voor de open procedure. Het is toch een moeilijk proces bij BAM en Oosterweel, als het gaat over geloofwaardigheid en draagvlak. U had een kans om de deur open te zetten, om onafhankelijkheid en openheid binnen te brengen via zo’n open procedure. Dat is opnieuw niet gebeurd. Dat vind ik spijtig. Minister, waarom hebt u gekozen voor een uitzondering en niet voor het effectief toepassen van het openstellen van de plaatsen voor drie van de negen bestuurders?
Een ander aspect is het aantal bestuurders. In de toelichting van artikel 14 in het wijzingsdecreet van BAM stond: “Gelet op de afbouw van BAM naar een de facto sui generis extern verzelfstandigd agentschap met een beperkte opdracht is het toezicht door twee commissarissen met een voltijdse opdracht niet langer te verantwoorden. Het toezicht wordt toevertrouwd aan twee commissarissen van de Vlaamse Regering met een deeltijdse opdracht.” Dat deel is wel uitgevoerd, het is zelfs nog minder in de feiten. Verder staat er: “In dat kader zal ook de samenstelling van de raad van bestuur van BAM gereduceerd worden tot een maximum aantal leden van vijf in plaats van negen.” Dat is niet gevolgd. Dat leidt tot juridische onduidelijkheid. Via de toelichting is toen in het parlement de context gecreëerd om naar vijf bestuurders te gaan, maar dat is nooit gebeurd. Waarom niet, minister?
Minister Weyts heeft het woord.
Dames en heren, ik zal beginnen met de laatste vraag over het aantal leden van de raad van bestuur. De statuten bepalen dat er een vork is van vijf tot negen leden. Aanvankelijk was het denkkader om dit te beperken tot vijf in functie van het scenario van de inkanteling in de Liefkenshoek. We zijn daar teruggefloten door Europa, alleszins dat de inkanteling weinig nut zou hebben gelet op de stellingname van Eurostat en anderen met betrekking tot de ESR-problematiek. Dat heeft ervoor gezorgd dat we toch zijn gegaan voor negen leden. We hebben genoeg kritische massa nodig voor zulk belangrijk project dat moet worden beheerd en bestuurd. Het blijft een keuze, daarin hebt u gelijk. De Vlaamse Regering telt vandaag negen leden. In een tijd dat er minder bevoegdheden waren en dat uw partij participeerde, waren er meer ministers. (Opmerkingen van de heer Wouter Vanbesien. Gelach)
De bepalingen van het decreet Deugdelijk Bestuur zijn wel degelijk van toepassing op de raad van bestuur van BAM. Het decreet voorziet in een uitzondering. Deze uitzondering is door de Vlaamse Regering toegekend, voor een maximale termijn van één jaar, om de raad van bestuur toe te laten de procedure voor het aanstellen van onafhankelijke bestuurders te organiseren. Gelet op de tijdelijkheid zal de uitzondering beperkt zijn. Bovendien – maar dat gaat dan over de geest van de regelgeving, en daarover kunnen we discussiëren – zijn er wel wat onafhankelijke leden die een algemene en specifieke deskundigheid hebben en die je moeilijk kan verdenken van enige partijpolitieke of andere aanhorigheid. Ze zijn vooral bekommerd om de mobiliteit en hebben voeling met de Antwerpse regio.
Uit de parlementaire voorbereiding van het decreet kan worden afgeleid dat de nieuwe raad van bestuur de voordracht van de onafhankelijke bestuurders moet doen. De nieuwe raad van bestuur dreigt op dat moment zelf niet te voldoen aan de vereisten van artikel 4, zodat niet duidelijk is of die raad van bestuur in tussentijd al de noodzakelijke beslissingen kan nemen. Bovendien zou in het geval van BAM gedurende langere periode niet voldaan zijn aan de verplichte onpare samenstelling van de raad van bestuur. Negen min drie is immers zes, een paar getal. Daardoor zou een staking van stemmen kunnen ontstaan.
De Vlaamse Regering heeft daarom aan BAM een tijdelijke uitzondering toegekend in de zin van artikel 4. Op heden is het immers, in afwachting van de oproep die de nieuwe raad van bestuur zal organiseren en de resultaten ervan, niet mogelijk om aan de voorwaarde van artikel 4, eerste lid te voldoen. Die uitzondering laat toe dat BAM enerzijds de selectieprocedure doorloopt om te komen tot de samenstelling beoogd in artikel 4, eerste lid en anderzijds dat de aangewezen raad van bestuur verder kan opereren en de werking van BAM en de realisatie van het Masterplan – wat we met zijn allen zo belangrijk vinden – niet in het gedrang komt. Daarmee kunnen we voort, maar het is uitdrukkelijk de bedoeling om een en ander te beperken tot de maximale periode van één jaar.
De heer Vanbesien heeft het woord.
Ik wil het debat niet rekken. Ik heb trouwens een voorstel van decreet klaar om BAM als structuur af te schaffen. Dan hoeven we de debatten over de raad van bestuur ook niet meer te voeren. Los daarvan wil ik reageren op één argument dat u hebt gebruikt omdat ik het er principieel moeilijk mee heb. U zegt dat in deze raad van bestuur mensen zitten die niet naar de letter van de procedure maar wel naar de geest ervan, als onafhankelijke zetelen. Dat is een beetje een – excusez le mot – ‘Vande Lanotte-argument’: ik ken hem, ik weet dat hij onafhankelijk is en dus zal ik hem vragen. (Rumoer)
Dan blijf je binnen de eigen netwerken. De open procedure heeft natuurlijk een functie. Het gaat niet alleen over het profiel, maar ook over hoe open men is in de mogelijkheid tot kandidatuurstelling. Ik vind dat een essentieel verschil.
Ik erken dat ook. Vormelijk en naar de regel hebt u absoluut gelijk. Daar wordt aan voldaan binnen de periode van één jaar. Dat is het belangrijkste.
De vraag om uitleg is afgehandeld.