Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
De heer Deckmyn heeft het woord.
In Europa werd na de verkiezing van de nieuwe president Lula da Silva met opluchting gereageerd omdat deze de zetelende president Bolsonaro nipt versloeg bij de presidentsverkiezingen.
Dat was in het begin natuurlijk een grote hoerastemming, maar ondertussen is men in Europese kringen rond buitenlands beleid stilaan bezorgd aan het worden omdat de nieuwe president Lula een steeds meer vijandige retoriek hanteert ten aanzien van Oekraïne. In die kringen valt te horen dat president Lula Russische standpunten overneemt, onder meer met de vraag richting Europa en de Verenigde Staten om te stoppen met Oekraïne te ondersteunen inzake het verdedigen van zijn grondgebied.
De kritiek vanuit Europa heeft ook te maken met het feit dat er plannen zijn om de Mercosur-besprekingen (Mercado Común del Sur) met Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay dit jaar opnieuw aan te vatten. Gezien de houding van Brazilië ten aanzien van Europa is er hieromtrent toch wel wat onzekerheid.
Bovendien is het een feit dat China erg veel investeert in de relaties met Brazilië en nu veruit de grootste handelspartner van dit land is. De Mercosur-onderhandelingen zijn dus voor de EU broodnodig, maar Brazilië blijkt zich nu meer en meer te ontwikkelen als een minder betrouwbare partner – zo mogen we het toch wel stellen.
Daarom heb ik de volgende vragen naar voren geschoven. De ministers van Buitenlandse Zaken van de EU werden gebrieft over de problematiek omtrent de Braziliaanse houding inzake het conflict in Oekraïne. Werd er hieromtrent ook teruggekoppeld, al dan niet rechtstreeks, naar de Vlaamse Regering?
Wat is het standpunt van de Vlaamse Regering aangaande de Europese stellingname ten aanzien van Brazilië?
Welke initiatieven wilt u nemen in het kader van de Mercosur-besprekingen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijn diensten ontvangen via de Permanente Vertegenwoordiging van België bij de EU steeds de berichtgeving over de Raad Buitenlandse Zaken. Uit de verslagen van de voorbije maanden valt niet op te maken of de ministers van Buitenlandse Zaken gebrieft werden over de Braziliaanse houding inzake het conflict en, zo ja, wat er gezegd werd. Dat kunnen we daar niet uit afleiden.
Wat is ons standpunt? Ik kan stellen dat deze Vlaamse Regering in haar woorden en haar daden steeds haar volle steun heeft gegeven aan de Oekraïense bevolking en dat in de toekomst zal blijven doen. Ik merk echter op dat Brazilië een andere houding heeft opgenomen in het conflict, waarbij de Braziliaanse president vooral de nadruk legt op vredesgesprekken en de-escalatie. Ik deel daarbij de ongerustheid over de invloed van Rusland op het geopolitieke toneel en wens te benadrukken dat een blijvende dialoog tussen de EU en Brazilië over de oorlog in Oekraïne de enige manier zal zijn om onze standpunten hierover dichter bij elkaar te brengen.
Wat gaan we doen in het kader van de Mercosur-besprekingen? Momenteel voert de Europese Commissie gesprekken met de landen van de Mercosur over een bijkomend instrument. Dit maakt deel uit van de pre-implementatieagenda die tegemoet moet komen aan de geuite bezorgdheden ten aanzien van het Associatieakkoord. Verder dient het de omstandigheden vorm te geven om een goedkeuring mogelijk te maken. Het hoofddoel van het bijkomend instrument is om de uitvoering van de bepalingen inzake handel en duurzame ontwikkeling te detailleren die reeds vervat zitten in het basisakkoord. Er zullen geen nieuwe verplichtingen toegevoegd worden.
Tot op heden hebben de lidstaten nog geen tekst onder ogen gekregen. De Europese Commissie heeft ons enkel mondeling gebrieft. Mijn inschatting is dat de Europese Commissie momenteel de gesprekken met de Mercosur-landen op een constructieve manier voert en in lijn met de Vlaamse aandachtspunten.
Tegen die achtergrond gaat mijn regering momenteel geen bijkomende initiatieven nemen naar de Europese Commissie toe. Vanuit Vlaanderen zullen we tijdens intra-Belgische besprekingen zoals steeds het belang aanhalen van de offensieve handelsagenda en handelsakkoorden voor de diversificatie van onze handelsstromen.
Ik heb hier in deze commissie al een aantal keren gezegd dat het mij bij mijn bezoek aan Zuid-Afrika opgevallen is dat de BRICS-landen (Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika) – en dus de connectie met Rusland – eigenlijk veel meer is dan een verzamelterm voor snel groeiende landen. Dat blijkt hier ook weer uit, dat Rusland inderdaad toch wel een grote invloed heeft op die landen die gemeenzaam de BRICS-landen genoemd worden.
