Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, volgens een Europese richtlijn dienen tegen 2021 alle nieuwe gebouwen bijna-energieneutraal te zijn. Dit jaar, 2014, is het E-peil voor nieuwbouwwoningen 60 en moet in die woningen in een minimumaandeel hernieuwbare energie worden voorzien. Deze energienormen brengen extra kosten met zich mee voor de bouwheer, maar op termijn zijn deze investeringen voordelig, gelet op de impact op de energiefactuur.
Tijdens de vorige legislatuur werd gestart met energiebeleidsovereenkomsten voor energiezuinig bouwen. De financiële sector engageert zich daarbij voor het toekennen van gunstige leningen aan mensen die energievriendelijk bouwen. Als tegenprestatie voor het aanbieden van deze goedkopere leningen, krijgen de banken het BEN-label (bijna-energieneutraal). Ze krijgen dat label van de Vlaamse overheid en worden vermeld in de communicatie die de Vlaamse overheid voert met betrekking tot energiezuinig bouwen en verbouwen.
Begin 2014 waren er een drietal banken in het systeem gestapt van een energiebeleidsovereenkomst. Een aantal andere banken toonden interesse. Tegen 1 april 2014 zouden Belfius en Triodos Bank, de eerste banken die meedraaiden in het systeem, een monitoringrapport bezorgen aan het Vlaams Energieagentschap (VEA). Hierin zou onder andere opgenomen worden hoeveel kredieten in uitvoering zijn van de energiebeleidsovereenkomst en op welke manier over dit systeem gecommuniceerd wordt met de burger.
Minister, ik zou u hier graag een aantal vragen stellen. Hoeveel en welke banken hebben op dit moment een energiebeleidsovereenkomst lopen met de Vlaamse Regering? Voldoet dit aantal aan uw verwachtingen of bent u van mening dat er acties moeten worden ondernomen om bijkomende banken te overtuigen om in te stappen?
Kunt u de belangrijkste bepalingen uit het monitoringrapport van Belfius en Triodos Bank toelichten? Het rapport werd hier immers ingediend in de recesperiode, en daardoor hebben we er geen feedback over gekregen. Zult u op basis van dit monitoringrapport aanpassingen aanbrengen aan de betreffende energiebeleidsovereenkomst?
De heer Gryffroy heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik kan me aansluiten bij de vraag van mevrouw Taeldeman. Ik heb wat zitten grasduinen in de vorige parlementaire vragen en in wat in de pers in verschenen, met antwoorden van voormalig minister Van den Bossche.
Dit is een systeem waarbij de overheid een convenant maakt met de bank: als de bank een inspanning doet waar de overheid achter kan staan, dan zal de overheid geen tegemoetkoming doen wat die inspanning betreft, maar zal ze de bank wel mee opnemen in de communicatie. Dat lijkt me ook goed.
Na wat onderzoek bij de drie banken heb ik wel moeten vaststellen dat het naderhand evalueren van de investering door de banken niet altijd eenduidig is. Als het gaat over het plaatsen van driedubbel glas of het vervangen van een ketel, dan vraagt de bank gewoon een factuur. Gaat het over een woning die het beter doet dan het verplichte E-peil, dan heb ik moeten vaststellen dat bepaalde banken niet achteraf een verslag van de EPB-verslaggever (energieprestatie en binnenklimaat) vroegen om te zien of iemand inderdaad een beter E-peil had waardoor hij recht heeft op een korting op de lening. Dat zou dus misschien kunnen uitdraaien op enige concurrentievervalsing tussen banken, omdat de ene bank dit gebruikt, maar toch wat minder controleert dan dat zou moeten. Bepaalde banken zouden dan worden bevoordeeld door het feit dat ze dat label kunnen dragen. Is het dan niet beter dat in dat convenant met de bank wordt overeengekomen dat de bank wel degelijk de bewijsstukken moet opvragen? Dat hoeft niet moeilijk te zijn. Dat kan heel simpel zijn. Men moet immers dat EPB-verslag hebben.
