Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, het oneigenlijke gebruik van de term Fédération Wallonie-Bruxelles komt hier niet voor het eerst aan bod. Een kleine twintig jaar geleden, in 1996, werd er langs Franstalige kant voor de eerste keer gepleit voor de oprichting van een zogenaamde Fédération Wallonie-Bruxelles. Men dacht aan een samenwerkingsverband tussen de Franse Gemeenschap enerzijds en het Waalse en Brusselse Hoofdstedelijke Gewest anderzijds. Toen kon men in de kranten lezen dat dit voor de Franstaligen een wapen zou bieden, mocht België ooit ophouden te bestaan en mocht Vlaanderen eraan durven te denken Brussel als hoofdstad te behouden.
In 2001 dook voor de eerste keer de term ‘Communauté Française Wallonie-Bruxelles’ op. Dit door elkaar halen van verschillende gemeenschappen en gewesten zoals in de Grondwet beschreven, staat haaks op de juridische realiteit in dit land. In De Tijd van 3 oktober 2011 werd dat beschreven als een “de facto inlijving van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest bij Wallonië”.
Alles had te maken met een bestaande visie op een drieledige gewestvorming, terwijl in Brussel juist de aanwezigheid van twee gemeenschappen toch wel door iedere Brusselaar erkend wordt als een absolute meerwaarde voor de hoofdstad.
In april 2011 was het dan zover. Via een resolutie werd in het Parlement van de Franse Gemeenschap gestemd over de naamswijziging in Fédération Wallonie-Bruxelles. Vlaanderen had bij monde van uw voorganger minister-president Peeters en uzelf al laten weten deze federatie niet te erkennen en grondwettelijk als niet-bestaand te beschouwen. In deze federatie bestaan er ook geen twee partners, zelfs geen anderhalve. Het was een naamswijziging van ‘Franse Gemeenschap’ naar een oneigenlijke term als ‘Fédération Wallonie-Bruxelles’.
Nu zijn we vier jaar later en zien we onder andere in diplomatieke omgevingen dat de Franse Gemeenschap alsnog opereert onder de naam van de zogenaamde Fédération Wallonie-Bruxelles. Het gebeurt niet alleen in diplomatieke kringen, maar dagelijks, zelfs in de briefwisseling. Men gebruikt de officiële term Franse Gemeenschap niet, overal gebruikt men de term Fédération Wallonie-Bruxelles. Zelfs op de website van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken zien we de term opduiken.
Zo is er ook ‘Wallonie-Bruxelles International’, dat de internationale relaties onderhoudt in naam van het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap en de COCOF. Deze entiteit opereert onder andere in Brussel, maar ook in buitenlandse steden en hoofdsteden: Parijs, Berlijn, Den Haag, Peking, Genève, Praag, Boekarest, Hanoi, Quebec, Warschau, Santiago, Rabat, Kinshasa, Tunis, Dakar en Algiers onder een constitutioneel niet-bestaande naam.
Minister-president, hebt u kennis van het feit dat ook de Vlaamse vertegenwoordiging, de Vlaamse diplomatie, hinder ondervindt van het oneigenlijk gebruik van deze naam? Op welke manier benadrukt Vlaanderen in zijn diplomatieke contacten hier en in het buitenland dat Brussel deel uitmaakt en de hoofdstad is van Vlaanderen? Plant u enige actie te ondernemen tegen het oneigenlijk gebruik van de verschillende aangehaalde benamingen? Wat is uw reactie hierop?
De heer De Croo heeft het woord.
Ter geschiedkundige herinnering: de eerste hoofdstad van Wallonië was Namen, onder de Duitse bezetting van 1916. Opvallend is dat Brussel niet de hoofdstad is van die gemeenschap die u aanhaalt.
Minister-president, het is al een tijdje geleden gebeurd. Heeft men dan demarches ondernomen, via het Grondwettelijk Hof of het Overlegcomité bijvoorbeeld? Is dat aangebracht en aangekaart volgens de normale procedures van betwisting? Wat doet men als men vindt dat een gewest of gemeenschap zich unfair of ongrondwettelijk gedraagt?
Mijn goede collega Vanlouwe somt alle hoofdsteden ter wereld op, wat aantoont dat de Fédération Wallonie-Bruxelles een heel groot buitenland heeft.
