Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, Europese richtlijnen en Vlaamse wetgeving en decreetgeving rond bijvoorbeeld nitraat, maar ook richtlijnen en wetgeving rond pesticiden, bestrijdingsmiddelen zijn tot stand gekomen omdat de vervuiling die afkomstig is van landbouw een vrij nefaste impact kan hebben op volksgezondheid, biodiversiteit, op levenskwaliteit, en meestal via de omweg van oppervlaktewater waarin dat geloodst wordt en grondwater waarin dat uiteindelijk doorsijpelt en terechtkomt.
Nu, die richtlijnen en decreten zijn op zijn zachtst gezegd niet heel recent, die gaan al een hele tijd mee. Het probleem is al een hele tijd bekend, maar we merken wel dat in Vlaanderen, maar ook elders, de kwaliteit van oppervlaktewater en drinkwater – en voornamelijk de aantasting door dit soort landbouwgerelateerde vervuiling – niet echt vooruitgaat en in een aantal gevallen zelfs achteruitgaat. We stellen vast dat dat niet enkel in Vlaanderen is; Nederland heeft een vergelijkbaar probleem met de intensieve veehouderij. We stellen ook vast dat er de voorbije jaren op verschillende plaatsen drinkwaterwinningen, grondwaterwinningen gesloten zijn, meestal wegens nitraatvervuiling. In Vlaanderen is de trend qua intensifiëring van de landbouw en qua stagenering van het verbeteren van de waterkwaliteit nogal vergelijkbaar.
Minister, naar aanleiding van de Nederlandse voorbeelden had ik graag van u gehoord of er inderdaad in Vlaanderen de voorbije jaren drinkwaterwinningen gesloten werden door vervuiling met nitraten en/of pesticiden. Is daar een trend duidelijk? Neemt dat toe of neemt dat af?
Zien we acute problemen in specifieke regio’s? Of is het probleem stilaan algemeen in Vlaanderen?
Is dat een vervuiling die achteraf gezuiverd kan worden? Op welke manieren en met welke kosten? Wie betaalt dan de kosten indien de vervuiling opgeruimd, gesaneerd of gezuiverd moet worden? Het zijn allemaal vragen in het kader van onder andere de evaluatie van het Mestactieplan (MAP) die eraan komt – hopelijk een nieuw plan dat eindelijk eens iets doet. Ik wilde ze graag nu stellen voor we aan de volgende stap van dat debat beginnen.
Minister Demir heeft het woord.
Sluitingen, zoals in Nederland het geval is, zijn er de voorbije jaren nog niet gebeurd. Maar dat betekent natuurlijk niet dat we moeten stilzitten. Het is duidelijk dat pesticiden en nitraten zowel in de oppervlaktewaterwinningen als in het ondiepe grondwater een groot risico vormen voor het behouden van de goede kwaliteit. Een slechte kwaliteit van het innamewater leidt namelijk tot innamestops in spaarbekkens en in extremis tot het sluiten van winningen. Problemen doen zich blijkbaar vooral voor bij innamegebieden van De Watergroep en dat heeft voor alle duidelijkheid te maken met de omgevingsfactoren, niet met het waterbedrijf zelf.
Ik geef wat meer uitleg: wat betreft oppervlaktewaterwinningen zijn De Blankaart en Kluizen bekende voorbeelden. Is de waterkwaliteit te slecht, dan wordt er niet ingenomen in het spaarbekken. Dit kan maanden duren en zet de bevoorradingszekerheid onder druk. In tijden van droogte kunnen we ons dit eigenlijk niet permitteren.
Ook bij grondwaterwinningen doen zich problemen voor, voornamelijk bij winningen in ondiepe grondwaterlagen. Die zijn het meest gevoelig aan vervuiling. Een aantal voorbeelden hiervan zijn de gedeeltelijke uitdienstname van de winning in Bertem, de gedeeltelijke en tijdelijke uitdienstname van de winning Berlare-Zele en de tijdelijke uitdienstname van de bronopvang Montenaken.
