Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Vraag om uitleg over het voorbije EU-voorzitterschap van Tsjechië en het huidige voorzitterschap van Zweden
Verslag
De heer Tommelein heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, collega’s, begin dit jaar nam Zweden de voorzittershamer van de Raad van de Europese Unie over van Tsjechië. Zoals gebruikelijk presenteerde de nieuwe voorzitter in december van vorig jaar zijn prioriteiten voor het voorzitterschap. Daarbij wordt ten eerste grote nadruk gelegd op het verstevigen van het Europese veiligheids- en defensiebeleid, onder meer door volop in te zetten op steun voor Oekraïne, zowel economisch als militair. De vraag van Zweden om te kunnen toetreden tot de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) past ook bij de nadruk die het land wil leggen op het veiligheidsbeleid.
Daarnaast wil Zweden een gezamenlijke aanpak van het Europese concurrentievermogen op de agenda plaatsen om een competitieve markt uit te bouwen en economische groei te stimuleren.
Als derde prioriteit, niet onbelangrijk, wordt de energietransitie naar voren geschoven en wil het land werk maken van een versnelde elektrificatie van de Europese Unie.
Tot slot wil Zweden de beginselen van de rechtsstaat binnen Europa handhaven en de betalingen van Europese middelen hiervan afhankelijk maken.
Minister-president, wat is uw visie op de prioriteiten van het Zweedse voorzitterschap? Op welke manier verhouden die prioriteiten zich tot de Vlaamse prioriteiten? Ziet u opportuniteiten voor concrete Vlaamse dossiers? Op welke wijze passen deze prioriteiten binnen de voorbereiding van het Belgische voorzitterschap volgend jaar?
De heer Deckmyn heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, in de tweede helft van vorig jaar vervulde Tsjechië het voorzitterschap van de Europese Raad. Ondertussen is Zweden voorzitter, zoals collega Tommelein zei. In juni 2022 presenteerde de Tsjechische overheid reeds de prioriteiten van het voorzitterschap. Uiteraard waren de gevolgen van de oorlog met Oekraïne een belangrijk aandachtspunt, alsook het vergroten van de veiligheids- en defensievermogens van de EU. Daarnaast ging het Tsjechische voorzitterschap zich ook richten op de energiezekerheid van de EU, die dringender werd ingeschat dan de energietransitie. Ik denk dat dat ook wel een belangrijk punt was. Tsjechië wilde zich immers richten op de rol van kernenergie bij het waarborgen van de energiezekerheid van de Europese Unie.
Het Tsjechische voorzitterschap had ook de bedoeling zich te richten op het versterken van de veerkracht van instellingen die een grote impact hebben op het handhaven en ontwikkelen van de waarden van democratie en de rechtsstaat in de EU. Aangezien Tsjechië naast Hongarije, Polen en Slowakije deel uitmaakt van de Visegradgroep, was deze doelstelling natuurlijk ook een interessant aandachtspunt.
Zweden is nu voorzitter van de Europese Raad geworden. De prioriteiten van het Zweedse voorzitterschap zijn daarnet ook geschetst: veiligheid, eenheid, veerkracht, concurrentievermogen, welvaart, de groene en energietransitie en ten slotte ook democratische waarden en de rechtsstaat.
Minister-president, hoe bekijkt u het voorbije voorzitterschap van Tsjechië? Wat zijn volgens u de conclusies die we daaruit kunnen trekken? Wat zijn de gunstige of minder gunstige gevolgen voor Vlaanderen?
Hoe schat de Vlaamse Regering het komende EU-voorzitterschap van Zweden in? Welke opportuniteiten en desgevallend ook potentiële bedreigingen ziet u voor Vlaanderen in de prioriteiten van het Zweedse voorzitterschap?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Collega’s, dank u wel. Ik ga eerst in op de vragen over het voorbije voorzitterschap van Tsjechië. Algemeen heeft het Tsjechische voorzitterschap blijk gegeven van flexibiliteit en gedrevenheid in tijden van crisis en een veranderend wereldbeeld. Hun algemene doelstelling was de heropbouw en het versterken van de EU in navolging van de crisis in Oekraïne. De energiecrisis heeft grotendeels hun agenda bepaald, getuige de diverse ad-hocenergieraden die werden georganiseerd en de vele wetsvoorstellen die hieromtrent in sneltempo werden goedgekeurd.
