Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Voorzitter, minister, uit de resultaten van het ambassadeursonderzoek van Toerisme Vlaanderen uit 2022 blijkt dat 26 procent van de Vlamingen actief Vlaanderen zou promoten als vakantiebestemming. Die cijfers zijn vergelijkbaar met de cijfers uit 2021, maar wel een pak hoger dan die uit 2019 en dat is een goede zaak.
Als belangrijkste troeven gaven de 1500 ondervraagden aan – en we kunnen hen geen ongelijk geven –: typisch Vlaamse producten, zoals frieten en wafels, maar ook de historische steden, de gastronomie – lekker eten is ons goed bekend –, WO I-erfgoed – daarvan was ik zelf getuige, vandaag nog was ik op de ANZAC Day (Australian and New Zealand Army Corps) in Ieper –, en onze biercultuur.
Uit het onderzoek blijkt verder dat 65 procent de aanwezigheid van toerisme in zijn eigen stad ondersteunt. Dat is ook een heel belangrijk aspect, want we spreken hier vaak over de draagkracht van het toerisme in een bepaalde stad. Dat element kaart ik hier graag bij u aan.
Ik heb al meermaals benadrukt dat het belangrijk is dat inwoners zich als ambassadeurs van hun stad voelen. Zij kennen hun stad het beste, zijn het beste geplaatst en kunnen het meest van al hun enthousiasme uiten over Vlaanderen, over hun eigen stad. Dat kan buitenlanders prikkelen omdat ze zich dan heel welkom voelen en graag terugkeren.
Ik plaats dan ook graag een kanttekening. 26 procent geeft aan Vlaanderen actief te willen promoten, maar dat betekent dat die andere 74 procent dat niet zo actief zou doen. We moeten dat niet al te negatief interpreteren, maar ik wilde er even bij stilstaan zodat we daar nog verder op kunnen inzetten. Ten slotte hebben we tijdens de coronaperiode nog heel wat initiatieven genomen waarmee we nu verder aan de slag kunnen, omdat ze zijn aangeslagen.
Minister, hoe beoordeelt u de resultaten van het onderzoek?
Naar aanleiding van het onderzoek in 2021 gaf u aan dat, om te oordelen of de cijfers goed zijn, we die zouden moeten kunnen vergelijken met het buitenland. Hebt u daar ondertussen al enig zicht op?
We stellen ook vast dat jongeren wat negatiever staan – als ik dat zo mag zeggen – tegenover Vlaanderen als vakantiebestemming. Misschien is vakantie voor hen meer zon, zee, strand en een strandbar ergens in Ibiza. Daar lijkt mij nog wat potentieel te zijn. Minister, hoe kunnen we onze troeven uiten richting het jonge publiek, via bijvoorbeeld influencers, nieuwe kanalen, series enzovoort? Het potentieel lijkt mij heel ruim, met uitzondering dan van TikTok, waar we beter van wegblijven voor het promoten van Vlaanderen.
De wielercultuur is een grote troef voor Vlaanderen. We zien dat Gent-Wevelgem ook in onze stad erg wordt gesmaakt. U vindt daarvoor in mij een partner. Het is een verhaallijn die goed aanslaat, waarvoor hartelijk dank. Kunt u meer vertellen over 2022?
Hoe zijn de scores bij de Brusselaars?
Zijn er nieuwe acties op komst naar aanleiding van het uitgevoerde onderzoek?
Minister Demir heeft het woord.
Er werd in het buitenland geen gelijkaardig onderzoek uitgevoerd, we kunnen het dus niet vergelijken.
Drie op de vier Vlamingen gaven een score van 7 of hoger om Vlaanderen aan te raden als toeristische bestemming. Dat is goed, het is een dikke onderscheiding. Slechts een op de vier is minder overtuigd en zou Vlaanderen dus niet aanraden als vakantiebestemming. Ik vind dit dus zeker geen slechte resultaten. Drie op de vier vindt het terecht een vakantiebestemming.
