Verslag vergadering Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid
Verslag
Mevrouw Peeters heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, na de perentelers vorig jaar slaan nu ook de appeltelers alarm omdat ze sterk getroffen worden door de Russische boycot. Zij geraken hun grote voorraden appels niet kwijt. Voor de perentelers is er na een eerste schok een oplossing gevonden. Zij kunnen wel hun producten afzetten tegen een betere prijs, maar bij de appeltelers liggen de kaarten fundamenteel anders. Er is een groot overaanbod aan appels met een voorraad die 80 procent groter is dan vorig jaar. De prijsvorming is dramatisch laag, met een daling van 30 procent tegenover vorig jaar. En onze appeltelers worden weggeconcurreerd door appels uit andere landen.
Heel wat andere Europese landen zoals Polen verkochten appels in heel grote hoeveelheden aan Rusland. Nu kunnen ze dat niet meer en verkopen ze die op markten waar wij normaal actief zijn. De fruittelers doen via een oproep in de media een beroep op de Belgen om appels uit eigen streek te eten. Daarnaast blijft echter de uitdaging voor het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) om nieuwe afzetmarkten te prospecteren en op die manier voor een structurele oplossing te zorgen. Vorig jaar voorzag ook Europa in steunmaatregelen voor de getroffen fruittelers en dit jaar gebeurde dat nog voor de varkensboeren.
Minister, wat is de evolutie van de export van appels naar het buitenland sinds de invoering van de Russische boycot in kwantiteit en qua afzetgebieden? Zal VLAM gehoor geven aan de oproep van de appeltelers om de consumptie van appels in eigen land te verhogen of te stimuleren? Komt er hiervoor een specifieke campagne in Vlaanderen en eventueel in Wallonië? Werd op het niveau van VLAM al overleg gepleegd over het nemen van extra initiatieven om nieuwe buitenlandse afzetmarkten te prospecteren? Op welke landen en/of regio’s wordt gefocust? Bent u van plan om de toestand nogmaals aan te kaarten op Europees niveau en te vragen naar de mogelijkheden voor extra steun ten gunste van de getroffen appeltelers?
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Ik sluit me aan in naam van de heer Engelbosch, die in een andere commissie aanwezig moest zijn. De appelcrisis zou niet zijn voorspeld, in tegenstelling tot de perencrisis, omdat wij slechts 10 procent exporteren naar Rusland. Maar de grote uitvoerders naar Rusland, zoals Polen, begeven zich nu op onze afzetmarkten aan dumpingprijzen. Ook de kwaliteit van de appels kan in vraag worden gesteld, terwijl Vlaanderen toch gekend staat voor de goede kwaliteit. Minister, gaat u extra inspanningen vragen van VLAM om onze appelsector te ondersteunen, bovenop de reguliere promocampagnes?
De heer De Croo heeft het woord.
Ik ben waarschijnlijk de enige fruitkweker van het parlement. Het is de eerste keer dat ik foto’s heb genomen van sneeuw met rode appels, zonder bladeren. We hebben een groot deel aan de bomen laten hangen. Minister, ik wijs op de capaciteitsmogelijkheden om de oogsten te stockeren, in het bijzonder wanneer de afname in het gedrang komt. Zijn daar lessen uit te trekken? Is er flexibiliteit? Heeft men dat geprospecteerd? Is er een buffermogelijkheid?
Minister, ik heb in het verleden in deze commissie nog gezegd dat een van de problemen met de export van onze appels, peren en het varkensvlees is dat we te afhankelijk zijn van een beperkt aantal landen. Dan kan een crisis zoals deze verregaande gevolgen hebben. VLAM en Flanders Investment & Trade (F.I.T.) zijn zich ook aan het heroriënteren. Het is uitermate belangrijk dat de afzet voldoende breed wordt georiënteerd. We mogen niet te afhankelijk zijn van een zeer beperkt aantal landen.
Voor de sectoren is het bijzonder belangrijk om een voldoende ruim aanbod te hebben. Dan denk ik in de eerste plaats aan de sector van de peren, waar het aantal variëteiten uitermate beperkt is. Als alles goed draait op de binnenlandse en de buitenlandse markten, is er geen probleem. Maar zodra er een probleem is, merk je hoe kwetsbaar je bent. Dat zijn twee elementen voor de toekomst en het beleid.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Voorzitter, na de invoering van het invoerverbod in Rusland zijn maatregelen voor de fruitsector genomen. We hebben daar heel hard voor geijverd. Die maatregelen omvatten ook het niet oogsten van appelen. Er is een mogelijkheid om hiervoor steun aan te vragen.