Dat het maar drie banken zijn, is in principe geen probleem. Dat betekent dat de ene bank meer interesse heeft in dat soort producten dan andere banken. Dat is nu precies waarover het gaat in een vrije markt.
Minister Turtelboom heeft het woord.
Voorzitter, geachte leden, op dit ogenblik hebben Belfius Bank en Triodos Bank een energiebeleidsovereenkomst met het Vlaamse Gewest lopen. Op het einde van de vorige legislatuur had ING eveneens te kennen gegeven die overeenkomst te willen ondertekenen. Tot op heden heeft ING nog geen concreet voorstel ingediend bij het VEA. ING heeft meegedeeld dat ze al wel intern een onderzoek heeft opgestart, maar dat ze dit door andere prioriteiten nog niet heeft kunnen afronden. ING blijft echter geïnteresseerd. Bij het realiseren van een BEN-woning is de financiering van de initiële meerinvestering momenteel nog een belangrijk aandachtspunt. Ik ben er dan ook van overtuigd dat innovatieve financieringsmechanismen aangewezen zijn en dat de financiële instellingen dan ook hun aanbod zullen moeten afstemmen op de evolutie van bijna-energieneutraal bouwen en verbouwen.
Belfius Bank kent de korting voor energiezuinig bouwen toe indien bij het aangaan van het krediet uit de EPB-voorafberekening blijkt dat de bouwheer de intentie heeft om een BEN-woning te bouwen. De kredietnemer moet binnen het jaar na de volledige opname van het krediet aan de hand van de EPB-aangifte bewijzen dat het E-peil lager dan 30 is. Indien de nieuw gebouwde woning daar niet aan voldoet, wordt de korting ingetrokken. De voorwaardelijke korting wordt contractueel vastgelegd in de kredietovereenkomsten en wordt toegekend op het volledige kredietbedrag voor de bouw, dus exclusief de grond, en gedurende de volledige duurtijd van het krediet. De hoogte van de korting ligt vast voor de volledige duur van het krediet en wordt gepubliceerd op het tarievenblad.
Afhankelijk van de marktomstandigheden en de kredietpolitiek kan de korting wijzigen. In 2013 bleef de korting het hele jaar behouden op 0,25 procent. Naast het rentevoordeel is er ook de mogelijkheid van een hoger kredietbedrag zonder rentetoeslag, en wordt bij de terugbetalingscapaciteit rekening gehouden met de voordelen van energiezuinig bouwen.
Belfius Bank communiceert over dit voordeel via haar website, de folder Belfius Woonkredieten, de leaflet Woonkrediet voor Energiezuinig Bouwen en de prospectus Woonkredieten.
In 2013 werden vanaf de lancering op 26 februari 101 woonkredieten voor energiezuinig bouwen in Vlaanderen afgesloten. Deze realisatie beantwoordt aan de vooropgestelde verwachting. Het gemiddelde kredietbedrag bedroeg ongeveer 180.000 euro, wat overeenstemt met het algemene gemiddelde bedrag voor een bouwkrediet.
Triodos Bank biedt hypothecaire leningen met als doel het bouwen, het ingrijpend verbouwen, het kopen en renoveren tot een energiezuinige woning, alsook de herfinanciering van leningen die met voornoemd doel werden aangegaan. Het bereikte energieprestatieniveau zal door de kredietnemer slechts kunnen worden bewezen door het voorleggen van een energiecertificaat of enig andersgenoemd document dat daartoe door de bevoegde gewestelijke overheid wordt voorgeschreven en gereglementeerd. Momenteel is dit het EPB-certificaat. Het aanbod bij Triodos Bank is eenvoudig, transparant en moedigt een zo groot mogelijke energiebesparing aan. Hoe energiezuiniger de woning, hoe gunstiger de rentevoet.
De productie in het kader van de uitvoering van de energiebeleidsovereenkomst vertegenwoordigt qua aantal dossiers 9 procent van de totale productie in 2013, en 14,5 procent qua bedrag. 2013 was nog een overgangsperiode voor Triodos Bank wat hypothecaire leningen betreft. De beslissing was genomen om actiever zijn op dat gebied, maar zowel het kredietaanbod en het kredietbeleid als de werkorganisatie moesten daartoe eerst grondig worden aangepast. Sinds februari 2014 heeft Triodos Bank een nieuw hypothecair kredietaanbod gelanceerd. De productievooruitzichten voor 2014 en later zijn gevoelig hoger.