Als we bovendien kijken naar de evolutie van deze cijfers sinds 2016 zien we een groei van het aandeel Vlamingen dat Vlaanderen zou aanraden als vakantiebestemming. De volgehouden focus op de toeristische troeven van Vlaanderen in binnen- en buitenland werpt dus duidelijk vruchten af.
Dit wordt ook duidelijk als we kijken naar de resultaten voor de verschillende toeristische troeven afzonderlijk. De percentages ‘actieve promotoren’ die een score 9 of 10 gaven, liggen hier voor de meeste toeristische aspecten vrij tot zeer hoog.
Naar aanleiding van het onderzoek in 2021 zien we dat vooral jongeren negatief staan tegenover Vlaanderen als vakantiebestemming. De jongeren staan over het algemeen minder positief tegenover Vlaanderen als vakantiebestemming, alhoewel de meerderheid, 63 procent, zich toch altijd bij de passief tevredenen tot actieve promotoren situeert.
Ten opzichte van de vorige bevraging zien we bij jongeren een lichte verschuiving van passief tevredenen naar actieve promotoren. De groep criticasters bleef evenwel gelijk. Het lijkt er dus op dat er toch een groep is die we nu niet volledig kunnen overtuigen van de troeven van Vlaanderen. Toerisme Vlaanderen zal bij de volgende bevraging ook peilen naar de oorzaken hiervan, zeker bij de jeugd.
De volgende maanden staan ook een aantal grote events op stapel die zich specifiek op jongeren richten, onder meer het WK Breaking en Gent Europese Jongerenhoofdstad 2024. Misschien kunnen we daarmee de jeugd op een andere manier inspireren. De cijfers zijn niet geheel slecht, vind ik. Hun interessesfeer ligt misschien net iets anders dan die van ons.
De vraagstelling in 2021 en 2022 was niet helemaal dezelfde, dus de cijfers kunnen niet één op één vergeleken worden. In 2021 werd gepeild naar de Vlaamse wielercultuur als troef. Hier zagen we 25 procent promotoren en 44 procent criticasters. Het aspect wielercultuur of koers is sowieso meer een nichebeleving en zal bijgevolg door minder mensen ondersteund worden. In 2022 peilden we daarom naar Vlaanderen als bredere fietsvakantiebestemming. Hier zagen we 36 procent promotoren en 31 procent criticasters.
Bij de vragen specifiek rond fietsen geeft 85 procent van de respondenten aan akkoord te zijn met de stelling ‘Vlaanderen is een fietsregio’. Met betrekking tot de icoonroutes zien we dat de bekendheid beter kan, aangezien slechts 21 procent van de respondenten aangeeft de icoonroutes te kennen. Daar kunnen we meer aandacht aan besteden. Om de evolutie in bekendheid en ambassadeurschap in kaart te kunnen brengen, zal de vraagstelling de komende jaren gelijk blijven.
U peilt naar Brussel. In totaal namen 210 Brusselaars deel aan het onderzoek. Dat is 14 procent van de totale steekproef. Dat is een heel kleine groep. 37 procent van de Brusselaars zou Vlaanderen en/of Brussel actief aanraden als vakantiebestemming. Dit aandeel ligt een stuk hoger dan de 26 procent binnen de totale steekproef. We zien wel dat in Brussel een hoger percentage vindt dat het aantal toeristen de leefbaarheid van hun stad vermindert. Ze vinden dat er te veel toeristen zijn in hun stad. Indien gewenst, kunnen alle resultaten specifiek voor de Brusselaars gedeeld worden in een tabellenrapport.
