Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Segers heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, vorige week maakte De Persgroep Publishing bekend dat het de weekbladen Humo, Story, TeVe Blad en het maandblad Vitaya overneemt van Sanoma Media Belgium. Dat is enerzijds heel goed nieuws, want vorig jaar had Sanoma al bekendgemaakt dat het de tijdschriften uit België in de etalage zou zetten. Het was een beetje bang afwachten, want het leek er eerst op dat geen enkele van de andere uitgevers geïnteresseerd was. Dat De Persgroep ze overgenomen heeft en dus hun toekomst, althans op korte termijn, verzekerd heeft, is alleszins goed.
Eerstdaags zal de transactie aangemeld worden bij de Belgische mededingingsautoriteit. Zolang het onderzoek duurt, zullen de betrokken titels uitgegeven worden door Sanoma, maar het feit dat een deel van het betrokken personeel reeds in augustus zal werken vanuit de kantoren van De Persgroep, wijst er alvast op dat De Persgroep en Sanoma gerust zijn in het verkrijgen van een goedkeuringsbeslissing.
Los van de saneringen die bij de redacties zullen worden doorgevoerd en het mogelijk verdwijnen van bepaalde titels in de nabije toekomst – ik denk aan Story dat in hetzelfde segment zit als Dag Allemaal, het paradepaardje van De Persgroep –, dienen we nu dringend en onafhankelijk van het onderzoek door de Belgische mededingingsautoriteit, te reflecteren over de concentratie in het Vlaamse medialandschap en de stappen die ondernomen kunnen worden om pluriformiteit en kwaliteit te garanderen en verdere verschraling tegen te gaan.
Minister, bent u bereid om een uitbreiding van de opdracht van de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) of het Steunpunt Media te overwegen, opdat die zich ook kunnen bezighouden met monitoring op inhoud om op die manier de diversiteit te meten? Bent u bereid om – in het licht van deze nieuwe overname en verdere concentratie – bijkomende middelen vrij te maken om alternatieve media en het Fonds Pascal Decroos te ondersteunen?
Ziet u mogelijkheden om verdere initiatieven te ontwikkelen om de werkomstandigheden van mediaprofessionals te verbeteren? Verschillende onderzoeken tonen aan hoe de kans op burn-out bij journalisten veel groter is dan bij andere beroepsgroepen. Dat zou bijvoorbeeld kunnen via de MediAcademie. In dit verband wil ik nogmaals het belang van een sociaal charter voor de geschreven pers benadrukken. Er is een charter voor de audiovisuele sector, maar niet voor de geschreven pers omdat er vanuit de mediagroepen nogal wat weerstand is. Mag ik u vragen om daar snel werk van te maken?
De heer Meremans heeft het woord.
Zoals mevrouw Segers zegt, moeten we een overname altijd in het oog houden en nagaan of dit niet kan leiden tot een verschraling van het Vlaamse medialandschap. De Vlaamse markt is niet van de grootste. Stel je voor dat die overname niet was doorgegaan, wat zou er dan zijn gebeurd of wat zou de evolutie dan zijn? Misschien was het dan helemaal gedaan voor die magazines.
In die overname is er een duidelijke Vlaamse inbreng, wat ik belangrijk vind. Het gaat niet over een buitenlandse overnemer.
De VRM is bevoegd voor het monitoren van de mediaconcentratie, maar monitort wel niet de content van het medialandschap of van de geschreven pers. De overeenkomst met het Steunpunt Media loopt af in 2015 en moet opnieuw worden bekeken. Natuurlijk zijn wij ook gewonnen voor een zo pluriform mogelijk en zo divers mogelijk landschap dat verarming en verschraling tegengaat. We ondersteunen voor een deel al nieuwe spelers. Het budget van het Fonds Pascal Decroos is op peil gebleven ondanks de besparingen. Dat is als signaal toch niet onbelangrijk.
Minister, u hebt een tijdje geleden gezegd dat er stappen konden worden gezet voor het fameuze sociaal charter voor de geschreven pers. Ik denk dat we allemaal streven naar kwaliteitsjournalistiek, maar dan moeten ook wel de randvoorwaarden worden ingevuld. Minister, kunt u enige uitleg geven over de stand van zaken?
De Humo brengt u deze week in slecht vaarwater. Hebt u de column van Tom Lanoye gelezen? Misschien kent u nog het onderwerp van die column en de toonzetting? Het gaat over mijn buurman, hier rechts van mij, die in drie bladzijden wordt gefileerd. We moeten dus opletten met inhoudelijke screening, want dat is altijd super delicaat.