Langs de andere kant weet u ook dat wij als Vlaanderen vrijhandel hoog in het vaandel dragen en dat wij denken dat het afsluiten van een vrijhandelsakkoord een goede basis en goed platform biedt om dan met die lidstaten over andere thema’s aan de slag te gaan en ermee in dialoog te gaan. Als je natuurlijk alle problematieken van de wereld in zo’n vrijhandelsakkoord tracht op te lossen, kom je nergens. Voor ons is het nu belangrijk om dat Mercosur-akkoord zo vlug mogelijk te ratificeren – het is afgesloten –, zien dat dat rond geraakt, en dan is dat voor mij een goede basis om met die staten, in dit geval dan met Brazilië, in dialoog te gaan. Je hebt dan een gemeenschappelijk platform waar je niet alleen met elkaar van gedachten kunt wisselen, want dat is nogal vrijblijvend. In zulke akkoorden zitten natuurlijk voordelen voor beide kanten. Dat is voor mij een basis. Ik ben dus niet de mening toegedaan dat we het proces van de Mercosur nu moeten stopzetten, maar ik ben wel de mening toegedaan dat we het platform van de Mercosur moeten gebruiken om met die landen ook andere thema’s aan te raken.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Dank u wel, minister-president, voor uw antwoord.
Zoals ik het begrepen heb, hebt u niet echt de communicatie doorgekregen omtrent de houding van Brazilië vanuit Europa. Dat is uiteraard mogelijk, vandaar dat ik ook de vraag stelde. Maar ik baseer me natuurlijk op mediaberichten waar men het toch duidelijk had over de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU die concreet gebrieft zijn over de problematiek omtrent die Braziliaanse houding inzake het conflict in Oekraïne – ‘conflict’, zo stond het in de media, het is eigenlijk de oorlog in Oekraïne.
Daarom heb ik toch wel die bezorgdheid, omdat we hier inderdaad ook al de discussie gevoerd hebben omtrent de BRICS-landen, omtrent het feit dat we dat zeker beter in de gaten moeten houden en dat dat toch een samenwerking is die op mondiaal niveau erg belangrijk is, zowel voor de EU als voor Vlaanderen. Ik denk dat het EU-voorzitterschap van België misschien ook concrete mogelijkheden biedt om deze problematiek aan te kaarten. Ik hoop dan ook dat u eventueel op dat vlak toch nog initiatieven neemt om te kijken in hoeverre we daar deze problematiek kunnen aankaarten. Het gaat immers niet alleen over Rusland, maar ook over China. We hebben gezien in het verleden, en nu nog, dat zowel Rusland als China heel veel investeren in het Afrikaans continent, en blijkbaar zijn ze al een tijdje dezelfde weg op aan het gaan in Zuid-Amerika. Ik denk dat dat zeker voor Europa een bijzonder aandachtspunt moet blijven. Misschien kunnen we dit thema volgend jaar aankaarten als we dan toch het voorzitterschap van de EU hebben.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u, minister-president, voor uw antwoord. U hebt er inderdaad terecht op gewezen dat die handelsakkoorden opportuniteiten bieden. Wat ons betreft zijn dat handelsakkoorden, maar dat opent de deur om ook over andere thema’s te spreken, zonder dat het natuurlijk de bedoeling mag worden om daar mensenrechtenverdragen of iets anders van te maken.
Dat EU-Mercosur-akkoord is misschien niet perfect, maar het biedt de beste kansen voor Europa om zijn doelstellingen op het vlak van handel, milieu, maar ook sociale normen te promoten in Latijns-Amerika. Collega Deckmyn heeft er reeds naar verwezen: er komt het voorzitterschap van het federale niveau, waar wij uiteraard ook bij betrokken zullen zijn. Ervoor komt er uiteraard ook nog het voorzitterschap van Spanje. Als ik het goed voorheb, is er ook een EU-Centraal-Amerikaanse-top. Ik weet dat de Mercosur uit Zuid-Amerikaanse landen bestaat, maar denkt u dat er een mogelijkheid is om ook een verdere vooruitgang tussen de EU en de Mercosur-landen te verkrijgen onder het Spaans voorzitterschap? Misschien is er daar ook een bepaalde mogelijkheid. Of denkt u dat we geleidelijk aan moeten zien dat er een stap vooruit gezet wordt?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Dank u wel, mijnheer Deckmyn, ik ben akkoord met uw analyse. We zullen kijken wat we binnen het Belgisch voorzitterschap op dat vlak kunnen doen.
Mijnheer Vanlouwe, inderdaad, Spanje is redelijk goed gepositioneerd naar die Zuid-Amerikaanse landen. Ik hoop dus dat Spanje dit ter hand gaat nemen. We gaan dat opvolgen. Maar ik denk dat de bal nu vooral in het kamp van de lidstaten van Europa ligt om dat verdrag goed te keuren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.