Ik heb een kleine bedenking. Ik heb deze opmerking al een paar keer gemaakt. Ook in uw eigen prioriteiten staat dat Brussel een belangrijke plaats moet krijgen in ons buitenlands beleid. Ik ga niet pleiten voor een naamswijziging voor ons, maar kunt u en kan de Vlaamse Regering nadenken over een strategie waardoor Brussel in het publiek maken van Vlaanderen een meer prominente plaats zou krijgen? Al was het maar om tegenwicht te bieden aan dit oneigenlijke beeld. We kunnen mijns inziens moeilijk vermijden dat iemand een bepaalde naam gebruikt, tenzij we bepaalde rechtszaken of andere procedures kunnen voeren. Kunt u zorgen voor een tegenwicht? Kunt u wat evenwicht brengen in dit oneigenlijke gebruik, dat me een beetje stoort?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Ik heb een rondvraag gedaan bij onze algemeen afgevaardigden in het buitenland. Ze zeggen allemaal dat ze geen hinder ondervinden, geen rechtstreekse hinder, van het gebruik van die benaming. Onze Vlaamse diplomatieke vertegenwoordigers interfereren trouwens niet met de communicatie van de Franstalige collega’s en vice versa. Onze vertegenwoordigers zetten natuurlijk wel sterk in op de promotie van Vlaanderen, voorzitter, en vermelden daarbij regelmatig Brussel als hoofdstad van Vlaanderen. Ook wij doen dat met Flanders Investment & Trade (F.I.T.) en Toerisme Vlaanderen.
Wij organiseren systematisch al onze diplomatieke ontmoetingen in Brussel, meestal op mijn kabinet, hetzij in Errera, hetzij op andere plaatsen. Bij alle ontmoetingen wijzen wij systematisch op het feit dat Brussel ook de hoofdstad is van Vlaanderen. Ons merkenbeleid in het buitenland met F.I.T. en Toerisme Vlaanderen is, zoals ik al zei, expliciet met de link met Brussel. Ik heb nu geen brochures bij me, maar u kunt het ook op de website zien, op ‘This is Flanders’: Brussel wordt daarin expliciet vermeld.
U weet dat we in Brussel gebruikmaken van De Warande voor allerlei activiteiten, onder meer voor de cursussen Nederlands voor diplomaten. Ik heb gisteren nog een diplomaat ontmoet die trots zei dat hij begonnen was aan de cursus in hartje Brussel. Via De Warande profileren we ons als het venster op de wereld.
Er is vroeger al – ik heb het opgespoord – veel rond te doen geweest. De allereerste die officieel gereageerd heeft, was toenmalig minister-president Somers. Hij sprak zijn counterpart Hasquin daarop aan.
Kunnen we juridisch gezien iets ondernemen? Neen, want er is geen besluit, geen wet, niets. Het is een marketingnaam. We kunnen dat aankaarten. Toenmalig premier Leterme heeft expliciet verklaard dat dit voor de Federale Regering geen enkele grondwettelijke waarde had. Dat is, neem ik aan, nog altijd de federale lijn.
Ik zal een brief sturen naar premier Michel, mijnheer Vanlouwe. Inderdaad, op één plaats op een federale website staat de benaming Fédération Wallonie-Bruxelles vermeld, maar bij mijn weten wordt de term consequent niet gebruikt. Op één plaats is het blijkbaar binnengeslopen. Ik hoop dat dit een materiële vergissing is of een onachtzaamheid. Ik zal er in elk geval op wijzen.
Wat ons betreft, wat Vlaanderen betreft: wij erkennen die benaming natuurlijk ook niet. Het is geen officiële naam. In de vorige regeerperiode hebben we voor het eerst – en ik was daar blij om – een cultureel akkoord gesloten met de Franse Gemeenschap. We hebben geweigerd om dat te sluiten met de Fédération Wallonie-Bruxelles om de redenen die u bekend zijn. Ze hebben dat aanvaard. We hebben gezegd: dit is onze officiële partner. U zult zien: de handtekeningen in heel het akkoord zijn opgemaakt met de Franse Gemeenschap. We houden ons aan die lijn.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, u wijst er terecht op dat het juridisch moeilijk aanvechtbaar is. Het is een naamswijziging die ze in hun externe communicatie gebruiken.
Zelf heb ik reeds vastgesteld dat het meer is dan hier en daar wat briefwisseling. Het is me opgevallen dat zelfs in het Belgisch Staatsblad besluiten verschenen zijn van de regering van de Fédération Wallonie-Bruxelles. Ik weet het, het is zeer beperkt, het is moeilijk terug te vinden, maar het staat er.
Ik denk nog steeds dat die benaming haaks staat op het hoofdstedelijke karakter van Brussel. Een hoofdstad moet een hoofdstad zijn voor iedereen. Het moet de hoofdstad zijn van de Vlaamse Gemeenschap en uiteraard ook van de Franse Gemeenschap, en zelfs van de Duitstalige Gemeenschap.
