Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Bex heeft het woord.
Bij de zesde staatshervorming werd de uitvoering van rijgeschiktheidsonderzoeken naar de regio’s overgeheveld. Destijds werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten tussen het Centrum voor Rijgeschiktheid en Voertuigaanpassing (CARA) en het Vlaamse Gewest, met een tijdelijke subsidie. Maar het was de bedoeling om te evalueren naar een financiering op prestatiebasis.
Om dat voor te bereiden heeft het Departement Mobiliteit en Openbare Werken een opdracht uitgeschreven om een doorlichting uit te voeren bij CARA. Die kwantitatieve doorlichting heeft duidelijker gemaakt waarvoor de door de Vlaamse overheid voorziene middelen worden aangewend. Daarnaast geeft ze ook meer inzicht in de kostprijs van een dossier. Een kwalitatieve doorlichting geeft meer inzicht in de procedure om rijgeschiktheidsbeoordelingen af te leveren. Daarnaast werd ook in kaart gebracht hoe Vlaamse cliënten en CARA-medewerkers de dienstverlening van CARA ervaren, met een indicatie van sterke punten, aandachtspunten en mogelijke opportuniteiten.
Uit die audit blijkt eigenlijk dat er heel wat verbeterpunten mogelijk zijn. Er moet geïnvesteerd worden in IT, klantvriendelijkheid en objectivering van de beoordeling. Er is nood aan een meer gedecentraliseerde dienstverlening, die bijvoorbeeld verbonden kan zijn aan ziekenhuizen. De audit haalt ook de gespannen verhouding tussen Vias en CARA aan.
Daarom stel ik u graag volgende vragen. Hoe interpreteert u de doorlichting van CARA?
Is het duidelijk hoeveel middelen er de afgelopen jaren reeds naar IT zijn gegaan? Is er zicht op de knelpunten en de reden dat er na vijf jaar nog steeds geen resultaat is?
Op pagina 31 tot en met 38 van de doorlichting staat een lange lijst van werkpunten, bijvoorbeeld rond de objectivering van de onderzoeken en de klantvriendelijkheid. Komt er een actieplan om die aan te pakken?
Hoe gaat u verder met dit dossier? Bekijkt u ook alternatieven voor de uitbesteding van deze opdracht aan CARA?
Minister Peeters heeft het woord.
Bedankt. De doorlichting hebt u gelezen. Zowel de medewerkers als de cliënten, dat kunnen we uit die doorlichting afleiden, tonen aan dat er een grote tevredenheid is over de werking en dienstverlening van het Centrum voor Rijgeschiktheid en Voertuigaanpassing CARA. Zo is bijna 90 procent van de respondenten tevreden. 49 procent geeft zelfs aan zeer of uiterst tevreden te zijn. De bevraagde klanten waarderen vooral de expertise, objectiviteit, goede communicatie, vriendelijkheid en behulpzaamheid van de medewerkers. Dat is een mooie doorlichting, denk ik.
Er zullen uiteraard ook altijd mensen zijn die minder tevreden zijn, en die bijvoorbeeld een negatieve beoordeling gekregen hebben. Dat hebben we in elke organisatie, denk ik. En ook in elke organisatie zijn er een aantal werkpunten, een aantal verbeterpunten. U verwijst zelf naar de doorlichting, pagina 31 tot 38. Die werkpunten zijn opgenomen. Ik kan u verzekeren dat onze administratie sowieso een periodiek overleg heeft met Vias, en daar ook al deze punten bespreekt, en gaat kijken hoe we die allemaal gestaag kunnen wegwerken.
Het voordeel van deze doorlichting is alleszins dat er nu meer duidelijkheid is over de cijfers, de financiële cijfers, en over het budget voor IT, waar u specifiek naar vraagt. In 2021 werd in het Viap, het overkoepelend systeem, een bedrag van 34.183 euro besteed. Voor 2022 en 2023 werd telkens 8000 euro uitgetrokken om in te zetten op IT. We weten dat er in het verleden wat problemen waren rond het verhaal van het eHealth-certificaat. Daar is men op dit moment volop aan aan het werken. Dat heeft lang geduurd, omdat Vias geen klassieke gezondheidsinstelling is. Maar via het overkoepelend IT-systeem Viap is dat nu opgelost, en kan men daar nu ook mee werken. Men hoopt dat het systeem in 2023 volledig operationeel is, en dat dat knelpunt van de baan is.
Wat uw laatste vraag betreft, over hoe we daar nu verder mee omgaan: het pluspunt van de doorlichting is sowieso dat er meer duidelijkheid, meer transparantie is over hoe Vias zijn middelen besteedt. Het rekenmodel dat als deel van de opdracht werd gecreëerd, biedt nu een instrument om de begroting en besteding van de subsidie nauwgezet op te volgen.