De vraag is nu hoe vaak hiervan gebruik is gemaakt. Eigenlijk is dat in drie fases verlopen. Tijdens de eerste periode, tot 10 september 2014, is 606 hectare aan appelen niet geoogst. Tijdens de tweede periode, tot eind 2014, is 19.716 ton appelen met Europese steun uit de markt genomen. Tijdens de derde periode, van januari 2015 tot nu, is nog eens 2040 ton appelen meer uit de markt genomen. Als we naar het totaal na de drie fases kijken, blijkt het ongeveer om 21.200 ton te gaan. Dat is het Belgisch contingent voor de interventies.
Wat die Europese interventies betreft, is er nog een zeer grote marge. Eigenlijk is maar 10 procent opgebruikt. We zouden hier dan ook nog verder gebruik van kunnen maken. We blijven dit op de voet volgen. De vraag om bijkomende steun is momenteel niet aan de orde. We hebben het contingent nog niet opgebruikt. Daar kan nog gebruik van worden gemaakt. Het heeft dan ook weinig zin nu om andere vormen van steun te vragen. De Europese Commissie zou hiertoe overigens niet bereid zijn.
De producentenorganisaties moeten natuurlijk zelf beslissen of ze hierop ingaan. Ze moeten zelf beslissen of ze iets uit de markt willen halen. De Europese instrumenten en middelen zijn beschikbaar. De sector kan tot 30 juni 2015 tot een activering overgaan. Er zijn nog twee maanden om hiervan gebruik te maken.
Tijdens de laatste weken van de vorige steunperiode, die van september tot december 2014 heeft gelopen, hebben we plots een aanzienlijke stijging gezien. We verwachten dat er tegen het einde van deze periode ook weer een stijging zal zijn. Hier zal opnieuw meer een beroep op worden gedaan.
We moeten blijven benadrukken dat onze appelen van bijzonder goede kwaliteit zijn. Dit geldt ook na bewaring. We beschikken over zeer goede, innovatieve technieken. We merken dat dit niet overal het geval is. Onze appelen die nu worden bewaard, zullen van topkwaliteit zijn zodra ze op de markt komen. In een aantal andere landen neemt de kwaliteit fors af naarmate de oogst later op de markt komen. Hierdoor is er nu een inhaalbeweging op de markt aan de gang.
We moeten uiteraard ook promotie voeren. Dat punt is hier al dikwijls aan bod gekomen. Het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) zorgt hiervoor. Op 23 maart 2015 is beslist het beschikbare promotiebudget voor binnenlandse campagnes ter promotie van de jonagoldappel in te zetten. Die campagne, die momenteel volop wordt ontwikkeld, zal bij de start van het nieuw seizoen aanvangen.
Eind april 2015 zijn de problemen nogmaals naar boven gekomen. Om op de berichten in de media in te spelen, heeft het VLAM toen een advertentiecampagne op de sociale media gelanceerd.
De Belgische appelexport is in 2014 lager dan het jaar voordien uitgevallen. Dat is een trend die zich al een paar jaar manifesteert. Er is een gestage daling aan de gang. We verliezen elk jaar volumes op de belangrijkste afzetmarkten. Dit is niet louter aan de boycot te wijten. We moeten hier correct en eerlijk over communiceren. Heel wat kleinere afzetmarkten nemen meer Belgische appelen op. Het gaat dan wel om kleinere volumes. De exportmarkt is in verandering.
Het VLAM beschikt over een werkgroep inzake export die driemaandelijks vergadert. Samen met de sector wordt nagegaan op welke markten we ons het best richten en welke strategie we het best hanteren.
Dat is nu ook gebeurd. In februari 2015 ging het om Berlijn en Noord-Italië. In maart 2015 ging het om Tokyo, Servië en Kroatië. In april 2015 ging het om Canada. In september 2015 wordt het China en Moskou. In oktober 2015 wordt het dan Dubai, Madrid en de Verenigde Staten. Het gaat steeds om specifieke beurzen, food days en dergelijke die ginds worden georganiseerd: het VLAM is steeds aanwezig.
Daarnet zijn ook een paar vragen over het project Food Pilot gesteld. Dit project, een samenwerking tussen het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) en Flanders’ FOOD, heeft betrekking op nieuwe toepassingen. Het test- en applicatiecentrum gaat na op welke nieuwe manieren appelen kunnen worden verwerkt en hoe de afzetmarkt kan worden vergroot. Dit project is er gekomen op vraag van de kmo’s en van de grote bedrijven die echt op productdiversificatie willen inzetten.
