Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Deze vraag is mij zwaar te moede. Een aantal maanden geleden hebben we hier een gesprek gehad over het Suske en Wiske Museum. In de marge van dat gesprek heb ik zelf een aanvullende bemerking gemaakt dat het debat over wie wat doet na de interne staatshervorming toch een aantal vragen oproept met betrekking tot de uitzonderingen die er nog waren nadat bij de provincies de bevoegdheid voor Cultuur is verdwenen. Provinciaal werd dit afgebouwd, met één uitzondering waarvoor men nog geen oplossing had gevonden, namelijk de Warande.
Vandaag is die prachtige cultuurtempel, die excelleert en op een heel warme manier ingebed is in zijn omgeving, die een regionale uitstraling heeft, simpelweg door foute keuzes en het onoordeelkundig aanvoelen van wat er in het cultuurhuis zelf leeft, in een situatie terechtgekomen waarbij men niet gewoon maar vier stafmedewerkers heeft verloren. Wat mij betreft, is er ook heel weinig gevoeligheid voor de realiteit op de werkvloer en onder het personeel. U hebt de artikels in De Standaard, Gazet van Antwerpen en vandaag in De Morgen kunnen lezen, en daarin stelt men: ‘Waar moet het naartoe met de Warande?’ en: ‘Te groot voor Turnhout, te klein voor Vlaanderen’. Dat laatste is blijkbaar een uitspraak van iemand uit uw kabinet.
De berichten over het ontslag van een deel van de personeelsploeg verontrusten, maar wat nog meer verontrust is het totaal gebrek aan perspectief en visie. Waar wil men naartoe na 2024? Dat is ongelooflijk spijtig, want we hebben hier een cultuurhuis dat de uitstraling van de regio zwaar overstijgt. Het was een autonoom provinciebedrijf; er waren intern sterke mensen – twee sterke dames – aanwezig, maar die hebben er intussen zelf de brui aan gegeven, omdat er een Europese aanbesteding is uitgeschreven, die is terechtgekomen bij een externe firma, C-lever. Daar werken drie mensen die het cultuurhuis niet kennen. Bij de aanbesteding was de cultuurthematiek blijkbaar ook geen onderdeel. Herinner u mijn gesprek van vorige week over wie we in de toekomst voor het departement zullen aanwerven.
De provincies zijn dus niet langer bevoegd voor het cultuurbeleid. Voor de Warande zou er een oplossing worden gezocht. Daarvoor hebt u zich een jaar geleden geëngageerd in uw antwoord op een andere vraag. Tot op vandaag is die er niet. De uitzondering voor de Warande blijft bestaan en blijft in beheer van de provincie. Dit dossier moet tegen 2024 worden afgerond. Het is een groot vraagteken wat er daarna zal gebeuren.
De rol van C-lever roept veel vraagtekens op. Op het terrein zijn er drie externe managers, die geen voeling hebben met het cultuurhuis. De malaise is compleet. Er is een stadsbestuur dat wel wil, maar de draagkracht is er niet groot genoeg om iets van die omvang te ondersteunen. De detachering van personeelsleden wordt zomaar afgesloten zonder dat er verregaand is nagedacht over wat dan de toekomst is van die mensen. Dat is ontzettend jammer.
De Warande is een cultuurhuis dat recent nog is gevierd omdat het vijftig jaar bestond. Het heeft een uitmuntende reputatie en bereik. We zouden dat moeten koesteren. De nood aan een structurele oplossing is groot. Daarom heb ik, minister-president, deze vraag ingediend. Ondertussen heb ik steeds meer informatie van achter de schermen gekregen. Het lijkt een stuurloos schip, maar dan wel een met drie externe managers, die blijkbaar alle drie ofwel niet sturen ofwel het in een andere richting uit sturen. Hetzelfde geldt voor de rol van de provincie en alle betrokkenen hierbij.
Hebt u kennis van de situatie op de werkvloer? Hoe kijkt u naar de hele evolutie in dit dossier, ook gezien uw eerdere uitspraken in deze commissie op eerdere vragen?
