Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Vraag om uitleg over statiegeld op drankverpakkingen
Vraag om uitleg over het gebruik van pmd-zakken
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, mijn vraag gaat over een zeer recente studie rond de kosten van het zwerfvuilbeleid in Vlaanderen. Uit dat onderzoek blijkt dat een groot deel van de Vlamingen zich stoort aan zwerfvuil. Tot voor die studie hadden we geen zicht op het kostenplaatje dat verbonden is aan het opruimen van zwerfvuil. Recentelijk werd de omvang van het zwerfvuilprobleem in Vlaanderen voor het eerst in kaart gebracht. In het onderzoek werd een duidelijk onderscheid gemaakt met sluikstorten, waarbij de reguliere afvalinzameling doelbewust wordt ontweken.
Uit de studie blijkt dat in 2013 in totaal 17.500 ton zwerfvuil opgeruimd werd in Vlaanderen. Dit komt neer op 2,7 kilogram zwerfvuil per inwoner. Het opruimen van al dat zwerfvuil kostte in totaal 61,5 miljoen euro of 9,6 euro per Vlaming. Gemeenten en intercommunales nemen 90 procent van de opgeruimde hoeveelheid zwerfvuil voor hun rekening, en dit voor een bedrag van 55,4 miljoen euro. De overige 6,1 miljoen euro werd gedragen door diverse actoren. In de studie wordt ook een opdeling gemaakt van wie het zwerfvuil opruimt.
Minister, kunt u de belangrijkste resultaten van dit toch wel zeer omvangrijke onderzoek toelichten? Beantwoorden de resultaten van de studie aan uw verwachtingen? Zult u op basis van de informatie die werd verkregen via deze studie, concrete stappen nemen? Mijn volgende vraag gaat heel specifiek over iets wat me is opgevallen in de studie, namelijk de inhoud van straatvuilnisbakken die werd onderzocht. Blijkbaar bestaat de helft van de inhoud ervan uit huishoudelijk afval, vaak in dichtgeknoopte zakken. Dat betekent dat mensen in plaats van in de officiële gemeentelijke huishoudafvalzakken, hun afval deponeren in de openbare vuilnisbakken. Wat is volgens u hiervoor een mogelijke verklaring? Zullen hiertegen acties worden ondernomen? Bent u van plan om op regelmatige basis een dergelijke studie te herhalen zodat er een continue monitoring is van het zwerfvuil in Vlaanderen, toch een van de grootste ergernissen van de Vlaming?
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, de aanleiding van de vraag is dezelfde als die van mevrouw Taeldeman. Ik zal niet alles herhalen wat zij zojuist heeft gezegd. Ik was alleszins geschrokken van die studie. Als je de cijfers hoort en leest en als je ziet hoeveel zwerfvuil er verzameld wordt en wat de kostprijs ervan is, is de omvang van de problematiek redelijk groot. De lokale besturen en de intercommunales leveren daarbij het grootste deel van de inspanning.
Ik kan de vragen van de collega volledig ondersteunen. Ik had een andere insteek, namelijk een ‘mogelijke’ oplossing voor het probleem, die u zelf ook al eens hebt aangehaald en waar ook onderzoek naar gebeurt als ik me niet vergis, namelijk het plan om statiegeld op drankverpakkingen in te voeren om zo de zwerfvuilproblematiek aan te pakken. Uiteraard zal het zwerfvuil nooit verdwijnen, maar volgens studies zou het wel aanzienlijk kunnen verminderen.
Minister, als er momenteel onderzoek gebeurt naar de mogelijkheid om statiegeld in te voeren, kan dan ook het aspect worden meegenomen dat de lokale besturen een groot gedeelte, 90 procent volgens de studie, van de kostprijs voor het ophalen van het zwerfvuil dragen? Hoe zit het met de invoering van het statiegeld op drankverpakkingen? Tegen wanneer kan dat er komen? Hoe zult u dat concreet doen? Zal er overleg met de andere regio’s over gebeuren? Als we in Vlaanderen statiegeld invoeren, waar we wat onze fractie betreft absoluut onze verantwoordelijkheid in kunnen nemen, maar de andere regio’s doen dat niet, zou dat weer andere problemen met zich mee kunnen brengen. Zult u overleg plegen met andere instanties? Kunt u zich vinden in de idee dat, aangezien de lokale besturen het grootste gedeelte van de kosten voor de opruiming van het zwerfvuil dragen, een gedeelte van de opbrengst van het statiegeld, als dat er zou komen, naar die lokale besturen zou moeten terugvloeien? Wilt u dat aspect alleszins meenemen in het onderzoek dat momenteel gevoerd wordt?