Alle gekheid op een stokje: zakelijk is het natuurlijk een goede zaak dat een Vlaamse of Belgische groep, De Persgroep, drie bladen die in buitenlandse handen waren, weer in de stal opneemt. Maar het blijft natuurlijk een relatieve kwestie.
Het belang van het Steunpunt Media speelt hier nog het meeste. Ik herhaal dat een inhoudelijke screening altijd een delicate kwestie is en het is natuurlijk de vraag of een overheidsinstelling hiervoor moet instaan. Het steunpunt staat al in voor monitoring op vele terreinen. Ik verwijs naar de discussie die ik hier twee of drie weken geleden heb aangebracht over de toekomst van de steunpunten in Cultuur, Media en Jeugd, gelet op de koerswijzigingen die minister Muyters plant. We moeten aandachtig blijven opdat er blijvend een vorm van screening en monitoring van de media kan gebeuren die breed genoeg is. Dit is een extra reden om het Steunpunt Media meer armslag te geven in plaats van het in te krimpen.
Of de VRM die rol kan spelen, kan ik niet zo goed inschatten. Ik sluit me aan bij de bezorgdheden over het Fonds Pascal Decroos. Dat werd inderdaad niet afgekalfd, mijnheer Meremans, maar het gaat nog altijd om een piepklein bedrag in vergelijking met pakweg de federale middelen die vrijgemaakt zijn om kranten en tijdschriften via de Post aan huis te verdelen. We praten eigenlijk over de roestige muntjes in een portefeuille in vergelijking met het bedrag dat op een spaarrekening staat.
Een aantal initiatieven zijn zinvol en nodig. Mevrouw Segers en ik zullen niet de enigen zijn die zich zeker voor de politieke dagbladen zorgen maken over het maximaal garanderen van de pluriformiteit in de media.
Minister Gatz heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, mevrouw Segers, de overname van de vier titels door De Persgroep is – dat zal u niet verbazen en dat hebt u trouwens ook gezegd – in de eerste plaats een mededingingsrechtelijke aangelegenheid en dus een federale bevoegdheid. Het zal de Belgische mededingingsautoriteit zijn die zal oordelen of deze overname juridisch-economisch kan en of er eventuele voorwaarden moeten worden opgelegd.
De algemene kamer van de VRM heeft conform artikel 218 van het Mediadecreet als taak het in kaart brengen van concentraties in de Vlaamse mediasector, wat ze bij monde van een jaarlijks rapport telkenmale doet. De monitoring van de inhoud van de media is wat mij betreft iets totaal anders, want daar gaat het niet over de spelers zelf en hun relaties ten opzichte van elkaar, maar over de inhoud van wat die spelers brengen. Daar heeft de VRM tot op heden geen bevoegdheid.
Het Steunpunt Media heeft op een studiedag op 17 oktober 2014 enkele resultaten gepresenteerd over de inhoudelijke convergentie van de Vlaamse kranten, waarbij onder meer onderzocht werd of kranten elkaars titels, artikels en inhoud overnemen. Dit is dus wel een studie naar de inhoud van de media zelf en dus een monitoring van de inhoud. Het probleem is dat een dergelijke oefening zeer arbeidsintensief en zeer complex is, en dat dit bijkomende middelen zou vergen die vandaag niet beschikbaar zijn om dit als bijkomende opdracht aan de VRM op te leggen.
Ik overweeg echter wel om, met respect voor de journalistieke autonomie en de vrijheid van de pers, met de verschillende uitgevers en redacties contact op te nemen om eens van gedachten te wisselen – en misschien zelfs meer – over het belang van redacties met een redactiestatuut ter vrijwaring van de diversiteit en pluriformiteit in de pers. Een redactiestatuut bepaalt namelijk dat bij ingrepen in de hoofdredactie, in de redactionele lijn of in de redactiestructuur, de redactie minstens moet worden geraadpleegd.
De Persgroep heeft in het verleden reeds aangetoond dat ze openstaat voor redacties met een redactiestatuut. De Morgen, De Tijd en ook VTM hebben redactiestatuten, net zoals de Nederlandse kranten van De Persgroep. Ik wil dan ook graag het gesprek met hen voeren over de haalbaarheid van eventuele redactiestatuten voor Humo, Story, TeVe-Blad en Vitaya Magazine. Bij Humo bestaat een redactievertegenwoordiging en is er ook al nagedacht over een redactiestatuut, zij het dat dit nog niet is geformaliseerd.
