Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Meremans heeft het woord.
In Meta, het maandblad van de Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek-, Archief- en Documentatiewezen (VVBAD) stond een artikel over de Airport Library van Schiphol. Schiphol telt meer dan 50 miljoen passagiers per jaar, Zaventem heeft er ruim 19 miljoen.
Het initiatief in Schiphol werd in 2006 opgestart door de openbare bibliotheken. Zij willen daarmee de Nederlandse cultuur onder de aandacht brengen, een waardevolle invulling bieden van de wachttijd en inzetten op een positieve beïnvloeding van het imago van de Nederlandse openbare bibliotheken. Gedurende de eerste vier werkingsjaren was het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen de hoofdfinancier van dit project. Er is ook een samenwerking met het Nederlands Letterenfonds.
Momenteel zijn er in dat deel van de luchthaven werken aan de gang. Daarna komt die Airport Library terug. Men heeft zelfs al ruimte aangeboden.
Men kan in die bibliotheek terecht voor vertaalde Nederlandse fictie in dertig talen, fotoboeken, filmpjes, fotopresentaties, kleine objecten, exposities die een beeld geven van de Nederlandse cultuur, muziek van Nederlandse musici en lees- en werkplekken. De bibliotheek van Schiphol ontving het eerste jaar 300.000 bezoekers, in het derde jaar waren er 325.000 bezoekers. De Airport Library kreeg een vermelding in de New York Times, een reportage op een nationale publieke Amerikaanse zender en ze was een item op het Wit-Russisch televisiejournaal. De media die zich vooral bezighouden met reizen, hebben daar aandacht aan besteed.
De nationale spoorwegen van Nederland zijn bereid om te praten over filialen in hun stations. Zij willen zo een keten van minimaal tien stationsbibliotheken ontwikkelen waarbij ze zelf locaties ter beschikking stellen.
Wat het noordelijk deel van het prinsenvolk voor elkaar krijgt, moeten wij als Vlamingen misschien ook wel kunnen. Minister, kunnen wij niet onderzoeken of een soortgelijk initiatief kan worden gerealiseerd in de luchthaven van Zaventem? Ik heb het dan niet over een megalomaan project, maar over het creëren van een plek waar Nederlandstalige publicaties worden gepresenteerd. We kunnen dan vertaalde Nederlandstalige werken aanreiken aan de reizigers. Het is vooral de bedoeling dat toeristen, overstappers en passanten tijdens hun wachttijd kunnen proeven van en kennismaken met onze Vlaamse en Nederlandstalige literatuur op een ontspannende uitnodigende plek. Op die manier kunnen we onze literatuur en onze schrijvers in een internationaal cultuurkader plaatsen. Een uitdagende inrichting is uitnodigend tussen al die commerciële vitrines.
– Caroline Bastiaens treedt als voorzitter op.
Misschien kan een samenwerking tussen diverse partners zoals de VVBAD, het Vlaams Fonds voor de Letteren en andere de realisatie van een dergelijk initiatief bespoedigen. Misschien kan een samenwerking met Nederland in dit kader betekenisvol zijn. Misschien kan het Vlaams-Nederlands Huis de Buren een rol spelen. De huidige technologieën moeten ons in staat stellen om die plek met relatief beperkte middelen te creëren. In Nederland heeft men bijvoorbeeld geen personeel. Een gepensioneerde bibliothecaris komt een keer per dag langs om alles op zijn plaats te zetten. Ook inzake diefstal valt deze ervaring heel goed mee.
Minister, bent u bereid om naar analogie met het voorbeeld in Nederland een dergelijk initiatief onder de aandacht te brengen, te onderzoeken en mogelijke betrokken partners rond de tafel te brengen om daarover van gedachten te wisselen?
Is een Vlaams-Nederlandse samenwerking zinvol en wenselijk?
Ziet u mogelijkheden om hierbij eventueel een cross-over te maken met andere domeinen in Vlaanderen?
De heer De Gucht heeft het woord
Het lijkt me een bijzonder interessant voorstel om in de luchthavens na te gaan hoe men het literaire werk, niet alleen van eigen maar ook van andere schrijvers, naar voren kan brengen. We kunnen op een handige manier gebruikmaken van de digitale revolutie die de afgelopen jaren binnen de boekensector heeft plaatsgevonden. De bibliotheken moeten evolueren naar de 21e eeuw. Zo’n initiatief past perfect in die 21e-eeuwse invulling. In tegenstelling tot het buitenland hebben onze bibliotheken en literaire huizen soms een saai imago. In het buitenland, bijvoorbeeld de Verenigde Staten, bestaan er privé-initiatieven waar men gewoon binnenstapt.