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Wij worden er vaak over aangesproken, dat in heel wat winkels heel veel verpakkingen worden gebruikt. Plasticflessen zitten ingepakt. Je moet maar eens de berg plastic zien die je hebt nadat je van de winkel bent thuisgekomen. Er worden heel veel verpakkingen gebruikt, die ook moeten worden verwerkt. Om het effect hiervan op het milieu zo veel mogelijk te beperken, is het belangrijk om te sorteren en te recycleren. Minister en collega’s, het is hier al genoeg gezegd dat Vlaanderen zeer goed scoort als het gaat om recyclage. Wij zijn daarin al lang een van de beste leerlingen van de Europese klas.
Heel veel mensen weten ondertussen dat pmd staat voor plasticflessen, flacons, metalen verpakkingen en drankkartons. Die horen thuis in de blauwe pmd-zak. Maar we merken jammer genoeg dat de praktische toepassing van de pmd-regels voor veel gezinnen niet evident is. Zo zijn er nog altijd bepaalde soorten plastic of plasticverpakkingen die niet thuishoren in de pmd-zak. Ik denk aan botervlootjes, yoghurtpotjes, aluminiumpapier, plasticzakken. Dat maakt het voor heel veel gezinnen niet volledig duidelijk wat nu wel en wat niet in de pmd-zak mag.
Mijn gemeente is ingestapt in het systeem van ‘pmd-watcher’. Iedereen die een rode sticker op zijn pmd-zak kreeg, kreeg een woordje uitleg van de ‘pmd-watcher’ over wat er nu precies verkeerd zat in die pmd-zak. Het is niet voor iedereen altijd even duidelijk waarom het yoghurtpotje niet in de pmd-zak mag.
Minister, ik houd bij mijn vragen rekening met de vragen van mijn collega over het statiegeld. Om welke reden mogen bepaalde soorten plastic niet in de blauwe pmd-zak? Hebt u er zicht op in welke mate foutieve plastic of plasticverpakkingen toch in de blauwe pmd-zak worden gestoken? Bestaat de mogelijkheid om meer soorten plastic of pmd toe te laten in de pmd-zak?
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister, het is blijkbaar een populair onderwerp. Dit thema is, tot vrij recent, toch al enkele malen in de commissie behandeld. Maar het is positief dat er in deze commissie zoveel interesse bestaat voor de afvalproblematiek.
Minister, in verband met zwerfvuil werd vaak het argument gebruikt dat het ons aan cijfers ontbreekt. Deze studie verduidelijkt natuurlijk een en ander. Zij benadrukt vooral het belang van het aanpakken van het zwerfvuil. Verschillende steden en gemeenten vragen al lang om een stevige oplossing voor al het zwerfvuil omdat vooral zij financieel voor het opruimen ervan moeten instaan.
Er zijn meer details over de hoeveelheid zwerfvuil in Vlaanderen en over wat het kost. Ik merk dat er binnen deze commissie een steeds groter draagvlak is om een statiegeldsysteem in te voeren. Ik ben het eens met mevrouw Taeldeman: er zouden meer soorten wegwerpverpakkingen in de pmd-zak moeten kunnen. Dat is ook al vaak in deze commissie gezegd. Het is absurd dat de yoghurtpotjes en de botervlootjes – dat zijn de typische voorbeelden – in de restfractie moeten terechtkomen. Hoewel ze ook recycleerbaar zijn, mogen ze niet in de pmd-zak. Uit de cijfers van Fost Plus blijkt dat we vooral op de plasticfractie slecht scoren, net doordat heel wat plasticverpakkingen in het restafval terechtkomen.
Minister, wat zijn de verdere plannen? Staat het statiegeld eraan te komen in Vlaanderen, of niet?