Ik heb u gevraagd of u contact hebt gehad met de stad en de provincie omtrent dit dossier. Ik weet dat die contacten er zijn geweest. Kunt u daar wat meer over vertellen? Welk resultaat hebben deze gesprekken opgeleverd? Hoe loopt het verder met die contacten, ook over het perspectief voor de Warande?
Op 14 november 2019 hebt u gezegd dat u naar een interregionale of bovenlokale oplossing zou zoeken. Wat is de stand van zaken inzake dit dossier?
Meer algemeen, minister-president, denk ik dat als we het menen met onze wens dat organisaties een bepaald niveau bereiken, we dan ook vanuit het departement Cultuur, maar ook vanuit de commissie Cultuur moeten nadenken over hen die vandaag tussen wal en schip vallen. De Warande is daar helaas een goed voorbeeld van. Maar los daarvan is er ook het feit dat een fantastische werkplek vandaag een nachtmerrieomgeving is geworden voor de medewerkers. Op een plek waar je zou kunnen verwachten dat men vertrekt vanuit een bepaalde visie over de richting waar het cultuurhuis naartoe moet, is er geen enkel kompas meer. Die twee elementen, met betrekking tot de omgang met de medewerkers en met betrekking tot waar men naartoe wil, zou ik toch ook aan u willen voorleggen. Op basis waarvan neemt men de beslissingen om detacheringen et cetera stop te zetten? Op basis waarvan gaat men een bepaalde richting uit? Dat moet toch ergens in een visie of een kader passen. Is dat zo, en zo ja, welk?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Ik moet zeggen dat ik de Warande een warm hart toedraag. Ik heb jarenlang een abonnement gehad op de Warande, dus ik ken het huis redelijk goed.
Ik zal de drie vragen gezamenlijk beantwoorden. Zoals u ook aangehaald hebt, heeft de Warande een bijzondere positie in het culturele veld. Het is inderdaad een autonoom provinciebedrijf, dat beheerd wordt door de provincie Antwerpen. Dus als er vandaag problemen zijn met personeel of zo, dan kunt u wel alles in mijn bakje leggen, maar dan is het eerst en vooral de provincie als voogdijoverheid en de bestendig afgevaardigde in kwestie die daarop moet worden aangesproken. De Vlaamse Gemeenschap ondersteunt de Warande op dit ogenblik op geen enkele structurele wijze. We zijn dan ook geen toezichthoudende overheid.
Maar er zijn inderdaad verschillende contacten over dit dossier, zowel met de provincie Antwerpen als met de stad Turnhout. Dit dossier werd de voorbije maanden en jaren al meermaals besproken, onder andere recent nog – ik denk twee weken geleden – met de schepen van Cultuur van de stad en met de burgemeester.
Er wordt een oplossing gezocht voor de Warande en zoals ik ook in 2019 aangaf, wordt er gekeken naar een bovenlokale oplossing. Ik denk dat dat echt iets is dat een regionale uitstraling heeft: het is hét cultuurcentrum van De Kempen, om het zo maar te zeggen. Ik denk dat we op die schaal moeten kijken. Er zijn contacten, er zijn pistes. U weet hoe dat gaat in moeilijke onderhandelingen. Ik ga daar nu nog niet te veel over zeggen, maar ik trek het mij wel aan, dat dossier, ook al zijn we geen voogdijoverheid. Want ik vind de Warande in het culturele leven in Vlaanderen een belangrijke schakel. Ik denk niet dat we dat op Vlaams niveau moeten tillen, ik denk dat we daar een bovenlokale oplossing in De Kempen voor moeten zoeken. Dat is de piste die we op dit moment met het stadsbestuur van Turnhout aan het bewandelen zijn.
Maar neem van mij aan dat mijn engagement daarin groot is om het dossier tot een goed einde te brengen. Want daarvoor ligt de Warande mij te nauw aan het hart.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Minister-president, sta mij toe te zeggen dat u hier uw engagement hebt hernieuwd. En dat is belangrijk. Mijn opmerkingen over personeel gingen uiteraard niet over u. U bent daar heel duidelijk in geweest; u verwijst daar naar de bestendig afgevaardigde als verantwoordelijke.
