Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Minister-president, ik diende deze vraag op 19 april in, toen niet alleen de graandeal tussen Oekraïne en Rusland onder druk stond, maar daarnaast ook nog eens enkele Oost-Europese landen, waaronder Polen, Hongarije, Bulgarije en Slowakije de import van Oekraïens graan weigerden, en dit om de eigen markt te beschermen.
Ondertussen zijn we een maand verder, en is er actie ondernomen door de Europese Commissie. De Oost-Europese landen waarvan sprake kregen 100 miljoen euro extra voor hun gedupeerde boeren, en hebben hun boycot intussen opgeheven.
Negentig jaar na de Holodomor, gebruikt Rusland voedsel opnieuw als wapen in de oorlog tegen Oekraïne. Door Oekraïense graansilo’s te vernietigen en havens te blokkeren, tracht Rusland Oekraïne economisch zwaar te treffen. Europa is dus een levensnoodzakelijke corridor geworden voor Oekraïne.
Ook het dreigement van Rusland om na 18 mei het Black Sea Grain Initiative op te zeggen zou niet alleen voor Oekraïne een catastrofe zijn, maar zou ook een risico betekenen voor de wereldwijde voedselbevoorrading. We denken aan Afrika en Azië, waar mogelijk hongersnood dreigt als gevolg. Rusland heeft al laten weten dat een verlenging van de graandeal alleen overwogen kan worden als de export van zijn eigen landbouwproducten en meststoffen niet belemmerd wordt.
Ik heb voor u dan ook de volgende vragen.
Wat is het standpunt van Vlaanderen in deze Oekraïense graanproblematiek?
Is er overleg geweest met de andere regio’s richting een gezamenlijk standpunt?
Is er overleg gepland met andere lidstaten om een standpunt in te nemen?
Wat is het standpunt van de Europese Commissie in dit verhaal, en wat zullen zij volgens u verder ondernemen? Welke gevolgen zullen er zijn indien Rusland de graandeal mogelijk opzegt, en welke gevolgen zullen dat zijn voor Vlaanderen in het bijzonder?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Vlaanderen steunt de maatregelen die de Commissie neemt om de Oekraïense economie en landbouwsector bij te staan zoals de autonome handelsmaatregelen en de zogenaamde solidariteitscorridors. Ook de voortzetting van het Black Sea Grain Initiative wordt uiteraard gesteund. Dat gezegd zijnde, moet er in het geval van de autonome handelsmaatregelen voldoende monitoring zijn vanwege de Commissie inzake de mogelijke impact die de instroom van bepaalde Oekraïense landbouwgoederen kan hebben op de Vlaamse landbouwsector.
Vlaanderen begrijpt dat dit een impact heeft voornamelijk in de buurlanden, en wil dus ook solidair zijn met die landen. Daarom werd ook het eerste steunpakket van 56 miljoen euro aan die buurlanden goedgekeurd. Vlaanderen is echter ook van oordeel dat we als Unie moeten blijven optreden in de Oekraïense kwestie, en dat unilateraal optreden door lidstaten nefast is voor de hele EU, niet enkel voor de landbouwsector.
U vroeg of er overleg is geweest met andere regio’s. Het gecoördineerde Belgisch standpunt inzake de autonome handelsmaatregelen spreekt algemene steun uit voor Oekraïne met inbegrip van de handelsmaatregelen. Er wordt ook gesteld dat de handelsliberaliserende maatregelen ter ondersteuning van Oekraïne geen te grote negatieve impact mogen hebben op de Europese markt. Op het Handelscomité vroeg België de Commissie dan ook om deze maatregelen van dichtbij te blijven monitoren en een evaluatie te presenteren voorafgaand aan een discussie over een mogelijke vernieuwing. Dit is ook hoe de Commissie uiteindelijk te werk is gegaan. Voorafgaand aan het voorstel ter hernieuwing van de autonome handelsmaatregelen, maakte zij een analyse van de impact, en in het voorstel zelf werd een extra mogelijkheid opgenomen om versneld handelsverdedigende maatregelen te treffen indien nodig.
Het standpunt overeengekomen op Belgisch niveau steunt de initiatieven van de Commissie om Oekraïne te helpen om zich verder te integreren in de interne markt. Uiteraard is er ook steun binnen België voor de zogenaamde solidariteitscorridors.
