Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
De heer Slagmulder heeft het woord.
Minister, eind december riep het ministerie van Buitenlandse Zaken alle mensen met de Belgische nationaliteit die zich in Iran bevinden, op om het land zo snel mogelijk te verlaten. Dat ging ook over mensen met de dubbele nationaliteit. Volgens het ministerie is er een groot risico op willekeurige aanhoudingen en is de veiligheidssituatie sterk verslechterd.
Eerder werd ook bekend dat de ngo-medewerker Olivier Vandecasteele werd veroordeeld tot 28 jaar cel en 74 zweepslagen. De reden daarvoor: spionage, witwaspraktijken en samenwerking met de VS tegen Iran. Hij zit ondertussen al meer dan 10 maanden in een isoleercel en zijn gezondheidstoestand is meer dan zorgwekkend.
Gisteren verscheen in de media dat de Belgische ambassadeur Vandecasteele een korte tijd kon spreken en hij verklaarde onder andere dat hij gedwongen is om deel te nemen aan een schijnproces. Ondertussen beschouwen zowel de VN als Amnesty International de onmenselijke omstandigheden waarin Vandecasteele wordt vastgehouden, als marteling.
Collega Deckmyn heeft u een tijdje geleden in de plenaire vergadering bevraagd over deze kwestie. U zei toen dat dit vooral een federale aangelegenheid is, wat ik uiteraard begrijp, maar toch wil ik u vragen of u sindsdien nog stappen ondernomen hebt om Vandecasteele mee te proberen vrij te krijgen en druk uit te oefenen. Bent u van plan dat gezien de recente ontwikkelingen de komende weken of maanden nog te doen?
In verband met de oproep van Buitenlandse Zaken: ook Flanders Investment & Trade (FIT) heeft een kantoor in Iran. Kan het kantoor volgens u nog functioneren in de huidige omstandigheden?
Zijn er Vlamingen die de voorbije periode het slachtoffer werden van willekeurige arrestaties door de Iraanse autoriteiten?
Welke andere stappen zal de Vlaamse Regering desgevallend nog zetten naar aanleiding van de aanhoudende mensenrechtenschendingen en de staatsterreur in Iran?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Eerst en vooral mijn beste wensen voor het nieuwe jaar. Ik wens jullie dit jaar veel plezier toe, zeker in deze commissie, waar toch alle wereldproblemen ongeveer opgelost worden. Ik kijk ’s avonds altijd met heel veel aandacht naar het nieuws om te zien welke problemen in dit Vlaamse Parlement zijn opgelost. Maar in ieder geval wens ik jullie veel werklust en plezier in alles wat jullie ondernemen.
Ik kom bij de situatie van de heer Vandecasteele. Zoals ik reeds antwoordde op een vorige parlementaire vraag hierover, inderdaad aan de heer Deckmyn, wijs ik erop dat het hier over een consulaire zaak gaat, en dat is een bevoegdheid van de federale overheid: zij heeft de bevoegdheid en de verantwoordelijkheid om actie te nemen om de vrijlating van de heer Vandecasteele te bewerkstelligen. Ik zou willen dat het anders was, maar het is voorlopig nog zo.
Natuurlijk gaat mijn medeleven uit naar de heer Vandecasteele en zijn familie, maar Vlaanderen kent maar een beperkt aantal middelen om daarin te helpen. In mijn contacten met de Iraanse autoriteiten en de Iraanse ambassade heb ik dit soort onderwerpen reeds meermaals aangekaart. Dit zal ik ook blijven doen in toekomstige gesprekken. De impact daarvan is echter niet bijster groot.
Wat FIT betreft: het FIT-kantoor in Iran functioneert reeds lange tijd onder moeilijke omstandigheden en dit blijft zo. Wij blijven daar aanwezig, maar het is moeilijk werken.
Ik heb niet onmiddellijk zicht op Vlamingen die het slachtoffer werden van willekeurige arrestaties door de Iraanse autoriteiten. Ik beveel Vlamingen in Iran aan om het reisadvies van de FOD Buitenlandse Zaken op te volgen. Het lijkt me alleszins verstandig dat Vlamingen die nog aanwezig zouden zijn, de situatie zeer nauwgezet opvolgen.