Maar ik stel vast dat onze bestuurder die in de raad van bestuur informatie opvraagt in het kader van de openbaarheid van bestuur, die info heel moeilijk te pakken krijgt. Voor zij die nu willen bekijken hoe we kunnen nadenken over een oplossing, verloopt dat allemaal bijzonder moeilijk.
Het is op dit moment een autonoom provinciebedrijf. U zegt dat we met de stad bekijken hoe we een bovenlokale oplossing kunnen vinden. In De Standaard van vorige week lees ik dat Kathleen Helsen, de verantwoordelijke gedeputeerde, zegt: “Vlaanderen heeft beslist de culturele bevoegdheid weg te nemen bij de provincie. Het is dus Vlaanderen dat beslist.” U spreekt over een bovenlokale oplossing. Is dat dan die subsidie als bovenlokaal cultuurproject? Wat is dat dan specifiek? Want vanaf 2024 is het onherroepelijk gedaan bij de provincie. Kunt u daar wat meer inzicht in geven?
Het is belangrijk dat die contacten verder gaan. Het is belangrijk dat bestuurders inzichten krijgen in de dossiers. Maar ik denk dat hier ook gewoon sprake is van een aantal beslissingen die het gevolg zijn geweest van een olifant in een porseleinkast ten aanzien van het personeel, ten aanzien van de werking van de Warande. Dat is een heel stuk van mijn vraag dat niet beantwoord is.
De vraag hoe de drie bestuurders van C-lever zijn omgegaan met het bedrijf en hoe de beslissingen rond die detachering genomen zijn, verdient toch wel verder onderzoek. Je ziet dat diegenen die met jarenlange diensten de Warande hebben gebracht naar waar men vandaag staat, er ofwel zelf de brui aan gegeven hebben ofwel bedankt worden, zonder dat ze weten waar ze terechtkomen, of zonder dat Turnhout een alternatief kan geven met vergelijkbare expertise. Dan is dit gewoon slecht bestuur, en wordt er met het personeel omgegaan op een manier die niet van deze tijd is. Met de botte bijl zijn er een aantal zaken beslist. Daar blijven veel mensen op hun honger zitten, niet het minst de andere gerenommeerde cultuurcentra, die met grote ogen kijken hoe dit eigenlijk mogelijk is, dat die expertise zo wordt verkwanseld.
Wordt er onderzoek gedaan naar hoe het zover is kunnen komen? Hoe was die opeenvolging mogelijk? Is dat een element waar men naar kijkt, gezien het imbroglio, de chaos op het terrein, en het feit dat de organisatie artistiek praktisch onthoofd is?
Dus wat betekent een bovenlokale oplossing? Is dat een subsidie als bovenlokaal cultuurproject? Of wilt u de uitzondering toch behouden? En hoe reageert u op wat mevrouw Helsen in de krant heeft gezegd, dat het Vlaanderen is dat beslist?
En dan is er het perspectief voor de medewerkers. Kan er op een andere manier met hen worden omgegaan?
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Mijn tussenkomst zal minder uitgebreid zijn.
Ik denk dat alle collega’s het erover eens zijn dat dit een moeilijk dossier is. In de vorige legislatuur wisten we dat ook al. Niemand kan toveren om een nieuwe overnemer te vinden voor de Warande. Dus hebben we dat toen voorlopig even geparkeerd. Ik denk dat iedereen het ermee eens was, om in de tussentijd een andere oplossing te kunnen vinden.
Wat is het grote probleem in dit verhaal? Zelfs al is Turnhout een centrumstad – ze staan op de lijst van de centrumsteden – toch is de stad te klein om een cultureel centrum over te nemen. Daarin zit de crux. Als we het hele verhaal van interne staatshervormingen bekijken – en ik ga ervan uit dat we dat in de volgende legislatuur verderzetten –, dan hoop ik dat het dossier fusies ook kan worden verdergezet. Want dit voorbeeld toont hoe kleine besturen heel moeilijk kunnen instaan voor bepaalde infrastructuren. Kijk maar naar Zulte met het Raveelmuseum. Dat was net hetzelfde probleem. Idem dito met het Suske en Wiske Museum.