Is er een toenemende of afnemende trend te zien? Dat was de tweede vraag. Wat de trends betreft, ga ik eerst in op nitraat. Voor grondwaterwinningen is de gemiddelde jaarconcentratie tussen 2015 en 2018 gedaald. De globale evolutie lijkt gunstig, maar wordt verder opgevolgd. Want als je kijkt naar de individuele putten, dan blijken er in een aantal gebieden wel stijgende nitraatgehaltes. Dit is zo in Hoeilaart, Venusberg, Puttebos, Korbeek-Dijle en Lauw. Dit is zorgwekkend. Voor meer details verwijs ik naar de jaarrapporten van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM).
In oppervlaktewaterwinningen verbeterde voor nitraten de situatie sinds 1997 geleidelijk tot het najaar van 2018. Toen werd gedurende drie maanden een overschrijding van de drinkwaternorm vastgesteld. Ook de daaropvolgende winterperiodes waren nitraten problematisch voor inname. We zien de laatste jaren dus weer een stijging van de nitraatconcentraties in oppervlaktewater, dus sinds 2018. Voor De Blankaart worden weer concentraties ver boven de norm gemeten en dit gedurende al een langere periode. Ook zijn er regelmatig incidenten door het lekken van mest- en/of silosappen met soms hoge piekconcentraties tot gevolg. Een betere bescherming van ons drinkwater is dus zeker een must. Dat is ook een uitgangspunt voor het MAP-overleg, waar ernstig gezocht wordt naar oplossingen.
Wat betreft pesticiden in oppervlaktewater worden voornamelijk in het IJzerbekken en in mindere mate het spaarbekken in Kluizen van maart tot september zeer hoge concentraties van pesticiden gemeten. De inname van water ligt daardoor regelmatig stil. Het gaat om een heel gamma aan verschillende stoffen die worden waargenomen. Daarnaast worden in het najaar ook vele overschrijdingen van de drinkwaternorm voor metaldehyde vastgesteld. Vooral dat laatste is problematisch omdat deze stof niet goed verwijderd kan worden.
Het laatste jaar wordt een lichte verbetering waargenomen in de innamegebieden voor de waterproductiecentra Dikkebus en Zillebeke, maar het is nog niet duidelijk of dit door de droge omstandigheden komt of door de sensibiliseringsacties.
Voor grondwater worden zowat in alle kwetsbare winningen werkzame stoffen of metabolieten waargenomen, meestal in concentraties lager dan de drinkwaternorm. In enkele winningen komen verontreinigingspieken voor. Zodra een stof wordt waargenomen, is deze meestal aanwezig voor lange tijd. Ook hier verwijs ik naar meer details in het rapport van de VMM.
Zijn er specifieke regio’s waar de problematiek acuut is? De problematiek is inderdaad per regio specifiek en tevens gekoppeld aan het type winning, zoals ik reeds meegaf in een aantal voorbeelden.
Welke maatregelen kunnen worden genomen om de vervuiling te zuiveren? Een bijkomende zuiveringsstap is steeds een ‘end of pipe’-maatregel. Dit is niet wat te verkiezen is, want de kwaliteit van het water moet goed genoeg zijn om er zonder een extra zuiveringsstap drinkwater van te kunnen maken. Dat is de Europese richtlijn. Vergeet ook niet dat deze extra zuiveringsstap geld kost en dus in de factuur van de mensen terechtkomt.
Alle reguliere oppervlaktewaterproductiecentra hebben ondertussen een zuiveringsstap met actief kool. Maar hoe meer vervuiling er op het actief kool vastplakt, hoe vaker die vervangen moet worden.
In het productiecentrum in Oostende gebeurt een doorgedreven zuivering via omgekeerde osmose. Ook dat is een erg kostelijke techniek. Water-link bouwt in Oelegem een gelijkaardige installatie, als back-up voor wanneer gewone zuivering niet volstaat.
