Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, ik denk dat het tijdens de krokusvakantie was dat u aankondigde dat er dit jaar vijf extra Family Justice Centers (FJC’s) bij zullen komen in Vlaanderen. Ik probeer dat steeds in het Nederlands te zeggen, maar het is een Engelstalige term. Misschien moeten we dat ook eens bekijken.
Momenteel zijn er reeds vier centra operationeel in Antwerpen, de Kempen, Mechelen en Limburg. In 2023 zal het volledige netwerk verder worden uitgerold en komen de nieuwe centra in Leuven, Halle, Gent, Kortrijk en Oostende. In deze commissie heb ik in het verleden meermaals gepleit voor een brede uitrol van dat netwerk in Vlaanderen en het viel me in het bijzonder op dat we in West-Vlaanderen zeer ver moesten reizen om bij zo’n centrum te komen. Ik ben dus zeer blij dat er veel dichter bij huis ook hulp komt in West-Vlaanderen. Als Brugse vraag ik me af: in de derde grootste stad van Vlaanderen en provinciehoofdstad van West-Vlaanderen is er geen werking. Ik denk dat het van groot belang is om dat ook in Brugge te krijgen.
Met deze huidige uitrol investeert Vlaanderen verder in de succesvolle samenwerking tussen politie, justitie en hulpverlening om slachtoffers van familiaal geweld te helpen. Het aantal gezinnen dat kwam aankloppen bij de Family Justice Centers is in de voorbije twee jaar gestegen van 1845 in 2020, naar 2324 in 2021 en 2588 in 2022. Dat is een toename van 40 procent. U maakt voor de uitrol van de extra centra 9 miljoen euro vrij. Op deze manier zal er minstens in elke provincie een hulpcentrum voor familiegeweld zijn. Ik denk dat we enorme stappen vooruitgezet hebben dankzij u, en natuurlijk ook dankzij de steden en gemeenten en de politie- en andere diensten die eraan meewerken, in de hulp aan mensen die het slachtoffer zijn van familiegeweld.
Ik heb enkele vragen, minister.
Wanneer zullen de extra Family Justice Centers worden gerealiseerd? Kunt u toelichten op welke specifieke locaties deze centra zullen komen? Kunt u toelichting geven hoe deze centra zullen worden gecofinancierd? Kunt u toelichten hoe de samenwerking verloopt tussen de verschillende diensten zoals politie, justitie, hulpverlening, en eventueel ook de samenwerking tussen de verschillende centra?
In welke mate mikt u erop om later bijkomend nog extra centra te realiseren? Met hoeveel lokale besturen bent u hiervoor in overleg gegaan? Kunt u een overzicht geven van die lokale besturen? Welke besturen zijn al dan niet bereid om het netwerk verder mee uit te rollen?
Met welke lokale West-Vlaamse besturen hebt u onderhandeld? Welke besturen zijn al dan niet bereid om hier in te stappen? Specifiek voor Brugge: wanneer bent u in overleg gegaan met het Brugse stadsbestuur? Wat waren de conclusies daarvan?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u wel, collega. Ik denk dat ik niemand hoef te vertellen dat er nood is aan Family Justice Centers. We zien dat ook aan het aantal pv’s waar intrafamiliaal geweld aan te pas komt. Op dit moment is het uitgerold in Limburg en in Antwerpen. Dat is ook de reden waarom we hebben gesteld dat we op een uniforme, veilige en efficiënte manier willen kunnen samenwerken.
Voor de financiering hebben we 9 miljoen euro die we jaarlijks zullen investeren. Waarvoor voorzien we die?
Binnen het agentschap enerzijds voor ondersteunende medewerkers en coördinatoren om de centra in goede banen te leiden en anderzijds voor 63 bijkomende casusregisseurs en psychologen om op het terrein aan de slag te gaan met de gezinnen.
We maken ook middelen vrij om verbindingspersonen van de lokale politie te financieren. We voorzien ook middelen om in elk centrum, in samenwerking met de vertrouwenscentra kindermishandeling (VK’s), een kinderpsycholoog in te zetten, want zoals u weet is er in twee derde van die gezinnen ook een kind in huis dat dan ook slachtoffer wordt.
De andere betrokken actoren investeren ook. De betrokken lokale besturen doen een investering en financieren één voltijdse casusregisseur per 50.000 inwoners. De parketten voorzien de nodige capaciteit, onder meer via de inzet van parketcriminologen. Ook de politie voorziet in een voltijdse medewerker per duizend dossiers rond intrafamiliaal geweld. Ten slotte zijn er ook de reguliere hulpverleningsdiensten.