In de laatste week van hun voorzitterschap hebben de Tsjechen toch nog enkele belangrijke resultaten geboekt, het ene al positiever voor Vlaanderen dan het andere. Zo ben ik erg tevreden met de algemene benadering inzake de Chips Act en de TEN-T-verordening (Trans-Europees Netwerk voor Transport). In een aantal ‘Fit for 55’-dossiers en bij RePowerEU had Vlaanderen sommige zaken liever anders gezien. Concreet denk ik aan het akkoord over het mechanisme voor koolstofgrenscorrectie, het emissiehandelssysteem en het Sociaal Klimaatfonds. In ieder geval wens ik het Tsjechische voorzitterschap te danken voor het vele werk dat het heeft verricht in moeilijke omstandigheden.
Dan waren er de vragen naar mijn visie op de prioriteiten van het Zweedse voorzitterschap, en of die specifieke opportuniteiten bieden. De prioriteiten van het inkomende Zweedse voorzitterschap zijn in de eerste plaats gericht op eenheid en veiligheid. Er wacht de Zweden de moeilijke opdracht om in het licht van de Oekraïnecrisis en de impact op de EU een consensus tussen de lidstaten te behouden én vooruitgang te boeken. De Zweedse regering liet alvast de duidelijke wil blijken om sterk in te zetten op de mondiale rol van de EU in de veiligheidsproblematiek, op de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit, op de EU als globale speler binnen een wereldwijd gelijk speelveld en op de verscherping van het Europese energiebeleid. Ook zal Zweden inzetten op de Europese veerkracht en competitiviteit, welvaart en de groene transitie, en de Europese democratie en de rechtsstaat. Ik zal de afzonderlijke initiatieven op hun merites beoordelen.
Hoewel ieder voorzitterschap van de Raad eigen initiatieven kan nemen en klemtonen leggen, is het grotendeels gebonden aan de lopende Europese agenda, zoals weergegeven in het jaarlijkse werkprogramma van de Europese Commissie. Enkele initiatieven daaruit zal ik met bijzondere interesse opvolgen, onder meer de herziening van de interne elektriciteitsmarkt, de oprichting van een EU-waterstofbank en het wetgevingspakket inzake kritieke grondstoffen. Andere dossiers die hoog op de politieke agenda zullen blijven staan, zijn natuurlijk de energiecrisis binnen en buiten Europa en de coronacrisis. Ook wat dat betreft, kijk ik uit naar het Zweedse voorzitterschap om oplossingen en antwoorden te bieden voor de grote uitdagingen die de EU vandaag kent. Ik en mijn diensten zullen in ieder geval alles op alles zetten om de Vlaamse belangen optimaal te blijven bewaken en te verdedigen, alsook om de opportuniteiten voor de Vlaamse industrie en economie te maximaliseren.
Dan was er de vraag op welke manier dit zich verhoudt tot de Vlaamse prioriteiten. De basis voor de Vlaamse standpuntbepaling is de visie zoals uiteengezet in het regeerakkoord en de visienota met betrekking tot de EU. Ik zal die visie hier niet integraal herhalen, maar u weet dat Vlaanderen een EU wil die volop inzet op jobs, welvaart en duurzaamheid, alsook de buitengrenzen beschermt, de interne markt verdiept, en meer impact heeft op het internationale niveau. Deze doelstellingen vinden ook hun weerslag in de prioriteiten van het inkomende Zweedse voorzitterschap.
Op welke wijze past dat dan in het toekomstige Belgische voorzitterschap? Het is evident dat de grote uitdagingen die de EU vandaag kent, ook de nodige aandacht zullen krijgen in het programma van het Belgische EU-voorzitterschap. Ik denk dat die over een jaar nog niet opgelost zullen zijn. Dit zal over enkele maanden in een stroomversnelling komen. De diverse Vlaamse diensten zijn momenteel volop bezig met de voorbereiding van het EU-voorzitterschap.
Ook de invulling van ons eigen EU-voorzitterschap in de eerste helft van 2024 wordt bepaald door verschillende elementen. Enerzijds is er de agenda van de Commissie, die met wetgevende voorstellen komt. Anderzijds zijn er initiatieven en klemtonen die ook het voorzittende land kan leggen. Ten slotte is er de actualiteit, die een bepalende rol kan spelen. Dat vereist ook bij de voorbereiding een grote flexibiliteit. Daarom voorzien we in de loop van 2023 ook in een update van het projectplan voor het EU-voorzitterschap dat in oktober 2022 werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering.
De heer Tommelein heeft het woord.