Zo kan je in Barnes & Noble een hele dag rondlopen en snuisteren. Dat zou uitstekend passen op een luchthaven, en zeker op een luchthaven die zich meer en meer positioneert als een luchthaven waar de consument in allerhande zaken zijn weg kan vinden. Je kunt er allerlei kleren en andere zaken kopen. Waarom zou je de mensen op de luchthaven dan niet aanbieden om ook van cultuur te genieten?
De heer Verstreken heeft het woord.
De collega’s hebben interessante dingen gezegd. In Amerika heb je een keten, daarnet door de heer De Gucht genoemd, met een fantastische beleving. Je kunt er een koffietje drinken, relaxed genieten, een boekje lezen, al dan niet verplicht te kopen, en spontaan kopen de mensen dan toch. Daar is het natuurlijk een privé-investering. Maar hoe is dat realiseerbaar op de luchthaven in Zaventem? We weten welke serieuze problemen we in de vorige legislatuur hebben gehad om daarmee samen te werken. Ik weet dat er verbetering is, maar dan denk ik in de eerste plaats aan de samenwerking met Toerisme Vlaanderen. Daarover werden in het verleden heel veel vragen gesteld. En dan ging het enkel om de promotie van de kunststeden, om het uithangen van affiches, om het promoten van 'Destination Flanders'. Hoe moeilijk was dat niet en hoeveel geld kostte dat niet? De belastingbetaler heeft geïnvesteerd in Zaventem, dus vind ik dat ze daar wel iets voor moeten terugdoen. Dit kan een win-winsituatie zijn voor iedereen. Het zal een huzarenstukje worden om dit te realiseren. Maar het is natuurlijk wel een heel mooie piste. We kunnen er nog de Taalunie bij betrekken want er zijn heel veel werken vertaald in andere talen. Het zou ten aanzien van de buitenlandse toeristen een mooie promotie zijn voor de literaire wereld en de kunstenwereld. Minister, ik wens u veel succes.
Minister Gatz heeft het woord.
De luchthavenbibliotheek in Schiphol lijkt me een interessant en waardevol initiatief dat een onderzoek waard is, maar op het eerste zicht lijkt het me, althans in die format, op onze nationale luchthaven toch een minder vanzelfsprekende realisatie. Als ik het goed heb begrepen, heeft de bibliotheek op Schiphol geen uitleenfunctie – dat lijkt me ook geen goed idee – maar biedt ze vooral een plaats om te verpozen en ter plaatse kennis te maken met Nederlandse literatuur en cultuur.
In Schiphol, een populaire overstapplaats waar dagelijks duizenden mensen een paar uur wachten op een vervolgvlucht, is het potentiële bereik van een dergelijke bib veel groter dan in Zaventem, of Brussels Airport zoals u wil, dat toch meer gericht is op korte vluchten binnen Europa. Ik weet niet of er daar na de obligate taxfree shopping nog veel tijd overblijft om wat literatuur te consumeren. We moeten er rekening mee houden dat Brussels Airport Company, dat de luchthaven uitbaat, voor 25 procent in handen is van de federale overheid. Als de andere gemeenschappen aan bod willen komen, kan dat voor de bezoekers alleen maar verrijkend zijn, maar wordt het toch moeilijker om een dergelijk initiatief van de grond te krijgen.
Ik heb de indruk dat de Airport Library vooral een promotie-instrument is en veeleer vanuit die invalshoek moet worden bekeken dan vanuit een bibliotheekbeleid. Wat ik wil voorstellen, is dat ik het idee voorleg aan het steunpunt Bibnet/LOCUS, maar dat ik het ook onder de aandacht zal brengen van het Gemengd Managementcomité Internationaal Cultuurbeleid en Culturele Diplomatie (MaCo ICCD), dat bestaat uit de leidend ambtenaren van het Departement internationaal Vlaanderen (DiV), het agentschap Toerisme Vlaanderen, het agentschap Flanders Investment and Trade (F.I.T.) en ons Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media. Zij kunnen nagaan wat de opportuniteit en haalbaarheid van een dergelijk of gelijkaardig initiatief zouden zijn. Als men de databank van LOCUS erop naslaat, ziet men immers dat er internationaal al zeer veel boeiende innovatieve en inspirerende projecten bestaan die het bibliotheekwerk echt tot bij de mensen brengen, zoals de Underground New York Public Library, The Tree House Gallery in Londen, de Giving Library in Florida of, dichter bij ons, de zwerfbibliotheek op het perron in Turnhout of de strandbibliotheek in Zeebrugge.