We hebben hier inderdaad al verschillende besprekingen gehad. Maar er zijn vragen geweest naar aanleiding van tussentijdse reacties in de media en tussentijdse resultaten.
Mevrouw Peeters heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik sluit mij graag aan bij de vragen. Tijdens de commissievergadering van 22 april 2015 is het inderdaad al aan bod gekomen.
Ik ga eerst even in op het voorstel van mevrouw Robeyns. Het is alleszins een nobel voorstel om ervoor te zorgen dat er meer geld naar lokale besturen zou gaan. Maar of dat nu gekoppeld moet worden aan statiegeld op plasticflesjes? Uit het persbericht van sp.a-Limburg concludeer ik dat zij nog niet echt gaan praten over welk gedeelte van de opbrengst van het statiegeld naar de gemeenten zou moeten toevloeien. Zij zeggen dat als daardoor 40 procent van het volume van het zwerfvuil zou dalen, dat men dan klaarblijkelijk al in die grootteorde denkt. Ik vind het zeer delicaat om dit zonder meer zo te stellen. Vooral omdat – en dat kwam heel duidelijk aan bod op 22 april 2015 – ik dacht dat het nog lang geen zekerheid was dat het statiegeld als dusdanig zou worden ingevoerd en dat die beslissing daarover midden dit jaar zou worden genomen. We moeten ons er heel goed over beraden, of dit effectief de beste oplossing is, zeker voor zwerfvuil tout court. Zeker omdat zwerfvuil iets is wat ons allemaal stoort en dat bij heel veel mensen ergernis opwekt. We zijn het daar allemaal wel over eens. Maar zwerfvuil is veel ruimer dan alleen maar plasticflessen. Daarom weet ik niet of het systeem van statiegeld het beste systeem is. Te meer omdat het een duur systeem is. Als het al opbrengsten oplevert, wil ik nog wel eens zien hoeveel dat zou zijn.
Met mijn tweede bedenking kom ik uit bij de vraag van mevrouw Taeldeman: wat dan met de blauwe zak? We weten dat er nu 60 procent van die plastic flessen of drankflessen in de pmd-zak – in de volksmond ‘de blauwe zak’ – zitten. Als we al die flessen via een systeem van statiegeld zullen ophalen, heeft die blauwe zak dan nog veel nut? Hoe zullen de ophaalbeurten georganiseerd worden? Gaan we dan effectief naar een lagere kost? Uiteindelijk moet dat toch een van de doelstellingen zijn.
In het verleden heb ook ik al een paar keer in een vraag gezegd dat het voor de burger niet altijd heel erg duidelijk is wat er nu allemaal in de blauwe zak mag of moet. Ik had ook begrepen dat Fost Plus heel wat sensibiliseringsacties opnieuw voert om er toch wat meer duidelijkheid over te verschaffen. Dat is zeker een goede zaak.
Minister, hoe ziet u de verdere evolutie van de pmd-zakken? Is er al een definitieve beslissing genomen over de invoering van het statiegeld?
De heer Nevens heeft het woord.
Voorzitter, minister, het klopt dat recent onderzoek waar mevrouw Taeldeman naar verwees, een oud zeer aan het licht brengt, namelijk dat een groot deel van de Vlamingen zich stoort aan zwerfvuil. Dat is niet nieuw, dat is ook in het verleden al gebleken. 2,7 kilogram per inwoner aan ingezameld zwerfvuil is heel veel, ook in vergelijking met andere landen. Ook de bijhorende kost van 61,5 miljoen euro is niet niets.
Het gaat vandaag over afval, maar we moeten een onderscheid maken tussen zwerfvuil, het systeem van statiegeld en het selectief ingezameld afval via pmd. Vandaag wordt dit op een hoopje gegooid – om het in afvaltermen te zeggen. Ik wil duiden dat er een degelijk onderscheid moet worden gemaakt. Zwerfvuil is eigenlijk het ongehoord weggooien van afval. Statiegeld zou een stimulans kunnen zijn om een gedeelte van dat zwerfvuil, dat heel veel drankverpakkingen bevat, selectief in te zamelen. En via selectief ingezameld afval roepen we de burger op om plichtsbewust om te gaan met het afval omdat het kan worden gerecycleerd tot een nieuwe grondstof.