Minister-president, dank u wel voor het antwoord. Ik denk dat de prioriteiten die het Zweedse voorzitterschap naar voren schuift, inderdaad belangrijke thema’s zijn, ook voor ons. Veiligheid, economische groei, de energieomslag en het verdedigen van de democratische waarden, dat zijn uitdagingen die van belang zijn voor onze toekomstige welvaart en voor de plaats die Europa de komende decennia zal innemen op het internationale forum. Ik hoop dat de Zweedse regering er een stevig mandaat van kan maken. Dat is niet zo evident, want de Zweedse regering is een minderheidsregering met gedoogsteun van een EU-sceptische partij. Dat is uiteraard niet zo vanzelfsprekend. De huidige uitdagingen hebben nood aan een sterk en duidelijk beleid.
Nog even terugkomend op het Belgische voorzitterschap van volgend jaar: binnen dat EU-voorzitterschap zal Vlaanderen een belangrijke rol spelen. Op vrijdag 28 oktober hebt u met uw regering een projectplan goedgekeurd met de inhoudelijke krachtlijnen die voor Vlaanderen de leidraad vormen voor het EU-voorzitterschap, met vijf inhoudelijke doelstellingen. U zegt dat dit nog in volle voorbereiding is. Ik had nog een extra vraag, maar zal die vraag dan voor een volgende sessie houden. Ik wou vragen wat de stand van zaken is, maar dat is volop bezig. Het wordt natuurlijk wel uitkijken naar welke de diverse stappen zijn die worden gezet, in overleg met de federale overheid en de andere deelstaten.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, het voorzitterschap van Tsjechië stond uiteraard voor een groot stuk in het teken van de oorlog in Oekraïne. Wat Zweden nu zal meemaken, ligt uiteraard ook in het verlengde. Het is zeker een feit dat dat voorzitterschap flexibel was. Ze moesten wel. De vraag is natuurlijk of Zweden op dat vlak op eenzelfde manier de fakkel zal overnemen, en of Zweden ook op eenzelfde manier flexibel zal kunnen zijn. Ik verwijs naar wat collega Tommelein zei. Dat is misschien persoonlijk, maar ik vind het feit dat de Zweedse regering gedoogsteun geniet, niet echt een probleem, maar veeleer een uitdaging. Het is belangrijk dat we ook zien dat in bepaalde landen bepaalde evoluties gaande zijn die nopen tot politieke beslissingen in een ander kader dan we gewoon waren in het verleden.
Zweden staat in zijn voorzitterschap voor zware uitdagingen. Het zal alvast eveneens op diezelfde flexibele manier moeten ingaan op de problematiek van de energiecrisis. Ik blijf deze vraag koppelen aan het kader van het nakende voorzitterschap van België en de rol die Vlaanderen daarbij op zich zal nemen. Ik hoop dat we in de verdere voorbereidingen toch zeker overal de nodige verantwoordelijkheden zullen opeisen. Dat lijkt me belangrijk. We hebben hier al vele debatten gehad waarin we zagen dat we soms een beetje werden tekortgedaan. Ik hoop dus dat Vlaanderen zeker het voortouw zal willen nemen om ervoor te zorgen dat het voorzitterschap in 2024 een goed voorzitterschap wordt.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, bedankt voor uw antwoord op de toch wel interessante vragen. Ik denk dat er hier ongeveer een half jaar geleden ook vragen zijn gesteld met betrekking tot het einde van het Franse voorzitterschap en het begin van het Tsjechische voorzitterschap. Toen werd er onder meer ook verwezen naar het Franse protectionisme waarvan er toch wel sprake was gedurende dat Franse voorzitterschap, en werd er ook verwezen naar eventuele vooruitgang op het vlak van vrijhandelsakkoorden. Ik heb dat eigenlijk niet echt gehoord in uw antwoord. Kunt u daar misschien wat toelichting over geven? Is er vooruitgang geboekt met betrekking tot vrijhandelsakkoorden, en kunnen we dat de komende zes maanden ook verwachten?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Vanlouwe, de vraag stellen is ze beantwoorden. U weet dat er geen vooruitgang is geboekt op dat vlak. Dat weet u zeer goed. Dat dat ook tijdens het Tsjechische voorzitterschap niet echt is gebeurd, weet u ook zeer goed. Ik heb begrepen dat er hier aan een voorstel van resolutie wordt gewerkt op dat vlak. Ik kan dat alleen maar ondersteunen.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.