De doorlichting wees ook uit dat er een grote klantentevredenheid is. Er is ook heel wat unieke expertise en ervaring inzake de rijgeschiktheidsonderzoeken bij Vias. Op korte termijn laat ik CARA de toegewezen taken dan ook met vertrouwen uitvoeren.
U verwijst specifiek nog naar de decentralisatie. Daarvan weet ik alleszins dat CARA plannen heeft om te gaan decentraliseren, en ook richting ziekenhuizen gaat, om daar dichter bij huis van de cliënten hun diensteverlening te kunnen aanbieden.
De heer Bex heeft het woord.
Bedankt, inderdaad, minister, voor uw antwoord. Het was vooral een vraag uit curiositeit, om het zo te zeggen. Maar toch wil ik benadrukken dat ik denk dat het belangrijk is om op die specifieke vraag rond decentralisatie echt te kijken wat mogelijk is. We moeten het de mensen die zich al in een moeilijke situatie bevinden, niet moeilijker maken dan nodig. Want u en ik zijn nog nooit naar CARA moeten gaan om met de auto te mogen rijden.
Er verandert nu niets aan de concrete manier waarop er met CARA wordt samengewerkt. Was het niet de bedoeling om de financiering te herzien en meer afhankelijk te maken van de concrete prestaties die geleverd worden? Of blijft het een subsidie die toegekend wordt, en waar CARA dan naar eigen goeddunken mee kan doen wat ze wil?
Mevrouw Moors heeft het woord.
Bedankt voor de interessante vraag. Ik heb de audit ook gelezen van CARA, en ik heb inderdaad moeten vaststellen dat er toch een reeks problemen zijn met betrekking tot de werking, die steeds weer naar voren komen. Ik denk dat de centrale vraag toch moet zijn hoe het verder gaat met CARA. Ik hoor dat er de afgelopen jaren heel veel geïnvesteerd is in CARA. Ik denk dat het resultaat jammer genoeg niet altijd evenredig is. Willen we CARA redden en laten functioneren, dan denk ik dat er zwaar geïnvesteerd moet worden. Mijn vraag was dan inderdaad om te kijken naar alternatieven.
Ik heb u nu horen aankondigen dat er gesproken of gekeken wordt naar decentralisatie. Ik denk dat dat alvast een eerste stap in de goede richting is.
Minister Peeters heeft het woord.
Mijnheer Bex, om u gerust te stellen: ik heb al een bezoekje gebracht aan CARA. Het was niet uit gezondheids- of geschiktheidsredenen, maar we hebben een tijdje geleden sowieso een bezoek gebracht om te bekijken wat daar allemaal gebeurt. Dus wat dat betreft heb ik sowieso wel vertrouwen in de organisatie, moet ik zeggen. En eigenlijk wordt dat ook wel beaamd door datgene wat hier uit deze doorlichting blijkt. Als men daar ziet dat er een zeer hoog percentage tevreden is – 90 procent –, en dat 49 procent zelfs zegt zeer tevreden te zijn, dan denk ik dat we daar met een gerust gemoed verder kunnen samenwerken met CARA. Dat wilde ik ten eerste duidelijk stellen.
Dan is er de wijze van financiering. Alleszins heeft de doorlichting niet aangetoond dat daar dringend een en ander moet veranderen. Ze heeft wel aangetoond dat er nu veel meer transparantie kan zijn, en dat is sowieso een goede zaak, denk ik, dat we ook weten waar welke subsidiemiddelen effectief aan worden besteed.
Dan is er ten slotte decentralisatie. Ik ken niet alle plannen van CARA, maar ik weet alleszins dat zij onder meer in mijn provincie van plan zijn of plannen hebben en gesprekken hebben gevoerd met het Virga Jesse-ziekenhuis. Zij werken volop aan deze decentralisatie. Begin 2023 zou dat uitgerold worden. Ik ken dat plan nu, omdat ik weet dat men daar sowieso binnenkort mee naar buiten ging komen. Maar ik vermoed dat dat ook geldt voor de andere provincies, en dat men sowieso wel zal inzetten op die decentralisatie. En dat is zeker goed, want als iemand bijvoorbeeld een operatie heeft gehad, bijvoorbeeld een hartfalen, dan moet hij vaak een verre afstand afleggen om te kijken of hij al dan niet voldoet aan de rijgeschiktheidscursussen. Dan zal die decentralisatie zeker nog een extra pluspunt geven naar klantentevredenheid toe.
De heer Bex heeft het woord.
Nogmaals bedankt voor uw antwoord. Omdat de andere collega’s niet meer mogen tussenkomen wil ik toch benadrukken dat ook de andere provincies zeker hopen op die decentralisatie voor hun mensen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.