Ik heb een eerste vraagje in verband met de 90 procent van de 61,5 miljoen euro. Uit de studie blijkt dat dat vandaag meestal wordt gedragen door gemeenten en intercommunales. De besparing voor de lokale overheid indien een systeem wordt ingevoerd om de drankverpakking eruit te halen, bedraagt 18,5 miljoen euro per jaar. Vindt u dat voldoende, minister? Vindt u die verhouding correct in het geval u statiegeld zou invoeren?
Een aantal actoren, voornamelijk uit de verpakkingsindustrie, uitten de vrees dat andere fracties van het verpakkingsafval in de situatie na een eventuele invoering van statiegeld, in mindere mate zullen worden gerecycleerd in vergelijking met vandaag. Ze vrezen ook dat fracties minder selectief zouden worden ingezameld en dus minder zuiver zouden zijn. Een conservenblikje, dat geen drankverpakking is, is daarvan een voorbeeld. Als er geen pmd-inzameling meer is, gaat het bij het restafval belanden.
Hoe ziet u de toekomst van de blauwe zak? Zullen er meer elementen in toegelaten worden? Ik weet dat er al proefprojecten zijn om folie in te zamelen, niet via de pmd-zak, maar via het containerpark, en dat is een goede zaak, want dat verpakkingsmateriaal kan ook vandaag al worden gerecycleerd. Zo ja, aan welke zaken denkt u dan? Denkt u aan conservenblikken of andere materialen om in de blauwe zak in te zamelen?
Collega’s, ik denk dat het duidelijk is dat er over de invoering van statiegeld nog heel wat vragen zijn. Het is met andere woorden logisch dat de minister een vervolgstudie bestelt. Vandaag zijn we er nog niet uit. We weten nog niet voldoende op basis van wat vandaag voorligt.
Minister, graag had ik u nog enkele vragen gesteld over de intentie, de fundamentele doelstelling van de mogelijke invoering van een statiegeldsysteem op drankverpakkingen.
Is het de primaire bedoeling om de inzameling te maximaliseren? Zit er met andere woorden nog rek op de inzameling van blik en plastic flessen via de blauwe zak? Of is het de primaire bedoeling om het zwerfvuil en de bijkomende kost terug te dringen? De inkomstenzijde van het inzamelsysteem heeft immers baat bij een niet al te hoge inzamelratio. De winst van het statiegeld wordt eigenlijk gerecupereerd door de mensen die hun drankverpakking niet teruggeven. Het zijn enerzijds gewonnen inkomsten voor het statiegeldsysteem, maar anderzijds verdwijnt het afval mogelijk uit het inzamelcircuit.
De kernvraag is dus wat u in de eerste plaats wilt bereiken met het invoeren van statiegeld op een eenmalige drankverpakking.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, deze vraagstelling komt inderdaad altijd weer terug in deze commissie. Dat toont aan dat we ondertussen verder werken op basis van wat is afgesproken in het regeerakkoord. We doen een grondig onderzoek naar het al dan niet invoeren van statiegeld. We bekijken wat dat in Vlaanderen zou kunnen teweegbrengen om het zwerfvuil te verminderen, want dat is natuurlijk de doelstelling achter die invoering. We moeten dus eerst goed onderzoeken of het daarvoor een oplossing biedt, vandaar dat er heel wat gegevens voorhanden zijn.
Er werd een vraag gesteld over de 61,5 miljoen euro. Dat klopt, er werd in kaart gebracht wat de lokale besturen, maar ook de Vlaamse agentschappen, ophalen.
Wat kost dat eigenlijk aan de maatschappij? Het blijkt dus inderdaad 61,5 miljoen euro te zijn, of 9,6 euro per inwoner. In 2013 werd in Vlaanderen 17.500 ton zwerfvuil opgeruimd. Dat zijn cijfers van de Vlaamse lokale besturen, maar ook van de Vlaamse agentschappen. Per inwoner gaat het om 2,7 kilogram zwerfvuil per jaar. De lokale besturen ruimen 90 procent daarvan op of faciliteren deze opruiming.