Dit zal voor de volgende legislatuur zijn. Ondertussen kun je niet anders dan zoeken naar een bovenlokale en regionale oplossing, omdat de Warande, hoe graag we ze ook zien, geen Vlaamse instelling is. We moeten realistisch zijn en ook wel wat tijd durven te geven. Een regionaal samenwerkingsverband oprichten, doe je niet van vandaag op morgen.
Ik heb alle vertrouwen, minister-president, in de oplossing die u aan het zoeken bent. Ik apprecieer het enorm dat u dat naar uzelf toetrekt. Het is niet evident om tussen alle bestuurslagen door te navigeren. Ik ben ervan overtuigd dat u een oplossing zult vinden. Ik kijk ernaar uit. Dat zal een goede oplossing voor de Warande zijn.
De heer Anaf heeft het woord.
Ik wil mevrouw Almaci bedanken voor haar vraag. Het is belangrijk dat we het er hier over hebben. Uiteraard is het ook voor mij, als Kempenaar en als Turnhoutenaar, een dossier dat mij zeer nauw aan het hart ligt. Ik was er indertijd al bij toen de provincie de Warande overnam, als medewerker van gedeputeerde Jos Geuens, maar ook als gemeenteraadslid. Dat was een heel goede oplossing voor de Warande in de specifieke context van Turnhout. Turnhout is een centrumstad, met alle problemen die erbij horen maar met veel minder financiering door het feit dat er in de jaren 70 geen fusie is gebeurd, waardoor de rand van de stad niet bij de stad hoort. Dat maakt dat de Warande financieel niet meer draaglijk was voor de stad Turnhout.
De Warande heeft ook echt gefloreerd door die overname. Er zijn gigantische investeringen gebeurd, eerst onder leiding van Jos Geuens en Ludo Helsen, nadien door de betreurde Peter Bellens, waar ik heel veel waardering voor heb gehad, zeker voor zijn werk in de Warande. Er was ook een heel straffe directeur, Staf Pelckmans, die we hier allemaal kennen, en er waren heel veel straffe medewerkers. En nu zie je dat inderdaad helemaal de verkeerde richting uit gaan. Ik maak mij daar bijzonder veel zorgen over. Ik vraag me echt af waar de provincie mee bezig is. Het is inderdaad iets dat in de provincie besproken moet worden, niet hier.
Als we naar de toekomst kijken, merk ik dat iedereen voor de Warande een goede oplossing wil. Het is inderdaad een moeilijke casus. Er is een heel goede reden waarom het indertijd is weggehaald door de stad. Ik snap ook de moeilijkheid om het naar Vlaanderen te laten gaan.
Ik zou een heel concrete vraag willen stellen. Er is indertijd terecht – en daar was collega D’Hose bij betrokken – een uitzondering gemaakt voor de Warande, net vanwege de specifieke context. Toen persoonsgebonden materies weggingen bij de provincies, is er een hele onderhandeling geweest met de verschillende lokale besturen die overnamen, of met de Vlaamse overheid die overnam en een heel financiële vereffening die daarmee gepaard ging. Daar waren afspraken rond. Als er nu een andere oplossing voor de Warande uit de bus komt, dus het gaat weg bij de provincie – stel u die situatie voor –, wat gebeurt er dan? Hoe gaat het geregeld worden? Welke garantie is er dan dat de financiële middelen ook effectief meegaan? En voor hoelang kunnen die middelen gegarandeerd worden? Want dat is natuurlijk ook een heel belangrijk issue in heel dit verhaal. Als er gezocht wordt naar een lokale, of naar ik hoor een bovenlokale oplossing, dan zijn de financiële middelen echt cruciaal.
