Verslag vergadering Commissie voor Wonen, Armoedebeleid en Gelijke Kansen
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, in het licht van het Grote Woononderzoek werden in opdracht van de Vlaamse Overheid 10.000 gezinnen geïnterviewd, onder meer over hun uitgaven voor wonen en hun woonwensen. Daarnaast – en dat is toch wel uniek – werden 5000 woningen gescreend volgens de kwaliteitsnormen van de Vlaamse overheid. Op basis van die screening werd 37 procent van de woningen, dat zijn ongeveer 1 miljoen woningen, beoordeeld als van ‘ontoereikende kwaliteit’.
Dat betekent dat aan die woningen aanpassingen nodig zijn om te voldoen aan de Vlaamse woonnormen. De kwaliteit van een woning en de energiezuinigheid ervan zijn terug te vinden in enerzijds het conformiteitsattest en anderzijds het energieprestatiecertificaat (EPC). Het conformiteitsattest geeft aan dat de betreffende huurwoning niet ongeschikt en niet onbewoonbaar verklaard is en dat ze voldoet aan de Vlaamse kwaliteitsnormen. Het conformiteitsattest is niet verplicht. Het wordt opgemaakt aan de hand van een technisch verslag vanuit Wonen-Vlaanderen. Het EPC is wel verplicht bij het verkopen en verhuren van een woning. Het document wordt niet opgemaakt door Wonen-Vlaanderen, maar door een erkende energiedeskundige type A. Het geeft weer hoe energiezuinig de woning is.
Ik wil even citeren uit het Grote Woononderzoek van 2013, waarin het Steunpunt Wonen zijn visie geeft op beide attesten: “De beide attesten zijn gebaseerd op een beoordeling van de technische kenmerken van de woning. Het EPC-attest is verplicht bij het te koop of te huur stellen van een woning en wordt opgemaakt door EPC-controleurs, op kosten van de eigenaar. Het conformiteitsattest is niet verplicht en wordt opgemaakt door en op kosten van de overheid. Gezien die verschillende condities kunnen beide attesten niet zomaar geïntegreerd worden. Nochtans zou dat een kostenbesparing kunnen betekenen. Tegelijkertijd opent dit sporen voor permanente monitoring van de woningkwaliteit.”
Minister, wat is uw visie op de mogelijkheden om beide attesten meer op elkaar af te stemmen en op een integratie van het EPC en het conformiteitsattest? Zult u in dat kader concrete stappen zetten? Hoe kunnen we samen op zoek gaan naar manieren om de woonkwaliteit in Vlaanderen meer permanent te monitoren? Iedereen zal het erover eens zijn dat we voor een opwaardering van de woonkwaliteit in Vlaanderen moeten gaan.
De heer Engelbosch heeft het woord.
Het verwondert mij een beetje dat deze vraag vandaag geagendeerd staat, want we weten allemaal dat er een onderzoek loopt naar een zogeheten woningpaspoort, dat een integratie zou moeten zijn van alle mogelijke attesten. In die zin vind ik de vraag een beetje voorbarig.
Waar ik het vooral niet mee eens ben, en wat ik een beetje een vreemde redenering vind, is dat men zou denken dat het een kostenbesparing met zich zou meebrengen. Als we het conformiteitsattest verplicht maken, dat toch gemiddeld 100 euro kost, zal het net duurder worden in plaats van kostenbesparend te werken.
Minister Homans heeft het woord.
Mevrouw Taeldeman, nog niet zo lang geleden hebben we dit debat ook al eens gevoerd in deze commissie. U stelt nu een aantal bijkomende vragen. Ik heb er uiteraard geen problemen mee om op uw vragen te antwoorden.
Ik zal straks nog op een aantal tekortkomingen en nadelen wijzen, maar ik ben er net als u voorstander van om woningkwaliteit en energiezuinigheid op een geïntegreerde manier aan te pakken. De heer Engelbosch heeft terecht naar het woningpaspoort of de woningpas verwezen, die onder de bevoegdheid van collega’s Turtelboom en Schauvliege valt. Zij hebben dat ook samen geagendeerd op de ministerraad van de Vlaamse Regering. Er worden nu allerlei zaken onderzocht om te zien wat de mogelijkheden zouden kunnen zijn.
Voor een woningcontroleur lijkt het mij wel gemakkelijker om op basis van een EPC-certificaat te werken dan alle isolatievormen afzonderlijk te moeten gaan controleren. En hoe meer controles men doet, hoe meer kans men loopt op eventuele beschadiging.
U vroeg ook of ik nog concrete stappen plan. Enerzijds wil ik verwijzen naar het onderzoek in het kader van de woningpas, maar anderzijds kan ik u ook een primeur meegeven: ik heb namelijk aan het Steunpunt Wonen gevraagd om te onderzoeken of het haalbaar en wenselijk is om erkende externe deskundigen in te schakelen voor de conformiteitsonderzoeken. U weet dat de conformiteitsonderzoeken nu enkel en alleen door de Vlaamse ambtenaren kunnen gebeuren, de huidige woningcontroleurs, zoals ze officieel heten. Dat kan niet door externe deskundigen.
Als je externen erbij kunt betrekken, heeft dat het voordeel dat je op grotere schaal conformiteitsonderzoeken kunt doen, maar aan de andere kant heeft dat natuurlijk ook een effect op de prijs, zoals de heer Engelbosch al opmerkte. Dat zal zeker meegenomen worden in het onderzoek dat ik recent aan het Steunpunt Wonen gevraagd heb.