Het onderzoek heeft geen gegevens per provincie onderzocht. De gegevens die we van de lokale besturen hebben, zijn representatief en kwaliteitsvol. We hebben een heel goede samenwerking gehad, en de juistheid van de gegevens is wat de lokale besturen betreft heel groot. Wat de Vlaamse agentschappen betreft, is het niet altijd even duidelijk of men goed het onderscheid maakt tussen zwerfvuil en sluikstorten. Hiervoor zijn aannames gemaakt, waardoor er een grotere foutenmarge op kan zitten. Bij deze aannames is men eerder conservatief te werk gegaan. Het geldt echter voor slechts voor 10 procent van de hoeveelheid.
De bijdrage van de Vlaamse agentschappen in het totale kostenplaatje is dus inderdaad eerder laag ingeschat. De gegevens, maar ook de aanbevelingen die we op die manier hebben, worden ook meegenomen in het nieuwe operationele plan voor zwerfvuil, dat momenteel wordt opgemaakt. Dat zal ook deel uitmaken van het uitvoeringsplan voor huishoudelijk en vergelijkbaar bedrijfsafval. De klemtoon zal liggen op handhaving, gedragsbeïnvloeding en natuurlijk ook op efficiëntie en het effectieve inzetten van straatvuilnisbakken.
De bedoeling is dat dit plan in 2016 ook operationeel in werking treedt. Uit het onderzoek is gebleken dat de helft van de inhoud van de straatvuilnisbakken er niet in thuishoort. Een straatvuilnisbak is eigenlijk alleen bedoeld als preventie voor zwerfvuil. Mensen krijgen de kans het afval dat ze buitenshuis produceren, in de vuilnisbak te gooien. De straatvuilnisbakken worden echter ook soms voor andere doeleinden gebruikt, bijvoorbeeld om er huishoudelijk afval in te dumpen. Door het sluikstorten in en rond vuilnisbakken wordt ook de reguliere huis-aan-huisinzameling omzeild.
De OVAM is begin 2015, in samenwerking met een aantal lokale besturen, ook gestart met een onderzoek rond sluikstorten. Met deze studie wil men zicht krijgen op de omvang van de kostprijs en ook de diverse oorzaken van en de motivaties voor sluikstortgedrag en de diversiteit ervan. Het beter inschatten van de omvang en het aandeel van straatvuilnisbakken is daar een onderdeel van. Op basis van dat onderzoek zullen ook nog eens beleidsaanbevelingen geformuleerd worden. Het is de bedoeling de evolutie van de hoeveelheid en de kostprijs van zwerfvuil in de toekomst verder op te volgen. Er zal een systematiek in komen.
Er is nog niet beslist of een statiegeld er al dan niet effectief zal komen. In het regeerakkoord is afgesproken dat we dit onderzoeken. Op basis daarvan zal het aan de regering worden voorgelegd en nadien wordt een definitieve beslissing genomen. Op basis van het rapport van de impactanalyse zal al dan niet een implementatieplan voor het invoeren van statiegeld worden opgesteld. Ik wil het rapport dat ik daarover heb ontvangen, grondig bekijken en zien wat het bijhorend advies van de OVAM is, en dan pas zal ik naar de regering gaan om daar definitief een beslissing in te nemen. Wat de beslissing zal zijn en of die effect zal hebben, wordt nog in kaart gebracht. De gegevens die we verzameld hebben, nemen we daarin mee om een weloverwogen beslissing te nemen.
Overleg met de andere regio’s is natuurlijk ook van belang. Maar ook overleg met de VVSG en de verpakkingssector zal zeker moeten gebeuren. Dat is trouwens al gebeurd, want ze zijn ook betrokken bij de verschillende studies.
De verpakkingssector werkt aan een plan van aanpak voor de bestrijding van zwerfvuil, als alternatief voor het al dan niet invoeren van statiegeldsysteem. Het is positief dat deze sector ook in actie is gekomen om de kwestie op een andere manier te bekijken. Of er al dan niet een meeropbrengst in het statiegeldsysteem zal zijn, is afhankelijk van de balans van kosten en opbrengsten. De opbrengsten van een statiegeldsysteem worden ook sterk beïnvloed door de hoeveelheid die wordt teruggebracht en wat voor die verpakking wordt gevraagd. Eventuele opbrengsten zullen ook niet automatisch naar de overheid gaan, tenzij de overheid zelf een statiegeldsysteem zal opzetten, maar dat zal niet de bedoeling zijn en zou ook niet wenselijk zijn.