Een mogelijke Vlaams-Nederlandse samenwerking maakt zeker deel uit van het onderzoek dat door het MaCo ICCD kan worden gevoerd. Dit geldt ook voor het onderzoeken van mogelijke kruisbestuivingen met andere beleidsdomeinen, zoals Toerisme.
Om het debat nog wat te voeden: ik weet dat er vanuit bepaalde musea interesse bestaat om, niet vanuit een bibliotheekoogpunt, een soort van permanente exporuimte op de luchthaven te installeren. Deze zaken kunnen elkaar versterken. Dit is allemaal embryonaal, er zijn geen uitgewerkte businessplannen.
Ik wil u niet met een kluitje in het riet sturen, maar ik stel voor dat het beleidsorgaan dat ik daarnet heb genoemd, zich daar eens over buigt. We zullen dan eens kunnen terugkomen met wat men een ‘prehaalbaarheidsstudie’ zou kunnen noemen, om te zien of het zinvol is. Zinvol kan het zijn, maar kunnen we het doen landen op de luchthaven? Dat zou natuurlijk een goede zaak zijn.
De heer Meremans heeft het woord.
De vlieger is nog niet in de lucht. Maar wie weet kan het wel, als we hem naar boven trekken als een zweefvliegtuig. Ik ben blij dat de collega’s in de commissie Cultuur daar ook aandacht voor hebben.
Minister, ik begrijp uw opmerking. Ik weet ook dat er in Schiphol meer passagiers dan in Zaventem moeten wachten op andere vluchten. Er zijn in Schiphol 50 miljoen passagiers per jaar, dat is een verschil van plusminus 30 miljoen in vergelijking met Zaventem. Ik ken ook de problemen uit het verleden die de heer Verstreken heeft aangehaald. Maar dan nog vind ik het belangrijk, omdat wij ons cultuurbeleid willen internationaliseren en op de kaart willen zetten. U ziet het meer als een promotie. Ik ga daar voor een deel in mee. Er zijn genoeg mensen die zo’n plek kunnen maken. Ze hebben genoeg knowhow. Het kan een oord van promotie worden waar je bijvoorbeeld met behulp van nieuwe technologie een aantal boeken kunt downloaden, zoals de heer De Gucht zei. Of waar je muziek kunt downloaden van Belgische muzikanten of Vlaamse muzikanten die interessant zijn. Of waar je een strip of iets dergelijks kunt meenemen. We moeten daar eens over nadenken.
Minister, ik ben blij met uw antwoord. Ik weet ook wel dat het niet in één dag kan worden gerealiseerd, dat we inderdaad diverse partners zullen moeten samenbrengen om daarover te denken. Ik ben ook blij dat u aandacht schenkt aan de Vlaams-Nederlandse samenwerking. Het zal niet onmiddellijk kunnen, maar ik ben wel blij dat er de nodige aandacht aan wordt geschonken en dat we daar eventueel kunnen landen.
De heer De Gucht heeft het woord.
We moeten niet enkel uitkijken naar publieke actoren. We moeten ook bekijken of de mogelijkheid bestaat van een samenwerking met een privaat initiatief en of er daar een goede kruisbestuiving kan bestaan.
Een digitale ontlening kan interessant zijn. Mijnheer Meremans, in een luchthaven is het inderdaad niet gemakkelijk om iets te ontlenen, tenzij je natuurlijk weet dat je binnen afzienbare tijd terugkomt. Er zijn zo van die leuke initiatieven. Ik geef er gewoon even een mee waarvan ik denk dat het niet noodzakelijkerwijs in het toplijstje van prioriteiten moet staan: ik heb het over het ruilsysteem waarbij je een boek achterlaat en een ander boek meeneemt. Het is bijzonder interessant om zoiets te doen op een luchthaven. Ik kom van een vakantie of ik ga op vakantie – dan lijkt het mij wel een leuk idee om mee te werken.
Ook de samenwerking met musea is een goed idee. Ik weet dat het in een embryonale fase zit, maar laat ons bekijken in hoeverre we daar iets kunnen opstarten. We hebben op cultureel vlak ongelooflijk veel te bieden. Ik denk aan de stripmusea die we in onze hoofdstad hebben. Strips kun je iets sneller doornemen. Daar kun je enorm veel mee doen. Mijnheer Meremans, ik vind uw voorstel zeer goed.
De vraag om uitleg is afgehandeld.