Wat verdere stappen betreft, ondersteunen wij natuurlijk de sancties op Europees niveau, aangezien deze hefboom de grootste impact heeft op het huidige regime in Iran. Zo heeft de Raad van de Europese Unie op 12 december 2022 beslist sancties te heffen op twintig Iraanse individuen en één Iraanse organisatie in verband met mensenrechtenschendingen in het land. Vlaanderen zal zijn steun voor Europese maatregelen verderzetten.
Tot daar mijn antwoord, voorzitter.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Dank u, minister-president, voor uw antwoord.
Ik begrijp dat dit vooral over het federale niveau gaat en dat het vooral daar opgevolgd en opgelost zal moeten worden, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat we blind moeten zijn voor de situatie waarin Vandecasteele zich momenteel bevindt. Ook deze Vlaamse Regering moet deze schandalige situatie, als het enigszins kan, onder de aandacht blijven brengen.
Minister-president, een tijdje geleden beslisten de Vlaamse universiteiten al om geen nieuwe structurele samenwerking meer aan te gaan met Iraanse instellingen, naar aanleiding van de situatie van professor Djalali, alleen nog in het kader van individuele projecten. U hebt gezegd dat er al heel wat sancties zijn ten aanzien van Iran, maar bent u van mening dat ook alle andere vormen van samenwerking tussen Vlaanderen en Iran herbekeken moeten worden zolang de mensenrechten daar geschonden worden? Want hoe kunnen we garanderen dat Vlamingen daar op een veilige manier kunnen wonen of werken? Of bent u van mening dat we Iran ondanks de situatie zo veel mogelijk als een normale handelspartner moeten beschouwen?
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister-president, ik wil namens onze fractie ook onze grote verontwaardiging uiten over wat er gebeurt met de heer Vandecasteele, die ondertussen inderdaad al bijna een jaar wordt vastgehouden. We zagen net nog dat hij tot 28 jaar cel en tot zweepslagen werd veroordeeld. Ik werd eerlijk gezegd wat onpasselijk toen ik het vernam. Er zijn ook nog mensen uit andere EU-lidstaten die door de Iraanse autoriteiten worden vastgehouden. We zullen daar echt een vuist tegen moeten maken. Dat zal inderdaad niet uit Vlaanderen alleen kunnen komen, maar ook vanuit het federale en Europese niveau.
Ik doe nog een warme oproep. Met het Ieperse schepencollege hebben we gisteren – Ieper is een vredesstad – onze steun bekend aan een wandeling die binnenkort wordt georganiseerd van Ieper naar Diksmuide, naar de IJzertoren, om een hart onder de riem te steken van de familie. Ik hoop dat er ook heel wat andere signalen komen van onderuit om de situatie van de heer Vandecasteele aan te klagen.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Slagmulder, wij hebben geen normale handelsrelatie met Iran. Met FIT zijn we daar nog in beperkte mate aanwezig, omdat daar nog een aantal Vlaamse bedrijven actief zijn. FIT heeft daar zeker niet de normale werking van investeringen aantrekken en handelsrelaties opzetten; FIT is daar louter om bijstand te verlenen aan een aantal bedrijven die daar nog actief zijn. Iran is zeker geen normale handelspartner en we volgen ook alle sancties die op Europees niveau worden afgesproken, heel nauwgezet op. FIT kent dus een minimale aanwezigheid in Iran, in zeer moeilijke werkomstandigheden. Het is zeker geen samenwerking met het Iraanse regime, wel bijstand aan Vlaamse bedrijven daar.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Bedankt voor het antwoord, minister-president. Ik hoop dat er zo snel mogelijk een goede oplossing komt en dat de hulpverlener en ook professor Djalali zo snel mogelijk vrijgelaten worden. Daarom wil ik u oproepen, minister-president, om deze kwestie zeker nauwgezet mee te blijven opvolgen. Iran is een land waar kritische stemmen zonder proces in de cel worden gegooid of vermoord worden. De mensenrechten worden er elke dag opnieuw geschonden. Met terreurstaten als Iran zou men dus eigenlijk geen zaken mogen doen tot zolang de situatie er niet verbetert.
De vraag om uitleg is afgehandeld.