U vroeg verder of er overleg is gepleegd met andere lidstaten. Op het Speciaal Comité Landbouw (SCL) van 17 april werd door het Zweeds voorzitterschap een agendapunt toegevoegd over de huidige marktsituatie in verband met de Russische agressie in Oekraïne. De discussie focuste zich vooral op de recente ontwikkelingen in de buurlanden van Oekraïne.
Op de Raad Landbouw van 25 april waren alle lidstaten het erover eens dat er een structurele EU-aanpak moet komen voor de problemen met de solidariteitscorridors en de importproblematiek vanuit Oekraïne. Ook beamen heel wat lidstaten het belang van een goede doorstroom van de landbouwproducten naar derde landen en lidstaten die hier nood aan hebben. Voor de buurlanden van Oekraïne blijft de situatie op hun markten complex en zorgt de druk op de landbouwsector voor interne onrust. Hongarije en Polen wilden met de unilaterale handelingen de aandacht vestigen op de huidige problemen en pleiten met enkele andere lidstaten voor structurele oplossingen voor de slechte werking van de solidariteitscorridors. Alle lidstaten blijven wel benadrukken dat het belangrijk is dat de EU solidair blijft met Oekraïne en dat er ook een interne solidariteit moet zijn met de lidstaten die grenzen aan Oekraïne.
Coreper (Comité van permanente vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten bij de Europese Unie) stemde op 28 april in met de opstart van de formele procedure voor goedkeuring van de verlenging van de autonome handelsmaatregelen ter ondersteuning van Oekraïne. De Europese Raad stemt daar later nog over.
U vroeg naar het standpunt van de Europese Commissie. Hoewel de Commissie oorspronkelijk afwijzend reageerde op de aankondigingen van Polen en Hongarije, is zij uiteindelijk met Polen, Hongarije, Slowakije, Bulgarije en Roemenië tot een akkoord gekomen. Hierbij zal de Commissie boven op de 56 miljoen euro aan steun nog eens 100 miljoen euro toekennen aan deze landen.
Er komt volgens de Directoraat-generaal voor Landbouw en Plattelandsontwikkeling geen derde steunpakket voor de vijf vernoemde lidstaten meer, maar er wordt wel een steunpakket overwogen voor de tweeëntwintig andere getroffen lidstaten, waaronder ook België.
Daarenboven zal de Commissie maatregelen treffen die moeten toelaten dat de solidariteitscorridors hun doeleinde dienen en de transit van gewassen bewerkstelligt.
De Commissie erkent de grote impact van de autonome handelsmaatregelen met Oekraïne maar vraagt ook aan de lidstaten om de grotere context niet uit het oog te verliezen, namelijk het verhinderen van uitvoer vanuit Oekraïne door Rusland.
Na de verlenging van de autonome handelsmaatregelen werkt de Commissie aan de verderzetting van de afgesproken vrijwaringsmaatregelen en aan de overweging deze uit te breiden naar andere landbouwproducten. Hierover wordt uiteraard ook afgestemd met Oekraïne zelf. Parallel hiermee worden diplomatieke gesprekken met de landen rond de Zwarte zee gehouden om te vrijwaren dat de Black Sea Corridor open blijft voor uitvoer over zee.
U vroeg verder welke gevolgen een mogelijke opzegging van de graandeal door Rusland voor Vlaanderen zou kunnen hebben. De mogelijke gevolgen zijn vooral verbonden aan de prijzen voor graan. Deze zouden kunnen stijgen indien er geen of beduidend minder Oekraïens graan uitgevoerd wordt. Dit zou een weerslag kunnen hebben op producenten van afgeleide producten in Vlaanderen, zoals veevoeders. Dit is natuurlijk nefast voor de rendabiliteit van de dierlijke productie. Anderzijds zou dit opnieuw de inflatie kunnen aanwakkeren zodat de voedingsprijzen nog duurder worden.