Ik vind het op die manier enigszins jammer dat zelfs het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest daar niet tegen ageert en zich inzake communicatie op de een of andere manier liever linkt aan een ander gewest of zich toch in een benaming onder de Franse Gemeenschap preferentieel linkt aan een ander gewest. Ik hoop dat u dit kunt aankaarten bij premier Michel, maar tegelijkertijd wil ik er toch op wijzen dat het iets verder gaat dan een onachtzaamheid die ergens terug te vinden is op een website. Er zijn publicaties in het Belgisch Staatsblad en in het buitenland wordt het in de communicatie gebruikt. Diplomaten stellen vast dat Brussel gelinkt wordt aan Wallonië, terwijl het qua zichtbaarheid minder of niet gelinkt wordt aan Vlaanderen. Als Brusselse Vlaming betreur ik dat natuurlijk. Ik vind het alleszins positief dat u er aandacht aan blijft besteden. Ik vind het ook positief dat u er in de externe communicatie van het buitenlands beleid van Vlaanderen tegelijkertijd de nadruk op blijft leggen dat ook Vlaanderen Brussel als hoofdstad heeft. Ik hoop evenwel dat de Franse Gemeenschap er toch eindelijk wordt op gewezen dat het geen goede zaak is voor de Franse Gemeenschap, noch voor Brussel, en dat het haaks staat op de realiteit. Als men iets wil wijzigen, dan moet men beginnen met een wijziging van de Grondwet.
De heer De Croo heeft het woord.
Brussel is een sterke merknaam, wereldwijd. Ik kan begrijpen dat men dat gebruikt. De Amerikanen zeggen van tijd tot tijd “Belgium, a small place close to Brussels”. De suggestie van de voorzitter is interessant, hij zegt: in plaats van het te bestrijden, doe hetzelfde. Het is interessant om, ik weet niet precies op welke wijze, Vlaanderen aan het merk Brussel te koppelen. Niet alleen door het te promoten als onze hoofdstad, maar het loont de moeite te onderzoeken om, zoals de heer Vanlouwe zegt, in plaats van het te bekampen, het te gebruiken, want de anderen doen het ook. Er zijn inderdaad zaken in het Staatsblad verschenen. Ik zou het omkeren en de judotechniek gebruiken en de zwakte van de tegenstrever gebruiken voor de sterkte van de andere.
We kunnen natuurlijk ook de jiujitsu-techniek aanwenden, waarbij men de sterkte van de tegenstrever gebruikt door hem van richting te doen veranderen. Men zou via de marketingactie die Vlaanderen in het buitenland gebruikt, een klein concept kunnen opnemen, bijvoorbeeld ‘Brussels gateway to Flanders’. Uit eigen ervaring weet ik dat Brussel in het buitenland beter gekend is dan België. We mogen iets stouter zijn en een deels oneigenlijk gebruik een klein beetje bijsturen. De heer Vanlouwe zou zeggen dat de suggestie komt van een overtuigde Belgicist, hoewel ik dat helemaal niet ben. Ik suggereer dit omdat ik vind dat Brussel een belangrijk uithangbord is, ook voor Vlaanderen. Het wordt inderdaad gebruikt en het is juist dat het, niet aantoonbaar, stoort, voor zover ik dat ook kan zien. Maar omgekeerd is het ook een troef die we misschien iets te weinig gebruiken.
Ik heb nu geen folders bij me, maar F.I.T. promoot Vlaanderen in het buitenland als ‘Flanders is a gateway to Europe with Brussels as it capital’. We zijn bevoegd gebleven voor de internationale promotie van Brussel aangaande toerisme. Ik heb hierop aangedrongen. We gebruiken Brussel op een heel expliciete manier. Wat betreft de suggestie om de kracht van de tegenstrever te gebruiken om het zelf om te zetten: we mogen zelf ook niet beginnen te spreken van een federatie Vlaanderen. (Opmerkingen van de heer Rik Daems)
Nee, nee, dat zegt u ook niet, maar ik wil dat toch expliciet zeggen. In de Franse Gemeenschap is er trouwens ook verzet tegen die naam. Toen mevrouw Milquet minister van onderwijs werd, heeft ze gezegd dat het onzinnig is omdat het er zou op wijzen dat de Franse Gemeenschap uit twee delen bestaat. Dat willen wij ook niet. We immers één Vlaamse, Nederlandstalige Gemeenschap in het gewest Vlaanderen en in het gewest Brussel. Die structuur moeten we blijven behouden. Het heeft als nadeel dat die naam als dusdanig niet kan worden gebruikt, maar het is veel sterker dat we voor ons model blijven gaan en waar het er echt op aankomt in het buitenland de kapstok Brussel gebruiken, zowel toeristisch, economisch als diplomatiek. Dat gebeurt overigens ook.
De vraag om uitleg is afgehandeld.