We vragen dus een serieuze investering van alle partners, naast de middelen die Vlaanderen hiervoor vrijmaakt. Het moet gezegd worden dat alle partners hier ook een prioriteit in zien, waarvoor ook mijn dank. De politiezones zijn hierin trekker, samen met de lokale besturen die ook mee duwen, net als de parketten, de procureurs-generaal. Ook de provinciegouverneurs hebben heel hard getrokken aan deze dossiers.
Wat de locaties betreft: naast de vier bestaande centra in Limburg, Antwerpen, de Kempen en Mechelen, voorzien we vijf nieuwe centra in Leuven voor de regio Leuven, Halle voor de regio Halle-Vilvoorde, Gent voor Oost-Vlaanderen, Oostende voor Noord-West-Vlaanderen en Kortrijk voor Zuid-West-Vlaanderen. Het gaat dus om negen hoofdlocaties waar het overleg zal plaatsvinden, waar de partners bij elkaar kunnen binnenlopen en waar ook een kinderspeelruimte en warm ingerichte gesprekslokalen zullen zijn. Daarnaast voorzien we in elke regio antennes of gesprekslocaties, waarvoor we aanhaken bij bestaande initiatieven in de eerste lijn, bijvoorbeeld een Sociaal Huis. Daarmee willen we de toegankelijkheid en laagdrempeligheid voor de betrokken slachtoffers en gezinnen garanderen.
In West-Vlaanderen zijn in eerste instantie contacten gelegd met de vier grootste steden – Brugge, Kortrijk, Oostende en Roeselare – om te polsen naar wie geïnteresseerd is in de uitrol van het pilootproject. Momenteel hebben alleen Kortrijk en Oostende zich bereid verklaard om als pilootregio mee in te stappen. De stad Roeselare gaf na twee positieve gesprekken aan zeker te geloven in de meerwaarde. Zij verkiezen echter om pas in een volgende fase in te stappen in de werking.
Eenzelfde boodschap kregen we ook van Brugge in november 2022, in reactie op een verkennend gesprek begin september. Van zodra Brugge instapt in de FJC-werking, zal er zeker ook een locatie in Brugge voorzien worden, waar gezinnen op gesprek kunnen gaan. Maar de hoofdlocatie, waar het intersectoraal overleg plaatsvindt en diensten fysiek samenwerken onder één dak, bevindt zich voor Noord-West-Vlaanderen in Oostende, gezien zij onmiddellijk bereid waren mee te investeren en in te stappen in het model.
Maar we verwachten wel dat beide steden – en vervolgens de rest van West-Vlaanderen – zullen instappen. Alle regio’s moeten natuurlijk mee in het bad, alleen starten we nu meer gericht op met bepaalde lokale besturen en politiezones, om nadien uit te breiden naar andere politiezones en andere lokale besturen.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, bedankt voor het uitgebreide antwoord dat u mij verschaft. Ik denk dat het zeer belangrijk is dat we inderdaad gebiedsdekkend over Vlaanderen gaan bekijken waar we die antennepunten nu nog verder gaan realiseren. Ik ben er inderdaad een hele grote voorstander van om ook in Brugge zeker en vast zo’n antennepunt te hebben.
Als je ziet hoeveel meldingen er zijn – gemiddeld veertigduizend meldingen van interfamiliaal geweld per jaar –, is het ongelooflijk hoe groot die problematiek is, en hoe hoog de nood ook is. Hoe meer Family Justice Centers, hoe meer meldingen en zo vinden meer mensen de weg naar hulp.
Dus zeker en vast dank aan u en uw kabinet, minister, aan alle steden en gemeenten en alle Vlaamse diensten die daar heel hard aan gewerkt hebben.
Komt er ook naar het grotere publiek een soort campagne om duidelijk te maken waar de nieuwe Family Justice Centers zijn en dergelijke meer? Want het is belangrijk dat die slachtoffers weten waar zij terechtkomen. Op welke manier wordt er communicatief daar misschien nog iets rond gedaan?
Minister Demir heeft het woord.
Misschien kan ik meegeven dat we alles op alles zetten om in het najaar de Family Justice Centers te openen. Het is zo dat we dan tegelijk ook met een sensibiliseringscampagne zullen starten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.