Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
Minister, collega’s, deze ochtend hadden we een hoorzitting waarbij het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) aanwezig was. Deze vraag is natuurlijk aan u gericht, minister. Zoals de voorzitter zegt, gaan we naadloos over van de ochtend naar de namiddag.
Het gaat inderdaad over fraude bij wetenschappelijke studies, medische studies in het algemeen. Het aantal studies dat wordt teruggeroepen wegens fouten, plagiaat of wetenschapsfraude, neemt jaar na jaar toe. Soms gebeurt het dat auteurs de eigen studie bekritiseren wegens gedetecteerde fouten, maar het grootste deel wordt teruggeroepen wegens wetenschapsfraude, bijvoorbeeld het vervalsen van data. Om bepaalde hypothesen te laten kloppen, worden soms bepaalde onderzoeksresultaten achtergehouden of gewoonweg vervalst.
Dat is niet alleen het geval bij medische studies, maar over alle wetenschappen heen. Twintig jaar geleden zou het gaan over één op de vijfduizend papers, nu over één op de duizend papers. Betekent dit dat er meer fraude is dan destijds? Niet helemaal. Men geeft aan dat er vandaag meer fraude wordt gedetecteerd. Sommige onderzoekers analyseerden dat tegen die 0,1 procent vandaag eigenlijk een 2 procent van de papers zou moeten worden teruggeroepen. Als dat niet gebeurt, dan blijven de resultaten circuleren en worden deze gebruikt voor nieuw onderzoek. Wetenschapsfraude wordt vooral bestudeerd bij de biomedische wetenschappen. Logisch, want de gevolgen van fraude kunnen ingrijpend en levensbedreigend zijn.
Het FWO investeert fors in excellentie van het onderzoek. We hebben het er vanmorgen ruim over gehad. Welke initiatieven neemt het FWO om fraude en manipulatie te voorkomen en op te treden mocht daarvan sprake zijn?
Hoe wordt samengewerkt met universiteiten, hogescholen en andere onderzoeksinstellingen om onderzoeksfraude tegen te gaan en op te sporen?
Hoe worden wetenschappers, en in het bijzonder deze die aan de slag gaan met middelen van het FWO, gesensibiliseerd om op te treden tegen wetenschapsfraude, en excellentie na te streven door de kwaliteitseisen na te komen?
Minister Brouns heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw Sleurs, voor uw vraag over de wetenschappelijke integriteit. Het klopt dat het Vlaamse onderzoek excellent is. Daar mogen we best fier op zijn. Nieuwsberichten over plagiaat en onderzoeksfraude komen dan ook hard binnen, zoals recent het nieuws van de Egyptische gynaecoloog die het doctoraat behaalde met verzonnen studies.
Het is duidelijk dat de wetenschappelijke integriteit dus van onschatbaar belang is. Dat is voor iedereen hier zo, niemand twijfelt daaraan. Zo zijn er commissies wetenschappelijke integriteit (CWI’s) bij de Vlaamse universiteiten, en is er ook de Vlaamse Commissie voor Wetenschappelijke Integriteit (VCWI). Dat is het algemeen kader waar men telkens een melding kan doen.
Bij het FWO specifiek wordt er ook veel aandacht besteed aan de begeleiding en training van onderzoekers, maar ook voor de panelleden die de ingediende projecten moeten evalueren. Zo traint het FWO via webinars en instructiemails de panelleden op het detecteren van zaken die indruisen tegen de wetenschappelijke integriteit. Iedere melding die op die manier aan het FWO kenbaar wordt gemaakt, wordt steeds zeer ernstig genomen en leidt tot een diepgaand onderzoek in samenwerking met de betrokken onthaalinstelling.
Het FWO maakt de onderzoekers ook attent op de bepalingen rond wetenschappelijke integriteit bij het indienen van de aanvraag en de start van het mandaat of project. Dit aspect wordt besproken tijdens de infosessies voor aanvragers en startende onderzoekers.
Ook wordt er door het FWO binnen alle financieringskanalen met internationale peerreview gewerkt voor de beoordeling van de aanvragen, waardoor alle aanvragen reeds internationaal gescreend worden en eventuele tekortkomingen op eender welk vlak gedetecteerd en gemeld kunnen worden.
Daarnaast worden er dus zowel door het FWO als door de verschillende Vlaamse universiteiten allerlei initiatieven georganiseerd ter bevordering van de wetenschappelijke integriteit van de verschillende onderzoekers. Dit gebeurt samen met de VCWI. Ook op Europees vlak wordt er trouwens deelgenomen aan werkgroepen en studiedagen.
Zoals u ziet, mevrouw Sleurs, nemen we deze problematiek ernstig. We kunnen natuurlijk niet vermijden dat sommige onderzoekers dit doelbewust willen omzeilen. Maar het feit dat er dan soms iets naar boven komt, toont ook aan dat de controles werken.
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
Minister, dat toont aan dat we beducht zijn voor fraude en dat er wel degelijk naar wordt gestreefd om zo weinig mogelijk fraude binnen onze wetenschappelijke kaders te hebben. Het FWO is hier deze ochtend geweest. Ik denk dat we daar een zeer excellent fonds voor wetenschappelijk onderzoek en raad van bestuur hebben.
Het is belangrijk dat we beducht blijven zijn, zeker met de nieuwe mogelijkheden van artificiële intelligentie, wat hier ook al besproken werd. Ik ben tevreden met uw antwoord. Ik hoop dat er zo weinig mogelijk fraude wordt gepleegd. Mensen zijn mensen, en dat zal wel van alle tijden zijn, maar dat we ten minste beducht zijn voor fraude en dat zo goed mogelijk tegenhouden. Ik hoop, als het toch gebeurt, dat we het kunnen vinden. Ik heb geen verdere vragen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.