Ze bieden ondersteuning met piloottesten en analyses, en dat heeft ook wel al resultaat opgeleverd. Ik althans heb dat recent ook zelf kunnen vaststellen. Ik verwijs naar de spiraalfilterpers, die op een andere manier appelen gaat filteren, zodat er hoogkwalitatief sap is, dat ook een heel andere kleur en een andere smaak heeft. Dat toestel wordt volop getest en wordt ook ter beschikking gesteld van kmo’s en bedrijven, om dat op die manier te promoten en dat appelsap nog aantrekkelijker te maken. Zo kan men natuurlijk ook bijkomende inkomenszekerheid verwerven. Dit is een groot succes: recent werd deze technologie in gebruik genomen door een aantal producenten in Vlaams-Brabant en Limburg. U ziet dus dat er ook resultaten zijn. Er kan dus worden gezegd dat, simultaan met de perenverwerking, ook de appelverwerking wordt aangepakt binnen de Food Pilot, met een toch wel goed resultaat. Als er nog vragen zijn, dan staat die Food Pilot uiteraard altijd ter beschikking om daar verder op in te gaan.
Voorzitter, dat is de stand van zaken. Het klopt dat een aantal oplossingen die gelden voor de peren, net zo goed voor de appelen gelden, en voor het varkensvlees. Men moet inzetten op diversificatie, op andere afzetmarkten. Dat is toch wel cruciaal om minder kwetsbaar te zijn.
Mevrouw Peeters heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het is inderdaad goed dat het VLAM op dit ogenblik zeker opnieuw met die campagnes begint. Ik denk dat dit zeker wel heeft geholpen voor de perentelers. U hebt bevestigd dat de appeltelers wat dat betreft een gelijkaardige behandeling krijgen. We zien immers dat op dit ogenblik de prijszetting van die appelen bijzonder laag is. Voor de peren is die enigszins opnieuw op niveau gekomen, maar voor de appelen is die zeer laag. U zegt wel dat de bewaartijd van appelen hier in België vrij goed is, maar we weten ook dat men over enkele maanden, eind augustus, alweer de volgende appeloogst zal binnenhalen. Die voorraad groeit dus steeds maar, uiteraard. Men moet dus iets kunnen doen aan die prijs, die op dit ogenblik bijzonder laag is. Dan zijn er opnieuw die bijkomende afzetmarkten. U geeft aan dat er inderdaad opnieuw een aantal beurzen worden georganiseerd om dat te promoten. Er is ook de advertentiecampagne en de promotie door het VLAM. Ik denk dat dit dat zeker ten goede zal komen.
Wat het nog niet gebruikte contingent betreft, denk ik dat ook nog wel eens duidelijk mag worden meegegeven dat we ter zake opnieuw ook hopelijk die stijgende lijn hebben, dat men dat optimaal kan benutten, aangezien het toch reeds is beslist.
De heer De Croo heeft het woord.
Minister, ik weet dat de bewaartechnieken in België uitstekend zijn. We hebben een atmosferische bewaring met een afkoeling, maar is er reservecapaciteit ter zake?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer De Croo, er is eigenlijk geen tekort aan opslagcapaciteit. Het klopt dat de bewaarkoelcellen nu vol zitten. Men is natuurlijk enigszins aan het afwachten. Als de markt gunstiger wordt voor die appelen, dan zal men die nog op de markt brengen. Als dat niet zo is, dan zal men die nog in interventie brengen: men brengt ze dan niet op de markt, en dan krijgen ze nog een subsidie van de Europese Commissie. Het is natuurlijk ook enigszins een strategie die men hanteert, om dat nu nog wat in te houden en te bekijken hoe de markt evolueert. Zullen de prijzen nog wat verbeteren? Is er meer vraag? Dan brengt men die op de markt. Zo niet, dan neemt men ze uit de handel. We hebben echter geen indicaties dat er te weinig opslagcapaciteit zou zijn in Vlaanderen.
Ik begrijp dat natuurlijk. De koelkasten zitten vol op dit ogenblik. De oogst van verleden jaar was zeer volumerijk, en op een moment heeft men capaciteitsproblemen gehad om die oogst te herbergen, zij het dan met het speculatieve aspect van de mogelijkheid van een prijsverhoging of een interventie. Het zou misschien de moeite zijn om eens te laten nakijken of er op een bepaald ogenblik te weinig capaciteit was voor het herbergen van de oogst.
De vraag om uitleg is afgehandeld.