Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, met de zesde staatshervorming kwam onder meer het betaald educatief verlof over naar de regio’s. Die regio’s zijn nu bezig om dat in te kantelen in het reeds bestaande instrumentarium van opleidingsincentives. In het regeerakkoord streeft men er wel naar om minder overlap te hebben. We moeten ook streven naar een vereenvoudiging van het systeem.
Het dient echter duidelijk te zijn dat opleidingsincentives nodig zijn waar er ook vraag is naar competenties, of ruimer, waar de opleiding arbeidsmarktgericht is. Toch moet men die definitie her en der voldoende ruim interpreteren. Zo komen de vrijwillige brandweerlui tot op vandaag nog niet in aanmerking voor betaald educatief verlof. Het gaat per slot van rekening niet over een arbeidsmarktgerichte opleiding. Het kan later misschien wel als een beroepsopleiding gezien worden. Maar het gaat hier over de veiligheid van onze burgers, wat toch zeer belangrijk is.
De groep vrijwilligers is zeer groot. Het gaat om ongeveer 8500 personen. Daarenboven dienen we, aan de hand van betaald educatief verlof, de werkgevers niet alleen te compenseren voor de tijd die ze aan hun opleiding spenderen; de werkgevers moeten hun werknemers ook missen wanneer ze opgeroepen worden. Het vergt dus ook van werkgeverskant enige flexibiliteit. Dat heeft natuurlijk ook een financiële impact.
Minister, hoever staat de inkanteling van een nieuw systeem voor opleidingsincentives met onder andere het betaald educatief verlof? Zult u rekening houden met de vraag vanuit de vrijwillige brandweer om ook voor hen in een betaald educatief verlof te voorzien, desnoods met aangepaste voorwaarden? Hoe wordt de flexibiliteit die werkgevers moeten bieden voor vrijwillige brandweerlui op dit moment opgevangen? En wat zou er eventueel in de toekomst gedaan kunnen worden?
De heer Gryffroy heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, onze fractie sluit zich aan bij de vraag van mevrouw Fournier. Wij delen diezelfde interesse. Wij denken dat er voor de brandweermannen een belangrijke rol kan worden weggelegd in de samenleving, en dat geldt niet alleen voor de professionals, maar ook voor de vrijwilligers. Onze fractie streeft ernaar om de werkgevers te ondersteunen waar vrijwilligers in hulpdienst actief zijn. We staan er dan ook positief tegenover om de opleiding van vrijwillige brandweerlui in het kader van educatief verlof te erkennen in functie van de opleidingen.
Als je dat in een groter perspectief bekijkt, kan dat ook positief zijn voor de werkgever. Het kan een voordeel zijn als je een vrijwillige brandweerman in je bedrijf in dienst hebt, al is het maar om als preventieadviseur tips te geven inzake brandveiligheid, evacuatieplannen enzovoort. Het is natuurlijk niet de bedoeling, maar als er een calamiteit zou uitbreken, kan die vrijwilliger ook zijn steentje bijdragen voor het bedrijf zelf.
We staan er zeer sterk achter dat hier een oplossing voor gevonden wordt. Misschien moet er een soort tripartiteovereenkomst gemaakt. Dat is ook wat de lobby van de vrijwillige brandweer vraagt. Aan de ene kant heb je de werkgever, die de flexibiliteit nodig heeft, maar tegelijkertijd ook kan genieten van de kennis van de vrijwillige brandweerman, en aan de andere kant de brandweerzone. Er zou daar een goede, humane overeenkomst moeten worden gemaakt.
Wat loonbehoud betreft: ik denk niet dat het echt nodig is, want de vrijwilligers worden wel degelijk vergoed voor hun opleidingsuren. Enerzijds is er de flexibiliteit van het educatief verlof, maar anderzijds ook de flexibiliteit van de werkgever. Ik denk dat dit voor beiden een positief verhaal kan zijn.
De heer Van Malderen heeft het woord.
Dat laatste is natuurlijk een waarheid als een koe, maar het is wel een federale bevoegdheid lijkt mij. Wegens de brandweerhervorming en de snelste adequate hulp die men vraagt, is de norm steeds omhoog gegaan en wordt het steeds moeilijker om mensen te rekruteren. De behoefte aan opleiding en de duurtijd ervan is in de loop der jaren steeds groter geworden. Het wordt steevast moeilijker om vrijwillige korpsen volledig te bemannen. Elke hulp die daartoe kan bijdragen voor die steden en gemeenten die opteren om met vrijwilligers te werken, is bijzonder dankbaar. Inderdaad, mijnheer Gryffroy, het terugbetalen is in se geen probleem, maar de toelating krijgen om de werkvloer te verlaten, is een groter probleem. Minister, als ik daar enige bevoegdheid voor u zie, is dat het sensibiliseren dat men enige souplesse zou hanteren en de voordelen voor het eigen bedrijf proberen in te schatten. Die vrij lange opleidingsperiode is terecht want de samenleving en de problematiek waarmee die mensen worden geconfronteerd, zijn steeds moeilijker. Alles wat kan bijdragen om die periode te overbruggen, zal op heel wat plaatsen op goedkeuring worden onthaald.