Momenteel worden deze resultaten intern bij Toerisme Vlaanderen besproken en op basis daarvan zal bekeken worden of er eventueel specifieke acties worden opgezet. Zoals u zei, en ik heb het een paar jaar geleden ook gezegd, zijn de beste ambassadeurs alle Vlamingen. Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar als ik naar het buitenland ga, promoot ik Vlaanderen. Ik zeg dan dat ze bij ons eens moeten komen kijken, dat het hier veel mooier is en dat ze hier lekker kunnen genieten en eten, dat ze hier fijn kunnen wandelen, in onze mooie natuur. Er is een mooie kust, er zijn mooie kunststeden. Er is een beetje van alles. (Opmerkingen van Philippe Muyters)
De mensen zijn er vriendelijk. De meest gastvrije wonen natuurlijk in het oosten van het land. Dat zeg ik er ook altijd bij. (Gelach)
Nee, ik heb het dan over Limburg.
Wij zijn allemaal ambassadeurs. Als u in het buitenland bent, promoot Vlaanderen dan. Ook hier, als toeristen u de weg vragen, dan vraag ik u vriendelijk om er wat tijd in te steken, leg hen de weg uit, leg nog wat extra’s uit. Ik doe dat altijd, ik ben er dan een half uur of een uur mee bezig. Ik vind het altijd interessant om te vragen waar ze vandaan komen en waar ze naartoe gaan, wat ze al bezocht hebben. Ik suggereer altijd om nog andere dingen te bezoeken. Misschien moeten we een cursus op maat maken voor elke Vlaming hoe ze dat moeten aanpakken. Een lieve lach en een beetje uitleg zijn onze beste tools.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord op al mijn vragen, maar zeker voor het einde want ik zie die begeestering heel graag. Uw ogen stralen als u spreekt over Vlaanderen, maar ik kan u verzekeren dat er in West-Vlaanderen minstens even enthousiaste mensen zijn wat betreft het toerisme in volledig Vlaanderen en natuurlijk ook in de Westhoek. Daar moet ik ook een lans voor breken.
Onderzoek is heel interessant en heel belangrijk. We kunnen daaruit leren. We weten allemaal dat meten weten is. We zien hier inderdaad een positieve evolutie. Wat u zegt, is inderdaad terecht. Ik heb dat ook in mijn initiële vraag aangehaald, dat dat ambassadeurschap, dat individueel verbonden gevoel met je eigen regio, dat trots zijn op je eigen streek iets is waar we heel hard op moeten inzetten. Daarom hou ik ook een pleidooi om de hand te reiken naar lokale besturen, maar ook naar de provinciale toerismediensten, de sector zelf, om hen er ook mee op te laten hameren om dat enthousiasme bij de inwoners, bij mensen die zij ontmoeten, ook daar extra in de verf te zetten.
Ik geef een good practice uit onze stad mee. We hebben drie musea. We hebben een soort businessclub opgericht. We laten de grote bedrijven van onze streek lid worden van die businessclub zodat zij hun klanten en hun werknemers daar een keer een rondleiding kunnen geven, of ze kunnen op een specifieke locatie vergaderen, ergens uniek, wat niemand anders kan meemaken. Dan dragen ze dat uit, zowel naar hun klanten als de werknemers, die zich ook verbonden voelen met hun stad. Als ik daarmee andere lokale besturen ook kan inspireren, ben ik heel blij en dan hoor ik het heel graag want ik wil zeker delen hoe wij dat aanpakken.
Wat betreft jongeren: daar heb ik u in het verleden ook al vragen over gesteld. U zei toen dat Toerisme Vlaanderen zeker jongeren mee wil stimuleren, maar dat u daar geen trekker van bent. We zien ook in omliggende landen dat er daar toch wel op ingezet wordt, onder andere via VR, maar ook via apps. Bijvoorbeeld in Berlijn kun je met een app echt wel ter plaatse zien hoe het vroeger was. Het is ook heel inspirerend om jongeren op die manier te triggeren.
Nog een good practice uit mijn regio: de rally van Ieper is heel gekend. Daar is ook een videogame van gemaakt. Jongeren kunnen een rallywagen besturen en ze zitten in onze regio, ze herkennen de regio. Het is fantastisch als je op die manier de jongeren ook kunt aanmoedigen.