Wat nitraat betreft, is de situatie anders. Daarvoor bestaan gewoonweg geen afdoende zuiveringstechnieken. Te hoge concentraties leiden dan ook tot een innamestop. Dit is niet alleen een risico om de goede drinkwaterkwaliteit te blijven verzekeren, het is ook een risico voor de bevoorradingszekerheid. Het is dus belangrijk dat er zo weinig mogelijk nitraat in het oppervlaktewater terechtkomt.
Wie draait op voor de kosten van dergelijke maatregelen? Dat is natuurlijk de belastingbetaler want dat wordt doorgerekend via de drinkwaterfactuur.
De heer Tobback heeft het woord.
Ik had gehoopt op een antwoord dat iets geruststellender was. Het begon zo, maar ik ben een beetje in de war door een deel van het antwoord, minister. Aan de ene kant zegt u immers dat er nog geen sluitingen geweest zijn zoals in Nederland, aan de andere kant hoor ik u wel zeggen dat er op verschillende plaatsen innamestops zijn. Wat is dan het verschil tussen een innamestop en een sluiting?
Als het gaat over grondwater stel ik tot mijn eigen verbazing – dat is mijn volgende bijkomende vraag – vast dat er ook in mijn eigen provincie … Ik dacht dat het voornamelijk een probleem was van West-Vlamingen die op basis van uw antwoord meer reden hebben om zich zorgen te maken over wat er onder hun voeten vloeit dan over wat er boven hun hoofd zal hangen. Maar ook Vlaams-Brabant komt aan bod: Bertem, Montenaken, Hoeilaart, Korbeek-Dijle, dat zijn allemaal locaties die ik bijzonder goed ken, maar waarvan ik eerlijk gezegd niet op de hoogte was dat daar innamestops of sluitingen of beperkingen waren.
Ik zou dus ten eerste toch willen aandringen of vragen of het mogelijk is om daar iets opener over te communiceren dan vandaag het geval is. Ik twijfel er geen seconde aan dat men bij De Watergroep en bij de andere drinkwatermaatschappijen verantwoordelijk omgaat met de beslissingen om op een bepaald moment een innamestop te doen of bijkomende zuivering te voorzien, maar het is toch ook belangrijk om aan de bevolking, aan klanten, aan mensen die er uiteindelijk voor betalen, open te communiceren over waar en waarom er winningen tijdelijk of definitief moeten worden gesloten of innamestops gebeuren. Het is perfect mogelijk om dat technisch te doen, denk ik, om via een online dashboard, via een duidelijke communicatie aan de bevolking te laten weten waar die problemen zich voordoen, wanneer die problemen zich voordoen en wat eraan gedaan wordt.
Ik vind het wel een beetje pijnlijk om vast te stellen dat je dat misschien moet gaan zoeken in het jaarverslag van de VMM, in het beste geval, waar dan een kleine vermelding zal staan. Dit heeft absoluut nood aan een veel bredere communicatie en mensen hebben het recht om duidelijk te weten wat, waar en waarom dingen gebeuren.
Ten slotte zou het misschien ook nuttig zijn – maar misschien moeten we daar de drinkwatermaatschappijen over bevragen – te weten wat de echte bijkomende kosten zijn die vandaag reëel worden uitgegeven. U hebt verwezen naar een aantal technieken: de actieve koolfilters, de omgekeerde osmose. Ik kan mij bij de techniek misschien nog een heel klein beetje voorstellen, maar er is ook niet echt duidelijkheid over wat de meerkosten daarvan zijn, echt cijfermatig. Wat betekent dit? Voor de elektriciteit weten we ondertussen perfect wat al de dingen bijna tot na de komma betekenen in de stroomfactuur van de mensen, voor de drinkwaterfactuur weten we dat eigenlijk niet. Als je dit soort dingen hoort, is het misschien wel nuttig dat we daar ook eens aan beginnen, om bijvoorbeeld op de drinkwaterfactuur een post ‘zuiveringskosten’ aan te brengen.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Tobback, er zijn inderdaad geen definitieve sluitingen geweest. Die innamestops zijn tijdelijke stopzettingen. Wanneer de kwaliteit van de waterwinning de norm overschrijdt, zet men die tijdelijk stop tot men weer de norm bereikt. Men zegt ons dat het vooral in het pesticideseizoen is en ook in het winterhalfjaar, wanneer overbemesting uitspoelt, dat de winning tijdelijk stilgelegd wordt.