Botervlootjes, yoghurtpotjes, aluminiumfolie of plasticzakken mogen vooral om technische redenen niet in de blauwe zak. Plasticzakken in de pmd-zak zouden de automatische sortering van de flessen en flacons sterk verhinderen waardoor waardevol materiaal verloren gaat. Plasticzakken zijn ook een bron van verontreiniging en ze maken de visuele controle van de inhoud van de pmd-zak niet eenvoudig.
In een pilootproject werd gemeten hoeveel van die zakken effectief worden geweigerd. Dat is bij de Intergemeentelijke opdrachthoudende Vereniging voor Huisvuilverwerking Meetjesland (IVM) gebeurd. Ongeveer 5 procent van de zaken wordt geweigerd door het aanbrengen van een rode sticker. De IVM is een van de intercommunales waar de regels het strengst worden toegepast. De IVM heeft een residupercentage van net boven de 10 procent, het landelijk gemiddelde is meer dan 15 procent.
Dat percentage is over het algemeen hoger in stedelijk gebied dan op het platteland. Dat hebben we hier nog al gezegd. Dat is gemakkelijk te verklaren door de lagere sociale controle, grotere bevolkingsdichtheid, aanwezigheid van verticale woningbouw, minder bedeelde en vaak meer gediversifieerde bevolking die niet altijd goed weet wat er al dan niet in de zak moet.
De zak wordt geweigerd om drie redenen: slechte inhoud, onjuiste zak of zak van een andere intercommunale of bidons vastgemaakt aan de buitenkant van de zak. Uit een analyse van het residu in de blauwe zakken blijkt dat 90 procent van het recyclageresidu bestaat uit ander plastic zoals botervlootjes, folies, potjes en zakjes. In de erkenning van Fost Plus is opgenomen dat ze meer moeten inzetten op de inzameling en verwerking van restplastic. Er moet dus onderzoek komen naar de uitbreiding van de plasticfractie in de pmd-zak. Op dit ogenblik worden proefprojecten opgezet om op het terrein te testen of er andere soorten plastic kunnen worden toegevoegd. Ook dat heb ik hier al een paar keer gezegd. Zowel de mogelijkheid om daar alle harde plastics in te stoppen als de mogelijkheid om dat beperkt te doen, wordt daarin onderzocht. De resultaten van het proefproject worden in 2017 verwacht.
Natuurlijk moeten we niet tot dan wachten. Ook op korte termijn zijn er mogelijkheden om restplastic in te zamelen. Dat gebeurt al in heel wat containerparken. Of het kan in een andere zak; ook dat gebeurt al in een aantal intercommunales. Op deze manier kunnen we de recyclage van plasticverpakkingen ook nog gevoelig vergroten.
Ik heb een hele reeks extra vragen genoteerd: over die 18 miljoen euro besparingen, over de pmd-zak en over het zwerfvuil als het statiegeld wordt ingevoerd. We moeten eerst alle informatie goed bekijken, we moeten nog overleggen met de actoren en kunnen dan pas beslissen. Het is nog te vroeg om daarop te antwoorden. We zullen dat proberen binnen een redelijke termijn te bekijken om daarmee naar de regering te gaan. De strijd tegen zwerfvuil is ook voor mij, zoals ik al zei, een prioriteit. Als we het statiegeld invoeren, moet dat vooral, denk ik, ervoor zorgen dat het zwerfvuil vermindert. Daar storen we ons allemaal aan. Daar zoeken we vanuit het beleid een oplossing voor.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, mijn eerste vraag ging over die grootschalige studie naar de hoeveelheid zwerfvuil die in Vlaanderen wordt opgeruimd en wat de kostprijs daarvan is. Ik dank u voor de bijkomende antwoorden. Ik zou graag de volledige studie kunnen inkijken; ik heb enkel een samenvatting kunnen lezen in Lokaal, het maandblad voor lokale mandatarissen.