Ik heb nog een laatste bedenking. Ik weet dat ik al wat langer aan het woord ben, maar het is echt een heel belangrijk dossier voor mij. We stellen allemaal vast dat de schaal van Vlaanderen te hoog is en de schaal van Turnhout te laag. Men had vroeger een tussenniveau waar ook verkozen mandatarissen over konden beslissen, namelijk de provincies. Het verhaal van de Warande is misschien ook het verhaal dat toont dat het tussenniveau ook op het vlak van persoonsgebonden materies, in een aantal dossiers een belangrijke rol had kunnen spelen. Als er nu een andere bovenlokale oplossing wordt gezocht, dan wordt er wellicht gekeken naar een intercommunale samenwerking. Eerlijk gezegd, dan vind ik de politieke controle op intercommunale vaak veel minder uitgebreid dan op het provinciale niveau. Dat is een bedenking die ik hierbij maak. Maar ik wil vooral een goede oplossing voor de Warande.
Ik ben ook blij, minister-president, dat u zelf aangeeft dat u zich dat aantrekt en dat er samen met de stad naar oplossingen wordt gezocht. Ik volg ook helemaal dat u niet alles open en bloot hier op tafel kunt leggen. Laat ons de stad, de Vlaamse overheid en de provincie vertrouwen zodat er een goede oplossing voor de Warande uit de bus komt, zodat de Warande weer kan floreren zoals ze dat altijd heeft gedaan. Ze is altijd een heel uniek cultuurcentrum geweest, met een heel specifiek Warandemodel. Ik hoop dat dit in de toekomst kan worden gegarandeerd, maar ik maak mij daar bijzonder grote zorgen over.
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Dank u, mevrouw Almaci, om deze problematiek weer naar hier te brengen. We hopen inderdaad allemaal dat we een oplossing vinden voor de Warande. Zij zijn een te belangrijke speler in Turnhout en heel de regio Kempen. Ik treed collega Anaf bij in zijn lof voor de provinciale verantwoordelijken en gedeputeerden die hun rol daar goed gespeeld hebben, denk ik. Er is een probleem vandaag. Gelukkig was de provincie er nog om tijdelijk die oplossing te zoeken.
Mevrouw D’Hose, we moeten fusies inderdaad bekijken bij de toekomstige staatshervorming, maar in die naburige gemeenten heeft geen fusie plaatsgevonden in de jaren 70. Daar heeft collega Anaf naar verwezen. Die gemeentebesturen hebben intussen investeringen gedaan in eigen culturele centra. De vraag of ze in de toekomst gaan fuseren, is een vraag voor die lokale overheden zelf. Het is volledig hun autonomie om die keuze te maken. Ik begrijp dat er nu vanuit die omliggende gemeentebesturen, los van fusie, weinig appetijt is om in zo’n verhaal in te stappen, als ze zelf al heel veel investeringen hebben gedaan en nu zelf hun eigen culturele infrastructuur en aanbod hebben. Ik begrijp die gevoeligheid en de moeilijkheden wel. Ik kan ook alleen maar vaststellen dat het tussenniveau van de provincies, ook voor de persoonsgebonden zaken, toch nog een belangrijke rol zou kunnen spelen. Het standpunt van mijn partij is daar heel duidelijk over bekend.
Minister-president, u antwoordt dat de oplossing bovenlokaal moet worden gevonden. Dan vermoed ik dat dit zal gaan over intergemeentelijke samenwerking, eventueel onder het Bovenlokaal Cultuurdecreet. Nu, ik zou eigenlijk een andere piste willen bewandelen. Het is moeilijk om een voorafname te doen, want het is ook niet echt vanuit de politiek om dat te bepalen, maar we zouden kunnen kijken welke rol ze eventueel kunnen hebben binnen het Kunstendecreet. De Warande kan perfect een aanvraag indienen. Ik hoop dat ze daarin eventueel begeleid kunnen worden en alle kansen krijgen om daar een aanvraag in te dienen en hopelijk – maar dat zal dan van de beoordelingscommissies afhangen – geselecteerd te worden. Maar dan nog is het een oplossing die pas binnen enkele jaren zal ingaan, vanaf 2024.