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Bedankt voor het uitgebreid antwoord. De oorlog in Oekraïne zorgt voor heel wat bezorgdheden op heel wat gebieden, niet alleen in de regio, maar ook wereldwijd. Opnieuw zet Rusland voedsel in als een oorlogswapen. De geschiedenis herhaalt zich nog maar eens. President Zelenski zei dat de kans reëel is dat Rusland overmorgen de graandeal niet zal verlengen. Er staan deze week ook geen gesprekken meer gepland, gaf hij aan. Dat is alvast niet zo’n goed teken. Als die graandeal niet wordt verlengd, en het transport via de havens aan de Zwarte Zee zo goed als onmogelijk wordt, is het natuurlijk extra belangrijk dat die producten via Europa kunnen binnenkomen.
Uiteraard is het een evenwichtsoefening. Enerzijds moeten we begrip hebben voor de impact op de landbouwsector in de buurlanden van Oekraïne. Anderzijds is er een risico met de compensatiemaatregelen dat de problemen zullen verschuiven naar andere lidstaten. Voor Vlaanderen zijn interne markt en een gelijk speelveld altijd heel belangrijke zaken geweest, en vooral de manier waarop deze steun tot stand gekomen is, is toch wel bijzonder te noemen. De Europese Commissie gooit het daar op een akkoord met een aantal lidstaten, zonder dat de andere lidstaten daarbij betrokken zijn. Dat is op zijn minst bijzonder te noemen, en het gaat hier toch om aanzienlijke bedragen.
Intussen heeft Frankrijk een brief opgesteld, gericht aan de Europese Commissie, met die bezorgdheden in: bezorgdheden over de inspraak, over de regels van de interne markt, maar ook bezorgdheden rond het gebrek aan steun voor landen die momenteel niet in het akkoord zijn opgenomen.
Minister-president, ik had daar nog een vraag: steunt Vlaanderen deze brief van Frankrijk en de inhoud ervan?
De heer Deckmyn heeft het woord.
Ik begin met de laatste opmerking. Bezorgdheden over de regels van de interne markt moeten we zeker in de gaten houden. Een gelijk speelveld in Europa blijft een belangrijk gegeven. We mogen daar eigenlijk weinig of geen uitzonderingen op toestaan, want dan kom je in de problemen.
Op het vlak van die graandeal waren Polen, Hongarije en Slowakije de eersten om de import van Oekraïens graan te weigeren omdat dit hun eigen markt verstoorde. De Oekraïense graanhandel blijkt – uiteraard, zou ik jammer genoeg zeggen – deel uit te maken van de militaire strategie van Rusland om Oekraïne economisch te treffen.
Ondertussen heeft de Europese Unie ook financieel voor een deblokkering van deze problematiek gezorgd, maar daar moet de kanttekening gemaakt worden of dat wel volledig doorgepraat is binnen Europa.
Het grote probleem dat ik hier nog een beetje ontwaar is de transit. Ik denk dat dat een van de grote problemen is. Door het feit dat de doorvoer door die landen niet snel genoeg kan gebeuren, wordt het graan lokaal opgeslagen, en zorgt het daardoor ook voor een prijsstijging. De oplossing is om die prijsdruk in landen als Hongarije, Slowakije, Bulgarije en Roemenië naar beneden te halen. Dat zou dan kunnen bestaan uit initiatieven om doorvoermogelijkheden Europees beter te faciliteren, zodanig dat die opslag tot een minimum beperkt blijft in die landen.
De vraag is dan ook in hoeverre werk is gemaakt van een concrete facilitering van de doorvoermogelijkheden, los van de Black Sea Corridor.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Joosen, we hebben inderdaad die brief van Frankrijk gesteund vanuit Vlaanderen.
Mijnheer Deckmyn, ik heb het in mijn antwoord al gezegd: vanuit Europa is er naar die vijf landen die u noemt ondersteuning gekomen, net om die problematiek op te lossen. Of dat nu effectief de zaak opgelost heeft, weet ik niet, maar dat zal waarschijnlijk verder opgevolgd worden. Maar dat was net de reden waarom men die bijkomende fondsen voor die landen voorzien heeft.
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Ik ben uiteraard zeer tevreden dat de steunmaatregelen aan Oekraïne zelf niet ter discussie staan. Vlaanderen blijft solidair met Oekraïne. Dat is heel belangrijk. En tegelijk is er oog voor het grotere plaatje: de marktsituatie in de hele Europese Unie. Dank u om een duidelijk standpunt in te nemen vandaag.
De vraag om uitleg is afgehandeld.