Het conformiteitsattest is inderdaad niet verplicht. Alleen als een woning via een sociaal verhuurkantoor wordt verhuurd, is een conformiteitsattest verplicht. Lokale besturen kunnen nu wel conformiteitsattesten opleggen, maar uit navraag bij een aantal steden en gemeenten blijkt dat zeer weinig te gebeuren. Misschien moeten we de lokale besturen in dezen ook op hun verantwoordelijkheid wijzen. Ze hoeven dat niet te doen, maar ze kunnen het wel doen. Het is misschien wel de moeite waard om hen op die mogelijkheid te wijzen.
U vroeg tot slot of ik nog op andere manieren de woningkwaliteit permanent wil monitoren. We zouden het periodieke onderzoek naar de staat van het wonen in Vlaanderen, zoals het Grote Woononderzoek van 2013, kunnen verankeren in de Vlaamse Wooncode. Misschien is dat wel een goede piste. Wonen-Vlaanderen zal die piste verder onderzoeken in het kader van de opmaak van het woonbeleidsplan. We kunnen zo een permanent karakter geven aan dat soort van onderzoeken.
Mijnheer Engelbosch, ik ben natuurlijk op de hoogte van de conceptnota integratieattesten. Dat is een zeer interessante nota die hopelijk veel in beweging zal zetten. Het startschot is gegeven om aan de hand van verschillende werkgroepen in verschillende departementen te zoeken hoe diverse attesten kunnen worden geïntegreerd. Vandaag zijn bijna achttien attesten nodig bij verkoop of verhuur van een woning. Als we kunnen overgaan naar een meer geïntegreerde aanpak, zal dat goed zijn voor de huurder en voor de eigenaar.
Tegelijk loopt het Renovatiepact. Er lopen enkele interessante studies op dit moment. Er zijn veel werkgroepen in gang gezet. Het is goed om te wachten tot de werkgroepen van het Renovatiepact en die van de renovatieattesten tot een conclusie komen om dan na te gaan wat we er beleidsmatig mee kunnen doen.
Gisteren is in het kader van de besprekingen over het Renovatiepact de bijzondere werkgroep over woonkwaliteit samengekomen. Het zou interessant zijn om hun visie of aanbevelingen te horen.
Minister, ik dank u voor de primeur die u aan de commissie hebt meegedeeld, namelijk dat u de opdracht hebt gegeven aan het Steunpunt Wonen om te onderzoeken of ook externen kunnen worden betrokken bij het onderzoek naar woonkwaliteit. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden over wonen doen ook al veel over woonkwaliteit, maar volgens het decreet of de Wooncode kunnen ze niet exclusief worden aangesteld om verslagen op te maken over woonkwaliteit. Vandaag is dat enkel uitbesteed aan de ambtenaren.
Heel veel samenwerkingsverbanden over wonen hebben veel expertise over woonkwaliteit en zetten vaak voorbereidende stappen. Ze organiseren hoorzittingen om huurder en verhuurder samen te brengen. Als het steunpunt dit onderzoekt, zullen ze waarschijnlijk tot de vaststelling komen dat, als de Wooncode wordt aangepast om er ook externen bij te betrekken, de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden over wonen heel goed in staat zijn de woonkwaliteit te controleren.
Minister, u had het ook over conformiteitsattesten en de verantwoordelijkheid van lokale besturen. Daarover hebben we al verschillende uren vergaderd. Kunnen we werken met een stedenbouwkundige verordening om het conformiteitsattest verplicht op te leggen als een nieuwe huurder een huurwoning betrekt? We hebben daar veel over nagedacht, voor- en nadelen afgewogen. Een opmerking die vaak wordt gegeven, is dat als we in een stedenbouwkundige verordening verplichten om bij elke nieuwe verhuur van een huurwoning in het hele grondgebied van de gemeente zo’n attest op te leggen, we vrezen dat veel eigenaar-verhuurders zullen afhaken. Ze vrezen dat de huurmarkt opnieuw zal krimpen, terwijl deze legislatuur net werk wil maken van het versterken van de huurmarkt. Ik geef hier de pro’s en contra’s van zo’n veralgemeende doorvoer van een conformiteitsattest.
Anderzijds kan een stad of gemeente werken op straat- of wijkniveau, de oudste straten en wijken in kaart brengen en daar gebiedsgericht werken rond het verplicht opleggen van zo’n conformiteitsattest. Minister, zijn er al steden en gemeenten die werken met zo’n stedenbouwkundige verordening? Ik heb daar geen kennis van. Als er goede voorbeelden zijn, zijn we geïnteresseerd om dat eventueel te implementeren. Het is van groot belang dat een huurder in een kwaliteitsvolle woning terechtkomt.
Ik ben blij te vernemen dat u zoekt naar manieren om een permanente monitoring op te stellen over woonkwaliteit in Vlaanderen en dat u denkt aan een verankering in de Wooncode zodat er periodiek kan worden gecontroleerd hoe onze woonkwaliteit er in Vlaanderen op vooruitgaat.
Mevrouw Taeldeman, u hebt nog enkele waardevolle suggesties gedaan die we zeker zullen meenemen in alle onderzoeken die nu lopen. We zullen uitzoeken of er bepaalde steden en gemeenten zijn die dat nu al doen in het kader van het conformiteitsattest. Het is wel de burgemeester die zelf autonoom kan beslissen. Of dat nu via een stedenbouwkundige verordening moet of niet, zullen we uitzoeken. Bij mijn weten kan de burgemeester zelf beslissen om het al dan niet verplicht te maken, ook al gebeurt het niet via een sociaal verhuurkantoor. We zullen dat uitzoeken en laten weten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.