Tot slot hadden we het ook al over draagkracht. Dat was ook een van mijn opmerkingen. Eigenlijk zit dat wel redelijk oké met 65 procent die dat ondersteunt. Dat is een gevoeligheid. Niet iedereen ervaart dat op dezelfde manier. Het is wel belangrijk dat we ook vanuit Toerisme Vlaanderen aan de mensen die wat kritisch zijn op dat vlak, toch duidelijk maken hoe belangrijk toerisme is, veel breder dan enkel het toerisme, want heel wat horecazaken en winkels leven ervan. Het laat lokale besturen ook toe om evenementen te organiseren, om een zekere dynamiek te creëren en om jonge gasten aan te trekken in een regio. Ook daar moeten we wat sensibiliseren dat toerisme niet alleen in zekere zin door sommigen als overlast ervaren wordt, maar dat het echt wel een win-win is. Minister, voor de rest dank ik u voor het antwoord en de begeestering.
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Ons ambassadeursonderzoek levert de resultaten op die we net besproken hebben. Wordt dat ook gebenchmarkt met andere regio’s of landen om te zien of wij daar als Vlamingen goed of minder goed scoren?
De heer Slagmulder heeft het woord.
Films en series kunnen nuttig zijn om een bepaalde regio te promoten. Dat is hier vorig jaar ook aangehaald in deze commissie. Mevrouw Talpe heeft daar ook naar verwezen in haar vraagstelling. Zijn er het voorbije jaar ook effectief zaken concreet gemaakt op het vlak van films, series of wat dan ook of niet? Ik vraag het maar uit nieuwsgierigheid omdat de serie die ik momenteel volg, bijna afgelopen is. Ik had het graag geweten.
Minister Demir heeft het woord.
Het Verhaal van Vlaanderen was wel mooi, als ik dat mag zeggen want dat ligt allemaal bijzonder gevoelig. Maar ook Vlaanderen Vakantieland hebben we weer leven ingeblazen. Ik moet eens nakijken of er nog iets is wat we zouden willen doen.
Het is ook geen schande. Ik ga er nu geen hele boom over opzetten, maar de reacties die ik er destijds over gelezen heb, vond ik toch van een raar niveau.
Over die onderzoeken kan ik meegeven dat er in het buitenland geen gelijkaardig onderzoek bestaat. We hebben gekeken en Vlaanderen is een voortrekker om op dat vlak zulke onderzoeken te doen. Ik vind ook dat we het moeten doen. Het is nu om de twee jaar, ik heb al gezegd dat we dat misschien om de drie jaar moeten doen, twee jaar is misschien te kort. Ik vind persoonlijk dat we met onze administratie te veel onderzoeken doen, je kunt die centen soms op een andere manier gaan besteden. Dus is het misschien beter om een hele simpele campagne op te zetten waarin je de Vlaming aanspreekt op zijn fierheid en trotsheid over zijn regio en dat promoten. Dat zijn onze ambassadeurs. Eigenlijk heb je daar geen onderzoeken voor nodig van bureaus. Het zijn wij allemaal die het verhaal van Vlaanderen gaan moeten vertellen.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Ik heb daar niet veel aan toe te voegen. Ik voel dat iedereen even enthousiast is over Vlaanderen als vakantiebestemming. Ik wil wel het belang van onderzoek benadrukken en ik zou daar niet te veel tijd tussen laten. Ik weet dat je kunt blijven onderzoeken, maar deze resultaten hebben niet alleen een meten- en wetenwaarde, maar ze geven ons ook de opportuniteit om te duiden dat de Vlaming ook wel fier is op zijn regio. Daar kun je ook mee uitpakken als een marketingtool. We moeten daar geen pakken geld tegenaan gooien, maar als we dat onderzoek blijven doen, kun je constant in de verf zetten dat we als Vlaming fier zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.