We kijken uit naar zowel het plan van aanpak zwerfvuil als naar de studie van de OVAM over sluikstorten. Wanneer mogen we die verwachten? Er worden beleidsaanbevelingen aan gekoppeld. Het zou interessant zijn om ons daarvan op de hoogte houden.
Ik heb niet direct een vraag over het statiegeld ingediend. Kort na het paasreces hebben enkele collega’s hier vragen gesteld over het statiegeld. Toen bleek dat de impactanalyse nog niet was afgerond. Nu bevestigt u dat het rapport in de eindfase zit, dat er nog advies moet worden ingewonnen door de OVAM. Het is dus nog even wachten voor daar een helder antwoord kan worden ontvangen.
Omtrent pmd hebt u duidelijk gemaakt dat niet alles in de pmd-zak kan vanwege vooral technische redenen, vanwege de moeilijke recycleerbaarheid die verontreiniging kan veroorzaken. Bij zijn erkenning heeft Fost Plus de opdracht gekregen om te zoeken naar manieren om aan de uitbreiding van plastic in de pmd-zak te werken. We mogen resultaten verwachten in 2017.
Minister, ik heb begrepen dat in een aantal steden en gemeenten reeds met een aparte zak wordt gewerkt waar recycleerbare plasticverpakkingen in kunnen. Dat zijn dan verpakkingen die niet in de pmd-zak mogen. De stad Mechelen heeft berekend dat dit op een besparing van zo’n 23 euro per gezin komt. Mechelen past dat systeem toe en haalt de zakken ook op.
U hebt zelf aangehaald dat in een aantal andere gemeenten die zakken gratis naar het containerpark gebracht worden. Ik wil eens polsen of het mogelijk is om dat eens in kaart te brengen. Is het de bedoeling dat er een evaluatie vanuit Vlaanderen gebeurt, of zijn dat allemaal losse, aparte initiatieven die in tal van steden en gemeenten worden toegepast? Of is het de bedoeling om dat ook nader te gaan uitspitten? De stad Mechelen bewijst dat het plastic dat niet bij pmd mag, maar via een aparte inzameling wordt opgehaald, toch wel een besparing oplevert voor heel wat huishoudens.
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Minister, dank u voor uw uitvoerig antwoord. In het regeerakkoord staat inderdaad alleen maar dat er een onderzoek gaat gebeuren, en niet dat het effectief zal worden ingevoerd. Uit de reacties van sommige collega’s van de meerderheid voel ik aan dat de meningen daarover nu al verdeeld zijn.
Als ik het goed heb begrepen, is uw onderzoek klaar maar moet u het nog met een aantal instanties bespreken vooraleer er effectief mee naar de regering wordt gegaan en er conclusies uit getrokken worden. Alleszins blijkt in het buitenland dat het statiegeld het recyclagegedrag stimuleert, als ik voortga op de cijfers uit het buitenland. Het is zeker een feit dat je met statiegeld veel meer het principe ‘de vervuiler betaalt’ hanteert, want degene die zijn verantwoordelijkheid neemt, krijgt zijn geld terug en degene die dat niet doet, draait ervoor op. Nu betaalt iedereen mee voor iedereen, ongeacht het individueel gedrag. In die zin ben ik wel overtuigd van het voordeel van statiegeld.
Ik ben nog altijd verwonderd over de grootte van de inspanning die van de lokale besturen komt. Dat was ook de aanleiding van het opnieuw indienen van een vraag over statiegeld. Ik vind dat we er nogal licht overgaan dat 90 procent van de inspanning door de lokale besturen wordt gedaan. Het zou anders nog veel erger zijn. Ik wilde heel even benadrukken dat als er verder onderzoek komt, dat aspect nog eens kan worden bekeken.
Mevrouw Peeters heeft het woord.
Mevrouw Taeldeman, ik zal alleszins aan onze fractievoorzitter vertellen dat u zijn stad Mechelen hier als voorbeeld stelt. Dat compliment zal ik hem graag overmaken.