Twee maanden geleden hebben we een hele discussie gehad rond het mestactieplan waar heel duidelijk aangegeven werd – niet alleen door mij, maar ook door de experten – dat er stappen gezet moesten worden die tot effectiviteit leiden. Een van de dingen die we ook wisten, was dit natuurlijk. We hebben toen aan de drinkwatermaatschappijen gevraagd hoeveel dat kost, want iemand betaalt dat natuurlijk. Het is allemaal mooi en gemakkelijk om te zeggen dat we niet veel gaan doen. Ik heb toen ook aan de drinkwatermaatschappijen gevraagd om dat te communiceren naar aanleiding van de hele discussie met het MAP. Ik heb vastgesteld dat men dat niet gedurfd heeft. Men heeft toen niet gecommuniceerd. De vraag is wel gesteld geweest. Mijn diensten en ik hebben toen een tsunami van kritiek gehad. De administratie had daar toch wel schrik van. Maar dit zijn kosten waarvan de samenleving moet weten dat er wel iemand voor opdraait. Ik hoop dan ook dat de drinkwatermaatschappijen die exact weten hoeveel de kostprijs is – want een nieuwe winning kost minstens 10 miljoen euro – dat ook bekendmaken.
Misschien is het ook een idee om de drinkwatermaatschappijen hier uit te nodigen. Dat is iets dat bestaat, maar wat niet zichtbaar is. Dat wordt ook niet gecommuniceerd want er zijn inderdaad een aantal keren tijdelijke innamestops. Het is misschien ook niet slecht dat dat hier in het parlement ten gronde bekeken wordt en dat jullie ook zicht hebben op de kostprijs. Dat is niet slecht, ook naar aanleiding van het nieuwe MAP waar men nu hopelijk in het overleg zal uitraken.
Minister, informatief: wij hebben een afspraak met de drinkwatermaatschappijen. Zij komen naar onze commissie op 31 januari, heel kort dag dus. Dan kunnen we ook met hen rechtstreeks in overleg gaan.
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Ik kan er grotendeels – om niet te zeggen helemaal – in komen. Het verbaast me wel een beetje dat de Vlaamse overheid blijkbaar niet zelf rechtstreeks over de informatie beschikt, over de sluitingen, de innamestops en de periodiciteit daarvan. Of misschien heb ik dat verkeerd begrepen. Ofwel kunt u me nu zeggen dat u me dit gaat bezorgen, in het andere geval dien ik een schriftelijke vraag in om een overzicht te hebben van welke innamestops van grondwater- en oppervlaktewinningen er de voorbije jaren op welke momenten, op welke plaatsen geweest zijn. U mag me nu toezeggen dat u me dat sowieso gaat bezorgen. Dat is voor mij ook goed. Anders maak ik een schriftelijke vraag. Maar het zou wel bijzonder helpen om bijvoorbeeld ook ter voorbereiding van de hoorzitting met de drinkwatermaatschappijen die informatie snel te hebben. Want nogmaals: ik vind het bijzonder bizar dat ik moet horen dat er in mijn eigen provincie toch blijkbaar een hele reeks winningen met problemen kampen zonder dat daar ooit over gecommuniceerd geweest is. Dat is niet normaal.
Ik zou dus graag die informatie hebben. Ik zie u knikken. Dan moet ik geen vraag meer indienen. We krijgen die sowieso.
Mijnheer Tobback, de minister en het kabinet geven aan dat we die info zullen hebben ter voorbereiding van onze afspraak met de drinkwatermaatschappij op 31 januari. We zullen die via de secretaris aan alle leden van deze commissie ter voorbereiding overmaken en we zullen aan de drinkwatermaatschappijen zeggen dat we ook over dat thema wensen te praten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.