Op basis van de monitoringrapporten zullen er geen aanpassingen worden aangebracht in de betreffende energiebeleidsovereenkomsten.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik had ook een vraag over dat monitorrapport. Kan dat aan ons worden bezorgd? Dat is een document dat uiteindelijk aan het VEA is bezorgd.
Minister, in het regeerakkoord staat dat in overleg met alle stakeholders er een evaluatie van EPB zal gebeuren en zal worden nagegaan of die EPB-eisen nog in overeenstemming zijn met de kostenoptimale niveaus. Wanneer zal dat overleg plaatsvinden?
De heer Gryffroy heeft het woord.
Het probleem zit vaak ook in de onvoldoende technische kennis van de bank om het dossier te evalueren na de eindfase van de bouw. Ik heb moeten vaststellen dat men hiervoor een EPB-verslag gebruikt. Minister, u mag het mij niet kwalijk nemen – u weet dat ik uit de sector kom –, maar een EPB-verslag voor eenzelfde woning kan op twee of drie manieren worden opgesteld zodat men een ander E-peil krijgt. Ik weet dat er niet altijd koosjer wordt gehandeld. De woning moet bijvoorbeeld een E30-peil hebben, maar men heeft maar een E29-peil. Men plaatst dan nog een zonnecollector bij en plaatst wat minder isolatie enzovoort.
De vraag is dan of het niet eerder een commerciële benadering van de bank is om mensen aan te trekken voor een goedkopere lening – men krijgt een goedkopere lening als de woning een bepaald E-peil heeft – want er is geen controle of het correct is gebeurd. Het FAVV zou zo’n monitoringrapport kunnen controleren om na te gaan of de eisen van de Vlaamse overheid zijn ingevuld.
Nogmaals, ik kan een EPB-berekening doen voor eender welk gebouw, op tien verschillende manieren, en ik krijg zo tien verschillende EPB’s.
Minister Turtelboom heeft het woord.
Op basis van de monitoringrapporten zullen er op dit moment geen aanpassingen worden aangebracht in de betreffende energiebeleidsovereenkomsten.
Het is inderdaad zo dat er op dit moment nog maar twee banken zijn, maar hoe meer banken, hoe liever. We gaan zeker overleggen met andere banken omdat dit voor een deel de manier is om de voorfinanciering om tot meer energie-efficiëntie te komen, te vergemakkelijken. Dus hoe meer banken dat aanbieden, hoe liever ik het heb.
We kennen inderdaad het pijnpunt van de certificaten. Iedereen die van dichtbij of veraf met de sector te maken heeft, weet dat er grote niveauverschillen in het verslag zijn. Het niveauverschil kan ook bepalend zijn of je de doelstelling haalt of niet. De evaluatie is gebeurd en geeft dit ook aan. We zijn al bezig met overleg om na te gaan hoe we de kwaliteit van de mensen die de EPB-verslagen moeten maken, kunnen verhogen. Op een bepaald moment is de wetgeving er gekomen en was er nood aan heel veel mensen om die rapporten te maken. Vanwege de tijdsdruk is toen de kwaliteit onvoldoende in de gaten gehouden. Voor mij is dat een belangrijk punt want men kan maar geloofwaardig zijn op het gebied van energie-efficiëntie als de basis van die efficiëntie – het rapport – goed is. Als de kwaliteit van het rapport niet goed is, is de norm – E15, E30, E60 – eigenlijk irrelevant. Het is een van mijn prioriteiten om het niveau omhoog te krijgen. Voor eenzelfde woning kan men verschillen hebben die onaanvaardbaar zijn buiten de statistische marge.
Het overleg met de stakeholders, zoals het in het regeerakkoord staat, is opgestart, maar zal pas goed op gang komen begin 2015.
De vraag om uitleg is afgehandeld.