Ik wil toch nog even opmerken dat, indien de Persgroep de Sanoma-bladen niet wou overnemen, deze misschien zouden verdwijnen – dat werd hier door alle sprekers aangehaald –, wat evenmin een positieve impact zou hebben op de mediapluriformiteit die wij koesteren. Integendeel, dat zou pas een verschraling van het aanbod betekenen.
Bovendien moeten we, zoals ook een commentator het vorige week in een krant schreef, veel ruimer durven te kijken dan naar de ons bekende printmarkt alleen. Door de digitalisering is het media-aanbod alleen maar toegenomen, laten we ook dat niet vergeten.
Dan waren er de vragen naar bijkomende middelen voor het Fonds Pascal Decroos en dergelijke meer. Steunverlening moet er, naar mijn mening, in de eerste plaats zijn voor journalisten zelf of voor de journalistiek in het algemeen. Wat betreft steun aan de journalisten, speelt het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek al jaren een zeer belangrijke rol. Journalismfund.eu, voorheen dus het Fonds Pascal Decroos, krijgt vanuit ons mediabeleid jaarlijks een subsidie van 300.000 euro, waarvan minstens 180.000 euro dient te worden besteed aan werkbeurzen. Ik wil toch graag nog even benadrukken dat deze subsidie gevrijwaard is gebleven binnen de besparingsronde, maar voor het komende jaar zit er niet meteen een verhoging van de subsidie in. Deze subsidies gaan echter alleen naar onderzoeksjournalistiek, wat slechts een fractie is van het journalistieke werk. De beurzen die via het fonds worden toegekend, kunnen zowel voor gedrukte als digitale media worden aangewend.
Zoals ik al zei, ben ik van mening dat de steun aan de pers moet focussen op steun aan de journalistiek, los van het medium. Daarom wil ik ook opportuniteiten bieden aan kleinere projecten die het pluralisme en de pluriformiteit binnen de mediasector versterken, die complementair zijn aan het reguliere media-aanbod en zodoende het informatieaanbod verruimen. Kwalitatieve nieuwssites verdienen zeker hun plaats binnen een pluriform media-aanbod. Sinds eind 2010 kent de Vlaamse overheid subsidies toe aan projecten die het pluralisme en de pluriformiteit binnen de mediasector versterken en die het informatieaanbod verruimen, dat weet u. Ik zal de komende maanden bekijken hoe we de criteria om projectsubsidies te verwerven, beter kunnen afbakenen.
Zoals aangekondigd in de beleidsnota, zal ik tijdens deze legislatuur ook werk maken van een verruiming van het leesbevorderingsproject ‘Kranten in de Klas’. Met dit project worden de mediagebruikers van morgen bereikt.
Het project wordt momenteel geëvalueerd om het beter te kunnen afstemmen op de technologische evoluties binnen het medialandschap. Opportuniteiten zullen worden gezocht om het aanbod te verruimen zodat jongeren op een gepaste manier wegwijs gemaakt kunnen worden in het diverse en pluriforme aanbod van onze nieuwsmedia, ongeacht de drager. De nadruk zal hierbij liggen op het digitale aanbod en op de variatie in het aanbod van nieuwsmedia die jongeren vandaag de dag kunnen consulteren. Digitale nieuwssites moeten in het kader van pluriformiteit ook in de klas kunnen worden geïntroduceerd aan de leerlingen, zodat scholieren een totaalbeeld krijgen van de beschikbare nieuwsbronnen.
Het opleiden van de journalisten behoort tot het voortdurend streven naar kwaliteit. In dat opzicht werd de steun aan de pers geheroriënteerd tot opleidingssteun. De Mediacademie werd sinds 2013 bovendien uitgebreid naar de audiovisuele sector. Binnen de Mediacademie wordt eveneens in overleg voorzien tussen de opleidingen journalistiek en de toekomstige werkgevers. Ook andere partners zoals de VVJ, de Raad voor de Journalistiek en het Fonds Pascal Decroos zijn als partner betrokken bij de advisering van het opleidingsaanbod.
De Mediacademie is niet alleen stroomlijner en facilitator van sectorspecifieke en open opleidingen, zij biedt eveneens een platform aan de verschillende stakeholders van de sector om te reflecteren over het opstellen en uitwerken van een talentmanagementbeleid. Overleg, samenwerking, afstemming van het aanbod en focus op een gemeenschappelijk aanbod zijn de kernactiviteiten van de Mediacademie. De opleidingen en het omkaderend overleg zijn erop gericht de diversiteit en kwaliteit van een toekomstgerichte Vlaamse mediasector te optimaliseren met als belangrijkste doelstelling een versterking van deze belangrijke economische en culturele sector.