Ik wil ook de minister danken voor haar antwoord. Er zal vroeg of laat wel een beslissing vallen rond heel het verhaal van statiegeld. Ik denk alleszins dat het goed is dat men heel het verhaal van de pmd-zak daarin meeneemt omdat 60 procent van wat er wordt ingezameld via de pmd-zak, drankverpakking is. Daar mogen we niet te licht overheen gaan. Los daarvan denk ik dat het zwerfvuil een grote, globale aanpak nodig heeft en dat alleen maar statiegeld invoeren, geen oplossing kan bieden.
De heer Nevens heeft het woord.
Minister, vandaag is het wel duidelijk dat zelfs met het invoeren van statiegeld er nog altijd verschrikkelijk veel zwerfvuil zal zijn op Vlaamse wegen. Ik ben blij om te horen dat de verpakkingsindustrie zelf in gang geschoten is om alternatieven te bieden om dat zwerfvuil aan banden te leggen. Dat verheugt me, alleen zijn ze er natuurlijk wel laat mee.
Ik vind het ook spijtig dat Fost Plus tot 2017 nodig zal hebben om te kijken of er geen uitbreiding is van de inzameling van pmd en van plastic afval. Ik kan u het voorbeeld geven van Oostenrijk waar vandaag alle plastic huishoudelijk afval gerecycleerd wordt. Het is zoals mevrouw Taeldeman aanhaalt: plastic afval zorgt voor heel veel volume in het restafval en maakt dat de kostprijs voor de inwoners verhoogt. Vandaag is de industrie er klaar voor om met die verpakkingsmaterialen aan de slag te gaan en te recycleren. Minister, het zou me verheugen mocht u Fost Plus wat aanmoedigen om wat sneller te gaan met het invoeren van ander plastic verpakkingsmateriaal om in te zamelen.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega’s, voor alle duidelijkheid – ik ben er ook mee begonnen –, als we het zwerfvuil willen aanpakken, zal dat inderdaad globaal moeten zijn. Ik heb daarnet ook gewezen op de handhaving, gedragsbeïnvloeding en sensibilisering. Het zal zeker een totaalaanpak zijn. Niemand beweert dat statiegeld de grote oplossing zal zijn voor alle zwerfvuil. Ik denk dat we het daarover eens zijn.
Ik ben het eens met collega Nevens. Hij zegt dat het goed is dat de sector zelf wel voelt dat een aantal andere wegen moeten worden ingeslagen.
Ik heb daarnet ook gezegd dat het eindrapport is overgemaakt aan de stuurgroep. Ik heb vorige keer uitgelegd dat er een stuurgroep is samengesteld met de betrokken actoren. Die moeten natuurlijk de kans krijgen om dat te bekijken. Mevrouw Robeyns zegt dat het nog moet worden besproken met een aantal actoren. Het is natuurlijk eigen aan het feit dat je een stuurgroep installeert, dat je ervoor zorgt dat die het eindrapport ook ziet.
Er wordt vaak verwezen naar het buitenland, onder andere voor statiegeld. Men zegt dat men in Duitsland een succesformule heeft, dat het daar werkt. Collega Nevens zegt dat het in Oostenrijk allemaal zoveel beter zou zijn wat recyclage betreft. Ik kan alleen maar zeggen dat Vlaanderen kampioen is wat betreft het selectief inzamelen en recycleren van materiaal. Op dat vlak doen we het niet slecht. Ik sta er wel voor open om te kijken of we de inhoud van de pmd-zak niet kunnen verruimen. U zegt dat 2017 nog heel ver af is. Aan de andere kant is het anderhalf jaar bekijken hoe het loopt op het terrein. Dat lijkt me toch niet zo lang. 2017 zal er snel zijn, collega. Je moet dat de tijd geven.
Mevrouw Taeldeman, ik heb zelf verwezen naar intercommunales, gemeenten en steden waar ook een aparte zak is voor plastic. Mechelen is één voorbeeld. Ik heb er zelf naar verwezen dat dit op vele plaatsen al gebeurt. In het Meetjesland bijvoorbeeld zijn er heel wat gemeenten, waaronder mijn eigen gemeente, waar je met alle plastic naar het containerpark kunt. Ik zal een oplijsting bezorgen aan de leden.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.