Wat ik zou willen voorstellen, is om de Warande mee te begeleiden in die piste, in die richting, en ondertussen samen met de provincies vanuit Vlaanderen te bekijken welke overgangsmaatregelen er kunnen worden genomen. Is dat tijdelijk, voor nog twee jaar, het beheer door de provincie bestendigen, dan wel Vlaanderen dat tijdelijk iets op zich neemt of bekijkt wat er met verschillende gemeenten in de regio kan? We kunnen die piste bewandelen. Stel dat een indiening binnen het Kunstendecreet niet zou lukken, dan kunnen we samen alsnog alle andere pistes bekijken die hier gepasseerd zijn. Maar dat lijkt mij de meest duurzame oplossing voor de Warande op lange termijn. Ik hoop dat er eventueel in die richting kan worden geland.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Reeds van in 2019 hebben we met Vooruit gezegd dat het afschaffen van die persoonsgebonden materies bij de provincies een irrationele, louter ideologische keuze was die, denk ik, geen goede keuze is geweest. Dat is heel snel gebleken. Er is dan het decreet Bovenlokale Cultuur gemaakt, maar dat is, helaas, niet zo’n succes. We hebben ook gezegd dat we dat zullen evalueren. Het gat dat geslagen is door het wegnemen van de persoonsgebonden materies, is niet gedicht door het decreet Bovenlokale Cultuur.
Ik wou exact hetzelfde punt maken als collega Van de Wauwer. Ik denk ook dat we moeten kijken wat we binnen het Kunstendecreet kunnen doen om de gaten, zoals de problematiek van de Warande, te kunnen vullen.
Nu, het is geen vraag aan de minister-president, maar, beste collega’s, jullie weten dat ik een voorstel van resolutie heb ingediend voor herziening van het decreet, in beperkte mate, maar vooral van het proces. Ik zou graag straks tijdens de regeling der werkzaamheden bekijken wanneer we dit kunnen behandelen en daar hoorzittingen aan koppelen. Wanneer ik de suggestie van collega Van de Wauwer hoor, denk ik wel dat het moet lukken om daar samen de schouders onder te zetten, zodanig dat we bij de volgende ronde van het Kunstendecreet de zaken nog beter kunnen laten lopen.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Collega Anaf, u hebt een heel goed punt gemaakt over die financiering. Maar dat is de vorige keer eigenlijk al geregeld in de memorie van toelichting: dat je altijd werkt met een ‘juste retour’. En wat bedoelden we daarmee? Hetgeen de provincies vroeger gaven aan de instellingen, moet mee verhuizen met de bevoegdheden. (Opmerkingen van Orry Van de Wauwer)
Maar dat is decretaal bepaald.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Bedankt voor de grote bezorgdheid van iedereen over de Warande. Ik denk dat dat op zijn plaats is.
Mijnheer Anaf, de financiële middelen moeten inderdaad meegaan. Het lijkt mij dat mevrouw D’Hose dat gezegd heeft. En de elementen die hier aangereikt worden, zijn de bouwstenen waarop we een oplossing moeten vinden, zonder mij al in de een of andere richting vast te pinnen.
Mevrouw Almaci, ik versta het niet meer, eerlijk gezegd. U hebt heel veel woorden nodig om veel te vertellen, en dat is uw recht. Maar vraagt u mij nu – en dan moet u dat ook zeggen – dat ik mij buiten mijn bevoegdheid met het personeelsbeleid in de Warande ga bezighouden? Want dat is wat u suggereert. Wel, dat ga ik niet doen. Geef vooral uw mensen in de provincieraad de opdracht om in de provincieraad de dingen te doen die ze moeten doen, maar vraag dat niet aan mij. Die dingen komen mij ook ter ore, maar ieder binnen zijn bevoegdheid. En als mevrouw Helsen pistes heeft over dat dat naar Vlaanderen moet, dan lijkt mij dat een gemakkelijkheidsoplossing voor mevrouw Helsen, maar niet de juiste. Wij gaan op zoek naar de juiste oplossing.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Minister-president, ik betreur eigenlijk wat u op het einde zegt. Ik geef aan, en iedereen geeft dat hier aan, dat dit ongelooflijk belangrijk is voor het Vlaamse kunstenveld, de Warande. Maar het zijn de artistieke mensen die er de brui aan geven, of wier detachering is stopgezet.