Uitgevers van magazines maken ook deel uit van de Mediacademie en kunnen dus deelnemen aan het opleidingsaanbod. Het is aan de adviesraad en programmacommissie om het aanbod af te stemmen op de noden van de leden-uitgevers en hier dus op in te spelen. Dit kan zeker intern aangekaart worden binnen de Mediacademie.
Werkomstandigheden en talentmanagement moeten blijvend aandacht krijgen via de Mediacademie. Kansen bieden aan mensen in de mediasector om zich te ontplooien en hun talenten te ontwikkelen, bevordert de kwaliteit van het media-aanbod. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de werkgever om het talent op zijn werkvloer te beheren en te ontwikkelen.
Ik deel dan ook uw mening wat betreft het mogelijke belang van een Sociaal Charter. Door een gezamenlijke inspanning van vakbonden, beroepsverenigingen en werkgevers is een Sociaal Charter opgesteld en ondertekend in de audiovisuele sector, openbare en private. Dit wordt gezien – zelfs al zijn er inderdaad regelmatig spanningsvelden met de concrete toepassing ervan – als een zeer goede hefboom om tot betere werkomstandigheden te komen. Ik wil de mogelijkheid zeker ook bespreken met de belangrijke partners binnen de geschreven perssector.
Dat zijn twee concrete engagementen dus. Misschien is dat niet genoeg voor u, mevrouw Segers, maar het gaat toch in de goede richting. We voeren het gesprek met de spelers over het redactiestatuut in functie van pluralisme en autonomie en we houden een bijkomende tafel over de introductie van het Sociaal Charter in de geschreven pers.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Ik dank u voor uw omstandig antwoord, minister, en ook voor uw bereidheid om mee te gaan in een aantal van onze voorstellen. U maakt mij daar gelukkig mee.
Monitoring van de inhoud is belangrijk. We moeten daartoe komen. Het aantal titels is vandaag geen graadmeter meer voor de pluriformiteit van de inhoud. Door de fusies nemen steeds meer kranten elkaars artikelen over. Het moment is gekomen om de vinger aan de pols te houden. Het Steunpunt Media heeft daar een project rond gedaan, maar we moeten daar continuïteit in krijgen. Het Steunpunt Media stopt nu. Het kan ook de VRM zijn, het maakt niet zoveel uit wie van de twee het doet.
We moeten de Europese ontwikkelingen in het oog houden. Peggy Valcke heeft een Europees project uitgewerkt: de Media Pluralism Monitor. Men probeert daarmee de zes risicodomeinen waar de pluriformiteit onder druk staat, te meten. Twee van die domeinen zijn media types and genres en media ownership and control. Er ligt al veel op tafel dat ons in Vlaanderen kan helpen. Dat is heel goed.
Ik was heel blij dat u zei dat we de mediagroepen moeten meekrijgen. Tot nu toe heeft de VRM alleen op het niveau van ownership gecontroleerd. Men heeft altijd een grote terughoudendheid tegenover de journalistiek, zeker de overheid. Journalisten vinden het niet zo fijn om gecontroleerd te worden. Natuurlijk, inhoud moet op een wetenschappelijke en onafhankelijke manier worden gemonitord. Het gaat niet om de tekst zelf, maar om de pluriformiteit. Het is heel goed dat u hen gaat meenemen.
Het klopt, u hebt het budget voor het Fonds Pascal Decroos behouden. Onderzoeksjournalistiek is van wezenlijk belang, maar u gaf het zelf aan, het is maar een beperkt deel. Bepaalde kranten hebben gewoon geen interesse in artikelen die via het Fonds Pascal Decroos worden aangeleverd. Het Laatste Nieuws bijvoorbeeld zit daar niet op te wachten.
We hebben vorige week in de hoorzitting Media 21 gehoord. Het is heel belangrijk om ook die alternatieve, onafhankelijke initiatieven verder te ondersteunen. Ik ben blij dat u dat wilt doen.
Het is de derde keer dat ik het Sociaal Charter op de tafel leg. U spreekt zich nu voor het eerst uit. U gaat het bekijken. Ik weet heel goed dat de mediagroepen daar een zekere weerstand tegen hebben. Als u daarin zult slagen, zal dat heel goed nieuws zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.