De heer Diependaele heeft het woord.
Ik heb zelf een broer die vrijwillig brandweerman is. Daarom ken ik het een beetje. Eerst en vooral: de opleidingen zijn inderdaad verlengd. Met de brandweerhervorming is het nodig om ongeveer dubbel zoveel opleiding te gaan volgen. Dat is het grootste gevaar voor de vrijwillige korpsen. Je gaat dat hier niet mee oplossen. Er is heel veel kritiek op. Ik laat het aan de minister om te zeggen of je met het betaald educatief verlof daar al dan niet een compensatie voor kunt leveren. Ik hoor in die kringen, toch in ons vrij uitgebreid vrijwilligerskorps waar er nog geen probleem is om mensen aan te trekken, dat je het daar niet mee oplost. Het probleem zit hem in de federale hervorming.
Minister Muyters heeft het woord.
Ik kan vrij kort zijn. We zullen misschien bij elke vraag ook een vraag krijgen naar de stand van zaken van het banenpact. Ik heb begrepen dat de sociale partners mij tegen vanmiddag een tekst zullen bezorgen. We zullen dat integreren in de conceptnota die we naar de Vlaamse Regering brengen. Ik stel voor dat ik dat volgende week in de commissie toelicht, zowel wat de sociale partners hebben voorgesteld als de reactie van de regering. Dat is mijn voorstel, maar het is aan jullie om in de regeling van de werkzaamheden te beslissen om daar wel of niet op in te gaan. Het eerste deel van uw vraag is een van de elementen van het banenpact. Ik moet u het antwoord nu schuldig blijven.
Ik zal deze tip geven: de sociale partners hadden al extra tijd gevraagd om de inkanteling te bekijken. Ik begrijp dat ze nu een voorstel zullen formuleren, maar dat zal ik officieel pas op de middag krijgen.
Het erkennen van opleidingen in het kader van betaald educatief verlof is een bevoegdheid van de erkenningscommissie. In het kader van de overdracht van de zesde staatshervorming wordt dat een Vlaamse erkenningscommissie voor betaald educatief verlof. De opleidingsinstellingen die een opleiding voor de vrijwillige brandweer geven, kunnen dus een aanvraagdossier indienen bij de erkenningscommissie. Die zal dan beoordelen of die opleiding kan worden goedgekeurd in het kader van het betaald educatief verlof.
De flexibiliteit van de werkgevers is inderdaad een bevoegdheid van de federale minister van Werk en die van Binnenlandse Zaken. Mijn kabinet heeft contact opgenomen met het kabinet van mijn federale collega Jambon om te horen hoe zij daarop reageren. Ik heb begrepen dat binnen de wetgeving in de mogelijkheid is voorzien om een overeenkomst te maken tussen werkgever, de vrijwillige brandweerman en de brandweerzone. De mogelijkheid bestaat dus al.
We zullen de suggestie van de minister bespreken tijdens de regeling van de werkzaamheden. Naar aanleiding van een brief die gisteren in De Tijd is verschenen, is een aantal vragen om uitleg ingediend dienaangaande. De afweging zal zijn of we dat punt via die vragen om uitleg bespreken, of de vragen schrappen en een gedachtewisseling houden.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Minister, dank u voor uw wel heel kort antwoord waar ik niet veel wijzer uit ben geworden. Het klopt inderdaad dat we allemaal bedenkingen hebben bij de brandweerhervorming, maar ik denk niet dat we hier het proces van die hervorming moeten overdoen. Het is niet evident om als vrijwillig brandweerman nog een opleiding te volgen. Zoals collega Diependaele al heeft vermeld, is het aantal uren zo goed als verdubbeld. In het federaal regeerakkoord wordt er wel verwezen naar de opleiding. Ik citeer een paragraaf uit dat regeerakkoord: “De regering zal mogelijkheden voorzien voor de brandweervrijwilligers, zodat de combinatie van de vrijwillige brandweer, een hoofdberoep, een gezin en een sociaal leven buiten de brandweer haalbaar wordt gehouden, zoals bijvoorbeeld met betrekking tot de opleidingsvereisten.”
Bepaalde federale ministers hebben al uitspraken gedaan in die zin. Ze verwezen zelfs naar educatief verlof. Ik wacht in eerste instantie de bespreking volgende week af, om te zien wat er eventueel mogelijk is en zal ook kijken naar de Vlaamse erkenningscommissie waarover vorige week in de Vlaamse Regering werd beslist. Dan kunnen we zien hoe we dat daar eventueel nog kunnen inpassen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Minister, dank u voor het antwoord. Het antwoord is duidelijk. Het is ook een positief antwoord op de vraag. Een vrijwillig brandweerkorps kan een erkenning aanvragen voor educatief verlof. De tripartiteovereenkomst wordt op federaal niveau geregeld. Dat vind ik zeer positief, want dan kun je een positieve samenwerking krijgen tussen brandweerzone, brandweerman en werkgever. Misschien is het dan ook goed dat beide niveaus tot een overeenkomst komen. Dat zou een positieve insteek zijn. Het moet niet altijd betuttelend zijn, het kan ook positief werken, zelfs voor het bedrijf.
De vraag om uitleg is afgehandeld.