Ik heb u gevraagd of het niet de moeite is om eens te kijken naar het beheer sinds de coronacrisis. U zegt mij dat u zich niet hoeft bezig te houden met personeelsbeleid. Maar dat is niet mijn opmerking. Mijn opmerking is dat we met een probleem zitten als er een goedwerkende instelling was waar ondertussen een spontane leegloop is, en er een aantal beslissingen zijn genomen die een impact hebben op de artistieke werking van de Warande, waarbij er meer directeurs en managers en een voorzitter van het autonoom provinciebedrijf zijn dan artistieke leiders.
Het ligt ons na aan het hart, en uiteraard gaat het de provincie na aan het hart. Bestuurders vragen informatie maar krijgen die informatie niet. Ik hoor in ieder geval dat u vindt dat ze die moeten krijgen. Ik geef aan dat het misschien de moeite is om eens de casus te onderzoeken, aangezien het personeel daar op zijn achterste poten staat. En terecht. Dat is alles.
Ik hoor dat u zegt dat dat niet aan u is, dat men dat vanuit de provincie moet doen. Dat betreur ik, want u hebt wel het dossier naar u toe getrokken. Dus nu is het voor mij niet meer duidelijk: neemt u de sturing daarin wel of niet op?
Ik heb het dossier naar mij toe getrokken vanwege de toekomst van de Warande, niet vanwege het operationeel beleid van de Warande vandaag. Dat is niet mijn bevoegdheid. Maar ik vind als minister van Cultuur dat het wel mijn bevoegdheid is om te kijken naar het feit dat we daar tegen een deadline aan lopen, en we moeten zien dat die deadline niet fataal is voor die instelling. Dat vind ik wel mijn verantwoordelijkheid.
Maar het operationele? Mevrouw Almaci, daar moeten we toch geen tekening bij maken? Het operationele daar, dat is democratische controle van de provincieraad op de raad van bestuur daar, in Turnhout.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Ik ga antwoorden, minister-president. Dat is het punt: dat de strategische keuzes die gemaakt zijn, de operationele werking in het gedrang hebben gebracht. Er is een gebrek aan competentie – sommigen noemen het wanbeheer – tentoongesteld. Geef de bestuurders de info die ze vragen, laat de provincie daar haar rol spelen, absoluut.
Het werk maken van een strategisch perspectief, daarvan hoor ik dat u dat ter harte gaat nemen. Ik kijk daar echt naar uit. Mijn oproep is om daarbij de personeelsploeg te betrekken. Betrek daarbij ook de vakbond. Geef perspectief, niet alleen aan de gebruikers van de Warande, maar ook aan de mensen die daar werken. Hun rol werd gewaardeerd. Toon hun dat. Ik denk dat dat belangrijk is als minister-president. Het is maar een advies dat ik kan geven. Maar ik denk dat het strategische en het operationele vandaag keihard samenhangen. Dat is de vaststelling in dit dossier, dat daar foute keuzes zijn gemaakt. Een straf team, een straffe werking: dat is waarom de Warande vandaag bij iedereen zulke emoties oproept. Maar daarna is het helemaal fout gelopen.
Wat die duidelijkheid over de vernieuwde organisatiestructuur betreft: geef de betrokken mensen voldoende informatie, en toon dat u begrijpt dat het strategische samenhangt met dat artistieke. Dat is mijn oproep. Ik kijk uit naar het resultaat. Ik hoop dat het ook richting de culturele partners en de mensen op het veld een verhaal mag worden van het waarderen van het werk dat zij doen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.